uit de onvoorziene uitgaven zal worden beschikt, onvermin derd de f8,300, welke bij besluit ran den 23 januarij II. in voorschot zijn verstrekt. Is ingekomen een brief van den heer L. Jause Bz., die daarin ontslag verzoekt als lid der gezondheidskomraissie, wegens verandering van woonplaats, daar hij is benoemd tot lector aan de kweekschool voor zeevaart te Amsterdam. Met algetneene stemmen is besloten dit eervol ontslag toe te staan en daarvan kennis te geven aan de plaatselijke kommissie van geneeskundig toevoorzigt. Mede is ingekomen een brief van direkteuren der Neder- landsche maatschappij tot bevordering van nijverheid. Daarin geven zij kennis dat de algemeene vergadering en het kongres in 1S6i- binnen deze gemeente en wel op den tweeden dingsdag der maand j al ij en volgende dagen zal worden gehouden. Onder aanbeveling van de belangen der maatschappij raeenen zij op de medewerking van het ge meentebestuur te mogen rekenen, opdat het verblijf in Zeeland voor de afgevaardigden zoo aangenaam mogelijk worde gemaakt. De voorzitter deelt hierbij mede dat voor dit kongres en daaraan verbonden festiviteiten enz. eenige uitgaven van de gemeente zullen gevorderd worden, waaraan burgemeester en wethouders dan ook bij het opma ken der gemeentehegrooting voor het volgende dienstjaar hebben gedacht. Op zijn voorstel is besloten de beslissing hieromtrent tot de behandeling dier begrooting aan te houden. Nog is ingekomen een brief van het bestuur van het departement Middelburg der Maatschappij tot nut van 't algemeen, waarin raededeeling wordt gedaan van de nood zakelijkheid tot en gedeeltelijke uitvoering van eenige her stellingen aan 't gebouw op den Wal, thans bij de gemeente als schoolgebouw in huur. Hierbij is tevens gebleken dat nog andere herstellingen noodig zijn, doch waarvan de kos ten te groot zijn bij de onzekerheid of de gemeente, ilie het gebouw slechts voor een jaar te gelijk huurt, liet ook na die herstellingen zal blijven huren. Om die onzekerheid weg te nemen en de herstellino; te kunnen doen plaats hebben, ver zoekt gemeld bestuur een huurkontrakt voor den tijd van drie jaren aan te gaan. - De voorzitter adviseert namens burgemeester en wethou ders tot inwilliging van het verzoek. De heer Lambrechtsen van ilittbem zegt dat verbetering van het gebouw hoog noo- dig is, maar vraagt tevens of er zekerheid bestaat dat de aan te brengen verbetering zal opwegen tegen de banden waar aan de gemeente zich bij een verlengd huurkoniraktlegt. Nacene inlichting van den gemeente-sekretaris, voorzitter van het departement, deelt de voorzitter mede dat eene som van fl70c.\*tra aan die herstelling zal besteed worden; hij vertrouwt dat na die herstelling het gebouw en schoollokaal in geschikten toestand zullen zijn. De vergadering berust in de inwilliging van het verzoek. Ingevolge een voorstel van de kommissie van beheer over den rijweg van Middelburg en Vcere is besloten voort aan bij wijze van proefneming de tollen op dien weg te ver pachten in plaats van de tot dus ver gedane kollekte. De motieven voor dit besluit zijn de weinige kontiöle welke op de kollekte kan worden gehouden en de goede uitkomsten welke de verpachting bij andere wegen oplevert. Wordt mededeeling gedaan van een schrijven van de hee- ren Lintlo co., fabriekanten te Rotterdam en Delfshaven, waarbij zij vergunning verzoeken tot het leggen van eenige homlenle ellen trottoirs in deze gemeente. De prijs hiervan bedraagt f 250 per 100 vierk. el. De voorzitier stelt voor dit verzoek bij de behandeling der gemeentehegrooting voor 180-1 te bespreken, wanneer het zal moeten blijken of de aanleg van trottoirs in deze gemeente, met het oog op den toestand d r financiën, wenschelijk, en zoo ja, of die aanleg hier mogelijk is. Overeenkomstig dit voorstel is besloten deze zaak aan te houden. De voorzitter legt over degemeentebegrootiiig voor 18(54, welke aan de leden is rondgedeeld, in handen der financiële kommissie gesteld, ter inzage gelegd en algemeen verkrijg baar gesteld zal worden. Alsnu wordt op nieuw in omvraag gebragt het amende ment van den heer van Deinse betreffende de goedkeuring der rekening van den schuttersraad, hetwelk in de vorige zitting vvegcns het stakeD der stemmen onbeslist is gebleven. [Zie het verslag (lier zitting in het uoramer dezer courant van den '25 julij jl]Het amendement strekt om de reke ning thans goed te keuren, doch burgemeester en wethou ders uit te noodigen om met den koramandant der schutterij in overleg te treden en te verzoeken dat voortaan de uitga ven, thans onder het artikel vuur en licht en schrijfbehoef ten tot een bedrag van f250 voorkomende, op de begrooting mogen worden gesplitst. Dit amendement is aangenomen met 7 tegen fi stemmen. Tegen stemden de heeren van de Graft, SifHé, Fokker,Lantsheer, van Diggelen en Lambrecht- aen van Ritthem. De rekening zelve is daarop goedgekeurd met 10 tegen 3 stemmen. Tegen stemden de heeren van de Graft, Sifflé en Fokker. De openbare zitting wordt voor eenigen tijd geschorst en na ongeveer drie kwart uurs heropend. De voorzitter brengt namens de financiële kommissie rapport uit op a. De rekening van het bestuur der godshuizen over 1862, welke in orde is bevonden en ingevolge haar advies wordt goedgekeurd tot een bedrag vanbuitengewone ontvang sten f3,137,371-, gewone ontvangsten f50.S23,46, tezamen f53,960,831; gewone uitgaven f46,522,901. buitengewone uitgaven f2,939,631, oninvorderbaar f 2,293,351, nog in te vorderen f60,30, te zaaien f 51,816,191; alzoo een goed slot van f 2,144,64. b. De in de vorige zitting ingekomen missive van het burgerlijk armbestuur, houdende verzoek tot af-en over schrijving van eenige posten op zijne begrooting. De kom missie heeft met leedwezen gezien dat de post voor medicij nen aanmerkelijk is verhoogd, en hoe zeer die verhooging zeker het gevolg is van meerder verstrekte medicijnen wegens een grooter aantal zieken, heeft zij gemeend de aandacht van den raad daarop te moeten vestigen. Zij ver langt tevens dat öf eene speciale kommissie uit den raad worde benoemd öf aan burgemeester en wethouders de last worde opgedragen, om te onderzoeken welke maat regelen in het belang der armen zouden kunnen worden genomen, waardoor de verhooging van subsidiën zou kunnen worden voorkomen. Overigens adviseert zij tot goedkeu ring van het verzoek. De heer Lantsheer wil het door de financiële kommissie voorgestelde onderzoek opdragen aan burgemeester en wet houders in overleg met het armbestuur. De heer N. J. C. Snouck Hurgronje zegt niet te weten welk licht dit onder zoek door burgemeester en wethouders kan verspreiden. Hij zelf ziet in de verste verte geen schemering van iets dat tot bezuiniging zou kunnen leiden. De voorzitter meent dat een onderzoek in alle gevallen kan plaats hebben, ter wijl de heeren Lambrechtsen van Ritthem en Rekker het gevoelen van den heer Lantsheer ondersteunen. Alsnu wordt eerst in stemming gebragt het voorstel der kommissie tot goedkeuring van den staat van af-en over schrijving, hetwelk eenparig wordt goedgekeurd, en daarna het voorstel van den heer Lantsheer betreffende het ge- wenschte onderzoek, hetwelk wordt aangenomen met 12 steramen tegen 1, van den heer N. J. C. Snouck Hurgronje. c. De gemeenterekening over 1862 met daartoe betrek kelijke stukken en bescheiden, welke ter inzage heeft gele gen. De kommissie adviseert tot goedkeuring, daar de ontvangsten behoorlijk zijn verantwoord en de uitgaven door bewijzen gestaafd. Ingevolge dit advies is met alge meene stemmen (uitgezonderd van burgemeester en wet houders, die zich volgens art. 220 der gemeentewet huiten stemming moeten houden) besloten de rekening te arreste ren tot een bedrag van f 266,434,18 in ontvang, f 264,664,32 in uitgaaf, goed saldo f 1,769,86. Bij ieder dezer drie besluiten zijn de koncepten gelezen en goedgekeurd. Aan burgemeester en wethouders wordt magtiging ver leend tot de verpachting van landerijen en daarna de open bare zitting gesloten. BÜITËKLA1VD. Algemeen overzïgt. De redevoering, waarmede de keizer van Oostenrijk het vorsten-kongres te Frankfort heeft geopend, is thans bekend geworden. Daaruit blijkt dat het oostenrijks programma de instelling van een uitvoerend bondsbewind en een bonds raad bevat, voorts een huis van afgevaardigden en een huis van vorsten en eindelijk een bondsgevegtshof. Omtrent de zamenstelling dezer instellingen wordt evenwel geen licht verspreid. Dat het oostenrijksch programma voor verbe tering vatbaar is werd overigens door den keizer erkend, maar aan de vorsten tevens in overweging gegeven of het algemeen belang wel zou eischen dat de aanneming van dat programma, met het oog op zekere verbeteringen, nog werd uitgesteld. Keizer Frans Jozef drukte voorts zijn leedwezen uit over de omstandigheid dat de koning van Pruissen op het kon gres niet was vertegenwoordigd, waartoe de overweging had geleid dat het plan van Oostenrijk nog niet rijp genoeg was om in eene vergadering van vorsten te worden behandeld en eerst in eene konferentie van ministers had moeten be sproken worden. „De onvruchtbaarheid van onderhande lingen door tusschenpersonen aldus eindigde de oosten- rijksche keizer werd door mij aan zijne majesteit in herinuering gebragt; het is daarom ons, hier thans verga derd, ten pligt om door onze daden te bewijzen dat v ior ons de kwestie der herleving van den bond meer dan rijp en ter behandeling geschikt is en dat wij bepaaldelijk besloten hebben om de duitsche natie niet langer te berooven van de middelen, welke kunnen dienen om hare politieke ontwik keling te verzekeren. „Dat er dan weldra omtrent de verschillende onderdee- len overeenstemming moge heerschen, wegens de onbere kenbare belangrijkheid van het geheel.' Dat wij in allen opzigte met naauwlettendheid in het oog houden welke plaats, aan het inagtige Pruissen toekomt! Vertrouwen wij dat onder den bijstand der voorzienigheid het voorbeeld van onze overeenstemming een overwegenden invloed uit- oefene op alle duitsche harten. „In allen gevalle, zeer doorluchtige medeleden van den bond en vrienden, zal ik steeds de persoonlijke voldoening genieten van in een zoo belangrijk oogenblik als het tegen woordige het versterken der nationale banden te hebben voor oogen gehad, welke alle duitschers vereenigeneven zeer zal ik de voldoening genieten van pogingen te hebben aangewend om den bond, ten gevolge waarvan wij ééne vereenigde magt bezitten, te verheffen tot de hoogte zijner roeping, belangrijk zoo wel voor het heil van Duitschland als dat van Europa." Omtrent de poolsche kwestie valt heden wederom weinig te vermelden. De telegraaf brengt ons uit Warschau slechts eenige berigten van vijandelijke ontmoetingen, waarvan natuurlijk de uitslag, volgens deze russische mededeelingen, geheel ten voordeele der russen was, Intusschen bevat The morning post een artikel, waarin betoogd wordt dat een ongunstig antwoord van Rusland thans noodwendig de erkenning der polen als oorlogvoe rende partij ten gevolge zou moeten hebben. Uit deze steeds oorlogzuchtige stemming van dat engelsch dagblad leiden sommigen af dat de handelwijze der engel- sche regering in de poolsche kwestie niet overeenkomt met de gevoelens van lord Palmerston, waarvan The morning post, gelijk men weet, het orgaan is. De aanneming der mexikaansche kroon door den aarts. hertog Maximiliaan, bij voldoening aan de door hem gestelde voorwaarden, wordt niet meer twij leiachtig beschouwd, maar het blijft nog altijd de vraag of de maarschalk Forey met zijne troepen aan die nog vrij onbekende voorwaarden zal kunnen voldoen, en dit juist mag met eenigen grond worden, betwijfeld. Een dezer dagen verspreid gerucht dat de heer Dubois de Saligny zal worden teruggeroepen, wordt bevestigd. Ala zijn opvolger noemt men den lieerde Montholon, thans konsul-generaal van Frankrijk te New-York. Men beweert dat de reden dezer terugroeping moet gezocht worden in de omstandigheid dat hij als politieke raadsman van den maar schalk Forey de verantwoordelijke persoon is voor het berucht sequestratie-besluit, hetwelk te Mexiko, gelijk men weet, is uitgevaardigd geworden. België. Dingsdag zijn de vergaderingen van het algemeen kongres der katholieken te Mechelen aangevangen. De strekking daarvan is voornamelijk om door verschillende redenaars, op hooger of lager toon en met meer of minder welsprekendheid, te doen betoogen dat er buiten de kerk geen heil te vinden is en dat de wereld onder voogdij der geestelijkheid moet staan. Met eene plegtige mis werd het kongres geopend, waarop ten één uur de vergadering in de groote zaal van het seminarium, welke prachtig versierd was en waarin een groot portret van Pins IX was aange- bragt, werd geopend. Naauwelijks had de kardinaal-aarts bisschop van Mechelen de eerste zinsneden zijner redevoe ring uitgesproken of een gekraak deed zich hooren aan het einde der zaaler werden angstkreten gehoord en het geheel auditorium stond op om zich door een overhaaste vlugt voor brand of instorting gelijk men meende te beveiligen. Met eenige moeite werden de toehoorders tot eenige kalmte gebragt door de komtnissarissen, waarbij de lieer de ICerk- liove opstond en der verschrikte menigte toeriep „Ik noo dig u uit om verder niet bevreesd té zijn. Wij weten dat onze vijanden eene demonstratie wilden doen, maar wij moeten allen protesteren tegen dergenjke schandelijke, middelen Eene daverende toejuiching bewees dat inen niet bang was voor vijanden; de vijand die deze demon stratie had gedaan was trouwens slechts een balk der estrade welke eenigzins gekraakt had door het gewigt van liet aan tal personen, hetwelk daarop had plaats genomen. Toen derhalve de vergadering trots deze demonstratie weder tot de noodige kalmte was teruggekeerd, zette de redenaar, die aan het woord was, zijne redevoering voort, welke niet de meeste aandacht werd aangehoogd, éven als die van den president van het kongres,den heer de Gerlaehe. Woensdag zou de heer Decharaps eene rede uitspreken over het drieledig doel van het kongres, terwijl de heer de Montalembert den volgenden dag het beginsel „de vrije kerk in den vrijen staat" zou bespreken. Voorts zullen op dit kongres twee poolsche geestelijken den toe;:and der katholieken in Polen afschilderen en zal men ook den heer Schollaerten den kardinaal Wiseman hooren. Over de redevoering van den heer de Gerlaehe lag een zeer katholieken tint. Na te hebben verklaard dat het door de vergadering beoogde doel niet was om de gemoederen in spanning en onrust te brengen, maar veeleer om hen te doen bedaren, betoogde hij dat de katholieken geene politieke partij vormden. Letterlijk is deze stelling waar, maar onder katholieken verstond de redenaar de voorstanders der be ginselen, welke men de klerikale pleegt te noemen, „De katholieke rigting zoo ging de spreker voort is de rigting der belgische natie. Welk onderscheid bestaat niet tusschen deze en de staatkundige partijen, zij die beginse len noch geloof bezitten Haar doel is om aan het be.siuur te komen, en bij de bereiking van dit doel, betrekkingen, gunsten en eereambten onder hare aanhangers te verdeelen. De katholieken daarentegen is het onverschillig of de magt in handen is van dissidenten of vrije denkers, indien zij slechts hunne konstitutionele regten geëerbiedigd zien." Intusschen betoogde hij in een ander gedeelte zijner rede, dat de katholieken geen vrede konden hebben met eene protestantsche regering, daar men hen steeds als onderda nen van een vreemden vorst en als zamenzweerders tegen het nationaal bestuur pleegt te beschouwen. De wet op het lager onderwijs van 1842 en de klooster kwestie, maakten daarop het onderwerp zijner redevoering uit. Volgens den heer de Gerlaehe „had eene verdorvene maatschappij evenzeer kloosters noodig om te beletten dat zij in het socialisme wordt gestort, als eene barbaarsche maatschappij om haar eene schrede verder te brengen op den weg der beschaving. De tegenwoordige tijd is niet ongelijk aan het ongelukkig tijdvak toen eene geheele natie de gunst der Rede-godin omhelsde en eindigde met zich te krommen onder het zwaard van een man die meer den naam van held verdiende omdat hij de kerk in hare regten herstelde, dan omdat hij Europa aan zijne voeten bragt." Een der wonderlijkste gedeelten van deze toespraak was eindelijk nog de schildering van België s toestand in onze dagen. Volgens den heer de Gerlaehe waren er in België niet alleen, maar in de geheele wereld slechts twee partijen, en wel christenen en antichristenen. Aan de zijde van de partij der christenen of katholieken was alle geluk en wetenschap. Daar de antichristenen zich evenwel vereenigen, hebben zij ongelukkig tijdelijk de meerderheid verkregen, maar de katholieken moeten dit voorbeeld volgen en vooral ook de katholieke dagbladpers verbeteren. België had, volgens den spreker, geld genoeg om de verdediging des geloofs te be talen. Gedurende de redevoering van den heer de Gerlaehe gaf de vergadering teikenskrachtige teekenen van goedkeuring. De koning en de vorstelijke faraielje hebben maandag de feesten bijgewoond. De koning nam o. a. deel aan een. banket hem door de stad aangeboden eu vertjpk'des avonds weder naar Ostende.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1863 | | pagina 3