kontroleur van de direkte belastingen en het kadaster te
Maastricht de heer P. H. de Gelder, thans surnumerair bij het
zelfde vak te Middelburg.
Koloniën.
De berigten uit Batavia gisteren per over-landmail aange-
bragt loopen tot 16 december. De toestand te Banjermasing
scheen, voor zoo ver toen bekend was, nog de zelfde te zijn.
Men wasechter in afwachting van belangrijke tijdingen, want
er is expeditie uit een flinke magt bestaande naar de Boven-
Doesson vertrokken, om die landstreek tot onderwerping te
brengen. Het vermoeden bestaat dat Antasavi niet overleden
is, maar zich daar schuil houdt.
Volgens den Java-bode zou de door het goevernement
onttroonde sultan van Rhiouvv druk aan het woelen zijn op
de oostkust van Malakka, werwaarts hij door eene siamesche
oorlogshoot was gevoerd. Hij schijnt het rijk van Pahong te
willen veroveren.
Aan het Bataviaascb handelsblad ontleenen wij het vol
gende
Batavia heeft thans nieuwe gasten zien verschijnen in de
personen van 15 japanezen, die per Calypso naar Nederland
zouden vertrekken, maar in straat Maeklesfield, in de nabij
heid van Poeloe Lepar het lot van Telemachus bij het eiland
van Calypso ondergingen en schipbreuk leden zij zijn door
het stoomschip Palembang hier aangebragt en zullen, naar
uien verneemt, per Ternate hunne reis vervolgen. Aan bewij
zen van beleefdheid ontbreekt het hen nietwij zijn nu een
maal overbeleefd jegens vreemdelingen, al zijn het japanners,
die niets liever verlangen, dan in hun eigen land van hunne
dubbele zwaarden tegen ons gebruik te maken.
„Men kondigt hier de oprigting aan van twee administratie
maatschappijen met waarborg der kapitalen, die aan haar zul
len worden toevertrouwd; bij voorzigtige leiding kunnen die
maatschappijen veel kapitaal naar Indië trekken, aaftgezien
dat hier zeer wel met voldoende sekuriteit en tegen goede
rente kan geplaatst worden.
„Alle dagbladen in Britsch-Indië zijn tegenwoordig gevuld
met berigten over de vorderingen in den aanleg van spoorwe
gen en het produceren en verzamelen van katoen. Hier is men
met verlangen wachtende op raedecieeling, wanneer met den
aanleg van een eerst lijntje spoorweg zal worden begonnen
van de werking der katoen produktie maatschappij verneemt
men niets."
Gemengde berigten.
Een reiziger die onlangs Egypte en Syrië bezocht en toen
ook de vorderingen van het Suez-kanaal bezigtigde. deelt
daaromtrent in een der oostenrijksche dagbladen mede, dat
vooral de buitengewone ijver waarmede in bet vorige jaar is
gearbeid hem getroffen heeft. Omstreeks april 1862 was er
volgens algemeene berekening nog slechts het vierhonderdste
gedeelte van den arbeid gereed en thans mag men aannemen
dat omstreeks het vijftigste deel is afgewerkt, zoo dat in de
negen laatste maanden van 1S62, volgens dien berigtgever,
dertig maal meer arbeid is verrigt ilan in de jaren I860 en
1S61 te zamen.
liet hof van Colmar in Frankrijk heeft in beginsel aan
genomen, dat eene advertentie, door iemand in een dagblad
geplaatst, om te verklaren dat hij de schulden welke zijne
echtgenoot zou kunnen maken niet zal betalen, voor deze
laatste eene zware beleediging is. zoo zelfs dat dit grond zou
kunnen opleveren tot eene scheiding van tafel en bed.
Uit Boskoop meldt men dat de Cydonia (Pyrus) Japo-
nica en de Magnolia reeds teekenen van bloei beginnen te
vertoonen. Beide heesters bloeijen gewoonlijk in april.
- De zorg voor het onderwijs van den franschen keizer
lijken prins is van mevr. Buat, zijne goevernante, overgegaan
op een onderwijzer. Den 16 maart zal de jonge prins zijn
zevende jaar hebben bereikt. Er zal evenwel niet, zoo als dit
anders gewoonlijk geschiedt, een goeverneur voor den prins
worden benoemd. De keizer heeft verklaard, dat hij zich
voorloopig zelf met de opvoeding van zijn zoon wil belasten.
Aan den heer Monnier, gewezen kweekeling van de normale
school en professor aan het kollegie Rollin, is de opleiding
van den prins toevertrouwd hij is reeds den 19en jl. in funk-
tie getreden. De prins had. behalve de genoemde goever
nante. nog twee onder-goevernantes. de dames de Brancion
en Bizot. alle drie weduwen van officiers, die tijdens den
Krirn-oorlog op het veld van eer zijn gesneuveld. Bovendien
waren er nog twee dames, miss Shaw en mile. Follet, aan zijn
dienst verbonden. De eerste goevernante van den prins, de
weduwe van den admiraal Bruat, heeft tien titel van gouver
nante honoraire ontvangen benevens een jaarlijksch inkomen
van 30.060 franks.
Men mag van de dooden geen kwaad spreken, en toch
wordt als een bewijs van de verspilzucht van wijlen den on
derkoning van Egypte o. a. gemeld dat hij. tijdens zijn bezoek
te Londen, voor zich alleen 600 pantalons beeft besteld.
Te Scheveningen is slechts een pink meer afwezig,
waaromtrent men in ongerustheid verkeert.
liet italiaansche goevernement schijnt volgens berigten
uit Turijn het voornemen te hebben tie doodstrafin het geheel
koningrijk Italië af te schaften, hetgeen thans reeds in het
strafwetboek van Toskane het geval is
De bekende genei aal Haynau, opperbevelhebber van het
hessisch leger, heeft zich door een pistoolschot van het leven
beroofd, ten gevolge van groote oneenigheden met de onder
zijn bevel staande officieren.
Eene late maar verschrikkelijke stormachtige winter
schrijft men uit Turijn heerscht thans in geheel noordelijk
Italië, Ik verliet Genna onder slagregens en stormweder.
Slechts hier en daar was het mogelijk door de sneeuw te
waden en nadat wij de tunnel van Giovi, te Busalla, Seravalla
cu Novi hadtien doorgereden, zagen wij alle stations met een
sneeuwlaag bedekt ter dikte van 18 of li duimen. De sneeuw
massa oj) tie daken is'zoo groot «lat verscheidene gebouwen
zijn ingestort. In de vallei van de Tessino ligt de sneeuw ter
hoogte van drie ellen. De wegen van den St. Gothard en St.
Bernard zijn allen voor een tiental dagen ontoegankelijk. Te
Locarno is de kerk ingestort en te Tesdairolo zijn 32 boeren
hoeven onder de sneeuw bedolven. Overal waar men bevrijd
meent te zijn ran sneeuwvallen, wordt men bedreigd met
overstroomingen der gezwollene rivieren, waardoor te Pizzi-
rigetone door de Adda een gedeelte van het glacis en verde
digingswerken zijn weggespoeld.
De koning van een volkstam in Nieuw-Zeeland, Moari
Potatin II heeft een dagblad opgerigt, hetwelk uitgegeven
wordt te Garnawahia, onder de zinspreuk Geloof, liefde en
gelijkheid. In het eerste hoofdartikel wordt volgens de engel-
sche vertaling verklaard dat „de oprigting van dit dagblad
zal strekken om onze beginselen aan de overige stammen der
wereld kenbaar te maken."
In de letterkundige kringen te Parijs wordt veel gespro
ken over het aanhangige proces wegens de uitgave van
Be'rangers nagelaten werken. De eigenaar dier werken kon
aanvankelijk geen drukker vinden die den moed bezat ze uit
te geven; eindelijk vond hij er een, maar toen het op stuk
van zaken kwam, deinsde ook deze terug; van daar een pro
ces. Het hoofdbezwaar tegen de uitgave bestond daarin, dat
Béranger zich in termen overJSïapoleon uitliet die de konfis-
kath van zijne gpschriften ten gevolge kunnen of moeten
hebben. De advokaat van den eischer achtte het noodig het
ij dele van die vrees aan te toonen en ving zijn preidooi aldus
aan „Mijne heeren Indien de keizer morgen kwam te ster
ven De president der regtbank sprong bij deze
woorden van schrik overeind en riep „Men zegt zulke zakeu
niet, mijnheer!" waarop de advokaat antwoordde: „Maar.
mijnheer de president, de keizer is dan toch niet onsterfe
lijk!" De president hernam: „Dit is een punt waarover
wij niet te beslissen hebben. Zóó veel is zeker dat er eventu
aliteiten zijn. die het beter is niet.te voorzien." Slechts met
moeite verkreeg de advokaat vergunning zijn pleidooi voort
te zetten
Burgerlijke stand.
Middelburg. Eerste huwelijksafkondiging den 25 dezer:
W. A. Malgo, weduwn. 31 j. met P. Brandt, jd. 33 j.
(Van 17 tot 24 januarij.)
Vlissingen. Gehuwd G. van Resteren, jm. 31 j. met
M. M. Lijders, jd. 22 j. W.Keereweer, jm. 25 j. metM. Kuij-
pers, jd. 25 j. B. C. Engelberts, jm. 27 j. met M. de Zeeuw,
jd. 23 j.
Bevallen C. II. Philipse geb. d'Jong, d. E. C. van Hoek
geb. Nobels, d. S. J. van Vooren geb. Roda, z. I. Verhoeff
geb. van Lonwel, d. M. C. Schraver geb. Heijblom, d. D.
Hubenaar geb. Godrie, d.
Overleden: Y. Baan. man van L. C. Arincksen, 76 j. C.
de Ruijter, d. 9 j. M. Flipse, vrouw van M. Hardevvijnse, 70 j.
E. Benier, z. 9 w. W. J. Brandt, wed. van J. Naerehout, 6Sj.
M. Craane, wed. van J. J. M. Keijser, 68 j.
Goes. Bevallen L. <le Back geb. van Liere, d.
Ovprleden W. van Sprang, "man van L. v. d. Visse, 53 j.
L. Koning, vrouw van G. van de Velde. 68 j.
ZiekjkZee. Bevallen C. M. van der Halen geb. Groerie-
veld de Kater. z. T. Lokker geb. Willemse, z. A. Luycx geb.
Lokker, z. E. Verkaart geb. de Cvolij. z.
Overleden: A. Heuzevelt, man van E. Kar.se, «36 j. N.
Schulink.jm. 16 j. (op zee). H. H. de Boer, man van P. J.
Broeksmit, 5] j. (op zee). P. van de Ende, z. 10 ni. J. P. van
de Velde. wed. van G. Overman, 58 j. C. Paret, man van J.
Phernamhucq, 31 j.
IPltermonieterstand.
26 jan. 's av. 1] u. 44 gr.
27 's morg. 7 u. 48 's midd. 1 u. 45 's av. 11 u. 42 gr.
28 's morg. 7 u. 37 's midd. i u. 44 gr.
Staten generaal.
eerste kamer.
Slechts weinig beraadslagingen werden maandag gevoerd
over het wetsontwerp tot voorloopige vaststelling van hoofd
stuk IX der staatsbegrooting voor het dienstjaar 18G3, waar
van wij de aanneming met algemeene stemmen reeds in ons
vorig nominer hebben gemeld.
De heer Boreel van Hogelanden verklaarde dat hij het
voorstel van den voorzitter, laatstleden zaturdag gedaan, om
de diskussie over dit ontwerp van wet op heden te bepalen,
heeft ondersteund, omdat hij van meening was, dat geen enkel
lid der vergadering zou verlangen bij de behandeling dezer
kredietwet, waardoor slechts in de behoeften der dienst wordt
voorzien, in een debat over regeringsbeginselen te treden met
dezen interimairen minister van koloniën. Spreker wees er
echter op dat het votum der eerste kamer van 29 december jl.
was miskend en dat men het had willen miskennen. Men had
toch geen acht geslagen op het vorige verslag der kamer,
waarbij uitdrukkelijk was verklaard dat men de regering niet
wenschte te volgen op den door haar ingeslagen weg. Thans
is bij dit verslag de beteekenis van dit votum nog duidelijker
uiteengezeten kan men den minister van financiën de voldoe
ning laten, te verklaren dat de beteekenis van het votum niet
die is, welke de spreker volhoudt, en dat de regeringsbegm-
selen van dit kabinet dezelfde zijn als die van een vorig
minister van koloniën, die echter geen lid van dit ministerie
uitmaakte. Spreker zal thans hij de behandeling van deze
kredietwet niet verder in diskussie treden.
De heer Fransen van de Putte is van meening dat de kamer
thans, onder adhesie aan haar vorig votum van 29 december
11. van elke diskussie moet afzien, en die verdagen tot aan de
definitieve begrootingdoor den nieuwen minister in te dienen.
De minister van financiën, tijdelijk belast met het beheer
van het departement van koloniën, verklaarde slechts in her
innering te willen brengeu. zoo de kamer persisteerde bij haar
verslag, het antwoord dat de regering daarop heeft gegeven,
aan welk antwoord hij niets meer zal bijvoegen.
De heer Ilartsen geloofde insgelijks dat het thans volstrekt
de tijd niet was over de beginselen van koloniaal beleid te
spreken. Hij voegt zich bij de twee leden, die het woord
hebben gevoerd. De vergadering is hierop tot nadere bij
eenroeping gescheiden.
Gemeenteraad van Middelburg.
Zitting van 23 januarij.
Voovzittev de heer de Jonge, bij afwezigheid van den heer
Bijleveld van Serooskerke, ongesteld. Mede afwezig de
heeren N. J. C. Snouck Hurgronje, van Diggelen, Caland en
van de Graft, de drie eersten ongesteld.
De notulen der vorige zitting worden gelezen en goedge
keurd.
Is ingekomen eene missive van het burgerlijk armbestuur,
waarin wordt te kennen gegeven dat het bestuur der godshui
zen verzoekt, hangende het geschil met gedeputeerde staten
(waarinde koninklijke beslissing is gevraagd) middelen te be
ramen tot betaling van het verschuldigde over 1862, ten einde
het worde in staat gesteld om de schuldvorderingen ten laste
van de gestichten te voldoen, waartoe het door verschillende
leveranciers dringend wordt aangemaand.
Hoe billijk en noodzakelijk dit verzoek ook wezen moge,
is het burgerlijk armbestuur niet in staat daaraan te voldoen.
Het heeft geen fondsen om zijne ter verpleging opgedragen
armen te bekostigen, tot een bedrag van f 25,677,29 over
1862. Zulk een toestand is onhoudbaar en onregtvaardig je
gens de leveranciers. Daarom wordt de raad met aandraug
verzocht om, het zij regtstreeks aan het bestuur der godshui
zen. of des verkiezende door tusschenkomst van hetburgerlijk
armbestuur, een renteloos voorschot te geven gelijk staande
met het bedrag der verplegingskosten. Ten andere verlangt
het armbestuur dat de raad zich aansprakelijk stelle voor de
kosten van de thans in de gestichten verpleegd wordende en
dagelijks daar op te dragen armen, ten einde het worde ge
vrijwaard voor mogelijke maatregelen welke het bestuur der
godshuizen tot betaling dier kosten zou kunnen nemen.
Voorts wordt onder de aandacht gebragt dat met ultimo
januarij de beschikbare fondsen, adfl072,58£ als goed slot
van 1861 aan wekelijksche bedeelingen zullen zijn uitgeput
en daar gedeputeerde staten het subsidie voor de huiszittende
armen niet hebben goedgekeurd, het armbestuur ook met bet
einde dezer maand niet in staat zal zijn onderstand te verlee-
nen. Op dezen grond zou het hun aangenaam zijn op reke
ning van het aangevraagd subsidie een voorschot uit de ge
meentekas te mogen ontvangen, ten einde in staat te worden
gesteld tot het verstrekken van den wekelijksclien onderstand
aan de huiszittende armen, aan wie deze als policiemaatregel
ten opzigte der armoede is toegestaan.
De voorzitter steltvoor, aan burgemeester en wethouders
een krediet te verleenen van f25,000, ten einde de genoemde
betaling te kunnen doen plaats hebben, alsmede eene som
van f8,300 toe te staan ten behoeve der huiszittende armeti,
als subsidie op de gemeentebegrooting voor 1S63 uitgetrok
ken en onder onvoorziene uitgaven gebragt.
De heer Verbrugge zegt, als voorzitter van hetburgerlijk
armbestuur, dat het armbestuur heeft gemeend die missive
aan den raad te moeten rigten wegens den exceptionelen toe
stand waarin het verkeert. Hadden gedeputeerde staten h unne
goedkeuring aan de genomen raadsbesluiten niet geweigerd,
dan zouden er nooit moeijelijkheden in de administra-?
tie zijn ontstaan. Doch die goedkeuring hebben zij niet ver
leend en, zonder dat de lieer Verbrugge hier omtrent het regt
of onregt een oordeel wil vellen, daardoor is stremming in de
dienst ontstaan. Van de wijzigingen in de verordening voor
het armbestuur is men door daartoe genomen maatregelen
genoodzaakt geworden terug te komen. Hiervan is het gevolg
geweest dat het armbestuur het geheele jaar 1862 niet heeft
kunnen betalen men vraagt om geld, doch het kan niet ge
geven worden omdat men het niet heeft; het is er wel, maar
in de kas der gemeente. Het zou echter een bepaald onregt
zijn de leveranciers der godshuizen naar hun geld te laten
wachten, zoo dat het vvenschelijk is dat een krediet van
f25,000 worde verleend. Een ander punt, waarop de heer
Verbrugge nog de aandacht vestigt is, dat het burgerlijk arm
bestuur moet voorzien in de behoeften der huiszittende armen;
hiertoe is het bestuur onvermogend. Met den laatsten dezer
maand zal het in 't geheel geen geld meer hebben dan zal
het öf den last van zich afwenden en bedanken, öf zich bereid
verklaren voort te gaan, mits onder den noodigen waarborg
voor zijne administratie. Het is dus wenschelijk ook hieraan
te gemoet te komen. De drie punten zijn alzoo1. de gods
huizen in staat te stellen tot het betalen van voorschotten en
leveranciën2. garantie voor de administratie van het burger
lijk armbestuur, en 3. baar geld.
De heer A. W. Snouck Hurgronje zou de som van f8.300,
waarvan gesproken is, wenschen verhoogd te zien. omdat zij
te gering is wanneer de beslissing in de bestaande kwestie nog
lang aanhangig blijft. De voorzitter echter acht het beter
te wachten tot dat de te verstrekken som zal zijn uitgeput,
omdat bij eene dadelijke verhooging er kwestie teu principale
zon ontstaan.
Alsnu wordt het voorstel van burgemeester en wethouders
in omvraag gebragt en aangenomen met algemeene stemmen.
De resumtie van dit besluit, waarop men zal trachten degoed-
keuring van gedeputeerde staten te erlangen, wordt aan bur
gemeester en wethoudevs opgedragen.
Voor kennisgeving worden aangenomen verschillende mis
sives van gedeputeerde staten, houdende goedkeuring van
raadsbesluiten betreffende:
a. De gemeentebegrooting voor 1863.
b. De verordening op de nummering der huizen en ile ver
huizing in deze gemeente. De voorzitter deelt hierbij mede
dat deze met 1 februarij a. s. in werking zal treden dat. als
dan het kollegie van wijk- en buurtmeesters zal worden ont
bonden dat de verordening wordt gedrukt, aan de huizen
der ingezetenen rondgebragt en zoo algemeen mogelijk ver
spreid zal worden; en dat de heer J. de Somer. die gedurende
elf jaren de betrekking van buurtmeester heeft bekleed, door
burgemeester cu wethouders is benoemd tot beambte ter ge-