MIDDELBÜRGSCHE
C O U R A N T.
N-145.
Donderdag
4 December.
1862.
Bij deze courant behoort een bijvoegsel,
bevattende
1. Overzigt van liet verhandelde in de tweede kamer der
staten generaal in de zittingen van 28 en 29 november.
2. Verslag van het verhandelde in den gemeenteraad van
Vlissingen, zitting van 29 november.
Editie van woensdag avond 8 ure.
Middelburg 3 D ecember.
Gisteren zijn in de tweede kamer de diskussiën over de be
grooting voor oorlog voortgezet en eerst zeer laat teneinde
gebragt. Met 37 tegen 22 stemmen werd dit hoofdstuk ten
slotte aangenomen.
Van de beraadslaging gevoerd voor men tot stemming
overging, geven wij in dit nomtner een beknopt overzigt, ter
wijl we voor de verslagen 'van de zittingen van vrijdag en
zaturdag naar het bijvoegsel verwijzen.
Op een paar punten willen we hier echter de aandacht
vestigen.
Lang werd beraadslaagd over het amendement door den
heer van Heukelom voorgesteld en met 38 tegen 21 stem
men verworpen om de kosten van onderhoud der vestingen
Maastricht en Venlo te doen vervallen. De kamer zou, zoo
verlangde de voorsteller, door de aanneming tevens te kennen
geven dat die vestingen in ons verdedigingsstelsel konden
gemist worden.
De heer van Heemstra had dit amendement bestreden, om
dat, zoo als hij beweerde, de kamer over 't algemeen geene
genoegzame kennis van dergelijke zaken had om een zooda
nig belangrijk beginsel uit te maken. De voorsteller henevens
de heeren Fransen van de Putte, van Heukelom en van der
Linden kwamen daar nadrukkelijk tegen op. Als het denk
beeld van den heer van Heemstra gedeeld werd zou er inbreuk
gemaakt worden op de regten der vertegenwoordiging. De
heer van Heemstra maakte zich hier aan groote inkonsekwentie
schuldig, en genoemde leden herinnerden hem aan de houding
die hij zelf tegenover zijn voormaligen ambtgenoot voor ma
rine had aangenomen. Zoo de heer van Heemstra in de kwes
tie welke de kamer jaarlijks bezig houdt, een vreemdeling is,
beeft hij hierop kwam bepaaldelijk de rede van den heer
van der Linden neder toch het regt niet om anderen de
beslissing te willen beletten, het w.is dan beter dat hij zich
verwijderde, dan votums va;i vertrouwen of wantrouwen uit
te brengen omtrent zaken waarvan hij zelf verklaart geen
genoegzame kennis te bezitten.
Twee amendementen door den heer Storm van's Grave-
sande voorgesteld, werder. insgelijks verworpen. Het eerste
had tot strekking om de som voor de verandering der Yssel-
vestingen aangevraagd, het tweede om die voor eeue nieuwe
kazerne te Amsterdam uitgetrokken, te doen vervallen.
De minister voor oorlog heeft ér in bewilligd, onder be
paalde verpligting van geheimhouding, aan de leden der
kamer mededeeling te doen van de lijst der vrijstellingen aan
sommige ouders verleend voor het onderwijs hunner zonen
op de akademie te Breda.
Aan de kamer is mededeeling gedaan dat de heer J. D. van
der Poel, nieiuv benoemd lid in het boofdkiesdistrikt Gorin-
chetn, zijne geloofsbrieven heeft ingezonden.
Bij dediskussie over hoofdstuk IX (koloniën), welke heden
is aangevangen en morgen zal worden voortgezet, is tot nog
toe bijna uitsluitend door de leden der oppositie het woord
gevoerd.
Het volkskoncert dat 11. zaturdag te Amsterdam door de
afdeeling der Maatschappij tot bevordering van toonkunst in
het Park gegeven is. werd door 400 personen op den eersten
en 1048 op den tweeden vang bijgewoond. De uitslag dezer
proefneming wordt als zeer gunstig aangemerkt.
De bij koninklijk besluit van 29septemberjl. goedgekeurde
rekening der koloniale remises over 1860, levert een batig slot
van f23,194,720,95 op. Daarvan zijn echter reeds f 20,000,000
aangewezen ter goedmaking van de uitgaven der begrooting
voor het dienstjaar 1861, zoo dat er een overschot is van
f 2,594,720,92. Het thans ingediende wetsontwerp tot nadere
regeling van dat batig slot strekt, otn dat overschot toe te voe
gen aan'de middelen en inkomsten van het jaar 1861.
Als naar gewoonte gaat dit wetsontwerp vergezeld van het
proces-verbaal der zittingen van de staatskommissie, die be
noemd is geweest om de rekeningen der indische ontvangsten
en uitgaven na te zien. De kommissie heeft ettelijke vragen
gedaan en opmerkingen gemaakt, die door den minister van
koloniën zijn beantwoord. Daaruit blijkt dat professor Mul
der te Utrecht in 1S60 omtrent f3000 genoten heeft voorkeu-
ringen van naar de koloniën uitgezonden benoodigdheden
dat aan den heer A. Kappler te Stuttgardt f 12,500 is uitbe
taald als schadeloosstelling voor het ophouden zijner koloni
satie aan de Marowyne in Surinamedat de ingenieur Stiel
tjes, die naar Indië gezonden is om opnemingen voor de
spoorwegen te doen, f 10,000 voor uitrusting en f 15,000 jaar-
lijksch traktement bedongen heeft; dat de steendrukker
Mieling te 's Gravenhage f 53,000 ontvangt voor het in 40
afleveringen (elk van 10 platen) uitgeven der afbeeldingen
van den tempel Bórö Boedoer op Java, en daarop een voor
schot van f9000 ontvangen heeft enz.
Benoemingen en besluiten.
ridderorden. Benoemd tot ridder der orde van den
Nederlandschen leeuw de heer E. Romberg, direkteur-gene-
raai bij het departement van binnenlandsche zaken in het
koningrijk België, en bevorderd tot kommandeur dier orde de
heer A. van llijckevorsel Hz., thans ridder.
Vergunning verleend aan jhr. J. Ortt van Schonauwen,
hoofdingenieur van den waterstaat inGelderland, tot het aan
nemen der onderscheidingsteekenen van ridder le klasse der
orde van Philippus den Grootmoedige, hem doorZ. D. H.
den groothertog van Hessen geschonken.
Berk- en schoolnieuws.
De beroepen predikant bij de hervormde gemeente te
Schore, de heer W. Winsenius hield jl. zondag namiddag
zijne intreerede naar aanleiding van Rom. 116.
lücmcngdc berlgten.
Te Richmond wordt dezer dagen een fantastico-politisch
tooneelstuk opgevoerd, waaraan veel hij val ten deel valt. In
dit stuk verbinden zich Ivarel de Groote, Sesostrisen Nebu-
kadnezar met de yankees tegen de gekonfedereerden, die zij
toch niet kunnen overwinnen. Aan het eind van het stuk ko
men zij hunne hulde betoonen aan den tot het Zuiden behoo
renden held, aan wien Karei de Groote zijne dochter uithu
welijkt. De drie koningen worden echter met den president
Lincoln, die ook ten tooneele wordt gevoerd, tot straf hunner
euveldaden in vier vledermuizen veranderd en figureren
daarop als zoodanig tot groot genoegen der toeschouwers in het
ballet, waarmede de geheele voorstelling eindigt. De geld-
bussen in de kerken schijnen van tijd tot tijd in het aandenken
van sommige personen eene plaats in te nemen. Zoo zijn dan
ook weder in den nacht van donderdag op vrijdag jl. de drie
gehlbussen in de roomsch katholieke kerk te Heerenveen van
haren inhoud beroofd, tot een gezamenlijk bedrag van om
streeks f S0. Een uit de vensterramen gesneden ruit gaf den
dader toegang tot het kerkgebouw. Voor het hof van assi
ses te Calvados is de zaak behandeld van de wed. Lecallier-
Larosière. Deze vrouw behandelde haar bediende, zekeren
Pommier, zeer slecht. Verscheidene malen had zij hem reeds
mishandeld, zoo dat Pommier wegliepop aanhoudend smee-
ken van de weduwe keerde hij echter den 2J junij terug. De
dag werd in vreugde doorgebragt en des avonds werd er zeer
veel gedronken. Er ontstond weder een hevige twist, die ech
ter werd bijgelegd. Toen Pommier zich te bed had begeven,
kookte de weduwe een pan vol olie en wierp hem de kokende
olie in het gelaat en op de horst, waardoor zij hem hevige
brandwonden toebragt. Het hof heeft de weduwe tot vijfjaar
tuchthuisstraf veroordeeld. In Engelsch-Indië neemt de
zucht bij partikuheren tot aankweeking der kinaplant meer
en meer toevoor niet minder clan 22,000 planten is door ver
schillenden reeds aanvraag gedaan. Volgens een amen-
kaan sch blad worden de muntbiljetten der zuidelijke konfe
deratie, met eene waarde van 1 en 2 dollars, alle door jonge
dames, waarvan vele totcie hoogste standen te Richmond be
lmoren, geteekend. Dagelijks gaan er 2000 biljetten door de
handen dezer schoonen, die thans een jaarlijksch inkomen van
600 dollars hebben,doch wier bezoldiging men tot 900 dol
lars zal verhoogen. Van 1S27--1S5S kwamen in Frank
rijk per jaargemiddeld 2825 zelfmoorden voor; in 1827 was
de verhouding 4, 8. in 1858 10, 8 op de 100,000 inwoners; het
departement der Seme, het meest bevolkte, leverde verre weg
de ongunstigste verhouding op. n. 1. 80 op de 100,000 inwo
ners. Het Gelderu'sche Wochenblatt deelt de volgende
anekdote mede: Toen de bekende professor Bischoff nog
direkteur bij het gymnasium te Wezel was, kwam hij op zeke
ren dag als leeraar der prima in deze klasse en zag op een der
aan den muur hangende horden de woorden geschreven
„Bischoff is een ezel.1' Wel begrijpende, dat geen der leerlin
gen den schrijver dezer woorden zou verraden, sprak hij er
geen woord over, maar besloot zich op de volgende wijze te
wreken. Hij zette den kursus over de klassieke schrijvers
voort, naar aanleiding van het reeds vroeger geleerde, doch
deed den leerlingen daarbij zulkê moeijelijke vragen, dat geen
hunner ze juist wist te beantwoorden. Daarop ging hij zeer
bedaard naar het bord, en voegde slechts weinige letters ach
ter het geschrevene, zoo dat er nu te lezen stond „Bischoff is
een ezeldrijver." Vervolgens riep hij„Schaamt u! gij hebt
slecht gestudeerd scheer u naar huis en zorgt dat uw leeraar
spoedig een anderen titel verkrijge!" Diep beschaamd dropen
de leerlingen af. Uit officiële opgaven blijkt, dat de gemid
delde levensduur in Zweden, die gedurende de 18e eeuw 35
jaren voor mannen en 37 voor vrouwen bedroeg, nu op 41 en
46 moet gesteld worden; slechtsvan het aantal kinderen
sterft thans binnen het eerste levensjaar. Dit gunstige resul
taat moet voor een deel aan devakcine worden toegeschreven.
Een honderdtal jaren geleden was van het aantal sterfge
vallen aan de pokken te wijten, hetgeen nu voor die ziekte
slechts 51 op de 1Ü00 bedraagt. Uit een bekend ge
maakt verslag van de kommissie tot inzameling van liefde
gaven voor de noodlijdenden door den brand te Glarus,
op den 10 mei 1861. blijkt, dat het totale bedrag van die
gaven beloopt: 2,754,606 frank daarvan heeft Zwitserland
zelf bijgedragen 2.208.197 frank, het buitenland 544,293
frank, en diverse onbekende gevers 2116 frank. Onder de
giften van het buitenland komt voor van Nederland 35,066
frank. De dagbladen zijn opgevuld van verhalen van nach
telijke aanrandingen te Londen; de vermetelheid der dieven
gaat zoo ver, dal zij zelfs vrouwen op klaren dag herooven;
zoo werd donderdag namiddag omstreeks 2 ure tusschen
Gloucester terrace en Cambridge terrace een l5jarig fatsoen
lijk meisje gewelddadig ondereen doorgang gehaald en van
verscheiden kostbaarheden beroofd zelfs wilden de boos
wichten haar het in de worsteling losgeraakte golvende haar
afsnijden om het te verkoopen, toen zij, door de nadering van
personen verjaagd, zich uit de voeten maakten. Niettegen
staande de verdubbelde waakzaamheid der policie, wordt de
onrustbarende straatroof iederen dag erger, zoo zeer zelfs, dat
men na zons ondergang bijna niet meer cp straat durft komen
zonder op eene of andere wijze behoorlijk gewapend zijn.
Vrijdag werden er door het krimineel geregtshof met minder
dan IS van die booswichten gevonnist! en sommigen tot levens
langen of 20jarigen dwangarbeid veroordeeld. Ruim een
jaar geleden kwam een arme israëlietische marskramer in een
huis te Ottakring zijne waren te koop aanbieden. De vrouw
des huizes kocht een stuk lijnwaad en opende een kastje,
waaruit zij eene banknoot van 10 gulden nam en zich verwij
derde, om die te wisselen. Terugkeerende, meende zij dat de
marskramer, die zoo lang alleen was gebleven, in het kastje
gesnuffeld had, en beschuldigde hem, daaruit een lombard
briefje gestolen te hebben. Ofschoon hij zijne onschuld be
tuigde, sloot zij hem in de kamer op en riep de policie, om hem
in hechtenis te nemen. Toen de kommissaris van policie
kwam en eene huiszoeking bewerkstelligde, werd het lom -
j bardbriefje op eene andere plaats, dan waar de vrouw meende
j het geborgen te hebben, gevonden; evenwel werd de inars-
J kramer gearresteerd, doch wegens gebrek aan bewijs op vrije
voeten gesteld. Hiertegen appelleerde zijn advokaat, dr. Jano-
j witz, met het gelukkig gevolg, dat de beschuldigde geheel
i werd vrijgesproken, De arme man dankte zijn verdediger met
jtranen in de oogeti. bad dat God het hem zou beloonen, en
verwijderde zich. Nu onlangs echter ontving dr. Janowitz
leen brief uit New-Orleans van den volgenden inhoud:
j „Hierbij zend ik u 50 dollars, als het welverdiend honorarium
j voor uwe pleitrede." De brief was onderteekend door den
I voormaligen marskramer.die thans den rang van officier bij het
leger der Unie bekleedt
Mafcn generaal,
TWEEDE KAMER.
j In de zitting van gisteren zijn met algemeene stemmen aan -
genomen de navolgende wetsontwerpen 1. tot wijziging van
i hoofdstuk IX A der staatsbegrooting voor 18612. tot wijzi-
j ging en verhooging van hoofdstuk IX B dier zelfde begroo-
j ting; 3. tot verhooging van hoofdstuk XI der staatsbegrooting
voor 1862; 4. tot inkoop en amortisatie van rente gevende
nationale schuld; 5. tot vaststelling der begrooting van het
pensioenfonds voor burgerlijke ambtenaren voor het dienst
jaar 1863 en 6. tot wijziging van hoofdstuk 11 der staatsbe
grooting voor 1862.
Bij enkele dezer wetsontwerpen had eenige diskussie plaats.
Onder anderen betoogde de heer van Iiosse, dat de amorti
satie van 4 per cents schuldbrieven de voorkeur verdi ende,
waar tegen over de minister stelde, dat men dat fonds dan bij
uitsluiting zou opdrijven en spoedig moeten ophouden het
in te koopen, terwijl men bij inkoop van andere effekten
meer kapitaal vernietigde.
De heer Dirks betoogde in het algemeen het nut van amor
tisatie.
Vervolgens is de behandeling aangevangen van de artikelen
van hoofdstuk VIII der staatsbegrooting voor 1863 (departe
ment van oorlog).
Bij de derde afdeeling (traktementen) betoogde de heer
van Muiken, dat de miliciens bij de infanterie te kort onder
de wapenen bleven en dat het onbillijk was. een infanterist 5
maanden, een kavallerist en artillerist een jaar onder de wape
nen te houden. De minister antwoordde dat men bij de infan
terie aan den wintertijd weinig had voor de instruktie, terwijl
men bij de andere wapens dan kon leeren rijden. De heer
Cool besprak de opleiding van jongelieden tot soldaten en
wenschte verbetering inde middelen van uitspanning van den
soldaat. Het eerste denkbeeld werd door den minister bestre
den. terwijl hij meende, dat men in de kantines meer afleiding
vindt dan vroeger. Bij art. 10 betoogde de heer de Bieberstein
de noodzakelijkheid eener reorganisatie van hetbondskontin-
gent. De minister meende dat dit niet noodig was, in afwach
ting dat Liraburg van de verbind ten issen jegens den bond
tnogt ontslagen worden.
Bij art. 13 (remonte) opperden de heeren van Voorthuyzen,
van Muiken en Storm van 's Gravesande bezwaren tegen de
vermindering van het getal paarden. De eerste meende dat de
minister door die bezuiniging had toegegeven aan de pressie