oesters uitdien put in Duitsehland steeds het meest gezocht
waren. Later heeft die zelfde man zich beklaagd over de
slechte oesters van den heer van Imschoot en zijne verwonde
ring betuigd dat er zich niemand opdeed die genegen was om
den put in goeden staat te brengen en daarmede zijn voor
deel te doen.
Het bevreemdt den heer Uyttenhooven dat de inforraatiën
van den heer Pot zoo zeer met de zijne verschillen; de tijd
zal echter leeren wie gelijk heeft. Hij meent evenwel de
waarheidsliefde te mogen betwijfelen van den handelaar te
Wezel, want ware die lof van den oesterput te Vlissingen niet
overdreven, dan zou die man wel alle pogingen hebben aan
gewend om zelf of door een agent in het bezit van dien put te
komen. Het spreekwoord, dat ieder de bruid hebben wil wan
neer zij aan den man is, is ook hier van toepassing, want het
valt toch te betwijfelen of, zoo eens tot eene openbare
verpachting werd overgegaan, er zich werkelijk pachters zou
den aanmelden.
De heer van Uije Pieterse betoogt nog, dat het onregtvaar-
dig is den oesterput onderhandsch te verpachten,en dit te doen
aaneen vreemdeling, terwijl een ingezeten zich reeds als open
haar pachter heeft aangemeld. Niet dat hij hiermede bedoelt
dat men vreemdelingen in het algemeen moet achterstellen,
maar men mag hun niet de voorkeur boven ingezetenen geven.
Hij dringt nogmaals op eene openbare verpachting aan.
Nadat de voorzitter heeft te kennen geget en dat hij het ge
voelen van den heer van Uije Pieterse zoudeelen, zoo er sprake
van eene openbare verpachting zijn kon. hetgeen echter thans
niet het geval is, en de heer Schmidt heeft herinnerd dat het
advies der kommissie geene vrijwillige daad maar het gevolg
is van het ingekomen voorstel, worden de beraadslagingen
gesloten. Het voorstel der kommissie wordt daarop in omvraag
gebragt, waarbij de heeren Winkelman, Schmidt, Wels. Uyt
tenhooven, van der Hijden, Callenfels en Ruysch zich vóór en
<le overige zeven tegenwoordige leden zich daar tegen verkla
ren. Daar de stemmen alzoo staken is de beslissing tot de vol
gende vergadering aangehouden.
Achtereenvolgens zijn goedgekeurd
a. het overgelegd proces-verhaal van verhuring van twee
derde gedeelten van de oude vischmarkt. voor eene som van f9S;
b. het proces-verbaal van aanbesteding van den bouw eener
steenkolenloods bij de gasfabriek, zijnde de minste inschrij
ver de heer A. Wdlemse, te Oost-Souburg, voor eene som
van f4052,16;
c. een verzoek van dedirektie der teekenschool tot beschik
king over de onvoorziene uitgaven op hunne begrooting over
186-2;
d. het bij de leden rondgezonden voorstel tot het doen van
af- en overschrijvingen op de gemeentcbegrooting voor 186-2
e. een verzoek der kommissie over de gasfabriek om magti-
ging tot uitbetaling der kosten van aanleg der gasleiding in
de Groote kerk en in de kaserne.
Daar die kosten voor de kaserne ten laste der gemeente
komen, vraagt de heer Hector bij dit laatste punt of het wel
wenschelijk is dien aanleg te doen en of de gemeente daar
door niet meer nadeel lijden zal dan de levering van de gas
voordeel oplevert. -- De voorzitter antwoordt dat de kom
missie, die de voordragt doet, de zaak wel zal hebben overwo
gen. Daarna is de zitting gesloten.
Gemeenteraad van ïlerikzee.
Avondzitting van 15 mei.
Voorzitter de heer Cau. Afwezig de heeren Ochtman en
van der Grijp wegens ongesteldheid, van der Lek de Clercq
en Keller, die later binnentreedt.
De notulen der vorige vergadering worden gelezen en
goedgekeurd.
Wordt medegedeeld eene missive van gedeputeerde staten
begeleidende het goedgekeurd kohier der hondenbelasting
voor 1863 en eene berigtende de ontvangst van het afschrift
van het raadsbesluit tot wijziging van het reglement van poli-
cie voor de haven. Beide missives zijn voor kennisgeving
aangenomen.
Komt ter tafel een verzoekschrift van A. Verdoorn, om als
tweede beurtschipper tusschen Zierikzee en Middelburg te
worden aangesteld. De burgemeester geeft te kennen dat art.
1 van het reglement van dit bsurtveer één schipper bepaalt,
zoo dat het bestuur van Middelburg zou moeten geraadpleegd
worden indien de raad genegen ware, o n aan het verzoek te
voldoen. Het bestuur van Middelburg heeft echter vroeger in
een schrijven aan burgemeester en wethouders van Zienkzee
verklaard dat het een tweede beurtschipper onnoodig acht.
Hij stelt mitsdien namens burgemeester en wethouders voor
oin te worden gemagtigd aan het bestuur van Middelburg
kennis te geven.dat dezerzijds voor alsnog geen termen aanwe
zig zijn om opliet vroeger besluit van slechts één beurtschipper
aan te stellen, terug te komen. Dien overeenkomstig wordt
besloten, met bepaling dat, alvorens op het adres te beschik
ken, het besluit van Middelburg te dier zake zal worden afge
wacht.
In handen der heeren Fokker, Goemans en Moloch Hou
wer worden gesteld de rekeningen van het roorasch katholiek
armbestuur, van kommissarissen van den straatweg naar
Brouwershaven en van het hannoniegezelschap Kunst en eer
over 1862, en een verzoek van het laatstgenoemde om ver
hooging der toelage. Voorts in handen van de heeren Fok
ker, Landsknegt en van der Vliet de gewijzigde begrooting
over 1802 en de begrooting voor 1863 van het burgerweeshuis.
De voorzitter deelt namens burgemeester en wethouders
mede dat zekere jufvrouw voor eigen rekening eene school
voor nuttige handwerken voor meisjes wil oprigten indien
zij door de gemeente wordt gesubsidiëerd. Hij stelt voor aan
die onderwijzeres, zijnde mej. J. P. Phaff, tot dat doel eene
subsidie van f 50 voor e'én jaar, bij wijze van proef, uit de ge
meentekas te verstrekken, onder bepaling, dat het schoollo
kaal en het getal der toe te laten kinderen ter beoordeeling zij
van en het schoolgeld worde geregeld in overleg met burge
meester en wethouders, en dat de schooluren in dier voege
worden ingerigt dat de leerlingen barer school ook de andere
scholen van openbaar lager onderwijs kunnen bezoeken. Al
dus is besloten.
In behandeling komt een voorstel van burgemeester en wet
houders tot het verstrekken van een aandeel in de gelden
noodig tot het maken en onderhouden van eenige kunstwe
gen in den polder Schouwen,volgens daarvan opgemaakt plan,
hetwelk door den voorzitter wordt toegelicht.
De heeren de Crane en van Dongen zijn van meening dat
het bedrag van het aandeel dezer gemeente te hoog is en niet
in verhouding staat tot dat der andere gemeenten.
De voorzitter, benevens de heeren Fokker en de de Jonge,
wederleggen die bewering, waarna overeenkomstig het voor
stel van burgemeester en wethouders wordt besloten. Wei
nige oogenbhkken vóór het nemen van dit besluit komt de
heer Keiler ter vergadering.
De voorzitter deelt namens burgemeester en wethouders
mede dat de kommissie voor de gasfabriek en straatverlich
ting eene vermindering van den prijs van het gas heeft voor
gedragen en wel 2 cent per kuh. el, te rekenen van 1 julij e. k.
en mitseien den prijs op 16 cent per kub. el te brengen. Hij
stelt namens burgemeester en wethouders voor daartoe te be
sluiten omdat het gebruik van petroleum toeneemt, op grond
waarvan reeds elders de prijs van het gas is verminderd, en
ook omdat die vermindering zonder bezwaar kan plaats heb
ben als men op de gunstige financiële uitkomsten van het
afgeloopen jaar let. Aldus is besloten, zoo dat art. 8 der
voorwaarden voor het gebruik van gas door partikuliereu
dienovereenkomstig wordt gewijzigd. De heer de Crane
had vóór het nemen van dit besluit zijn wensch te kennen ge
geven, dat de prijs nog meer werd verminderd.
De heer de Jonge rapporteert namens de kommissie ad hoe
omtrent de gewijzigde begrooting van het burgerlijk armbe
stuur over 1862, met advies tot goedkeuring. Dienovereen
komstig is besloten en wordt liet subsidie met f 1209,96 ver
hoogd, behoudens goedkeuring van gedeputeerde staten.
Voorts wordt besloten tot het doen van eenige af- en over
schrijvingen op de gemeentebegrooting van 1S62, als een
gevolg van genoemd besluit, waarop de goedkeuring van
gedeputeerde staten zal worden gevraagd.
Namens de kommissie ad hoe brengt de beer Goemans ver
slag uit op het voorstel der plaatselijke schoolkommissie tot
wijziging van art. 10 van het plaatselijk regiement op het
openbaar lager onderwijs, strekkende tot niet goedkeuring
van de wijziging door de schoolkommissie voorgesteld, maai
den wensch bevattende dat de leeftijd der toelating op 5 jaar
en 9 maanden bepaald worde.
De heer Fokker stelt voor. het voorstel van de schoolkom
missie dus te wijzigen dat in plaats van de woorden „vijf en
een halfjaar", worde gelezen„vijfjaar en negen maanden".
Noch het voorstel der kommissie ad hoe, noch het voorstel
van den heer Fokker, noch dat der plaatselijke schoolkom
missie wordt aangenomen, zoo dat art. 1(J geene wijziging
ondergaat.
Tot leden der kommissie voor de zaken der schutterij wor
den benoemd de heeren Goemans en Landsknegt en tot
plaatsvervangers de heeren van der Vliet en de Crane.
Uiteen door de distrikts-kommissie voorgedragen dubbel
tal, bestaande uit de heeren C. J.Kijn en R. Koole, wordt als
lid der kommissie voor het fonds ter aanmoediging en onder
steuning van degewapende dienst benoemd deheerC. J.Kijn,
en zulks ter vervanging van den heer J.P.van Borrendara, die
op zijn verzoek eervol is ontslagen.
Hierop gaat de zitting in eene met gesloten deuren over.
Na de heropening komt in behandeling een adres van C.
Chivat, houdende kennisgeving dat hij bij burgemeester en
weihouders, wegens zijn hoogen ouderdom, eervol ontslag als
gemeentebode heeft aangevraagd en verzoek om, wegens het
geringe bedrag (ongeveer f 133 'sjaars) dat hij als pensioen
zal genieten, eene toelage uit de gemeentekas te ontvangen.
Namens burgemeester en wethouders ondersteunt de voor
zitter dit verzoek, op grond vau den hoogen oudenlom en den
langdurigen diensttijd van den adressant. Overeenkomstig
het voorstel van burgemeester en wethouders besluit de raad
aan den adressant voor den tijd van één jaar eene toelage uit
de gemeentekas toe te kennen van f 150 boven zijn pensioen,
ingaande op den dag van zijn ontslag.
Naar aanleiding van een voorstel van burgemeester en wet
houders wordt besloten deze te magtigeu tot verkoop van
water uit den regenbak van het raadhuis en den prijs te bepa
len zoodanig als zij zullen geraden oordeelen. De heer
van Dongen merkt op, dat die regenbak niet ten dienste van
den koncierge behoort te zijn indien hij daaraan geene be
hoefte heeft. De voorzitter geeft de verzekering dat hierop
zal worden gelet. Hierna wordt de vergadering gesloten.
lUUMLAXP.
Algemeen overzigt.
Ondanks alle verzekeringen der engelsche regering dat de
zwarigheden, welke voor de aanneming der grieksche kroon
door prins Wilhelm van Denemarken bestonden, weldra uit
den weg zouden geruimd zijn, is de kwestie nog niet opgelost.
De deputatie welke zich steeds te Küppenhage bevindt wordt
zeer ongeduldig over de besluiteloosheid van de deensche
dynastie en men verzekert dat een termijn zal worden gesteld,
binnen welken het antwoord moet gegeven zijn. Intusschen
schijnen er te Athene tooneelen voor te vallen, waaruit blijkt
dat de treurigste anarchie in de grie.ksche hoofdstad troont,
eu de troepen straffeloos allerlei ongfeVegelilhedeti en gruwe
len bedrijven, waarvan de burgerij het slagtoffer is.
Volgens berigten uit Koustantinopël is ook Turkije toege
treden tot het voorstel der fransche regering om van zijne
adhesie te doen blijken bij het russische hof ten opzigie der
diplomatieke stappen, welke ten gunste van Polen door de
drie mogendheden gedaan zijn. Wat de verdere handelingen
van deze mogendheden zelve zullen zijn,ligt nog geheel in het
duister. Het gerucht dat eeu der mogendheden aan Rusland
het voorstel wilde doen om gedurende een jaar een wapen
stilstand te sluiten met de opstandelingen waardoor der
halve Rusland aan de polen de hoedanigheid van oorlogvoe
rende partij zoude toekennen is thans als vrij ongerijmd
weder op den achtergrond getreden. De fransche verkiezin
gen zullen waarschijnlijk thans meer de aandacht van Napo-
leon bezig houden dan het heil van Polen, zoo dat men vóór
den afloop van gene, weinige doortastende maatregelen kan
verwachten.
Het pruissisch huis van afgevaardigden heeft eer. besluit
genomen in het belangrijk incident door ons uitvoerig mede
gedeeld. Met 295 stemmen tegen 20 is het rapport der kom
missie aangenomen, terwijl aan de ministers, volgens art. 40
der konstitutie, een formeel verzoek is gerigt om «le zittingen
bij te wonen. Het rapport der kommissie luidt aldus
„Het huis van afgevaardigden verklaart: 1. dat de voorzit
ter, krachtens het regt, hetwelk hij alleen bezit om de diskus-
sieu te leiden en de orde te handhaven (art. 78 der konstitutie
en II van het reglement), de bevoegdheid heeft om eiken
spreker en ook den vertegenwoordiger der regering in de rede
te vallen 2. dat het konsütutioneel regt der ministersom ten
allen tijde te worden gehoord door dergelijk in de rede vallen
niet geschonden wordt; 3. dat het in tegendeel aanmatiging
is der ministers om hunne tegenwoordigheid ter zitting
afhankelijk te stellen van willekeurige en tnet schending der
konstitutie gestelde voorwaarden; 4. dat het huis derhalve
geene aanleiding vindt om zich op het standpunt te plaatsen
in den brief van het ministerie op 11 der loopende maand
aangenomen."
Mededeehngen uit New-York van 5 en 6 mei bevatten het
berigt van eene reeks van ontmoetingen tusschen de gefede-
reerden en gekonfedereerden onder de generaals Hooker en
Lee. De overwinning was daarbij nu eens aan deze zijde, dan
weder aan gene; men verwachtte weldra een beslissenden
veldslag.
9Ic'.iko.
Wij kennen thans de rapporten van den generaal Forey
omtrent de belegering van Puebla. Daaruit blijkt dat de strijd
aller moorddadigst is geweest en de mexikanen zich heldhaftig
.hebben verdedigd. Daar de regeringsberigten de meerderheid
der mexikaansche natie steeds voorsielden als gunstig gezind
voor de fransche interventie, moest het ieder vrij duidelijk
wezen dat dergelijke schitterende verdediging inet deze be
wering in strijd was. Men heeft deze omstandigliedeid dan
ook trachten voor te stellen als ware zij toe le schrijven aan
het groot aantal spaansche en engelsche soldaten, die uit het
leger dei' Spanjaarden en engelschen aldaar vroeger gedeser
teerd waren, alsmede aan de veleamerikaansche manschappen
waaruit de bez.-tting van Puebla bestaat. Het zal echter wel
geen betoog behoeven dat hun aantal niet zoo groot kan zijn
om als de oorzaak te kunnen beschouwd worden der held
haftige verdediging van de mexikaansche vesting. Naar onze
meening blijven steeds de gebeurtenissen in Mexiko de bewe
ring van een engelsch parlementslid bevestigen. Hij toch ver-
laarde dat zekerlijk het gebied van Juarez door bloedige
burgertwisten van een werd gescheurd, maar dat niets voor
den president der republiek geschikter kon geacht worden
om zijn oppergezag te handhaven dan eene gewapende inter-
veutie van een of meer europesche mogendheden. Dan zou
den alle partijtwisten vergeten worden en was het te voor
spellen dat de echt amerikaansche-moxikaansche natie, wars
van alle vreemde inmenging der europeanen, zich als een en
kel man om den standaard van Juarez zoude scharen om het
vaderlaud tot allen prijs tegen de vreemde indringers te ver
dedigen.
Men ziet dat deze profetische stem in het engelsch parle
ment waarheid heeft gesproken. Engeland en Spanje hebben
zich nog bij tijds uit uegevaarlijke expeditie teruggetrokken
Frankrijk alleen oogst luttel eer ten koste van stroomen bloeds
bij de puinhoopen van Puebla.
Volgens La inessager franco-americain waren de fransche
troepen op 0 april tot oj> Plaza de Armas, midden in de stad
doorgedrongeu, doch op den volgendeu dag na een bloedig
gevecht door de mexikatieu teruggeslagen tot bij Cholula.
liet dagblad National guard van Mataiuoras stelt deze
nederlaag der fransche troepen op 27 april eu voegt er bij dat
de vijand ingeruimen tijd met zijne belegeringswerken niet
zal kunnen voortgaan. Bijzondere mededeelingcn stellen het
verlies der fransehen hij die gelegenheid op GD stukken ge
schut en 8000 man.
Ofselioon dit berigt eener nederlaag ver van geloofwaardig
schijnt, is het echter niet geheel ongerijmd, daar men onder
stellen kan dat, zoo de vesting door den generaal Forey ware
ingenomen, het berigt daarvan reedsin Frankrijk zou zijn aan-
gebragt.
Frankrijk.
De verkiezingsstrijd in Frankrijk brengt telken dage hel
derder aan het licht dat het eerste vereischte der regering,
welke men steeds voorstelt als door de volkskeuze tot stand
gebragt en noodwendig vertrouwen moet blij ven stellen in
dat volk waaraan zij haar ontstaan verschuldigd is, uit het oog
wordt verloren. Zelfs neemt het fransch goevernemeut den
schijn niet meer aan gelijk vroeger van dat vertrouwen te
bezitten en de slagen zijner ijzeren hand vallen loodzwaar op
alle oppositie neder, zonder dat het de moeite neemt om de
Üuweelen handschoen aan te trekken. Die ijzeren hand heeft
thans zelfs het dagblad van den heer de Laguéronnière niet
gespaard en La FraoeeThévait aan het hoofd barer kolommen
eene eerste waarsahitfy'ing. Als reden hiervoor wordt opge
geven dat dit dij^jïad „den schijn aannemende van de ge
heime gedachte ifev-xegering te kenneu, zich dagelijks en met
name in het hierboven bedoeld artikel (en pligc heeft gesteld
hare politiek ten opzigte der verkiezingen geheel verkeerd
voor te stellen en daaraan eene andere beteekenis te geven,
zoo dat de publieke opinie opeen dwaalspoor wordt gebragt."
Het dagblad La France laat deze waarschuwing van de
volgende regelen vergezeld gaau, waardoor het zich welligt