winning het National-Verein, en de vrijheid op de onderdruk
king heeft behaald. Terwijl de reaktie zag dat zij langzamer
hand grond verloor kwam zij op de gedachte om eens te
"beproeven of bij geval het National-Verein niet met de zelfde
wapenen te overwinnen was, waarmede dit zoo vele voor
deden had behaaldde vrijheid van diskussie en het regt van
vereeniging en vergadering. Laat ons derhalve ook eene ver-
eeniging oprigten, laat ons eveneens volksredenaars worden
en laat ons niet terugtreden waar het onze geliefde reaktie
geldt: het doel heiligt de middelen. Zoo gezegd, zoo gedaan
een reaktionair kongres verrees te Frankfort.
„Iedereen weet dat in Duitschland het antagonisme tus-
schen Oostenrijk en Pruissen de rigting tot eenheid verlamt.
In dezen toestand heeft het National-Verein nietgeaarzeld om
eene verwijdering van Oostenrijk aan te nemen, dat in ver
eeniging met de Donauvolken een op zich zelf staand rijk tot
stand kan brengen; de groot-duitsche partij daarentegen wil
de italiaansche, magyaarsche en slavische volkstammen ook
tot het dnitsche rijk doen behooren, een onuitvoerbaar plan
tegen dat van het National-Verein overgesteld om het laatste,
dat zoo buitengewoon veel moeijelijkheden niet zou opleve
ren hij eene verwezenlijking, door het eerste krachteloos te
maken.
„Op den eersten dag verklaarde de vergadering dan ook dat
eene bondshervorming noodzakelijk was om Duitschland eene
sterkere positie te doen innemen tegenover den vreemdeling
en meer binnenlandsche vrijheid te verschaffen. Tot dusverre
verschilde men niet van het grondprogramma van het Natio
nal-Verein. Vervolgens verlangde echter de vergadering eene
duitsche eenheid,als zeer noodzakelijk, zonder uitsluiting ech
ter van eenigen staat en met eene centrale magt, zonder ver
dere verklaring daaromtrent.
„Den volgenden dag werden de plannen der reaktie echter
duidelijker. Ondanks de oppositie van eenige liberalen, onder
die menigte verdwaald geraakt, verklaarde de vergadering
met groote meerderheid zich voor het ontwerp der acht goe-
vemementen en de oprigting van eene raadgevende kamer
naast den bondsdag. Derhalve behoud mg van den bondsdag.
Eindelijk werd een afkeurend votum uitgesproken over het
fransch-pruissisch handelsverdrag en rigtte men eene vereeni-
ging tegen het National-Verein op, met den naam vanReform-
Verein.
„Wij verwelkomen deze nieuwe vereeniging binnen de
kampplaats der staatspartijen. Ik vind het wel aardig ook
onze tegenstanders genoodzaakt te zien zich te bedienen
van de zoo door hen gehoonde vrijheid van diskussie en van
het regt van vereeniging en vergaderingvan het oogenhlik
dat zij zich vereenigen en spreken, vereereu zij daardoor den
tijdgeest. Openen wij haar dan de vleugeldeuren der vrije
diskussie, want ik ken niets gevaarlijker dan een zwijgenden
vijand."
België.
In eene vergadering der Letterkundige vereeniging te Gent
heeft de heer Louis Hymans een stelsel van verpligt onderwijs
uiteen gezet, hetwelk, bij zeer gemakkelijketoepassing.de
voordeelen der verpligting zou aanbieden zondereenig nadeel
ten gevolge te hebben. Dit stelsel laat zich in weinige regelen
zamenvatten. Er moet eerst eene nieuwe wet betrekkelijk het
in de leer nemen bij ambachten worden ingevoerd, waarbij
de noodzakelijkheid van het schoolbezoek is vastgesteld;
geen in de leer zending voor het kind, dat niet op school
gaat; geen livret voor den volwassen knaap die lezen noch
schrijven kan; de bevoegdheid om alle vagebonden weder
ter school te sturen, even als de engelsche wet van 1851 dit
wil; men zöu niet alleen van werklieden iu de stad maar ook
van die op het land het vertoon van livretton moeten eischen
wat hen betrof, die voor eigen rekening werken, zij moesten
op straffe van hoeten eigenhandig hunne deklaratie doen aan
het kantoor van den ontvanger; dit zou het bewijs zijn van
hun genoten onderwijs.
Uit deze boeten, een soort van belasting op de onwetend
heid even als die op het ongehuwde leven te Rome, zou men
een ondervvijs-fonds kunnen zamen stellen. Men zoiiook de
niet onderwezenen kunnen uitsluiten van het regt om kiezer
tc zijn? De voorstanders van verpligt onderwijs zetten den
vader in (le gevangenis of veroordeelen hem in eene boete,
maar men moet den vader niet treffen, maar den onwetende.
Men moet de vrijheid verbinden met de verpligting om zich te
ontwikkelen, en hoe zal men nu de kinderen en knapen kun
nen doen werken om zich te gelijker tijd te ontwikkelen Liet
middel ligt voor de hand. Er bestaat te Gent. in de fabriek van
den heer van ITocgaarden-Pavraentier Co. eene school die
gedurende vijf uur 's weeks wordt bezocht door alle kinderen,
die in deze in rigting werkzaam zijn; deze kinderen weten
even veel als zij die gedurende vijfjaren vijf uren per dag op
de schoolbanken hebben gezeten. Met een goeden meester
zegt de heer Bright, engelsch staathuishoudkundige, kan een
kind in één uur even veel leereu als een ander in vijf uur met
oen minder goeden onderwijzer. Het is dan ook niet de duur
der lesssen die het meest in aanmerking moet worden genomen;
het tegendeel is juistgebleken uit een zeer naauwkeurig onder
zoek in Engeland ingesteld; ddar weet men eene enquête te
houden en rigtzich dan tot mannen van praktijk inliet onder-
wijsgeven, tot landeigenaars, staathuishoudkundigen, fabrie
kanten en niet aan de bureaukratie als bij ons. De direkteur
der centraalschool te Londen heeft bij die gelegenheid ver
klaard dat een kind, hetwelk slechts twee uren daags les kreeg
spoediger vorderingen zou maken dan dat waarbij de dage-
Iijksche lessen drie uren duurden. De heer Hymans zou wil
len dat men aan de kinderen twee uren daags onderwijs gaf
en aan de knapen, die wel geleerd doch vergeten hebben, een
uur, en dit gedurende zes, zeven, des noods tien jaren.
Men zal nu zeker wel geeu geleerden maken van hen, die
men één uur per dag onderwijst, maar dit is ook het doel niet,
men wil er eenigzms ontwikkelde mensehen van maken, die
lezen, schrijven en rekenen kunnen, hiervoor is een of twee
uur per dag genoeg, te meer daar onze eigene aandacht zich
moeijelijk langer vestigen kan.
Laat ons dan deze kwestie uit het strijdperk der staatkunde
terugtrekken en op praktisch terrein overbrengen, waar libe
rale en katholieken, vooruitgangs- en hehoudingsmannen
zamen kunnen werken want het is ons onmogelijk te begrij
pen en te gelooven dat er personen bestaan die, met opzet het
volk willen doen blijven in den staat van verval, waarin het
reeds te lang heeft gezucht.
Italië.
Een paar italiaansche dagbladen spreken over nieuwe
voorstellen, welke door de fransche regering het zij aan het
kabinet van Turijn, hetzij aan het pauselijk goevernement
zijn gedaan, ter regeling der romeinsche kwestie. Het wereld
lijk bestuur over Rome zou daarbij aan de stedelijke munici-
paliteit behooren. Rome zou tot vrije stad worden verklaard
en zou te gelijk de residentie van den paus en van een italiaan-
schen goevemeuv zijn. Eene voldoende dotatie zou overigens
den paus en het kollegie van kardinalen verzekerd worden.
Het officiële dagblad van het italiaansche goeverne
ment wederspreekt in zijn noramer van 3i oktober de door
een ministerieel blad van Londen geopperde en volgehouden
bewering, dat het goevernement in de maand augustusjl.
Garibaldi had willen magtigen, om met zijne vrijscharen een
inval in Griekenland te doen en dat land tegen de regering
van koning Otto in opstand te brengen.
Verder weerspreekt dat blad het gerucht, dat er in Italië
thans vrijwilligers worden aangeworven oin in Griekenland
krijgsdienst te doen; maar het voegt daarbij de verklaring
dat, indien volgelingen van Garibaldi het land wilden verla
ten en zich naar Griekenland begeven om aldaar de zaak der
beschaving en der vrijheid te helpen verdedigen, zulks door
het italiaansche goevernement niet zou kunnen noch mogen
worden belet.
De Monarchia nazionale bespreekt het gerucht, volgens
hetwelk het ministerie de kamer zou willen ontbinden en ver
klaart daaromtrent dat de toestand van zaken in Italië, waarbij
zoowel binnenlandsche als buitenlandsche aangelegenheden
den ijver van het ministerie noodig hebben, geene verkiezin
gen en de daarmede gepaard gaande spanning kan gedoogen.
Het dagblad meent dat het de pligt der regering zou zijn
om bij eene koalitie der verschillende oppositie-partijen een
beroep te doen op de kiezers ten einde de instellingen des
lands, door de konstitutie gewaarborgd, te beschermen. De
Monarchia nazionale drukt eindelijk den wensch uit dat de
fraktiën in het parlement, die dezelfde beginselen van staat
kunde voorstaan eensgezind genoeg zullen blijven om de aan
vallen der uiterste partijen te wederstaan.
Volgens de korrespondeuten van L'indépendance beige
en van Le temps blijven de vooverijen in de napelsche pro
vinciën nog steeds veelvuldig schrik en angst verspreiden,
daar ook het aantal troepen niet genoeg is ter beteugeling
dezer plotseling te voorschijn komende en weder verdwij
nende roovers otn diligences te berooven of landhoeven uit
te plunderen.
Garibaldi zal naar Pisa worden vervoerd, daar het on be
stendig klimaat van Spezzia geeu gunstigeu invloed op hem
uitoefent. Pisa daarentegen bezit eene zachte temperatuur,
welke voor zieken zeer voordeelig is.
De prins vau Pruissen is op 3 november naar Napels
vertrokken.
De konstitutie van liet koningrijk Tunis.
Tot de merkwaardigste stukken van den tegenwoordigen
tijd behoort de konstitutie van het koningrijk Tunis. Nog
voor een halve eeuw had niemand kunnen denken dat dit oude
zeerooversnest, hetwelk een schrik was voor de zeevarenden
van alle natiën, zoo spoedig een konstitutionele staat zou
worden, en dat in een raohamedaansch land de politieke en
godsdienstige vrijheid zou gewaarborgd zijn. Wat moet een
franschman wel gevoelen, wanneer hij ziet dat de onderdaan
in Tunis meer vrijheid van beweging heeft en meer politieke
regten bezit, dan de leden van de „groote natie" onder de
napoleontische d.'ktatuur?
Het spreekt van zelf dat de grondwetten in Europa tot voor
beelden hebben gediend. Alle beginselen van regt, zonder
onderscheid van afkomst of godsdienst, die in dezelieerschen,
vindt men hier dan ook opgenomen. Het zal alleen op de uit
voering aankomen.
Tunis, aan de kust van Noord-Afrika, ligt zeer gelukkig
tusschen Algiers en Tripoli, tegenover Sicilië en Sardinië, niet
ver van de ruïnen van het oude Ivarthago. Terwijl zijn gebied
slechts een uitgestrektheid heeft van bijkans 4000 vierkante
mijlen, is de bodem grooteudecls vruchtbaar en het klimaat
goed, alle vereischten der natuur voorontwikkeling zijn voor
handen: het komt alleen op de menschen aan, om de hulp
bronnen des laiuls te ontwikkelen. De bevolking is, gelijk
overal op de kust van Noord-Afrika, zeer bont en gemengd:
toch vormen de arabieren en mooren.ten getale van omstreeks
drie millioen, de meerderheid. Daarbij voege men 200.000
joden, die hier meer regten bezitten dan in menig land van
Europa.
De bey is slechts in naam afhankelijk van den turkschen
sultan: in der daad is hij soeverein en is zijn waardigheid
erfelijk. Reeds iu IS42 begon Tunis den grooten weg van
vooruitgang te betreden; het verbood den slavenhandel en in
1346 werd de slavernij zelve afgeschaft. Elf jaar later publi
ceerde de bey, in tegenwoordigheid van de vertegenwoordi
gers der europesche mogendheden, een grondwet, die in I860
groote uitbreiding ontving en sints als de grondslag van den
staat beschouwd moet worden.
Karakteristiek hierbij is, dat Tunis geheel raetdeoostersche
denkbeelden gebroken heeft. De zeden, gebruiken en gods
dienst blijven onveranderd, madr het staatswezen wordt ge
heel op europeschen voet ingerigtin het bestuur verving orde
en regelmatigheid de oude willekeur.
Reeds het eerste ontwerp stond aan de bevolking volkomen
vrijheid van godsdienst toe. erkende de gelijkheid voor de
wet, vrijheid en zekerheid der personen. Het voerde de kon-
skriptie in, opdat voortaan de soldaat niet van willekeur zou
afhangen of voor onbepaalden tijd dienen. Het schonk zeker
heid aan den eigendom en erkende het verbindende van den
echt. Zulke zaken zijn in het oosten ongehoord maar dit
alles werd nog uitgebreid in de „organieke wet of politieke
en administratieve codex voor het koningrijk Tunis."
In de inleiding zegt Mohammed el Sadak, bascha bey:
„Toen de booge ambtenaren eenstemmig en volgens het regt
van erfopvolging mij gekozen hadden, na den dood mijns
broeders, terwijl ik verre van de hoofdstad was, gaf ik aan
hun roepstem gehoor. Ik kwam geheel alleen, zonder zwaard
of lans, zonder soldaten of eenige inagt. Zij huldigden mij,
nadat ik voor hen gezworen had dat ik de konstitutie, die
mijn broeder gegeven had, trouw zou blijven, en zij deden mij
den eed der trouw. Ik zwoer den volgenden eed
„In den naam van den barmhartigen God Gezegend zij hij
die gemaakt heeft dat het vertrouwen de vruchtbaarste kiem
van bloei en welvaart is. Zegen en heil over onzen heer
Mohammed, zijne ouders,volgelingen, en allen, die op hetpad
der deugd hem hebben gevolgd."
Daarop zeide de arme slaaf van God, „Ik, de Muschir
Mohammed el Sadak, bascha bey moge God hem sterken
in zijn loffelijke voornemens en in de waardigheid, die hem
toevertrouwd is! Ik heb de huldiging der hooge ambtenaren
ontvangen, volgens de staatswetten, die aan alle personen
zekerheid en veiligheid beloven van hun echt, hun bezitting
en hunne personen. Ik heb gezworen en zweer voor God,
dat ik de beginselen, daarin nedergeleg, zal volgen en niets
doen, wat met deze strijdt."
In de inleiding tot de grondwet spreekt de bey„Terwijl ik
van Allah de verpligting heb ontvingen otn over zijneschep
selen te regeren, legt hij mij ook pligten op. die ik alleen
onder zijn bijstand vervullen kan: Ik stel, almagtige! mijn
vertrouwen alleen op u! Ik ben besloten, «lat niemand, die
aan mijne zorg is toevertrouwd, door onregt zal gedrukt wor
den, en ik zal niets verzuimen om een ieder bij zijn regt te
bewaren. God is mijn getuige, dat ik zijn hoog bevel aan
neem, om te bewijzen, dat ik mijn persoonlijk voordeel ach
terstel bij de welvaart van den staat. Daarvoor offer ik mijn
tijd, mijn krachten op, daarvoor span ik mijn geest in. Ik ben
reeds begonnen de belastingen te verminderen en God heeft
gewild, dat dit een bron van geluk is geworden. Mijn volk
mag op nog andere verbeteringen hopen. De hand van on
trouwe bestuurders is voortaan verlamd. Men moet alge-
meene beginselen vinden om te verbeteren, want zonder deze
schept men zich nieuwe en strengere bezwaren.
„Ik houd me overtuigd, dat de meesten mijner onderdanen
geeu vol vertrouwen hebben in hetgeen ik met een goed doel
heb gedaan. Het is een wet der natuur, dat de mensch eerst
dan volkomen gelukkig wordt, wanneer hij ten volle van zijn
vrijheid verzekerd is, wanneer hij weet dat luj tegen onregt
bescherming zal vinden en zijn regten gehandhaafd zullen
worden. Het gemoed des menschen wordt sterker, wanneer
het aan de vrijheid gelooft."
Na de uiteenzetting dezer beginselen bevat het wetboek
zelf onder meerdere de volgende hoofdbepalingen
1. Aan alle onderdanen wordt het rustig bezit van hun
bezitting en veiligheid van hun personen toegezegd.
2. leder is belastingschuldig: den aanzienlijkeu wordt
geen privilegie geschonken.
3. Alle onderdanen zijn gelijk voor de wet „want dit is
een regt. dat den menschen van nature toekomt. De ge-
regtigheid op aarde is een weegschaal, dat het goed regt boven
het onregt. den zwakken boven den sterkeu houdt."
4. De israëlieten mogen niet tot geloofsverandering ge
dwongen en in de uitoefening hunner godsdienst niet ver
hinderd worden: hunne synagogen zullen tegen alle schending
verdedigd worden.
5. Het leger bestaat om allen te beveiligen. Voortaan
zullen de soldaten naar een bepaalde regeling ingedeeld
worden. De konskriptie is ingevoerd en niemand behoeft
langer dan den bij de wet bepaalden tijd te dienen.
6. Israëlieten kunnen in strafzaken slechts door een regt-
bank geoordeeld worden, waarvan israëlieten leden zijn.
7. Er wordt een handelsregtbank opgerigt. De regters
zijn deels muzelmannen, deels onderdanen van bevriende
christelijke volken.
8. Geen muzelman heeft regten boven andersdenkenden.
9. De handel is vrij privilegiën bestaan niet.
10. Ieder buitenlander mag handel drijven of eenige tak
van industrie. Hij staat onder de bescherming der wet, gelijk
aan de inlanders.
11. Ieder buitenlander kan grondbezit verwerven.
„Wij zweren bij God, dat we deze beginselen zullen hand
haven. Zij verbinden ook onze opvolgers. Geen van hen kan
de regering aanvaarden, zonder vooraf deze beginselen be
zworen te hebben. Regtvaardigheid is het hoogste goed."
In vier kapittelen worden deze 11 grondbepalingen uitge
breid en toegelicht. Dan volgen de 116 artikelen der grond
wet zelve, waarin o. a. de erfopvolging iu het geslacht van
Hussein wordt vastgesteld. De bey verliest zijn regt op den
troon, wanneer hij opzettelijk tegen deze grondwet handelt.
Voor iedere overtreding der wetten is hij verantwoordelijk
aan den hoogen raad.
Tunis heeft tegenwoordig een raad van ministers, een hoo
gen raad en regtbanken. De wetten en besluiten worden in
een officieel dagblad bekend gemaakt. De civillijst van den
bey bedraagt 12000 tunische piasters, d. i. omstreeks S00.000
franken. Voor een koning van 3 millioen zielen is dit juist
niet veel. De ministers moeten alle besluiten schriftelijk
geven, op dat er steeds bewijsstukken bestaan. Hetzelfde
geldt voor den hoogen raad en de regtbanken.
De leden van den ljoogen raad moeten uitliefde voor nun
vaderland dienen en ontvangen dusgeène bezoldiging»
Deze tunische grondwet is cenig w de geschiedemsjuer