MIDDELBURGSCHE COURANT. C^W5,-VS'v r 39. Dingsdag 1863. 31 Maart. COliS Editie van maandag avond 8 are. KENMSGETIAG' De commissaris deskonings in de provincie Zeeland, Gelet op art. II der wet van den 13 junij 1857 (Staatsblad no. 87). Maakt bekend, dat volgens het daartoe door heeren gede puteerde staten genomen besluit van den 27 dezer, no. 94 1. Dejagtop houtsnippen en waterwild op den 10 april van dit jaar zal gesloten zijn 2. het weispel van kwartelen alleen van den 1 mei tot en met den 15 julij dezes jaars zal geoorloofd zijn 3. de visscherij van den 10 april tot en met den 10 mei 1863 zal gesloten wezen, en eindelijk 4. dat gedurende den gesloten vischtijd, het visschen van paling, doch alleen metaalkorven van wisschen ofteenen ge vlochten, zal mogen plaats hebben. Deze kennisgeving zal in bet Provinciaal blad geplaatst, en zullen afdrukken in plano aan de gemeentebesturen ter aan plakking gezonden worden. Middelburg, den 2S maart 1863. De commissaris des konmgs voornoemd, R. W. VAN LIJNDEN. BIMENLAN1». Middelburg 30 maart. Zoo als reeds zaturdag aan de geabonneerden op ons Bul letin is medegedeeld,is de tweede kamer in den namiddag van dien dag, na eene zeer langdurige zitting, tot nadere bijeen roeping gescheiden. In die zitting werden in de eerste plaats langdurige beraad slagingen gevoerd over het wetsontwerp tot toekenning eener subsidie van f 1,420,000 aan de Ilollandsche ijzeren spoor weg-maatschappij. Dat wetsontwerp werd ten slotte ingetrok ken, nadat art. 1 met 35 tegen 20 stemmen was verworpen. Vóór stemden de heeren Poortman, van der Linden, Bots, Hoynck van Papendrecht. van Loghem, Dullert, Heemskerk Bz., Cornelis, Kingsma, Blussé, Zijlker, van Heukelom/de Meester, de Bieberstein. Blom, Viruly Vei brugge, Idzerda, Hugenholtz, Kien en van Kerkwijk. Vervolgens werden met algemeene stemmen aangenomen de wetson:werpen 1. Tot wijziging der bepalingen op het buitenlandseh gedistilleerd2. Tot goedkeuring eener schik king tot wijziging van art. 10 van liet traktaat van handel en scheepvaart met Frankrijk 3. Tot verhooging van hoofdstuk VII der staatsbegrooting voor IS62 (roomsch katholieke eere- dienst) en 4. Tot voorziening van door de algemeene reken kamer afgewezen vorderingen. Alleen over het eerstgenoemde dezer wetsontwerpen had eene eenigzins uitvoerige diskussie plaats. Door plaatsgebrek worden wij genoodzaakt de verslagen der zittingen van de laatste dagen tot een volgend nommer te laten liggen. Men verneemt thans, dat HH. MM. de koning en de koningin op 14 april e. k. te Amsterdam zuil enaankomen om eenige dagen aldaar door te brengen. Jl. woensdag vergaderden de leden der plaatselijke kom missie voor het nationaal gedenkteeken voor 1S13 te Utrecht, op uitnoodiging van Z. K. H. prins Frederik daartoe bijeengeroepen door den kommissaris des konings in die pro vincie, als voorzitter, die de tegenwoordig zijnde leden ver zocht, zich door de benoeming van een bestuur te konstitu- eren. Dit verzoek ontmoette echter reeds dadelijk tegenkan ting. Vooreerst protesteerde de heer Taets van Amerongen schriftelijk met eenige andere heeren tegen de zamenstelling der hoofdkommissie, waarin mannen worden aangetroffen die men niet nationaal kan noemen, zoo dat de hoofdkoramissie op eene andere wijze dient zamengesteld te worden. Profes sor Vreede verlangde dat, alvorens de plaatselijke kommissie in Werking trede, de hoofdkommissie zou worden aangevuld niet mannen voor wie Nederland achting en eerbied koestert. De heer van Lier meende dat de plaatselijke kommissie zich voorloopig kon zamenstellen, onder voorbehoud dat de hoofd- kommissie de verlangde wijziging zal ondergaan. De heer van den Wall Bake wilde in navolging van het voorbeeld der plaatselijke kommissie van Amsterdam, prins Frederik met de gemaakte bezwaren in kennis stellen en na diens antwoord de benoemden andermaal bijeenroepen. Tegen al het gesprokene voerde de voorzitter aan, dat prins Frederik hem heeft uitgenoodigd de benoemden tot eene ver gadering te konstitueren en hen tot dat einde en tot geen an der op te roepen. Zoo lang de vergadering niet is gekonstitu- eerd kan er volgens hem niet worden geprotesteerd. Is de ver gadering echter zamengesteld, dan kan daarna het protest in den boezem der vergadering worden overgebragt. Het voor beeld van Amsterdam, waar naijver tusschen verschillende kommissiën bestaat, behoeft te Utrecht ook niet te worden nagevolgd. Ten slotte is met 32 tegen 19 stemmen besloten om de plaatselijke kommissie nog niet zamen te stellen, maar den 8 april nader te beraadslagen. Te Leeuwarden hielden de leden der sub-kommissie tot oprigting van een gedenkteeken voor november 1813 enz. daartoe opgeroepen door jhr. mr. J. E. van Panhuijs, kom missaris des koning in Friesland, jl. donderdag eene vergade ring. Het bleek dat bij onderscheidene leden eenige onzeker heid heerschte, zoowel omtrentde wijze waarop de hoofdkora missie het voorgestelde doel zg! v "dien bereiken, als ten aan zien van de uitgestrektheid waarover de plaatselijke kommis sie heeft te werken. Algemeen was het verlangen naar bepaalde zekerheid of het op te rigten gedenkteeken tevens zou dienen tot vereeuwiging der nagedachtenis van wijlen koning Willem I. Men was overigens tevens van gevoelen, dat de°kommissie zich had te bepalen tot de gemeente Leeuw arden, immers zoo lang haar niet uitdrukkelijk van wege de hoofdkommissie de wemch kenbaar ware gemaakt om bare bemoeijing over het geheele gewest uit te strekken. Met het oog op dit een en ander, werd door de benoemden de kom missie op zich genomen. Intusschen werd het noodzakelijk geacht, dat hunne zienswijze omtrent de beide gemelde pun ten aan de hoofdkoramissie medegedeeld en daartoe betrek kelijke inlichting, zoo ver noodig, worde gevraagd. Een en ander leidde tot het besluit otn de vergadering te verdagen tot dat men daarop antwoord zou hebben bekomen. Omtrent de bijeenkomst der haagsche sub-kommissie schrijft een onzer kot-respondenten ons het volgende: „De haagsche sub-kommissie voor het nationale gedenk teeken heeft zaturdag van 1 tot 4 ure eene vergadering gehou den niet op den Fluweelen Burgwal, gelijk eerst bepaald was, maar in het lokaal Diligentia. Naar het voorbeeld van de atn- sterdainscbe en utrechtsche kommissiën wachtte men ook hier krachtige protesten, doch eene krachtige uiting van ge voelens bleef achter wege. Er werden wel opmerkingen gemaakt, doch die weinig weerklank bij de meerderheid sche nen te vinden, zoo dat de kommissie zich heeft gekonstitu- eerd.na mededeeling te hebben ontvangen, dat aan de bezwa ren tegen de exklusieve zamenstelling der zich noemende hoofdkommissie zou worden te gemoet gekomen door de toe voeging van nieuwe leden. Daarop is tot president der haag sche sub-kommissie gekozen de burgemeester Gevers Deynoot en tot vice-president de baron van Hall." Uit het bovenstaande, zoowel als uit hetgeen wij reeds vroeger hebben medegedeeld, blijkt alzoo dat het oprigten van een nationaal gedenkteeken tot het levendig houden der herinnering aan de gebeurteuissen van 3 SI 3 algemeen sym pathie vindt, maar tevens dat zich alom het verlangen open baart om in een dergelijk gedenkteeken de uitdrukking te zien van het gevoelen der geheele natie en niet eener bepaalde partij. De zamenstelling der hoofdkommissie heeft veelzijdige afkeuring gevonden, maar de openhartige wijze waarop dat punt door invloedrijke mannen in de verschillende sub-kom missiën wordt besproken, doet ons hopen dat de zaak weldra eene geheel andere wending zal nemen dan zich aanvankelijk liet aanzien en dat aan de gedachtenisviering van onze her- borén onafhankelijkheid de geheele natie van harte zal kun- j nen deel nemen. Hiervoor bestaat te meer grond nu het ge- j bleken is dat de hoog geachte voorzitter, prins Frederik. zich volkomen vereeuigt met het aangegeven denkbeeld om de j hoofdkommissie met leden uit de subkommissiën aan te vullen I en alzoo eene hervorming te doen ondergaan. Het graven der waterleidingen, die met de suatiesluis bij Iiansweert in betrekking moeten staan, is op drie plaatsen aangevangen en wordt goed voortgezet. Er is reeds 800 el gegraven. De waterbemaling te Iiansweert is verleden dingsdag, èn omdat de sasput nagenoeg ledig was, èn omdat de ketels der machine weder onklaar waren, gestaakt. Sedert is er echter zoo veel water ingeweld, dateergisteren vele palen iti haren normalen toestand, dat is: onder water,kwamen. Juist was 1 de lokomobile lager gesteld, en de grep, waardoor het water naar haren zuiger vloeit, gereed, zoo dat zij toen weder haren eentoonigen arbeid heeft hervat. Men schrijft ons uit 's Gravenhage van 27 maart: „Het bal, dat, gelij k ik u vroeger meldde, den 26 dezer door den prins van Oranje en eenige heeren inde zalen der teeken- akaderoie van den Boschkant zou aangeboden worden aan een paar honderd aanzienlijken der residentie, heeft gisteren avond plaatsgehad, doch is, ofschoon onder vreugde begon nen in groote ontsteltenis afgeloopen. Het werd vereerd met de tegenwoordigheid van den koning eu de koningin, en de fine fleur van de beau monde was er vereenigd, die zeker nooit een tooneel hadden bijgewoond als waarin zij nu zeiven eene rol hebben moeten spelen. De zalen waren smaakvol gedekoreerd en behangen met rose satijn, met vele draperiën van gaas. Duizende bougies waren in eene zeer gevaarlijke nabijheid bij die draperiën gerangschikt. Het minste onheil dat er geschiedde en de draperiën te digt bij de vlam bragt, moestdadeiijk brand stichten. Dit lag zóó voor de hand. dat ieder, die in de laatste dagen de dekoratie zag of hoorde be schrijven, dadelijk profeteerde dat het bal meteen brand moest eindigen. Ook de ontwerpers van het feest schijnen met die overtuiging bezield te zijn geweest, want vooreerst hebben zij nog op den dag van het feest de roerende goederen, die zij in de lokalen zouden brengen verzekerd, bij de Haagsche maatschappij tot een bedrag van f24,000 en bij de Phoenix voor f 20,009, (de gebouwen der akademie waren reeds verze kerd), en ten andere waren eenige brandspuiten reeds lang vóór den aanvang van bet bal in het gebouw geposteerd, in orde gebragt om dadelijk water te kunnen geven en vergezeld van een vijftigtal manschappen voor de bediening, terwijl de pijpgasten op de hun aangewezen plaatsen met de waterpijp in de hand wacht hielden. De opperbrandmeester en twee brandmeesters bevonden zich ook den geheelen avond in het gebouw. Het eigenlijke bal liep echter zonder stoornis af, maar toen het souper even begonnen was, viel eene kaars om en stak het. gaas in brand.In een oogenblik liep de vlam de zalen rond en veranderde de wanden in vuur. De ontsteltenis was on beschrijfelijk ieder zocht een goed heenkomen, de tafels wer den omgeworpen, en de radeloosheid van vele heeren beant woordde aan het gillen en bezwijmen der dames. Allen wisten zich echter door de gangen te redden of werden gered, doch ve len in geliavenden toestand. Dit was geen oogenblik om naar sorties of mantels te zoeken, en de dames kwamen dus,.vele met verlies van hare kostbaarheden,blootshoofds en gedekolleteerd uit de warme zalen in de buitenlucht. In de verwarringgeraakte de koninklijke famielje uit elkander. Hoe de koning en de prins van Oranje aan het gevaar ontkomen zijn, hebben wij niet vernomen. De koningin, door rie heerschemle ontstelte nis van haar gevolg gescheiden, bevond zich eindelijk, even min als de andere dames tegen de nachtlucht beschut en blootshoofds, op eene binnenplaats der akademie, en keerde naar het paleis terug met eene pariikuliere vigilante, die voor hare majesteit werd aangehouden. De rijtuigen der gasten waren toch eerst tegen drie ure des nachts besteld. Voorzeker zal de opgedane schrik aan velen nog onaangename gevolgen berokkenen. Het is een buitengewoon geluk, dat de kleede ren der dames geen vuur gevat hebben in dat geval zou, bij de talrijkheid der gasten en de verbijstering van het oogen blik, de ramp zeiler onafzienbaar zijn geworden. Thans moge de schade belangrijk zijn, maar er is geen verlies van men- schenlevens te betreuren. „De brand was binnen een uur gebluscbt, doch dat bij met kracht rondom zich had gegrepen, bewijst het tooneel dat de zalen heden opleverden, een regte gruwel der ver woesting. ofschoon er vermoeden bestaat, dat al te ijverige pogingen tot blussching daartoe het hunne bijgedragen heb ben, namelijk wat de verbrijzeling betreft. De verbranding is echter ook belangrijk en veel zilverwerk is gesmolten. Het ge bouw zelf, bijna geheel van steen, heeft niet noemenswaardig geleden, doch de verw en bepleistering zijn bedorven en de glazen gesprongen. De schade hiervan wordt op f3000 begroot. De schade aan het mobilair bedraagt f 2S.000 zonder nog te rekenen dat de pijpen van het in de hoofdzaal aanwe- zige groote orgel gedeeltelijk gesmolten zijn en dat orgel ver loren wordt geachtdat de instrumenten van verscheidene leden van het muziekkorps der grenadiers bedorven of ver brand zijndat er veel kostbaar ameublement van deu koning verloren is gegaan, die het voor deze gelegenheid had afge staan dat er eene groote schilderij van den heer Loudon en twee van den baron van Brienen. tot opluistering derwaarts gebragt, reddeloos beschadigd of vernield zijn. Heden op den middag lag het souper van gisteren avond nog op den vloer, daar men lot nog toe dringender zaken te verrigten had gehad dan het op te rapen. Alleeu het gedeelte der tafel waar de koninklijke famielje met de diplomaten gezeten had, was blijven staan. De policie houdt streng wacht aan de deuren der akademie, en weert alle nieuwsgierigen of onbevoegde personen, uit hoofde van de vele nog aanwezige kostbare za ken en sieraden, welke sommigen in verzoeking konden brengen ze ais aandenken mede te nemen; toch zijn reeds vele sieraden vermist. „Men kan het verslag van dit feest niet sluiten met de be langwekkende mededeeling „dat het nog lang eene aange name herinnering zal achterlaten." Bij de meeste gasten zal het omgekeerde het geval zijn. Maar zeker zal het in herin- Tiering blijven als een dier zeldzame gevallen dat men een groot ongeluk latig te voren zag aankomen, en het evenwel niet verhoedde." Later vernemen wij nog dat de direktie van de assurantie maatschappij Phoenix aan haren agent te 's Gravenhage exploit heeft gedaan dat zij de door hem op 26 maart gesloten herverzekering op meubelen in de teeken-akadeinie niet erkent. Men schrijft ons uit Amsterdam 26 dezer: „Waarmede thans mijne nieuwstijdingen aan te vangen Met de inschrijving voor Holland op zijn smalst, zal wel het antwoord zijn. Hoe neemt de beurs de zaak op Zal er voor vele millioenen worden ingeschreven Ik moet mij bepalen met de „ou dits" die mij nu en dan ter oore koiuen. Iietschijnt dat eene krachtige partij in den eifektenhoek de zaak met hart en zieltegenwerkt, zoo men zegt, uit de'pit dat ze te

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1863 | | pagina 1