tengewone herstelling aan de heul op dien weg, in welke som door beide gemeenten tot een gezamenlijk bedrag van f 800 als te kort moet worden bijgedragen. Op de vraag van den heer de Jonge, hoe gehandeld zal wor den wanneer de raad van Vlissingen zich ongenegen betoont tot die bijdrage van f '100, antwoordt de voorzitter dat alsdan gedeputeerde staten zullen moeten beslissen. Hij gelooft ech ter niet dat de raad van Vlissingen weigeren kan, omdat die gemeente evenzeer de baten heeft genoten als zij nu de las ten moet dragen. Ook de heer Fokker gelooft niet dat het gemeentebestuur van Vlissingen de stremming van het ver keer tusschen de wederzijdsche gemeenten zal willen bevor deren door de hoog noodige herstelling van de heul tegen te houden. Met algemeene stemmen is de begrooting vervolgens goed gekeurd, waarvan aan de kommissie van bestunr over den rij weg zal worden kennis gegeven. De openbare zitting is daarna gesloten. BUITEXLAXP. Algemeen overzlgt. In de eerste plaats verwijzen wij heden naar de debatten in den franschen senaat omtrent het rapport van den heer La- rabit over de petitiën ten gunste van Polen. Gelijk men zien zal heeft prins Napoleon eene zeer oorlogzuchtige rede uitgesproken, welke, gelijk ons wordt medegedeeld,een krach- tigen indruk heeft gemaakt. Dit alles zijn en blijven echter slechts woorden en teregt doet La presse opmerken dat de uitslag der senaatsdiskussiën. hij moge zijn het overgaan tot de orde van den dag of het opzenden aan het ministerie van buitenlandsche zaken, voor de polen slechts eene negatieve waarde heeft, als Frankrijk den oorlog met Rusland niet wil ondernemen, waarvoor al bijzonder weinig waarschijn lijkheid bestaat. TeLonden beeft weder een zeer druk bezochte meeting plaats gehad ten gunste der polen, en terwijl een aantal engelsche staatslieden en leden van het hoogerbuis en lagerhuis daarbij tegenwoordig waren, verdient het opmerking dat de in ons vorig nomraer medegedeelde opinie van lord Palmerstons orgaan, The morning post, als zou thans na de waarschijnlijke vernietiging der russisch-pruissische overeenkomst de pool- sche kwestie tot lluslands binnenlandsche staatkunde behoo- ren, in zoo verre gewijzigd is. dat dit dagblad thans spreekt van eene nieuwe fransch-engelsche alliantie tegen Rusland. „Wij twijfelen niet zegt dit dagblad, na de belangrijkheid der meeting als eene waarschuwing der publieke opinie aan de vorsten te hebben aangetoond dat een fransch leger in de omstreken van Riga ontscheept in Polen de russen in den rug kan vallen en hen dwingen om dit land te ontrui men wij weten dat onze gepantserde oorlogschepen voor Cronstadt niet bevreesd zouden behoeven te zijn en spoedig omtrent het lot van Ruslands hoofdstad zouden kunnen beslissen. Terwijl dit alles ons zeer duidelijk is, kunnen wij ons moeijelijk voorstellen dat men dit te St. Petersburg niet zou weten." Zoowel in Engeland als in Frankrijk is de pu blieke opinie soeverein meent The morning post en raogt een oorlog al voor handel en nijverheid nadeelig zijn, de natiën laten zich somtijds nieer beheerschen door hare drif ten dan door hare belangen. Thans kan de russische keizer nog de gevaren, welke hem bedreigen afwenden door eene algemeene amnestie af te kondigen en aan Europa den terug keer tot de traktaten van 1815 te waarborgen. „De dagen gaan echter spoedig voorbij en weldra kan het te laat zijn." Het nationaal feestop 17 maart in Pruissen gevierd als ge denkdag van de houding der natie in 1S13 is niet rijk geweest aan feestvreugde. Ofschoon de Preussische Staats-Anzeiger de beschrijving daarvan eenigzins kleurt, schijnt volgens onpartijdige berigten de somberheid van het weder eene juiste afspiegeling geweest te zijn van de sombere stemming der burgerij. Te vergeefs waren er geene kanonschoten en plegtigheden gespaard om aan het feest eenige levendigheid bij te zetten de bevolking bleef doof voor deze kunstmatige opwekking. De berigten omtrent het tooneel des poolschen opstands zijn lieden zoo zij bevestigd worden van groot belang. Uit Tarnow wordt namelijk per telegraaf gemeld dat Lan- giewicz eene schitterende overwinning op de russen heeft be haald, en daarbij eene groote menigte oorlogsbehoefte buit gemaakt. Uit Korfu wordt gemeld dat de bevolking aldaar een krachtig protest heeft opgesteld tegen de staatkunde der en gelsche regering, welke van de eene zijde aan de Ionische eilanden eene vereeniging met Griekenland belooft en van de andere zijde elke manifestatie der bevolking ten gunste dezer vereeniging verbiedt, het gerucht verspreidende dat de bewoners der Ionische eilanden, met het oog op bunne belan gen, geen grooter verlangen hebben dan om onder het pro- tektoraat van Engeland te blijven. De tijdingen uit Amerika bevatten omtrent het fransch expeditie-leger in Mexiko niets belangrijks. De krijgsbewe gingen tusschen de gefedereerde en geconfedereerde troepen van de Vereenigde Staten hadden bij Springfield in Tenessee tot een veldslag geleid, welke ongeveer 12 uur geduurd had en met de nederlaag der noordelijken eindigde, waarbij de laatsten een groot gedeelte hunner infanterie verloren. Polen. De diktator van Polen heeftde volgende besluiten genomen: „In naam des volks, Marian Langiewicz, diktator: „Willende voorzien in de uitvoering der bepalingen van het manifest vanlO maart, uitgevaardigd in het hoofdkwartier van Goszca, stel ik bij deze het nationaal burgerlijk bestuur in, waarvan de zamenstelling en de attributiën aldus zullen worden geregeld „Art. 1. Het nationaal burgerlijk bestuur zal bestaan uit vier leden, die ter zelfder tijd aan het hoofd zullen staan der departementen van oorlog, financiën, binnenlandsche zaken enbuitenlandsche zaken. „Art. 2. Dit bestuur zal tot nader order geheim blijven. „Art. 3. Alle besluiten en ordonantiën des diktators be trekkelijk de burgerlijke administratie zullen gerigt zijn tot het burgerlijk bestuur, hetwelk belast zal zijn met de noodige maatregelen te nemen ten einde deze ter kennisse te brengen der verschillende chefs en der ondergeschikte autoriteiten. „Art. 4'. Alle ordonantiën van het burgerlijk nationaal be stuur zullen worden uitgevaardigd in naam des diktators en overeenkomstig de bevoegdheid zijn, doorhem daaraan ver leend. „Art. 5. De ordonantiën des diktators, gerigt tot het bur gerlijk bestuur, zullen van het kontraseign moeten voorzien zijn van een zijner sekretarissen-generaal. De benoemingen tot deze betrekkingen hebben bij de uitvaardiging van dit dekreet plaats gehad. „Art. 6. Door mij zeiven worden voor het oogenblik drie koiuraissarissen van het burgerlijk bestuur benoemd, met bijzondere zendingen voor het departement van binnenland sche zaken te belasten. Zij zullen ten dienste staan van het burgerlijk bestuur en daarvan hunne instruktiën ontvangen. „Art. 7. Op voordragt van het hoofd des departeuients van buitenlandsche zaken, zullen door mij vertegenwoordigers bij de verschillende hoven worden benoemd. „Art. 8. Alle burgerlijke en militaire autoriteiten, tot hier toe in funktie, worden, door wien ook aangesteld, bij dit dekreet ontbonden. „Art. 9. Zij zullen echter hunne betrekkingen blijven waarnemen tot dat zij de noodige bevelen zullen hebben ont vangen van het nationaal bestuur of kominissarissen daarvan. „Art. 10. Ik benoem Valerius Tomzynski tot sekretaris- generaal van den diktator ad interim tot dat de door mij benoemde sekretarissen-generaal hunne betrekkingen zullen hebben aanvaard. „Gegeven in het hoofdkwartier te Sosnowka, 12 maart 1863. Frankrijk. Wij hebben thans de zeer uitgebreide verslagen der rede voeringen der senaatsleden Bonjean en de Lagueronnière voor ons liggen en willen daarvan nog enkele punten vermel den. Het begin der rede van den heer Bonjeau was geheel historisch; de lotgevallen en rampen der poolsche natie werden daarin herinnerd, waarvau de wijze van bestuur haar steeds in een toestand van spanning moest houden. Joseph de Maistre had wel gelijk toen hij bij het verdeelingsplan der drie mo gendheden in 1795 schreef dat het denkbeeld om een natie te verbrokkelen even onmogelijk was als bet denkbeeld om een planeet weg te nemen uit het zonnestelsel. De spreker wees er op hoe weinig regtdedrie mogendhe den bezitten om de polen als rebellen te behandelen wanneer zij hunne nationaliteit terug verlangen, terwijl zij zeker geen wettigen titel van bezit kunnen ontleenen uit de drie verdee lingen, welke hebben plaats gehad en door geene uitdruk kelijke of stilzwijgende ratifikatie bekrachtigd zijn. Het jaar 1S61 verkondigde wederom aan de wereld dat eene natie niet sterft, wanneer het godsdienstig gevoel zich met de vader landsliefde \ereenigt. Gij herinnert u die sombere dagen van februarij, gedurende welke eenegeheele bevolking voor het beeld der heilige maagd geknield, door de kosakken werd ge chargeerd en door geweerschoten der russische infanterie werd neergeveld zonder zich te verdedigen. Vijftien malen werden de geweren aangelegd old op nieuw dood en verderf te zaaijen en uit deze gedecimeerde menigte hoorde men slechts strofen van die heerlijke hymne aanheffen tereere van God en vaderland. Ik wil hier een paar getuigenissen van russische zijde bijbrengen ten gunste van de roemrijke pool sche zaak. De kolonel Reutem, die bevel had ontvangen om te doen vuren op de ongewapende volksmenigte, en derhalve tusschen pligt en konsigne geplaatst,joeg zich een kogel door het hoofd. Toen des avonds de dappere verdediger van Se- bastopol, prins Gortschakoff, die te edel was om zich met moord gemeenzaam te maken tot den graaf Zamoyski zeide „Maar verdedigt u dan!" zeide deze: „Wij hebben geene wapenen!" Ik zal er u verschaften, maar verdedigt u ten minste!" „Wij zullen ons niet verdedigen, maar gij kunt ons doen vermoorden." De heer Bonjean geeft verder eene beschrijving van de russische onderdrukking, waardoor de tegenwoordige opstand werd uitgelokt. Hij verklaart verder evenmin met allen aandrang den oor log, als tot eiken prijs den vrede te willen met Rusland en misschien met Pruissen en Oostenrijk, maar vooral ook niet met de kwestie van onmogelijkheid te worden lastig gevallen, daar Frankrijk zoo veel heeft zien gebeuren, hetwelk men eenige oogenblikken te voren onmogelijk waande, dat het woord onmogelijk uit het woordenboek der staatkunde kan uitge- wissckt worden. De zegepraal van regt en regtvaardigheid is overigens nimmer onmogelijk. Mogt spreker zich wenden tot Rusland dan zou hij die mogendheid eerbiedig onder het oog brengen dat zij in haar eigenbelang afstand moet doen van Polen, hetwelk in plaats van een voormuur tegen Europa, zich altijd tegen Rusland heeft gekeerd en tot wiens onderwerping steeds een leger op de been moet blijven, waarvan de soldaten spoedig gedemo raliseerd worden en de officieren in zelfmoord een middel zoeken om aan te moeijelijke pligtsvervulling te ontkomen. (Levendige beweging en opschudding.) Wanneer men Polen zal vernietigd hebben en zal kunnen spreken van de steppen van Polen, gelijk men thans spreekt van de steppen van Sibe rië als er geene inwoners meer zullen te vinden zijn, welk voordeel zal Rusland dan daarvan ten deele vallen Grond gebied maar daaraan heeft het voorzeker geen gebrek. Na het voordeel van een poolsch rijk voor Europa in ljet algemeen en Duitschland in het bijzonder te hebben aange toond eindigt de heer Bonjean aldus „Voorzeker moet men zich verlaten op de regering des kei zers, welke den Krimoorlog beeft ondernomen en onze solda ten naar China, Cochinchina.Sjrie en Mexiko heeftgezonden, met een doel het welk ons wel niet bijzonder helder is, maar zekerlijk slechts achterstaat bij de poolsche kwestie. Men moet zich verlaten op de impulsie, welke de keizer zal noodig achten aan de magt van Frankrijk te geven en vertrouwen stellen in zijne talentenhij beeft meermalen getoond dat hij door plotselinge inspiratie de probleraata wist op te lossen, welke aan de oude politici onoplosbaar voorkwamen. Men moet de hoop koesteren dat hij Polen zonder gevaar voor Frankrijk zal kunnen bevrijden, hetgeen de schoonste daad zijner regering zou zijn en de waarheid van het oude ge zegde bewijzen Gesta Dei per Francos. Ik zal stemmen voor de opzending der petitiën aan de regering." De burggraaf de Lagueronnière verkrijgt thans het woord. Zijne redevoering biedt weinig belangrijks aan, hij tracht de soms heftige en ietwat oorlogzuchtige uitingen van den vorigen spreker te verzachten, onder betuigingen van sym pathie voor de polen. Hij trachtte betoogen dat de aanneming der konklusiën van het rapportgeene onverschilligheid zoude verraden, terwijl eer de opzending aan den minister wantrou wen jegens het goevernemeut zou te kennen geven. Overigens geeft ook deze spreker een historisch overzigt der lotgevallen van Polen, waarin hij vooral op den voorgrond stelt dat Oostenrijk niet zoo ten gunste der verdeeling van Polen gestemd was, maar zich deze liet welgevallen om niet in kracht te verliezen, terwijl de twee naburige mogendheden vermeerdering van grondgebied verkregen. Overigens be toogt de spreker dat er van eene herstelling van het oude Polen, waarvan bet grondgebied nu eens grooter en dan eens kleiner was door de overwinningen of nederlagen der held haftige bevolking geen sprake kan wezeu, maar slechts in het groothertogdom Warschau alle krachten kunnen gekoncen- treerd worden. Hij wenscht niet een onafhankelijk Polen te zien herleven (Rusland zou dit niet gedoogen) maar een vrij Polen, waarin kons titutionele staatsinstellingen en eene groot- sche wijze en edelmoedige politiek elk spoor van vergoten bloed zouden uitwisschen. Dat Frankrijk dit doel voor oogen houden moge, waarbij het evenveel eer zal behalen door dit te bereiken als wijsheid zal betoonen door dit niet te over schrijden. De derde spreker in deze zitting, de prins Poniatowski, hield eene uitvoerige rede\oering om te betoogen dat de ge schiedenis heeft bewezen dat de russen en polen nimmer zul len ineen smelten hij meent dat de pogingen om aan Polen den toestand van 1S15 te doen herkrijgen evenveel moeije- lijkheden zouden ontmoeten als die om Polen in zijne nati- oualen toestand te herstellen, terwijl in het eerste geval de wenschen der bevolking toch niet zouden vervuld zijn. De traktaten van 1S15 zijn niet ten gunste van Polen maar tegen deze natie gesloten, en hij begrijpt niet hoe de keizer deze zou kunnen inroepen na verklaard te hebben dat zij vervallen zijn. Hij wenscht overigens een onafhankelijk Polen en zon der dit zal men in Europa geen waren vrede hebben. Het overgaan tot de orde van den dag met betrekking tot de inge diende petitiën zou, even als de ineeniug was van den talent vollen minister Rouher te kennen geven dat de senaat deze petitiën de aandacht niet waardig keurde. In de volgende zitting van woensdag voerden de lieeren de La Rocbejaquelin, Walewski en prins Napoleon het woord. De eerste beschouwt de verdeeling van Polen als eene handel wijze door de polen zei ven noodzakelijk gemaakthij verde digt keizer Alexanders bestuur over Polen en meent dat de namen der hoofden van den tegenwoordigen opstand ge noegzaam aantoonen dat hetgeen nationale maar eene revo lutionaire beweging is. De heer Walewski toont aan dat deze voorstelling geheel onjuist is. Prins Napoleon uitte zich vervolgens op krachtige wijze ten gunste van Polen. Hij verklaarde zich geheel tegen de konklusiën van het rap port door den heer Larabit ingediend, waardoor niet genoeg zaam de sympathie voor de polen zou worden uitgedrukt. Voor hem zijn de traktaten van 1815 van geene waarde en. door deze ten grondslag van onderhandelingen te nemen zou de diplomatie zoo wel de belangen van Frankrijk als het regt- matig verlangen der polen uit het oog verliezen. De spreker meent dat een oorlog alleen de oplossing kan geven aan de poolsche kwestie en hem boezemt de oorlog geen vrees in. De binnenlandsche en buitenlandsche aangelegenheden schijnen hem daarvoor gunstig en hij begrijpt niet dat men nog aarzelt. Hoewel deze redevoering een belangrijken indruk heeft gemaakt, moet men er niet te veel gewigt aan hechten, daar men weet dat de opinie van den neef zeer dikwijls in strijd is met de handelingen van den oom. In de zitting van gisteren heeft de minister Billault het woord gevoerd. Hij gaf zijn leedwezen te kennen dat er woor den waren gesproken, waardoor Polens belang zou worden benadeeld en Frankrijks positie zou worden bemoeijelijkt. Onder de verklaring dat de s}rmpathie voor Polen bij Frank rijk diep gevestigd was, betoogde hij dat de tegenwoordige opstand slechts jammervol voor dat land kon zijn en dat het nuttig, goed, noch menschelijk zou wezen dien aan te moedi gen. De politiek van veel woorden en weinig daden was voor Polen gevaarlijk en verbitterde de vorsten. Op de raadgevin gen van de fransche regering heeft Rusland hoop gegeven op koncessiën en amnestie ten opzigte van Polen. Hij stel t yoor om over te gaan tot de orde van den dag, waardoor verklaard zoude worden dat men vertrouwen stelt in de wijsheid des keizers. Hiertoe werd door den senaat met 109 tegen 17 stem men besloten. ZEETIJDINGEN. Heden voormiddag is ter reede van Vlissingen binnenge komen het barkschip Walcheren, gez. D. II. van der Heijden. Heden is te Nieuwediep binnengekomen het barkschip -fiusanna Elisabeth, gez. C. Ouwehand. HANPEESBEKIGTEN. Graanmarkten enz. Amsterdam 20 maart. Tarwe en gerst onv'èrundevd. Dordrecht 19 maart. Tarwe onderging eenige verlaging.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1863 | | pagina 3