Men zegt dat dezer dagen algemeen verkrijgbaar zal weiden gesteld eene fotografische teekening van den kogel, wa»nnede de moordaanslag op den aartsbisschop van Utr ebt is beproefd, vergezeld van eene afbeelding der reg- erhand van den heelmeester Deckers, die den kogel heeft uitgesneden. Het aantal leden van gymnastie-vereenigingen, die aan het groote duitsche gyinnastiekfeest te Leipzig hebben deelgenomen, blijkt te zijn 21,S12 personen. Bij den groo- ten optogt telde men 513 banieren. BUITENLAND. Algemeen overzigt. Terwijl de poolsche en mexikaansche vraagstukken voor het oogenblik schuilen in de plooijen van den mantel der europesche diplomatie; terwijl de russische staatslieden een antwoord aan Europa bepeinzen en de aartshertog Maximi- liaan de aanneming van den mexikaanschen keizerstroon afhankelijk heeft gesteld van de uitspraak der leden van het oosten rij ksche vorstenhuis, die na afloop van het vor- stenkongres te Frankfort eene zamenkomst zullen houden, levert het oogenblik weinig meer op dan eenige beschou wingen der dagbladpers. Daaronder verdient vooral een betoog van het Journal des débats de aandacht, te meer daar dit dagblad omtrent de bedoelingen der oostenrijksche regering en daarom trent deelt bedoeld stuk iets mede gewoonlijk zeer goed blijkt ingelicht te zijn. Volgens het Journal desdébats dan, zou Oostenrijk weldra eene kombinatie voorstellen omtrent de poolsehe aangelegenheden, daarbij uitgaande van de stelling dat er tusschen Rusland en de westersche mogend heden in de poolsche kwestie omtrent het wezenlijke der zaak geen verschil bestaat, maar slechts de vorm, waarin de kwestie is gesteld en het bij beide partijen heerschende wan trouwen eene oplossing tot nog toe onmogelijk hebben geiiiu.ikt. Ware (lil wantrouwen weg genomen dan zou men eene belangrijke schrede hebben gedaan op den weg der oplos sing. De oostenrijksche regering meent dat dit doel op de volgende wijze zou kunnen bereikt worden, „Rusland en hier nemen wij het slot van de mededeeling uit Weenen van het Journal des de'bats over zou aan Frankrijk, Engeland en Oostenrijk eene nieuwe nota moeten zenden, waarin nogmaals bepaaldelijk verklaard werd dat het de zes punten aanneemt als grondslagen der nieuwe organisatie, welke het zich voorstelt aan zijn koningrijk Polen te geven; dat zijn besluit daaromtrent onherroepelijk vast staat en het ten uitvoer zal gebrngt worden, zoodra de opstand zal zijn onderdrukt en de mnteriële orde hersteld, of zelfs, zonder dit af te wachten, zoodra de regeringen van Frankrijk. En geland en Oostenrijk van hare zijde de verklaring zullen hebben afgelegd dat Rusland door de aanneming der zes punten en de toepassing der daaruit voortvloeiende maat regelen op volledige wijze hare verlangens zal hebben bevredigd en voldaan aan de regten der polen op de trakta ten gegrond, „Na deze voorloopige handelingen zou de russische regering terstond, in overeenstemming met de op zichgenomene ver- pligtiugen, Polen reovganiseren. Mogt overigens de interpre tatie van een of meer dezer zes punten tot moeijelijkheden aanleiding geven, dan zouden de vijf groote mogendheden zich onmiddellijk in eene konferentie moeten vereenigen om deze op te lossen, terwijl het geheel van uit dit alles voort vloeiende bepalingen aan ile onderteekenaaars der akte van het kongres van Weenen zou worden medegedeeld. „De staatslieden, in wier gedachten dit plan is opgeko men, zijn voorts overtuigd dat de opstandelingen dadelijk tot rust zouden wederke, ren als zij kennis zouden hebben verkregen van de bepaalde eindverklaringen der mogend heden." Het kan zijn dat al deze verwachtingen wat Rusland en de mogendheden betreft kunnen vervuld worden of echter deze laatste overtuiging der oostenrijksche regering met eenigen grond kan worden aangenomen, komt ons zeer twijfelachtig voor. L'indépendance beige spreekt heden het berigt van La France omtrent 15 augustus bepaald tegen en verzekert dat op Napoleons naamdag noch wapenschouwing, noch recep tie van het corps diplomatique zullen plaatshebben, terwijl alleen eenige weinige leden van dit laatste eene uitnooili- ging hebben ontvangen voor eene soiree te St. Cloud, welke op 14 augustus zal gegeven worden. La patrie, welk dag blad te (iien opzigte meer geloof verdient, berigt echter dat de officiële receptie op 15 augustus des morgens ten 11 ure zal plaats hebben. Mexiko. De president der mexikaansche republiek heeft het vol gend manifest gerigt aan de natie „San Luis de Potosi, lOjunij 1S63. „Mexikanen, ten gevolge van ernstige overwegingen om trent de verdediging des lands, heb ik bevolen dat ons leger de stad Mexiko zou ontruimen, het talrijk krijgsmateriëel met zich voerende, hetwelk wij aldaar hadden bijeengeza meld, terwijl ik gewild heb dat de stad San Luis de Potosi voorloopig de hoofdstad werd der republiek. Het eerste bevel is reeds ten uitvoer gebragt; aan het tweede zal wel dra voldaan zijn door de installatie der hooge regering in die stad, welke zoo veel hulpmiddelen bezit om den oorlog te blijven voeren tegen den vijand van ons uitgestrekt en geliefd vaderland. „Even als te Puebla deSarragoza hadden wij te Mexiko den aanval der fransche troepen kunnen weerstaan en slechts wijken voor de onverbiddelijke noodzakelijkheid. Het is echter beter dergelijke ongelukkige hoewel roemrijke toestanden te ontwijken en niet slechts te denken aan onze eer, als hadden wij omtrent ons krijgsgeluk gewanhoopt. „Is de vijand gelijk thans op een punt gekoncentreerd, dan zal hij zwak zijn op de overige puntenis de vijand overal verspreid, dan zal hij ook overal zwak wezen hij zal zich genoopt zien te erkennen dat de repuhliek niet besloten is tusschen de grenzen der steden Mexiko en Puebla de Sarragosa. Mij zal evenzeer genoodzaakt worden tot de erkentenis dat de geestdrift en energie, het gevoel van regt en kracht, de liefde tot onafhankelijkheid en demokratie, de edele verachting tegen den onregtvaardigen overweldi ger van ons vaderland, gevoelens zijn, waarvan geheel de mexikaansche natie doordrongen is, en dat die onderwor pene en zwijgende meerderheid, wier medewerking Napo leon III tot den goeden uitslag en de regtvaardiging van het grootste schelmstuk der negentiende eeuw verlangd heeft, slechts een droombeeld is, voorgespiegeld door een handvol verraders. „De franschen hebben zich bedrogen toen zij meenden de natie te kunnen overheerschen door het gekletter hunner wapenen, en hunne onvoorzigtige onderneming te kunnen volvoeren door de wetten der eer te schenden, even als zij zich meester waanden van Puebla en Sarragoza, toen zij het fort Saint-Janvier hadden bezet. Zij bedriegen zich nog evenzeer wanneerizij meenen het land te bezitten, terwijl zij naauwelijks beginnen in te zien welke uitgestrekte moeije lijkheden aan hunne dwaze expeditie verbonden zijn immers terwijl zij zoo veel tijd noodig hebben gehad, zoo veel moeite hebben gedaan, zoo veel levens hebben ten offer gebragt om eenig voordeel te behalen, terwijl zij ons de eer en (ie glorie lieten der talrijke gevechten van Puebla, wat kunnen zij dan wel verwachten als wij hun onze geheele natie ten leger en ons vaderland in zijne geheele uitgestrekt heid ten slagveld zullen tegenstellen Is Napoleon meester gebleven van Spanje, na Madrid te hebben ingenomen en vele andere steden van dat koningrijk te hebben bezet Is Napoleon meester gebleven van Rusland, nadat Moskou door hem bezet was? Zijn zijne veroveringstroepen niet verjaagd geworden Hebben wij ons zelve ook niet bevrijd van het spaansche juk „Gelooft mij, mijne landgenooten, uwe dapperheid, uwe vastberadenheid, uwe republikeinsche gevoelens, uwe krach tige eenheid ten gunste der regering, welke gij hebt gekozen om uw vertrouwen, uw bestuur en uwe roemrijke vlag te bezitten, zullen genoegzaam wezen om uwe onbillijke en trouwelcoze tegenstanders in het zand te doen bijten! Ver geet dan uwe oneenigheden. Stelt uwe partij-verlangens, te regt of ten onregte gekoesterd, terzijde, indien ge dien ten gevolge minder krachtig en winder vastberaden mogt zijn in de verdediging des lands. Dat wij ons vereenigen en geene enkele opoffering besparen om onze onafhankelijk heid en vrijheid te redden, belangrijke bezittingen, zonder welke alle overige vreugdeloos en schandelijk zijn. Ver eenigen en beschermen wij ons dan Vereenigen wij onsen ons zal te beurt vallen dat alle natiën den naam van Mexiko zullen zegenen en verheerlijken „BENITO JUAREZ." Rusland. In ons vorig nommer bespraken wij den toestand der gemoederen van de russische bevolking.Wij maakten daarbij melding van de eenheid in haat, welke de plaats van vroegere partijschappen vervangt en tegen Europa in het algemeen en de drie mogendheden in het bijzonder gerigt wordt. In verband hiermede en als een bewijs welken toon de russische dagbladpers in den laatsten tijd aanslaat, willen wij een artikel van een der te Moskou uitkomende belangrijkste dagbladen aanhalen, In den aanvang van dat artikel wordt de onaangename gewaarwording geschetst, welke de drie mogendheden moes ten ondervinden bij de ontvangst der depeches van prins Gortschakoff, welke zoo zeer de goedkeuring wegdroegen der russische natie. Op ironischen toon vraagt het russische dagblad of het ook niet bespottelijk is dat Rusland zich heeft durven vermeten om een krachtige en moedige taal te doen hooren, en de mogendheden heeft belet om zonder de minste opoffering Rusland te verdeelen, te ruïneren en te verzwakken. Een oorlog te voeren zegt verder dit arti kelwordt evenmin door Engeland als door Oostenrijk zeer wenschelijk geacht, terwijl Frankrijk daartoe in de onmogelijkheid is, daar zijne troepen in alle gedeelten der wereld verspreid zijn. „Intusschen trachten onze vijanden zoo luidt het slot van dit betoog eene vrees voor oorlog onder ons te onder houden, om ons aldus te nopen een steeds vermeerderend aantal personen aan vruchten afwerpende werkzaamheden te onttrekken, en reeds te voren onze financiën uit te putten door oorlogstaebereidselen van allerlei aard gelijk wapenin gen en fortifikatiënalles in het vooruitzigt van een oorlog, welks uitbarsting voortdurend door hen kan worden uit gesteld. „Ter zelfder tijd en met hetzelfde doelstelt men zich voor om aan de polen, opgestane onderdanen van onzen keizer, de hoedanigheid van oorlogvoerende partij toe te kennen, en daardoor zich zeiven in staat te stellen om hun oorlogs behoefte, munitie en allerlei hulp te verschaffen, hetgeen overigens thans toch reeds ten deele plaats heeft. „Onze vijanden bepalen zich echter niet slechts om ons tc beoorlogen zonder werkelijke krijgsoperatien en zonder zelve eenige werkelijke opoffering te doen. Zij willen ons ook nadeel toebrengen door onze natuurlijke en, gelijk wij meenen, getrouwe bondgenooten, door onze geloofsgenoo- ten en broeders van het zelfde menschenras. de serviërs. De mededeelingen uit Konstantinopel aan The times geven klaarblijkelijk te kennen dat de engelsche regering zich voorstelt om de troonen der regerende vorsten in Servië en Roumanië omver te werpen, hopende een gedeelte hunner onderdanen tegen hen te kunnen opzetten. Zij wil vervol gens de opstandelingen met al haren invloed ondersteunen. Mogt dit ten opzigte van een dezer vorsten plaats hebben het zou eene beleediging zijn aan de eer en waardigheid van Rusland toegebragt. Toch meenen niet alleen de westersche mogendheden, maar zelfs Oostenrijk dit straffeloos ons te kunnen aandoen. „Het is te wenschen dat deze onheilen zich niet mogen verwezenlijken en dat men van dergelijke plannen afstand doe. Mogt men echter werkelijk tegen Rusland dergelijke intriges smeden, dan zal Rusland, wanneer wij ons niet zeer bedriegen omtrent de kracht van ons nationaal gevoel en men zich (laarvan rekenschap geve, geene enkele van der gelijke kwetsende beleedigingen verdragen zij zal niet toe laten dat zijne vijanden het straffeloos zullen kunnen bespotten, zonder oponthoud in spanning brengen en uit putten, zonder van hunne zijde eenige opoffering te doen. „Wij waren volstrekt op geen oorlog \oorbereid, wij waren uitsluitend vervuld met werken des vredes en met onze binnenlandsche organisatie: de intriges onzer vijan den nopen ons echter het zwaard te trekken, honderd (luizende manschappen onder de wapenen te roepen en millioenen aan oorlogstoebereidselen uit te geven. Zij mogen echter vooraf bedenken dat zij ons dit alles duur zullen betalen en dat Rusland bij de eerste kwetsende beleediging, welke zij thans reeds opzoeken om ons aan te doen, zijne vijanden wel zal weten te vinden om hen tot open kampstrijd te dwingen. Zij kent het zwakke punt, waarop de westersche mogendheden te treffen zijn, zonder daarbij nog van Oostenrijk te spreken, hetwelk met zijn voortbestaan het gevaarlijk spel, dat zij spelen wel kan boeten. „Als wij ons wapenen, dan is het niet om ons nutteloos te ruïneven en allerlei beleedigingen te verduren. De poolsche opstand, gelijk de korrespondent van The times uit Kralcau te regt heeft doen opmerken, heeft tot nog toe een wezenlijk gunstig resultaat gehad voor Rusland. Die opstand heeft alle levende krachten van ons nationaal gevoel opgewekt en de vereeniging der russische natie met zijn soeverein krachtiger gemaakt. „De vernederende positie, waarin Engeland, Frankrijk en Oostenrijk ons willen plaatsen, zullen wij geenszins aan nemen, en men kan toch niet gelooven dat Rusland, na honderd duizenden zijner kindeven onder de wapenen te hebben, bij het zien van het vaderlandslievend enthusiasme van geheel het rijk, niet een einde tnake aan het schandelijk spel, hetwelk gespeeld wordt, streng rekenschap vrage en voldoening eische waar het de meeste zekerheid heeft die te erlangen." Frankrijk Bij de prijsuitdeeling in de Sorbonneis door den nieuwen minister van openbaar onderwijs eene redevoering uitge sproken, welke in vele opzigten de aandacht verdient. Wij ontleenen daaraan het volgende: „Ik zal u geen beloften doen. Wij kennen elkander daar toe reeds sedert te lang, maar ik zal u herhalen hetgeen wij zoo dikwijls te zamen hebben gezegd. Gij zijt het groote leger des vredes; uw werk is om onophoudelijk oorlog te voeren tegen alle gebreken, tegen onwetendheid, luiheid, en in een woord tegen de feilen van den geest zoo wel als tegen de verdorvenheden des harten. Terwijl gij den vijand met de eene hand bestrijdt, zaait gij met de andere hand in breede voren het graan, hetwelk een overvloedigen oogst zal opleveren. Onderwijs en opvoeding zijn voor u woor den van gelijke beteekenis. Scheidt ze nimmer van een, want het beteekent weinig op den kindschen leeftijd alleen te weten met den geest, terwijl toch Vauvenargues schreef dat alle grootsche denkbeelden uit het hart voortvloeijen. „Gij hebt geene raadgevingen noodig, inaar in onze pro vinciën zijn jongere leeraren van minder ondervinding, die toeluisteren, terwijl anderen de eerste schrede op den weg van onderwijs gaan doen. Tot deze zou ik zeggen Ver verheven boven talent, verstandsontwikkeling en weten schap, worde door u geplaatst hetgeen ieder in eigen magt heeft: de ambtelijke regtschapenheidstelt pogingen in het werk om het persoonlijk nadenken van het kind op te wekken en in hein de fijnste werkingen van verstand en hart te doen ontwaken. Zorgt vooral dat het geheugen in het denkvermogen overbrenge, wat het heeft opgenomen en geeft, om dit te weeg te brengen, beknopte leeringen, waarin de kiem van veel ligt opgesloten inultum non multa. „De hooggeachte Sorbonne moge mij de uitdrukking ver geven het hoofd onzer leerlingen is geen magazijn hetwelk tot boven toe moet gevuld worden, onder gevaar dat alles ineen storte; het is een grond waaruiteen talentvol leer meester vruchtbare bronnen moet doen ontspringen. „Laat de leerling daarom ook, mijne heeren, zich niet als verschansen in een gedeelte onzer studiën. Toen ik op uwe plaats was, gevoelde ik mij slechts gelukkig als mijn beste leerling in alles den eersten rang bekleedde. Het verstand is ondeelbaar: men moet het niet in twee of drie deelen hakken. Moge al verdeeling van arbeid in de fabriekwerk plaats een goed resultaat te weeg brengen, er vloeit niet uit voort dat deze ook op het lyceum moet worden toegepast. Om spoedig en goedkoop te kunnen leveren, legt de werk man daar zich toe om een bijzonder deel te beoefenen, zon der zich te verontrusten over den toestand der overige. Hier moet de geest in zijne geheele uitgestrektheid ontwik keld worden. Op deze voorwaarden alleen zult gij eene invloedrijke en zekere magt hebben tot stand gebragt, die, in welke betrekking ook gebruikt, tot volkomenheid en vooruitgang zal leiden. „Ook aan u, waarde leerlingen, heb ik eenige raadgevin gen te doen. Gij hoort beweren dat wij u te lang op het lyceum laten en wij u in drie of vier jaren alleskonden leeren, van het onderwijs waaraan wij thans zeven of acht jaren wijden. Ik heb zelfs nog meer voortvarende menschen gevonden, die mij aanboden u tot de noodige kennis van het latijn, het grieksch, de geschiedenis, de filosofie, de geometrie en de fysika te brengen, alles binnen den tijd van zes maanden. Laten echter eerst dergelijke behendige perso nen de menschelijke natuur veranderen, eene wijze van

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1863 | | pagina 2