Galveston ondernomen en had de bekende zuidelijke kaper
Alabama eene oorlogsstoomboot der noordelijken ir. den
grond geboord. Overigens had het kongres der noordelijken
met 80 tegen 54 stemmen de wet aangenomen, volgens welke
•de negers zullen worden gewapend.
Polen.
Het voorloopig bestuur van Polen heeft de volgende pro-
klamatie uitgevaardigd
„Inwoners van Warschau!
„Het centraal poolsch komité. met den moeijelijken post
van het voorloopig bestuur belast, heeft de administratie in de
hoofdstad aan een opperbevelhebber in deze stad toever
trouwd, die deeenige nationale autoriteit in Warschau zal uit
maken. Van nu af aan zullen derhalve alle bewoners, zonder
onderscheid van rang of geloofsbelijdenis zich strengelijk
moeten gedragen naar de bevelen van voornoemd opperhoofd.
Alle verzet of ongehoorzaamheid zal de ernstigste verant
woordelijkheid op den schuldige doen nederkomen.
„Warschau! geheel het rijk zendt de betuigingen zijner
dankbaarheid en vereering tot u voor den heldenmoed uwer
zonen, wier dappere kohorten het eerst den standaard des
gewapenden opstands in Polen hebben opgeheven. Thans is
de nationale opstand een feit, alle verschil van rang en stand
is verdwenen, millioenen broeders zijn tot het genot van de
zelfde burgerlijke regten geroepen en tot gezamenlijke ver
dediging des vaderlands.
„liet is eene hardnekkige worsteling, een gevecht op leven
en dood een oorlog, wélke den reusachtigen despoot, die de
europesche beschaving en de vrijheid der volken bedreigt,
zal vernietigen. God zal onze taak zegenen! De vijand is
verrast door onzen heldhaftigen opstand. Met moed en stand
vastigheid moeten wij derhalve onze taak ten einde brengen
en binnen korten tijd zullen wij geheel Polen bevrijd zien van
het schandelijk en onlijdelijk juk, waaronder hetgebuktgaat.
„Dappere inwoners van Warschau! Benijdt uwe broeders
niet, die het allereerst het geluk hebben gehad hun leven op
te offeren voor de onafhankelijkheid des vaderlands. Bereidt
u voor op hardnekkige gevechten met den vijand, waartoe gij
eerlang zult geroepen worden, want van nu afaanzalons
wachtwoord zijn: Dood adn de vijanden Vrijheid voor het
vaderland
Men schrijft uit Warschau aan de Nat. Zeitung te Berlijn:
„De Dziennik bevat in zijn nommer van heden, Qfebruarij,
eene beschrijving van het gevecht bij Wengrow. hetwelk daar
bij een slag wordt genoemd, en welke volgens bijzondere be-
rigten een hardnekkige strijd is geweest tusschen eene aan-
eengeslotene massa van eenige duizende manschappen infan
terie en kavallerie met verscheidene stukken geschut en een
handvol opstandelingen geleverd. Men verzekert dat daarbij
van de zijde der polen heldhaftige wapenfeiten zijn verrigt.
„Om het russisch korps, hetwelk met den stormpas aanrukte,
eenigen tijd bezig te houden en daardoor den aftogt uit Wen
grow te dekken, boden zich twee honderd vrijwilligers aan,
meestal tot den poolschen adelstand behoorende, om den
vijand te gemoet te trekken en zich van zijne kanonnen mees
ter te maken. Deze dappere vrijwilligers volvoerden dan ook
hun plan. verlieten Wengrow en rukten op de russen aan, die
weldra uit hunne twintig kanonnen een moorddadig vuur op
hen openden. De opstandelingen wierpen zich op de kanon
nen en nu volgde er een aller bloedigst gevecht, hetwelk twee
uren duurde, waardoor het hoofdkorps der polen in de vol
maaktste orde op Solokow kon terug trekken.
„De twee honderd vrijwilligers vielen bijna allen onder de
russische bajonetten doch de afdeeling polen werd geredzie
daar de ware beschrijving van den slag.
„Zie hier nu het russisch legerbulletin daaromtrent: Op den
vijfden dezer maand heeft men uitvoeriger berigten ontvan
gen omtrent het gevecht van een detachement, onder bevel
van den kolonel Poponofosopulo, bestaande uit 3 kompanjiën
(lees bataljons) infanterie en 3 eskadrons kavallerie.
„Dit detachement, hetwelk den vorigen «lag tot bij het dorp
Scharut was opgerukt, op 6 wersten afstands van Wengrow,
werd gedurende den ganschen nacht verontrust door de rebel
len, die zich in het naburig bosch ophielden. Eenige kanon
schoten verdreven hen echter. Op den volgenden morgen
trokken de troepen voorwaarts en kwamen ten acht uur op
een kanonschot afstands van de stad. Verschillende posten
dekten genoegzaam de stelling der troepen tegenover de
rebellen, die zich in de bosschen bevonden.
„De slag begon ten 9 uur, toen er twee kanonschoten vie
len uit de batterij no. 3 der derde brigade artillerie. Nadat
men eenigen tijd gevuurd had. bemerkte men dat de rebellen
de stad begonnen te ontruimen bet gros hunner strijdkrach
ten trok in de rigting van Solokow. De zorg der verdediging
van de stad werd opgedragen aan een detachement, hetwelk
den weg bij de barrière naar Mokobod bezette, en daardoor
den aftogt der overigen dekte.
„Om den terugtogt echter aan de rebellen af te snijden, die
de stad ontruimden, zond de kolonel Poponofosopulo het 4e
eskadron ulanen ter hunner vervolging op den weg naar So-
kolow af. Deze drongen hen dan ook terug en zij trokken
weder in de stad, alwaar zij het kerkhof bezetten. Ter zelfder
tijd kwam eene divisie der derde batterij rijdende artillerie,
gedekt door eene sektie der He kompanjie van het infanterie
regement van Kostrom en twee eskadrons ulanen in linie, en
opende het vuur tegen de bende.
„Daarop rukte het detachement der rebellen, hetwelk aan
den ingang der stad geposteerd was, vooruit maar moest door
het goed onderhouden kanonvuur in wanorde terugtrekken
slechts 150 manschapen bleven ondanks het vuur voorwaarts
rukken om zich van de artillerie meester te maken, zich daarbij
met hunne zeissen tegen den aanval der ulanen verdedigende.
De artillerie zweeg daarop een wijl en een peloton van het
derde eskadron ulanen, onder bevel van den luitenant-kolonel
Frodorowki, chargeerde de rebellen. Ter zelfder tijd deden
de karabijnschoten der artilleristen veel afbreuk, terwijl zij
weldra allen gesneuveld waren.
„Nu nam de artillerie weder hare eerste positie in en rukte
de infanterie op de stad aan. De brand, welke bij het begin van
den slag reeds door kanonvuur in de stad ontstaan was. ver
meerderde de verwarring. Derebellen wierpen zich bij kleine
benden door heggen en tuinen in het naburig bosch, alwaar
zij door twee veldstukken werden achtervolgd. Intusschen
werd de stad door de infanterie bezet.
„De rebellen lieten 128 dooden op het slagveld en 9 zwaar
gekwetsten afkomstig van het detachement, hetwelk zich op
onze kanonnen had geworpen. De gesneuvelden en gekwet
sten in de nabijheid der stad gevallen, werden door derebel
len medegevoerd, zoo dat hun aantal onbekend is. Van de
russische troepen sneuvelde geen enkele en werden slechts zes
soldaten gekwetst."
Dealier laatste berigten maken wederom melding van tal
rijkeontmoetingen tusschen de polen en de russen, waarvan de
meeste ten naiïeele der eersten uitvielen, maar niettemin be
langrijke verliezen aan de zijde der rassen veroorzaakten, ten
gevolge van de alles tratserende vermetelheid der opstande
lingen. Een afschuwelijk tooneel wordt vooral opgehangen
van het plunderen en in brand steken der stad Tumachow in
het distrikt Lublin door de russische troepen. Overigens
wordt medegedeeld dat de russen bij Oicow voor de opstan
delingen zijn teruggetrckKurt, terwijl Tarnogrod door hen
werd ingenomen, waarbij van de bezetting 34 man sneuvelden.
Pruissen.
Uit Berlijn wordt aan het agentschap Havas het volgende
gemeld
„Het is thans niet meer twijfelachtig dat de hier uit Peters
burg teruggekeerde generaal-majoor Alvensleben belast was
met eene zending betrekkelijk de poolsche beweging. Deze
zending, waarvan het eerste plan bij den koning zeiven was
opgekomen, had tot strekking om in overeenstemming met
het russische hof de houding te bepalen, welke men tegenover
den poolschen opstand zoude aannemen.
„Sedert eenige dagen ontgaat het niemand dat de zamen-
trekkmg van meer dan twee legerkorpsen en de groote mili
taire maatregelen in Silesië en in de provincie Posen, volstrekt
niet in betrekking staan tot eenig dreigend gevaar voor Pruis
sen. Wij vernemen zelfs uit geloofwaardige bronnen dat
Pruissen zich niet tevreden zal stellen met de afsluiting zijner
grenzen voor invallen tier opstandelingen, maar op verzoek
van het russisch goevernement zijne medewerking heeft aan
geboden tot demping der poolsche onlusten.
„Pruissen. hetwelk zoo begeerig is om zedelijke overwin
ningen te behalen, zal aan Rusland bijstand verleenen tegen
den opstand, welke vooral in uitgebreidheid en kracht is toe
genomen aan de pruissische grenzen. Wij zijn derhalveslechts
aan de slavernij van den prins van Metternich ontsnapt om
in de nog slechtere handen te vallen van prins Gortschakoff!
„Een ministerraad, dezer dagen gehouden, waarbij de prins
tegenwoordig was, heeft dit ongelukkig besluit bekrachtigd.
Ik herhaal hierbij de woorden, bij die gelegenheid aan den
heer von Bismark toegeschreven
„„Ik bestuur thans niet, maar de maarschalk Wrangel en
prins Karei.""
„Het verblijf van den russischen maarschalk Bariatinski te
Berlijn staat met deze aangelegenheden hoogst waarschijnlijk
in verband. Ik behoef u niet te zeggen dat deze interventie-
plannen in onze politieke kringen de grootste verontwaardi
ging hebben opgewekt. Men vraagt zich thans af of de kamer
van afgevaardigden tegen dergelijke staatkunde niet krach
tig zal protesteren."
Mogen wij de berigten daaromtrent van L'indépendance
beige aannemen dan zouden te Weenen, Parijs en Londen
protesten in gereedheid worden gebragt tegen dergelijke
schending des beginsels van noH-interventie.
Le courrier du dimanche meldt het volgende
Men heeft zich sedert een paar dagen zeer bezig gehouden
met eene overeenkomst, welke te Warschau zou gesloten zijn
tusschen Rusland en Pruissen door den generaal Alvensleben.
Wij raeenen zeker te weten dat deze overeenkomst nog niet
gesloten is en daarom'trent niet te Warschau uiaar te St. Pe
tersburg wordt onderhandeld.
„Volgens geloofwaardige berigten zou het hoofdpunt daar
van zijn om aan de pruissische en russische troepen eenige
vrijheid van handeling te verleenen, bij het overtrekken der
grenzen.
„Men zal deze bepaling beter begrijpen wanneer men weet
dat ten gevolge van de bestaande overeenkomsten, geen enkel
russisch soldaat op pruissiseh grondgebied ofgeen enkel pruis-
sisch soldaat op russisch grondgebied kan komen zonder ont
wapend te worden en over de grenzen te worden gebragt.
„Het is mogelijk dat bedoelde te sluiten overeenkomst ook
een artikel zal bevatten betrekkelijk het transport van russi-
s he troepen langs de pruissische spoorwegen.
Het volgende gedeelte eener aanspraak, afkomstig van
een kapitein bij het 6e regement pruissische infanterie, vinde
hier eene plaats:
„De reserves van het garnisoen zijn thans onder de wape
nen geroepen, niet ten gevolge van den poolschen opstand,
maar wegens den binnenlandschen toestand des vaderlands.
De afgevaardigden, die hondsvotten, welke dagelijks drie
thalers ontvangen om daarvan in de herbergen goede sier te
maken, willen aan de soldaten de soldij niet gunnen welke
hun toekomt. Men zal thans daaraan een einde maken en
daarom heeft de koning u onder de wapenen geroepen."
Hoewel het er verre af is dat wij door deze groteske uitval
len van een infanterie-kapitein den algemeenen geest des
pruissischen legers zouden willen schetsen, gelooven wij toch
dat dergelijke uitingen te veel bijval vinden onder de
armee daar te lande, om het kurieus stuk als een staaltje van
somraiger gevoelens aan onze lezers te onthouden.
Frankrijk.
Het adres van het wetgevend ligchaam is na verwerping
van alle amendementen met 245 tegen 5 stemmen aangeno
men. De aanneming van dit stuk, welke zekerlijk wel door
iedereen werd te gemoet gezien, ontneemt niets aan de be
langrijkheid der gevoerde diskussiën, welke wij hier derhalve
nog kortelijk willen bespreken.
In ons vorig nommer eindigden wij onze verslagen met de
redevoering van den heer Jules Favre welke door den heer
Dumiral zoude beantwoord worden.
Na de belangrijkheid te hebben betoogd van het amende
ment aan de orde, omtrent het regt van verkiezing en aange
wezen, dat, terwijl vroeger de oude monarchie in het godde
lijk regt hare grootheid zocht, de tegenwoordige uitvoe
rende magt deze put uit de toestemming der natie, het alge
meen stemregt zich in zijne veelomvattendheid en vrijheid
moet uiten, treedt Jules Favre in eene uitvoerige beschouwing
omtrent de inmenging der administratie. De spreker bewees
hoe deze daardoor de kieslijsten in hare magt had en dien ten
gevolge een invloed bezat, haar door de konstitutie niet ge
geven en met de grootste gevaren verbonden. Hij herinnert
hoe te Parijs het aantal kiezers verminderd is hij eene ver
meerdering van inwoners, en hoe juist de konstitutie de bevol
king ten grondslag neemt. Toen de bevolking van het Seine-
departement in 1S48 een aantal bereikt had van 1.36U,000,
bedroeg het getal kiezers 433,662. In 1862 was de bevolking
te Parijs toegenomen met 600,000 inwoners en bedroeg
1,953,600, terwijl het aantal kiezers met meer dan 100,000
verminderd was en tot 325,722 was afgedaald. De spreker
wijt dit aan het systeem der administratie welke slechts in
geschreven kiezers in aanmerking neemt, zoo dat niet alleen
door de inschrijving de bevoegdheid tot kiezen maar zelfs het
kiesregt wordt bepaald. Op talentvolle wijze toont de heer
Jules Favre aan. hoe d'-rgelijk systeem met de konstitutie in
strijd is en tot welke juridische en mathematische ongerijmd
heden men daardoor komen moet. De termijn van acht dagen
wordt verder door den redenaar ie klein geacht voor de veri-
fikatiën, terwijl daarin slechts het acluste deel eener sekonde
aan elke ingebragte klagt kan gewijd wordeif.
Omtrent de willekeurige wijze van handelen der admini
stratie treedt de spreker insgelijks in uitvoerige beschouwin
gen, waarbij hij de edele handelwijze van den uiaire van zeker
kanton herinnert, die geweigerd heeft zich te gedragen vol
gens den last der administratie, en onzijdig wilde blijven bij
de verkiezingen. Hij beschrijft vervolgens de wijze waarop
de kandidaten der oppositie allerlei hinderpalen ontmoeten
en tegengewerkt worden.
„Is het overigens een geheim dat de ambtenaren, en deze
zijn zeer talrijk, verpligt zijn voor den kandidaat der admini
stratie te stemmen? (Interruptiën.) Kunnen deze zich dan
kiezers noemen Zij kiezen immers geen kandidaat maar
nemen hem aan. (Heftige beweging.) Niet alleen zelfs dat
hunne keus niet vrij is, maar zij moeten den kandidaat van
het goevernement stemmen, op straffe van afgezet te worden.
(Beweging.) Is dat nu eene eerbiediging van het algemeen
stemegt
In heftige en scherpe bewoordingen wordt dit thema door
den talentvollen redenaar verder uitgewerkt.
De heer Dumiral tracht daarop de administratie te verde
digen tegen de aanvallen des vongen sprekers, en meent dat
de officiële kandidaturen eene noodzakelijkheid zijn.
De minister Baroche wijst er op hoe de oppositie, welke
zich alle mogelijke moeite heeft gegeven om onregelmatighe
den te ontdekken in de kiezerslijsten, het aantal daarvan
slechts op twee heeft kunnen brengen, eti geeft overigens eene
voor het regeringssysteem gunstige uitlegging der konstitutie.
Wat den geinkrunineerden termijn van acht dagen betreft,
vraagt de heer Baroche waarom deze.ontleend aan de wel van
8 februarij 1849 van de assemblee constituante toen wel en
thans niet genoegzarnen waarborg zoude kuunen opleveren.
De onevenredigheid van het aantal bewoners van Parijs en
het aantal kiezers is niet aan de regering te wijten, maar aan
deze kiezers zeiven, die zich niet beluien doen inschrijven.
Eene uitvoerige beschouwing over de door Jules Favre aange
haalde onregelmatigheid te Bernay besluit dit betoog, terwijl
hij het ontslag van den door dien spreker aangehaalde maire
aan ouderdom en langdurige dienst toeschrijft en den voorge
lezen brief door een ander persoon geschreven meent.
De heer Plichon, zich door deze woorden gekwetst wanende,
staat op, ten gevolge waarvan de graaf Hallez-Claparède
vraagt of er dan valschheid in geschriften is gepleegd, en de
heer Baroche daarop antwoordt dat de bedoelde brief wel
door den maire zelven geschreven, maar door een ander op
gesteld kan geweest zijn. De redevoering des minister ein
digt overigens met eenige variatiën op het thema „hoe zijn
tegenstander, een man van zoo veel takt, niet begrijpen kan
dat de geheele natie zijne beweringen ontkent!"
Nadat nu nog de heer Plichon onder heftige beweging
eenige argumenten tegen den minister Baroche heeft ïnge-
bragt, en de heer Picard nog kortelijk maar allerheftigst het
woord heeft gevoerd over dwang op de drukpers uitgeoefend,
in het verslag waarvan de woordeuleven! beweging! ont
kenningen! stemming! enz. als gezaaid zijn, leest de markies
de Pierres een stuk voor, hetwelk door bijna nienand wordt
aangehoord en eenige beschouwingen bevatten omtrent vrij
heid en revolutie. Het adres wordt daarop aangeuomen.
Wij hebben hiermede onze verslagen geëindigd en zouden
daarboven als kenschetsend motto kunnen plaatsen: Alles
is zoo goed gecentraliseerd, dat in Frankrijk slechts de
regering zelve in staat is eenige indrukmakende oppositie te
voeren.
Volgens den Moniteur universel heeft de keizer bij de
aanbieding van het adres te kennen gegeven dat hij met vol
doening eene zoo opmerkelijke eensgezindheid in het wetge
vend ligchaam, te wenschelijker naarmate juist thans in alle
gedeelten der wereld de waarheid door de tegenstrijdigste
'Battstogten wordt beneveld, heeft ontwaard. „Frankrijk moet
inwendig Icalm en krachtig wezen, om steeds in de gelegen
heid te zijn een wettigen invloed uit te oefenen ten gunste
van regtvaardigheid en vooruitgang, wier zegepraal maar al
te dikwijls door de overdrijving der uiterste partijen wordt
belet." Men ziet uit de toespraak des keizers dat hij .gemak-
kelijkheidshalve het oppositie-vijftal negeert.