MIDDEL BURGS CHE O U R ANT. r 140. Zaturdag 22 November. Editie van vrijdag avond 8 ure. Middelburg 21 November. Wij herinneren de kiesgeregtigden voor de kamer van koophandel en fabrieken alhier, aan de verkiezing welke zal plaats hebben aanstaanden maandag 21. dezer, op het raad huis, van 10 tot 1 ure. Het ongeluk II. woensdag te Fijeuoord voorgevallen en waarbij twee personen het leven verloren wordt door deNieuwe rotterdamsehe courant aldus vermeldt: Woensdag had in den vroegen morgen op de rivier nabij (leze stad een droevig ongeluk plaats. Te Fijeuoord namelijk ligt een kolenschip. genaamd Pius IX. schipper Luther, in los sing. Ten omstreeks 6] ure wilde schipper Luther den stuur man de Graaf, door zijn lGjarigen zoon en zijn knecht met eene sloep naar de keulschestoomboot KÖniginïaten brengen, welke daar gestopt lag. Terwijl dit geschiedde kwam de mid- dèlbui'gsche boot opstootnen en liep met den steven op ge melde sloep. Des schippers zoon en knecht zijn daarbij jam mei lijk om het leven gekomen. Stuurman de Graaf greep zich aanvankelijk aan een der raderen van de middelburgsche boot, welke toen stil lag. maar beprijpende dat dit in beweging ko mende hem verpletteren zou, trachtte hij het roer der zelfde boot te bereiken en klemde zich daaraan vast tot hein bijstand werd verleend. Men bragt hein eerst aan boord der middel burgsche boot en van daar op de Pius IX terug. Tot. aanvulling van het berigt in ons vorig nommer omtrent de suh-kommissie voor de kweekschool van zeevaart te Lei den, deelen wij nog mede dat ook de heer J. J. de Kanter deel dier kommissie uitmaakt. Bij beschikking van den minister van binnenlandsche zaken is de ijker in het arrondissement Goes, de heer D. P. Broekman, verplaatst naar het arrondissement Zierikzee. Onze groningsche Itorrespondent schrijft ons het vol gende „De gewone najaarsvergadering van de Vereeniging legen het pauperisme werd den 1 1- dezer alhier gehouden. Zoo als gewoonlijk ontbrak het ook thans niet aan het bespreken van zeer belangrijke punten. Ir. afwachting, dat het bekende Tijd schrift voor het armwezen een breedvoerig verslag van het verhandelde zal geven, wil ik u 'teen en ander mededeelen. „Het eersie punt op liet programma was: „voor- en nadee- len van gestichten ten behoeve van armen of behoeftigeu." „In den regel wordt op de programma's van kongressen en onze vergadering is een soort v'an kongresje eene thesis gesteld, die door den een verdedigd, door den ander bestre den wordt. Zeer verstandig had men hier echter niet de vraag gesteldYiju gestichten goed of af te keuven? Wij althans begrijpen niet wat de konklusie eener vergadering voor nut heeft, en deze pleegt juist de hoofdzaak te zijn waarnaar men streeft. In een tijd als de onze. waarin men met meer volstaan kan met de goed- of afkeuring eener zaak op gezag van ande ren, beteekent de'konklusie eener vergadering al zeer weinig. Maar wanneer zoo als de kwestie der gestichten een aantal mannen, die door studie of praktijk met het armwezen bekend zijn. hunne ervaringen mededeelen, dan kunnen deze voor een ander het middel zijn, tot eene op goede gronden nislende overtuiging te geraken. „In het algemeen bleek uit de diskussien, dat veler onder vinding heeft geleerd hoe verkeerd het is gestichten voor armen op rijken voet in te rigten, en hoe heilzaam ze daaren tegen kunnen werken indien zij niet dan het aller noodigsie verschaffen. Van dit laatste werd een treffend voorbeeld b ij - gebragt. In zekere gemeente ten platten lande (ik geloof in de provincie Friesland) waren een groot aantal armen. Niet tegenstaande eene belangrijke subsidie en aanzienlijke kol iekten de financiën van het armbestuur ondersteunden, was men toch eene niet onaanzienlijke som ten achteren, zoo velen waren de behoeftigen. Men rigtte een armenhuis op, waaruit alle weelde verbannen was, en kondigde aan dat, wie behoef tig was. daarin den ononibeerlijken onderstand zou vinden. Het gevolg was dat verreweg het grootste gedeelte der voor malige bedeelden begonnen ui te zien, dar zij zich zelve wel konden helpen, en nu kent men er bijna geen andere armoede dan die van eeuige oude lieden en weezen. „Eene andere opmerking was, dat men bij vele gestichten den toegang niet al te gemakkelijk moet maken. Vooral bij inrigtingen voor weezen en voor verwaarloosde kinderen moet men daarop bedacht zijn, oindat een gemakkelijke toe gang den last der verzorging dikwijls van de schouders der bloed- en aanverwanten afneemt, om dien over te brengen op degeheele maatschappij. „Ook werd de vraag besproken, welke verzorging de voor keur verdiende, die van gestichten, of wel die van partiku- lieren Men zag echter in, dat hierop geen algemeen geldend antwoord kan gegeven worden, omdat alles afhangt van de inrigting der gestichten zelve en van de omstandigheden, waaronder zij worden opgerigt. „Van de overige in de vergadering besproken punten wil ik alleen nog vermelden: „het rapport over de ;beste wijze, waarop aan de mindere standen gepaste vermaken kunnen worden verschaft." Boven andere wijzen werd het tooneel aanbevolen, en te regt. Dit toch is een vermaak, dat meer dan eenig auder de aandacht boeit en aangenaam bezig houdt, en tevens als middel tot ontwikkeling der beschaving meer werkt dan de beste zedeles, omdat het is.- la morale en action. Bij het bespreken van dit onderwerp',", .v-.un dan ook niemand op tegen de bewering van het groote nut van een schouwburg; de bezwaren in het midden gebragt betroffen enkel de uitvoer baarheid. Hoe in Nederland volks-theaters op te ligten En dan nog, al waren ze er, zou niet het veelvuldig jenevenlrin- ken ook daar tot veel verkeerds aanleiding geven? Hoe den werkman de mogelijkheid verschaft de enirée, al is die ook laag, te bekostigen? Op deze vragen werd geantwoord, dat men elders volks-theaters heeft. Weenen werd, onder anderen, als voorbeeld aangehaald, waar de schouwburgen voorliet volk, tegen betaling van weinige stuivers, altijd eivol zijn. Al krijgt men de zaak niet op eens klaar, met der tijd zal men toch ook hier wel slagen, als maar eerst de overtuiging van het groote nut algemeen is doorgedrongen. Het misbruik van sterken drank toch wordt thans hij velen daardoor veroor zaakt, dat men geen anderen prikkel tot opwekking en aflei ding kan vinden dan de alkoholische dranken. Een ieder heeft behoefte aan genot, en elk bevredigt die op zijne wijze. Indien men nu in een geschikt volks-theftter in plaats van in de kroeg de verlangde opwekking kan v'inden, en zelfs moet sparen om dit te kunnen genieten, dan zal ook gewis het ge bruik van de jenever verminderen. De etUrée van een volks- tooneel moet zeer laag zijn, men moet niet spelen voor de ge ringere volksklasse alleen, ook de meer gegoede en rijke standenmoet men daar vinden, en wat het kleiner aantal van deze betalen gevoegd bij hetgeen de talrijker klasse van min vermogenden bijdraagt, zal in vele gevallen zoo althans de regering eenig subsidie vvd schenken toereikend zijn, om het spelen mogelijk te maken. „Het misbruik der jenever zal op den duur ook geen binder- paal zijn, zoodra in ons land, even als in het naburige Duitsch- latul, voor weinig geld goed bier zal verkrijgbaar wezen, eu hierop meenen wij na de inededeelTngen van den minister van financiën met grond te mogen hopen." Eergisteren is, onder voorzitterschap van mr. JE. baron Mackay, de eerste openbare ergadering gehouden van den raad van state, afdeeling geschillen van bestuur. Onder ande ren werd door den heer Borret rapport uifgebragtop het be roep van den gemeenteraad van Iloutenisse tegen een besluit van gedeputeerde staten van Zeeland, nopens het bedrag der jaarwedden van de hulponderwijzers aan de opeubarescholen dier gemeente. De Kotierdamsehe courant van heden deelt haren lezers mede dat zij thans genoegzame ondersteuning heeft ontvan gen om de uitgave gedurende de vijf eerstvolgende jaren voort te zetten. Aan het slot van het artikel waarin zij de voort zetting der onderneming aankondigt legt zij de volgende be lofte af: „De rigting van de zijde der redaktie zal deze zijn te trach ten naar verbetering in uiterlijken vorm en in rijkdom van inhoud van het blad dat getrouw aan zijn eens gekozen rigting, zich zal blijven wijden, zonder aanzien van personen en onaf hankelijk van elke politieke partij, aan de gemeenschappelijke belangen van Oranje eu Nederland." De Staatscourant van heden bevat het traktaat ter bevesti ging der aloude betrekkingen van vriendschap en handel tas- schen Nederland en Japan, den 30 januarij 1850, en de addi tionele overeenkomst met het vervolg daarop, den 10 oktober 1857 door de wederzijdsche gevolraagtigden te Nagasaki ge sloten, benevens het door hen op den 18 augustus 1858 te Jeddo gesloten traktaat tot uitbreiding der genoemde betrek kingen. Uit Oura^ao meldt men aan de Utrechtsche courant dd. 2S oktober, dat de pokken vreesselijk heerschen. De ziekte heeft in de stad reeds meer <!an 200 offers gemaakt; het platteland blijft gelukkig gespaard. Oin den voortgang der epidemie te stuiten worden de zieken, die men in hunne woningen geen af zonderlijk vertrek kan geven, overgebragt naar twee buiten de stad gelegen huizen, daartoe door het goevemement gehuurd, terwijl voor elke woning wachten staan oiu elke noodelooze kominuuikatie te voorkomen. Van de inenting, tot nu toe verwaarloosd, wordt thans veel werk gemaakt. De reden der verwaarloozing van de inenting was. dat men meende door karantaine maatregelen besmettelijke ziekten te kunnen af weren, zoo dat de inenting niet verpligtend was gesteld voor kinderen, die de openbare scholen bezochten. Thans zijn er nog 36 zieken in de stad en GG in de hospitalen. Bcnociulngen en besluite?!. ridderorden, Vergunning verleend aan mr. J. D. C. baron van Heeckeren van Wassenaer, Zr. Ms. opperstalmees ter, tot het aannemen der onderscheidingsteekenen van het I grootkruis der koninklijke Guelphenorde, hem door Z. M. den koning van Iiannover geschonken. marine. Benoemd tot officier van administratie 3e klasse bij de zee u.tgt de adjunkt-adininistratem* F. T. Courier dit Dubekart. met ingang van L december aanstaande, met bepa ling dat hij zal rang nemen tusschen de officieren van admi nistratie 3e klasse WJ P. J. L. Stort en L. F. C. Steelking. leger. Benoemd tot apotheker 3e klasse bij de genees kundige dienst der land inagt in Oost ludië, de heer Nicolaas Cornèlisseii' geboren te Middelburg den 30 oktober 1831. dijk- en polderbesturen. Benoemd tot dijkgraaf'van den polder Nieuw-Uomcnenede c. a., de heer K. Hocke Hoo- genboomen tot beheerder van den Broeder- en Zusterpoldev de heer J. fan Dararae, Kerk- en scStooluïeuws. Gisteren is te Wolfaartsdijk het drietal van predikanten aangevuld met den heer H. WJ A. Verhoef, predikant te Oud Beijerland. Daaruit is aanstonds beroepen de heer J. J. Go- biusdu Sart. predikant te Raamsdonk. In (le namiddag-godsdienstoefening van zondag 16 dezer vierde de predikant te Dreischor, de heer D. Kam, ge dachtenis van zijne vervulde 40jarige evangeliedienst, en had tot grondslag zijner feestrede gelegd 2Cor. 9 15. Vele en velerlei waren de bewijzen van belangstelling die den feest vierenden leeraar te beurt vielen. De kerkeraad en zijne ringbroeders hadden hem als blijken van achting en tot een aandenken fraaije geschenken aangeboden. De heer C. Lauweryssen, benoemd tot pastoor te Koe wacht, is te Montenisse als kapellaan vervangen door den lieer van de Voorde, priester uit het seminarie. Marine en leger. Zr. Ms. schroefstooraschip 3e klasse Prinses Maria, is den 19 dezer met goed gevolg van 's rijks werf te Willemsoord te water gelaten. Regtszaken. In ons nommer van ji. zaturdag deelden wij mede dat don derdag te voren voor de arrondissemenls regt bank alhier was behandeld de zaak van C. LI. 'F. Haak.oud U-jaren, wonende in de Lang' ';1- alhier, die in een twist mét twee zijner zusters deze verwondingen toebragt. Wij behielden ons voor hierop later lerug re komen bij de vermelding van de uitspraak. Een vijftal getuigen werden in die zaak gehoord. De heer V. van Lissa. operateur, heel- en verloskundige. «1 ie de beide meisjes na het gebeurde dadelijk hulp verleend en verder ten haren huize bezocht heeft, was mede toegelaten en be- eedigd als deskundige. De wonden, bij de eene aan de regter- zijde van den hals en bij de andere aan den linkerarm, waren, volgens hem. met een scherp werktuig toegebragt. Hoewel beide thans genezen, had die aan den hals bij eene iets meer horizontale rigting zeer gevaarlijk kunnen zijn. Uit ile ver klaringen der overige getuigen bleek voorts dat de wonden waren toegebragt met een scherp mesje, in den avond van 20 oktober, ten gevolge van een reeds in den namiddag aange vangen twist, waarbij de beklaagde zich woorden liet ontval len welke op zijne naar het scheen vooraf beraamde handelin gen zinspeelden. Een der getuigen, daarbij tegenwoordig zijnde, trok partij voor de meisjes, met de aanmerking dat het niet voegt vrouwen te slaan, maar dat zoo de beklaagde vechten wilde, hij het dan met hem moest doen. De zusters van den beklaagde verzochten dien getuige niet te vechten, waarna zij door haren broeder werden aangevallen en ge wond. Deze getuige verklaarde dat de beklaagde op dat oogenblik niet beschonken was, terwijl een andere getuige de verklaring aflegde dat hij in het leven van de moeder des beklaagden meermalen ter hulp was geroepen daar Haak altijd twist in huis bragt. Op de tot den beklaagde gerigte vraag, of hij zijne zusters niet heeft verwond, antwoordde hij „dat hij alleen heeft hooren zeggen dat zij verwond zijn.". Betreffende den blaam van een ruziemaker in huis te wezen, gaf hij ten antwoord, „dat hij en zijne zusters even dikwijls ruzie hebben, als broeders en zusters in meest alle andere huishoudens." Hij bleef ontkennen de wonden te hebben toegebragt. Het openbaar ministerie, waargenomen door den substituut officier van justitie mr. J. Cohen.vestigde er de aandacht op dat tusschen den beklaagde en zijne zusters geene eensgezindheid schijnt te bestaan, doch datalle aanleiding door den beklaagde is gegeven. In het kort ging hij de verschillende feiten na, en wees daarbij op de verklaring van (len heer van Lissa, welke hij zeer belangrijk acht, dat de verwonding bij eene meer horizontale rigtingdoodelijk had kunnen zijn. Hij noemde het onbegrijpelijk hoe de beklaagde tot die (laad gekomen is en meende dat er alle termen bestonden tot toepassing eenev strenge straf. Daar hij het feit als volkomen bewezen be schouwde. rekwireerde hij veroordeeling tot eene gevangenis straf van eene maand tot twee jaren en eene geldboete van f S tot f 100, des noods te verhalen bij lijfsdwang, alsmede in de kosten. Gisteren heeft de regtbank uitspraak gedaan. Zij heeft den beklaagde schuldig verklaard aan het toebrengen van kwet- sureu, zonder dat daardoor ziekte of beletsel van te werken

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1862 | | pagina 1