UR
Donderdag
19 Februarij.
Editie van woensdag avond 8 ure.
BEKEN IDUKIX G
De burgemeester van Goes, maakt bij deze bekend,
1. Dat van beden af tot dat de na te melden commissie hare
werkzaamheden zal hebben volbragt, op de secretarie dezer
gemeente voor een ieder ter inzage zullen liggen
Het uitgewerkte plan met algemeen lengte-profil en alge-
meene situatiekaart van den spoorweg van Woensdrecht naar
Goes, benevens de kaart, grondteekening en verdere stukken
betrekkelijk de perceelen in deze gemeente, welke ter ontei
gening voor den aanleg van dien spoorweg zijn aangewezen.
2. Dat op woensdag den 4 maart aanstaande, des middags
ten twaalf ure, eene commissie uit het collegie van gedepu
teerde staten van Zeeland, ten raadhuize dezer gemeente zal
bijeenkomen, tot het aanhooren der bezwaren welke tegen
den aanleg van bedoelden spoorweg en de daartoe behoo-
rende werken mogten bestaan.
Wordende de belanghebbenden, die deswege bezwaren
mogten hebben, uitgenoodigd,dezelve ten opgegeven tijde en
plaatse, bij voornoemde commissie in te brengen.
En geschiedt hiervan deze bekendmaking ter voldoening
aan art. 11 en 12 der wet van den 28 augustus 1851 (Staats
blad no. 125).
Gedaan te Goes, den 11 februarij 1863.
De burgemeester voornoemd,
M. P. BLAAUBEEN.
BIMEAUAD.
Middelburg 18 februarij.
In de heden middag alhier gehouden zitting van den ge
meenteraad is onder meerder overgelegd eene missive van den
raad van state.waarbij de burgemeester wordt uitgenoodigd tot
inzending van de noodige memoriën en bewijsstukken be
treffende de kwestie tusschen het gemeentebestuur en gede
puteerde staten nopens het armwezen, en wel vóór 25 dezer.
De raad heeft, op voorstel van den voorzitter, besloten aan
den president van den raad van state een uitstel van eene
maand voor bedoelde inzending te verzoeken, ten einde de
kommissie ad hoe zich inmiddels met het onderzoek der stuk
ken, tot het opmaken eener memorie, kunne belasten.
Een verzoek van den heer L. A. Haringman, om eervol ont
slag als Jen hulponderwijzer op de school voor gewoon en
meer uitgebreid lager onderwijs, is gesteld in handen der
plaatselijke schoolkommissie.
De verordening op het beurtveer tusschen deze gemeente
en Neuzen is vastgesteld en zal aan gedeputeerde staten ter
goedkeuring worden opgezonden.
Op daartoe ingekomen verzoek van de kommissie van be
stuur over de bank van leening, is besloten de sedert eenige
jaren toegestane gratiffkatiën aan de ambtenaren en bedien
den dter inrigting, ook voor het jaar 1862 te verleenen.
Overeenkomstig het den 22 oktober jl. genomen raadsbe
sluit is aan A. J. Eekelaert, op zijn verzoek, weder eene toe
lage verstrekt wegens zijne verminderde inkomsten door de
wijzigingen in de heffing van den hoofdelijken omslag, zoo
danig dat daardoor zijne bezoldiging voor die werkzaamheden
ook voor 1862 tot f 52 wordt gebragt.
Op een ingekomen verzoek van de heeren H. P.den Bouw
meester en ServaasTak, om ontheffing van de verpligting tot
bemesting van bij hen in pacht zijnde gronden in den Mor-
tiere polder, alsmede oin tegemoetkoming in de groote kosten
welke eene noodzakelijke doorgraving van den dijk achter
de stads-begraafplaats veroorzaakt, is besloten het eerste
gedeelte van het verzoek toe te staan en het laatste te wijzen
van de hand.
Een ingekomen verzoek van mevrouw wed. Itochat, tot
het verkrijgen eener tweede hulponderwijzeres op hare school,
ten gevolge der vermeerdering van het aantal leerlingen, zal
aan de plaatselijke schoolkommissie toegezonden en later in
behandeling gebragt worden.
Mede is besloten tot de aanbesteding van het uitbaggeren
van bet regte gedeelte van het havenkanaal, bij wijze van
proefneming, overeenkomstig de daarvan overgelegde teeke-
ning, terwijl de bogt der haven en de kaden zullen worden
uitgebaggerd met beugels en kiepschuiten, op de wijze welke
daartoe het meest geschikt zal blijken te zijn.
Bij de uitloting van een lot in de negotiatie ten behoeve
der bellingbrug is getrokken no. 13.
Van eeu en ander geven wij in een volgend nommer een
meer uitvoerig verslag.
De Staatscourant van gisteren bevat een bij het departement
van koloniën ontvangen regeringstelegram, gedagteekend
Buitenzorg, 14 januari). liet luidt: „Niets nieuws."
Door de te 'sGravenbage gevestigde afdeeling der Vereeni-
ging ter bevordering van fabriek-en hand werksnij verheid in
Nederland zal in augustus e. k. aldaar eene nationale ten
toonstelling gehouden worden van metalen en daaruit ver
vaardigde voorwerpen. De nameu der leden van de sub-kom
missie alhier deelden wij reeds in ons nommer van 27 januarij
11. mede. Ook op andere plaatsen in onze provincie hebben
zich dergelijke sub-kommissiën gevormd
Te Zierikzee bestaat zij uit de heerenJ. II. Ochtman Jz.,
H. G. Mulock Houwer, J. H. van der Halen en C. van der
Vliet Dz., sekretaris.
Te Goes, uit de heerenrar. M. P. Blaaubeen, F. Ferdinan-
dussen, J. Soutendam, G. J. Jacobson en H. C. Pilaar, sekre
taris.
Te IJzendijke, uit de heerenD. Bekaar, I. C. O. BenteijD,
C. F. E. Calon en J. F. Carpreau, sekretaris.
De kiezersvereeniging Nederland en Oranje te Rotterdam
heeft voor het lidmaatschap van de tweede kamer der sfaten-
generaal tot kandidaat gesteld mr. M. Bichon van IJssel-
monde, oud lid der provinciale staten van Zuid-Holland.
In antwoord op het adres van dankbetuiging aan Z. M. den
koning, door den handelstand te Rotterdam aangeboden, voor
hoogstdeszelfs krachtige medewerking ter verkrijging var.
verbeterde waterwegen naar zee, is het volgende kabinets-
schrijven ontvangen
,,'s Gravenbage, 13 februarij 1863.
„De koning heeft mij opgedragen aan de heeren Hoffman,
Dorre paal co., en verdere onderteekenaren van het adres
van den 27 januarij 11., de betuiging van zijnen dank over te
brengen voor de in dat adres geuite wenschen en gevoelens,
welke door Z. M. met bijzonder welgevallen zijn ontvangen.
„Ik heb de eer mij door dezen van Zr. Ms. bevelen te kwijten.
„De directeur van het kabinet des konings,
(get.) DB KOCK."
Naar wij vernemen bestaat er sints eenigen tijd eene vrij
hevige spanning tusschen het leidsche en bet utrechtsche stu
dentenkorps.
In een stukje namelijk, getiteld„Olim," geplaatst in den
Utrechtschen studenten-almanak van dit jaar, komen eenige
uitdrukkingen voor, als: „leidsche hengstlust," „opvijzelen
van de leidsche akademie, professoren en studenten met ver
guizing vau de utrechtsche," die de ontevredenheid van
sommige leden van liet leidsch studentenkorps hebben opge
wekt. De senaat daarvan heeft gemeend zich de zaak te
moeten aantrekken en een schrijven gerigt aan de redaktie
van den Utrechtschen studenten-almanak, met verzoek om
opheldering.
Op dezen brief, welke juist op geen minzamen toon schijnt
gesteld te zijn geweest, zou deze redaktie hebben geantwoord,
dat, hoewel zij zich in 't algemeen niet aansprakelijk stelde
voor ieders bijzonder gevoelen in den almanak uitgedrukt, zij
dit nogthans mede uit naam van het utrechtsche studenten
korps meende te moeten beamen.
De oude naijver tusschen de zuster-akademiën is alzoo
weer gaande of de zaak verder nog eenige gevolgen zal
hebben, is ons nog niet ter oore gekomen.
Ter vereffening van een geschil met het heemraadschap van
Schiedam en tot verbetering van het water in die stad, is door
den gemeenteraad van Schiedam liet belangrijke besluit geno
men om een kanaal van de Schie naar de Maas te graven, dat
ineer dan een ton gouds kosten zal. (N. rotterd. courant.')
Het Utrechtsch dagblad heeft den volgenden brief uit
Paramaribo ontvangen, van den 19 januarij
„Het nieuwejaar met zijne reeks van feesten is hier bijzon
der rustig afgeloopen. De vrees voor onlusten van den kant
der slaven bleek ongegrond te zijn. Noch in de stad, noch op
de plantages is de minste ongeregeldheid voorgevallen. De
nieuwjaar/eesten waren veel stiller dan in de vorige jaren.
„De Zoutman is hier nog altijd op tijding wachtende, om
naar Curasao te stevenen.
„De luitenant ter zee le klasse Voorduin is geplaatst als
kommandant op de Schorpioen, welk vaartuig hier vooreerst
zal blijven.
„De koloniale boot, die de brieven van Demerary heeft
overgebragt, beeft op weg een defekt aan haren ketel beko
men, waardoor wij de brieven den 15 in plaats van den S
januarij hebben ontvangen. Zr. Ms. stoomschip De Amstel
zal nu de mail naar Demerary overbrengen."
Benoemingen en besluiten.
huis des konings. Benoemd tot adjudant van Z. M. den
koning in buitengewone dienst, de kapitein-luitenant ter zee
J. F. Koopman.
leger. Benoemd bij den staf van het'wapen der artillerie,
tot magazijnmeester 2e klasse te Gorinchern de kapitein Ie
klasse van het 3e regement vesting-artillerie A. W. Mossel -
mans; bij liet regement veld-artillerie, tot len luitenant, naar
ouderdom van rang, de 2e luitenatt van het korps W. II.
baron van Ittersum; bij het 3e regement vesting-artillerie, tot
kapitein 3e klasse, naar ouderdom van rang, de le luitenant
van bet 2e regement vesting-artillerie J. J. Bergansius, thans
gedetacheerd bij de inspektie der draagbare wapenen.
Op verzoek pensioen verleend ten bedrage van f 900
'sjaars, aau den kapitein G. Zweers, magazijnmeester der
artillerie 2e klasse te Gorinchern.
Op verzoek op non-aktiviteit gesteld de militaire onder
intendant der le klasse J. van den Bosch, werkzaam bij het
departement van oorlog.
polderbesturen. Benoemd tot dijkgraaf van der. pol
der Dreischor de heer A. Zonnevijlle.
Kerk- en sckoolnieuws.
Beroepen tot predikant bij de hervormde gemeente te
Wemeldinge de heer J. J. Gobius du Sart. te Raamsdonk.
De heer G. de Bruin, predikant bij de hervormde ge
meente te Kattendijke, is beroepen te Oud en Nieuw Gastel.
De buitengewone kollekte voor noodlijdende kerken
en personen in de klassis van IJzendijke heeft opgebragt te
IJzendijke f4,04, Biervliet fG, Hoofdplaat f5,07, Water
landskerkje f 1, Schoondijke f 13,16, Breskens f 6,55. Groede
f 10,34, Nieuwvliet f3,72^, Sluis f6,35, Sint Anna ter Muiden
f8,S5, Sint Kruis f2, Aardeuburg f 13,704-, Oostburg f9,27,
Zuidzande f 7,17. Retranchement f 2,15, Kadzand f 7,90, Axel
f9,24, Hoek f9,08, Neuzen f 20,50i Zaamslag f9,98, Honte-
nisse f 5,25, Hulst f7,60, Sas van Gend f 7.764- en Philippine
f 5,2341 *e zamen f 181,93. Kerkelijke courant.)
De heer F, C. A. Pantekoek, predikant bij de neder-
duitsche hervormde gemeente te Schiedam, heef. voor het
beroep naar Rotterdam bedankt.
Marine en leger.
Daar de miliciewet in andere gevallen het beginsel
huldigt van art. 181 der grondwet, dat de leeftijd wordt gere
kend zoo als die was op den 1 januarij van elk jaar, is er in
een der provinciën twijfel ontstaan, of dat beginsel ook van
toepassing is op plaatsvervangers, en de vraag gedaan of
iemand als plaatsvervanger kan optreden, die wel op het tijd
stip van toelating 21 jaar oud is, doch die dezen leeftijd nog
niet had bereikt op den 1 januarij van het jaar. Naar aanlei
ding daarvan heeft zijne exc. de minister van binnenlandsche
zaken, bij missive van den 7 februarij 1863, no. 2?':, te ken
nen gegeven, dat, ten opzigte vau plaatsvervangers, de mili
ciewet geen voorafgaand tijdstip voorschrijft, waarop het
minimum van den gevorderden leeftijd moet zijn bereikt, en
art. 60 sleehts bepaalt, dat, om plaatsvervanger bij de milicie
te zijn, men niet jonger dan 21 jaar mag wezen. Het komt hem
derhalve voor, dat hij, die zijn 21e jaar heeft bereikt, zij het
ook eerst op het tijdstip van toelatingen na den januarij,
plaatsvervanger bij de milicie zijn kan. Dagblv. Zuid-Hoü.)
Gemengde bcrlgtcn.
In ons vorig nommer meldden wij dat eene voormalige
leerlinge der school voor onverinogenden alhier jl. zalurclao-
uit handen der schoolkommissie, namens Z. M. den koning,
een werkdoosje met toebehooren ontving. Wij vernemen na
der dat dit een geschenk was der schoolkommissie zelve, ter
gedachtenis aan het bezoek van Z. M. aan die school.
De koningin van Pruissen heeft f 2000 aan de hoofd
kommissie tot oprigting van een gedenkteeken ter eere van
den hertog Bemhavd van Saksen-Weimar-Eisenach toege
zonden.
Eerstdaags zal in het engelsché huis der gemeenten eene
wetsvoordragt in behandeling komen, waarbij personen, die
om de eene of andere reilen zich bezwaard achten om een eed
af te leggen, het regt zullen erlangen met eene eenvoudige
verklaring dat zij de waarheid spreken te volstaan. De straf
bepalingen op eene valsche verklaring blijven natuurlijk
van kracht.
Even als voor visschen en in het water levende amffbiën
het aquarium, zoo heeft de heer C. C. II. Muller te Hamburg
voor de landbewoners der laagste dierklasse, voor kevers en
andere insekten, onlangs een zoogenaamd vivarium ingerigt,
dat reeds door honderde liefhebbers der natuur met buiten
gemeen genoegen is bezigtigd. Dit vivarium bevindt zich
onder glas, is 5 voetlang, 2J voet breed en 4 voet hoog, en
stelt den Rammelsberg in het llartzgcbergte voor. De berg is
kunstmatig van graniet, erts en kalksteen zamengesteld, van
holen voorzien en beplant met kleine bloemen, welke tus
schen de steenen wild dooreen groeijen, alssedum, saxifraga,
varens, mossen, enz. Aan den voet van den berg staat een
wilgenboom, die zijne takken uitspreidt over eene beek,
welke met riet en andere planten is begroeid. De overige
ruimte wordt beslagen door verscheidene planten en boomeu,
welke in zich ontwikkelende vochtige lucht welig groeijen.
Bevolkt, is het vivarium, onder anderen door twee groene,
bijna een voetlange hagedissen (lacerta viridis), verscheidene
andere hagedissen, als lacerta agilis, erocea enz., kleine
slangen (anguis fragilis) met hunne jongen, ringadders, sala
manders, waterhagedissen, boom-, weide- en andere kikvor-
schen, kruis- en andere padden, kevers, slakken, rupsen, vlin
ders, enz. Zoodra de zon op het vivarium schijnt, ontstaat
een woelig leven. De groote groene hagedis komt uit haren
schuilhoek te voorschijn en legt zich in de zon. Weldra ko
men ook eenige kleine hagedissen te voorschijn en gaan
dwars over de groote liggen, een kikvorsch voegt zich stout
daarbij, terwijl de ringadder of de kleine slang de groep komt
vergrooteu. Eene soortgelijke groep ziet men somtijds nog
boven in de takken van een boom. Ouder al de bewoners
heerscht de grootste eendragt. Alleen rupsen, vlinders, xlie-