geen gelijke regten als andere nederlamlers hebben. Het geldt hier niet eene muldeneeuwsche kantonale wetgeving, want in de bonds-konslitutie zehe is het beginsel van uit sluiting opgenomen. Het was hier een reciprociteits-trak- taat, waarbij Nederland zeer weinig belang had. Hij zal echter zijne stem daarvoor uitbrengen bijaldien de uunisU r bewijst dat hij vertoogen aan Zwitserland heeft gerigt, over de uitsluiting «Ier Israëlieten voor dat het traktaat gesloten is en men gewezen heeft op tie gevolgen van art.L Hij twijfelt echter daaraan, wanneer hij ziet dat de minister weigert de stukken betrekkelijk deze aangelegenheid aan de kamer over te leggen. Zoo hem echter met bleek van een tijilig protest zou hij tegen het wetsontwerp stemmen ouo te doen uitkomen dat de regering niet gehandeld heeft zoo als zij Lad moeten doen. De heer van Lijnden verklaarde insgelijks, dat naar zijne roeening de regering tijdig had moeten protesteren, want katoen en stearine kaarsen (heteenige voordeel dat Neder land bekwam) stonden bij hem achter gewetensvrijheid. De regering had óf geen traktaat moeten sluiten óf behoorlijke vertoogen tot de zwnsersche regering rigten. De heer van Goltsiein zeide dat behalve het reeds aangevoerde bezwaar, nog eene grief tegen het traktaat daarin gelegen was, dat het jnstrijd wa* met het bpginsel van vrijen handel, in onze wet- gevitiggehuldigd, waarvan niet afgeweken moest zijn,vooral als men'er op let, dat Zwitserland belang had het traktaat te sluiten, met het oog op den afzet an zijne prodnkten in Indië. Eren als met het traktaat met Portugal over Timor, dat verworpen werd, geldt het hier eene kwestie van gewetens vrijheid. De heer van Eek, gaf in de eerste plaats in over weging in het vervolg bij het sluiten van traktaten geene 2 talen te gebruiken, en betreurde de schrale toelichtingen van art. I van het traktaat juist daarom, omdat betwijfeld is of de regering tijdig vertoogen tot Zwitserland had gerigt over de uitsluiting der israëhten. De minister van buiten- landsche zaken betoogde, dat bij het sluiten van ivaktaten gewetensvrijheid niet als algemeene regel was aangenomen en dat vorige regeringen du beginsel niel hadden in het oog gehouden. Deze regering had niet tijdig geprotesteerd, maai de reden daarvan was, dat een vorig ministerie, dat dan toch ook den toestand in Zwitserland kende, de basis van het tegen woordige traktaat reeds had vastgesteld. Vertoo gen aan Zwitserland zouden niets gebaat hebben en andere goevernemenien hadden dit reeds vruchteloos beproefd. De heerHeeinskerk Az toonde aan dat met Mexiko,Texas, Guatunala en de Domimkaansche republiek traktaten ge sloten waren, waarbij de gewetensvrijheid der nederlanders gewaarborgd was. Deheeren Godefroi, van Goltstein en de ministi r voerden nogmaals het woord, waarna het wets ontwerp met lid tegen 17 stemmen wordt verworpen. Vóór stemden de lieeren Duilert, Bots, van Wintersho- ven, van Bosse, van Heukelora, Heemskerk Bz., Cool, Guljé, Virnly, de Bieberstein, Beens, van Kerkwijk, Mensonides, de Pooi ter, Blussé, van der Linden en van Loghem. Daarna is met 32 tegen 15 stemmen aangenomen het wetsontwerp tot goedkeuring van eenige artikelen der over eenkomst met Spanje toi wering van den nadruk. Met algemeene stemmen is eindelij k aangenomen het wets ontwerp tot goedkeuring van uilgaven wegens verstrekkin gen door het departement van oorlog, dienstjaar 18(13. iftll'lMLAAlD. Algemeen ovenigt. Volgens mededeelingen uit Koppenhagen zal de jeugdige koning van Griekenland, George 1, vroeger dan men ver wacht had naar zijn nieuw laderlanó vertrekken om de teugels van hei bewind in handen te nemen. Van regent schap schijnt evenwel geen sprake te zullen wezen en giaaf Sponneck zal den vorst nuar zijn koningrijk vergezellen zonder niet eenige officiële betrekking ie worden bekleed. Is er derhalve wat Griekenland betreft thans een einde ge komen aan de wisseling van diplomatieke notas, en mag men hier daden verwachten, de puolsche aangelegenheden, waarvan eene oplossing telkens moeijelijker wordt, blijven steeds het onderwerp van de overdenkingen der diplomatie. De berigten omtrent den oogenblikkelijken stand der on derhandelingen tusschen Oostenrijk, Frankrijken Engeland zijn daarbij vrij verward. Van de eene zijde meent men dat de notas der drie mogendheden, gewijzigd naar de tegen voorstellen van Oostenrijk, reeds naar hei russische hof zijn afgezonden, terwijl van eene andere zijde verzekerd wordt dal de toetreding van Engeland nog niet heeft plaats gehad en ook niet gemakkelijk zal verkregen worden. Rusland schijnt dan ook zoo veel mogelijk de onderhan delingen te vertragen om na verloop van het gunstige jaar getijde tegen den winter, als alle gewapende interventie der mogendheden onmogelijk is geworden, door eene verba zende krachtsontwikkeling den opstand te dempen. De russische regering berekent dat de koude de opstandelingen zal dwingen om de bosschen te verlaten en elders een toe- vlugtsooul te zoeken. Voorloopig worden de verdachte per sonen gefusilleerd of opgehangen en heeft de verbittering van beide partijen het toppunt bereikt, terwijl de strenge maatregelen der regering deze slechts zullen vermeerderen. Dit zal ook ontwijfelbaar het geval zijn in Pruissen. Moge men daar tot nog toe de aanhangers der vooruitgangs partij niet hebben opgehangen of doodgeschoten, de zedelijke dwangmaatregelen van koning Wilhelm, aan het fransche keizerrijk ontleend, beginnen aan de natie meer en meer onduldbaar toe ie schijnen. Terwijl liet huis van afgevaar digden met de oppositie kalm en bedaard maar on wrikbaar is begonnen, zijn thans reeds verschillende gemeenteraden door de Kieuz/.euung parlementen in duodecimo genoemd reeds gevolgd, en dat liet volk kan losbarsten in teu^el- looze woede, hebben de barrikaden van 18-L8 bewezen? Is eenmaal de stroom der revolutie losgebroken, dan zijn koninklijke beloften ij del en uoodeloos: in ieder geweer schot van de barrikaden gelost, dreunt dar. uit den mond van het redeloos geworden volk een „telaat!" in de ooren van den radeloos geworden soeverein. Is het gevaar voorbij dan schijnen de vorsten het verleden vergeten, en toch geiooven wij dat het spooksel vun voorheen in deze dagen nog wei eens door het brein zal warrelen van Pruissens koning. Het schijnt tot nog toe echter weinig uit werking te hebben gehad. De koningen in partibus infide- liurn, Utto van Griekenland en Frans II van Napels zijn overigens levende voorbeelden voor koning Wilhelm. Het land alwaar voorheen de wil van Frans II weinig minder dan wet was, zendt thans echter afgevaardigden naar het parlement te Turyn, alwaar vrije diskussie 's rijks belangen behartigt. Langzamerhand komt men in Italië dan ook meer tot eenheid en schijnen velen inet het ministerie overtuigd te zijn dat men in de eerste plaatst moet trachten te verbe teren wat men heeft, alvorens te sterk te haken naar het geen men wenscht. Sedert eenige dagen wijdt het italiaansche parlement zijne zittingen aan het bespreken van de binnen- en buiten- landsche politiek van het kabinet. Onder de heftige oppo- site-mannen tegen hei ministerie behoort natuurlek Ratazzi, en men moet het zijner menschelijke zwakheid niet al te euvel duiden dat hij eenigen wrok koestert tegen de man nen die hem zelveu op den rainisteriëlen zetel hebben ver vangen. Wij zonden beteer onhandig noemen dat men hem tot afgevaardigde heeft gekozen, daar wij toch zoo bijzon der ver niet behoeven te zoeken naar voorbeelden, welke ons zouden kunnen bewijzen dat een gevallen minister naar eene kamer afgevaardigd meestal opposant quand même is tegen zijne opvolgers. De heer Ratazzi heeft op dit alles geene uitzondering gemaakt en met heftigheid aan zijne opvolgers verweten dat zij niet krachtig genoeg hebben doorgetast m deromein- sche kwestie. De heer Minghetti heeft dezen uitval beant woord met te wijzen op den toestand waarin deze kwestie door het laatstvoorgaande ministerie aan zijne opvolgers was gelaten, waardoor men zich onthouden moest van initiatief te nemen. Het plan tot het sluiten eener konventie inet Frankrijk ter beteugeling der rooverijen in de provinciën, ontlokte evenzeer tegenspraak bij den heer Ratazzi, die beter geacht had dat er eene eenoudige overeenkomst ware gesloten tussclien de bevelhebbers der grenzen. In de zitting van gisteren betoogde de minister dat eene militaire konventie met Frankrijk hoogst nuttig zou zijn om de rooverijen tegen te gaan, iets waartoe Frankrijk ook zeer genegen scheen. In den loop der diskussiën verklaarde ove rigens nog de lieer Minghetti dat de fransche troepen zich in strijd met drie belangrijke beginselen te Rome bevonden. In de eerste plaats tegen de beginselen van 1789; inde tweede plaats tegen het beginsel van niet-interventie en eindelijk tegen dat der voltooijing van Italies eenheid, waar toe hei zelf zoo veel heeft bijgedragen. Gisteren is in de zitting van den bondsdag te Frankfort rapport uitgebragt in de kwestie met Denemarken, waarbij gekonkludeerd werd om deze mogendheid uit te noodigen de ordonantie van 30 maart in te trekken. De stemming over dit rapport, waartegen de deensche gezant geprotesteerd heeft, zal op 7 julij plaats hebben. Pruissen. „Het schijnt zoo verhaalt ons althans The times dat de indruk, veroorzaakt door de toespraak van den prins van Pruissen te Dantzig, even groot is geweest 'oij het hof als op het publiek. Het ministerie heeft zich vooral de zaak aangetrokken en den koning om bescherming verzocht tegen zijn revolutionairen zoon. Waartoe diende het dan ook om aan zes dagbladen te Berlijn waarschuwingen te rigten, 48 uren na de uitvaard.ging der ordonnantie, als een zoo hoog geplaatst persoon straffeloos dergelijke oproerige taal kon uiten? „De koning schijnt geheel eenstemmig met het minis terie te hebben gedachten zijn toorn tegen den kroonprins moet al zeer hevig zijn geweest. Hij was. even als zijn ko ninklijke voorzaat, koning Frederik Wilhelm, gereed om zijn zoon en erfgenaam wegens zijne beleeiligende woorden voor een krijgsraad te roepen. De prins was in koninklijke dienst terwijl hij, eene inspektie-reisdoende, niet geschroomd had de handelwijze van zijn soeverein te beoordeelen. „De minste voldoening, welke de kroonprins voor zoo zwaar eene beleediging geven kou, was het terugtrekken van de uitgesprokene woorden. Dit heeft de koning dan ook geëischt, daarbij de bedreiging voegende dat de prins bij eene weigering, van zijne betrekking en eereposten zou worden vervallen verklaard. De prins heeft in overeenstem ming met zijne gemalin, daarop, naar men verzekert, ten antwoord gegeven dat hij niets van zijne woorden kon terug trekken maar aanbood van zijne rang en waardigheden afstand te doen, met verzoek in dat geval om zich met zijne echtgenoote naar een oord te inogen begeven, alwaar hij niet kan verdacht worden zich in eenigopzigt in staatszaken te mengen." Als een bewijs hoe willekeurig de pruissische regering onder inspiratie van het goddelijk regt het waarschuwings systeem in toepassing brengt, zij het volgende gemeld. De waarschuwing aan de Westph. Zeitung was in deze bewoor dingen vervat: „Aangezieu in een politiek overzigt der Westph. Zeitung de pruissische konstitutie een meesterstuk wordt genoemd en dit blijkbaar in iromschen zin geschiedt. „Aangezien dit dagblad de geschiedenis van Karei X en der julij-revolutie heeft besproken waardoor aan do natie zonder omwegen de weg der omwenteling en dér'onge hoorzaamheid aan de wetten werd aangewezen enz." Frankrijk. Onder de dagbladen welke zich ten taak hebben gesteld om de keizerlijke regering in de personen van Napole'on, keizerin Eugenie en hunnen zoon te bewierooken en te vleijen bekleedt thans de Memorial diplomatique eene eerste plaats en streeft zij Le constitutionel nog voorbij. In een der laatste noinmers wordt de keizer voorgesteld als een soort van profeet. „De keizer zegt de Memorial diplomatique die de mexikaansche expeditie voorbereid en ontworpen heeft en door hem teregt een der meest grootscfie denkbeel den zijner regering wordt genoemd, heeft voortdurend van dag tot dag de verschillende incidenten nagegaan, welke zij opleverde en de per telegraaf aangebragte tijding der over gave van Puebla verwachtte hij ten stelligste met de pak ketboot van 14 junij. Kalm en vastberaden te midden der afkeuringen van deze zijde en der angs".vuiligheden van gene zijde, kon men uit de voortdurende helderheid zijner gedachten opmaken dat ginds, even als hier, alles stipt vol gens zijne bevelen werd volbragt. Getuige van den edelen moed onzer troepen te Solferino, weet hij dat de furia fran- cese meer bedwongen dan aangevuurd moet wordendiep getroffen en fier door den heldenmoed onzer manschappen, die hij op zijn bevel heeft zien vertrekken en vroeger onder eigen kommando heeft zien strijden, heeft hij zonder twijfel zich zeiven de belofte gedaan o,a spaarzaam te zijn met het bloed van hen, die zulke veelomvattende dingen kunnen verrigten." Zonder de verzekering van dit franseh dagblad zou zeker niemand gedacht hebben dat men bij de mexikaansche expeditie zoo spaarzaam met het bloed der soldaten was, evenmin als inen zou meenen dat Napoleon III voor de aan komst der mededeeling van Puebla's overgave zoo onver stoorbaar kalm is geweest. Wat het eerste betreft zoo behoeft men zich slechts te herinneren, dat het fransche expeditieleger in den aanvang bestond uit 35,000 man. Verschillende transportschepen hebben sedert het begin der expeditie meer dan 20.UU0 man versterking aangevoerd. Thans is het officiële cijfer der troe pen 2fi,0U0 man. De generaal Forey behoeft nu slechts ter sehole tegaan bij den minister Fould.om door l'art degrouper les chitt'res aan de fransche natie voor te rekenen dat het ver lies aan zoo vele «luizende manschappen slechtsschijnbaaris. Mogt bij geval keizer Napoleon sterfelijk wezen men weet dat een franseh advokaat, in zijn pleidooi van de ster felijkheid des keizers gewag makende, door den voorzitter van dat regterlijk kollegie tot de orde werd geroepen dan bezit Frankrijk in den keizerlijken prins een troonopvolger die reeds nu voor de toekomst zoo veel belooft. Zie hier zijn portret door de Memorial diplomatique geschetst: „De keizerlijke prins geniet de genoegens van het buiten leven slechts schaars. Bij zijne korte uitspanningen is hij steeds vergezeld van zijn jeugdigen vriend, den zoon van doctor Conneau.den lijfarts des keizers. Zijn onderwijzers houden hem bijna gedurende den geheelen dag bezig. Wandelt hij, dan houdt hij meestal gelijk zijn oudoom de handen op den rug. Met bevallighoid groet hij de dames die bij ontmoet, en met beleefdheid de lieeren de officieren groet hij op militaire wijze." Gelukkig Frankrijk, hetwelk een troonopvolger bezit die reeds zoo veel gelokt op den grooten Napoleon dat hij de handen even als deze meestal op den rug houdt! Met de laatste pakkei boot van Vera Cruz zijn de rap porten van den generaal Forey aangekomen. Deze loopen evenwel slechts tot 3 mei en bevatten derhalve geen verhaal van de krijgsoperatiën, meer bepaaldelijk met de overgave van Puebla in verband staande. Merkwaardig is de vei kla ring door den generaal Forey gegeven, dat de hardnekkige verdediging der vesting aan de europesclie demagogie te wij ten is, omtrent welke bewering Le temps doet opmerken dat prins Gortscliakoff aan die zelfde demagogie den poolschen opstand wijt. Terwijl nu toch de europesclie demagogie niet overal te gelijk kan zijn vloeit daaruit voort dat prins Gort- schalcoffongelijk heeft als generaal Forey's meenmg juist is. Overigens bevatten deze rapporten niets belangrijks; uit vroegere inededeelingen hebben onze lezers reeds gezien op welke wijze elk huis tot eene vesting was gemaakt, en hoe- vele bezwaren dergelijke barrikade-gevechten voor de fran- scne troepen opleverden. Bijzondere voorvallen komen in deze rapporten niet voor. De inneming van Puebla heeft ten gevolge gehad dat de aftreding van den maarschalk Randon als minister van oorlog nog eenigen tijd zal worden verschoven. Zjue ver vanging door den maarschalk Niel wordt echter algemeen te gemoet gezien, terwijl de heer Persigny tot minister van staat zou worden verheven in de plaats van den graaf Wa- levvski, die tot goeverneur van den keizerlijken prins zou worden benoemd. La patrie bevat een artikel van den heer Dalamarre, waarin de verschillende gruweldaden der russische troepen in Polen worden besproken. De strekking van het stuk is verder ten betooge dat van de diplomatie ten gunste van Polen niets te verwachten is en Frankrijk met de andere mogendheden op krachtiger wijze tie onafhankelijkheid der polen tol stand moet brengen. Te Bordeaux hebben ongeregeldheden plaats gehad, waartoe de aanleg van een ijzeren weg van de haven naar het spoorweg-station aanleiding heeft gegeven. De voer lieden zagen hierin eene benadeeling hunner belangen en wilden bet vertrek van een trein beletten. Eene botsing tusschen deze voerlieden en de troepen was daarvan het gevolg, waarbij een soldaat en eenige voerlieden gewond werden. Twaalf personen werden gearresteerd. MEXGE LIX ftrJEX Een blik op Puebla. De avontuurlijke fransche expeditie naar Mexiko waarvan het eigenlijk doel gelijk meer het geval is met napoleon tische ondernemingen tot nog toe in het duister ligt, heeft de tropische mexikaansche landstreken met hare weelderige

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1863 | | pagina 3