kunnen. Zal dus de verbetering geschieden, dan moet het
tekort komende, ten bedrage van f 5000, ten laste van hetvijk
worden genomen. Gelijk uit de memorie van toelichting blijkt
is er, naar het oordeel van den minister, genoegzame grond
om die som te verleenen.
De uitvaardiging van een reglement op de spoorwegdien
sten moest tot nog toe toe achterwege blij ven, daar tijd tot
volledig onderzoek ontbrak. Het geldt een zamenstel van be
palingen van wijden omvang.
Omtrent onregelmatigheid, nalatigheid enz. bij de dienst
der spoorwegen, zijn weinige klagten ter kennis der regering
gekomen, en om maatregelen daartegen te kunnen nemen,
moet zij toch bepaalde grieven kennen.
"Wat het verwijt van te groote slapheid en toegevendheid
bij den raad van toezigt op de spoorwegdiensten betreft, heeft
de minister reden om te vermoeden, dat de spoorwegdirek-
tien er juist van het tegenovergestelde gevoelen zijn.
De klagt dat niet krachtig aan de staatsspoorwegen wordt
voortgewerkt, is zoo algemeen gesteld, dat zij niet wel voor
beantwoording vatbaar is. Wanneer bijzonderheden worden
opgegeven, zal de minister onderzoek doen.
Tusschen de Hollandsche- en de Rijnspoorweg-maatschappij
zijn onderhandelingen gevoerd over eene verbinding van
beide diensten en den aanleg van de aansluiting te Rotterdam,
welke reeds zoo ver zijn gevorderd, dat de minister zich vleit,
den uitslag weldra aan de kamer te zullen kunnen kenbaar
maken.
Met betrekking tot den stand der aangevraagde koncessiën
voor spoorwegen in Staats-Vlaanderen, ontvvaardt de minis
ter, dat drie aanvragen zijn gedaan tot het erlangen vau kon
cessie voor de verbinding van Neuzen met de belgische spoor-
wegea ia de rigting van Gent, Lokeren en St. Nikolaas
(Mechelen). Door een der aanvragers is voorgesteld de drie
ontworpen lijnen te doen zameukomen te Axel, en ze van daar
in ééne lijn, vereenigd te doen doorloopen tot Neuzen. Eene
verbinding op die wijze ware voor de nedevlandsche belangen
inzonderheid ook voor de verdediging, verkieslijk. Iu België
is alleen de aanvrager van de lijn Gent-Neuzen iu het bezit
van koncessie. Het gedeelte van Gent tot de grenzen is hem
gegund, mits hij binnen een bepaalden termijn koncessie hier
te lande bekome. Van de lijn langs St. Nikolaas is slechts ge-
koncessioueerd het gedeelte van Mechelen tot die plaats, met
regt van voorkeur voor de verlenging tot de nederlandsche
grenzen. Voor de lijn Lokeren-grenzen is in België geen
koncessie gegeven. Den aanvrager van de lijn naar Gent, die
uit hoofde van de koncessie der belgische regering de meeste
■waarborgen scheen aan te bieden, is gevraagd, of hij genegen
ware, met wijziging van zijn ontwerp, 't welk Axel terzijde
liet, koncessie te vragen voor eene lijn langs Axel, met zooda
nige bepalingen, waardoor de verbinding in de drie rigtmgen
op de voorgestelde wijze kon worden tot stand gebragt.
Het antwoord is niet gunstig geweest: tegen de ombuiging
lan^s Axel bestaat, wegens vermeerdering van kosten, over
wegend bezwaar, schoon het ontworpen trace overigens ter
voldoening aan nederlandsche belangen eenigzins is gewijzigd.
Thans is te beslissen, of het ontwerp van drie verbindingen,
te Axel zamenloopende, waarvan de verwezenlijking ook uit
anderen hoofde geenszins verzekerd schijnt, niet behoort te
worden opgegeven, len einde althans zoo mogelijk e'e'ne ver
binding te erlangen.
Partiële maatregelen tot hervorming van het hooger onder
wijs komen aan het goevernement ongeraden voor, daar de
zaak hier door uit haar verband gerukt zou worden. Ook de
opheffing der theologische fakulteiteukan alleeu bij de wette
lijke regeling in overweging worden genomendoch het is de
overtuiging van den minister, dat de scheiding van kerk en
staat geenszins de opheffing van de theologische fakulteiten
vordert. Over de oprigting van een leerstoel voor het sans-
kviet hoopt hij de kamer weldra te onderhouden.
Het vestigen van een nieuw bibliotheekgebouw te Gro
ningen kon niet afhankelijk worden gemaakt \an de vraag of
de hoogeschoolaldaar bij eene latere regeling zal behouden
blijven, want het oude gebouw dreigde in te storten en de
plaatsing der boeken in het koor van de Martinikerk kan
slechts een tijdelijk redmiddel zijn.
Bij aanvragen om subsidie voor het lager onderwijs, wordt
steeds nagegaan of door de gemeente schoolgeld wordt gehe
ven; zoo neen, of dit onmogelijk te achten is. Is dit niet het
geval, dan wordt het verzoek niet ingewilligd voor dat tot
schoolgeldheffing is besloten. Klaagt men over belemmering
van het bijzonder onderwijs, men noeme feiten en de minister
zal onderzoek doen.
Hetgeen omtrent de wenschelijkneid van het vereenigen
van verspreide verzamelingen van kunsten wetenschap in het
voorloopig verslag is aanbevolen, was steecis het streven van
den minister, maar gebrek aan lokalen blijft het beletsel.
Ook de verplaatsing der schilderijen van het paviljoen te
Haarlem moet nog achterwege blij ven, zoo lang elders geene
ruimte beschikbaar is. Wat overigens de kunst zelve betreft,
deze vindt tegenwoordig binnen- en buitenslands zoo veel
ondeisteuriing, dat bovendien aanmoediging van staatswege
niet noodig schijnt.
Het onderwijs van den hoogleeraar in de kruidkunde te
Utrecht, zal niet lijden door de waarneming van het beheer
over het herbarium te Leiden. Voor de bewaring van dat
herbarium, was het behoud van den konservator niet noodig.
De soin van f ÏOUO, op de begroeting van 1861 toegestaan
voor aankoop vari schilderijen enz., is in dat jaar besteed om
de rijksverzamelingen te vermeerderen met een stuk vau C.
Springer te Amsterdam, voorstellende het stadhuis te Veere.
Hoe ver de arbeid aan het Nederlandsch woordenboek ge
vorderd is, zal blijken uit het eerlang openbaar te maken ver
slag, dat professor de Vries daarover te Brugge heeft uit-
gebragt.
Nieuwe inlichtingen zijn aangevraagd en worden te gemoet
gezien, ter waardering der bezwaren van onderscheidene plat
telandsgemeenten over den ongunstigen invloed vari de armen
wet op de gemeentefondsen.
Eene wettelijke regeling van de zaak der vervoermiddelen
is voorbereid en wacht enkel, dat daaraan de laatste hand
gelegd worde.
Wat de oktrooijen betreft acht de minister uitstel van dis-
kussie over de daaromtrent te volgen beginselen wenschelijk,
tot dat eene wet op dat onderwerp zal zijn ingediend.
De voor de stoomtuigen aangestelde beambten houden zoo
veel mogelijk toezigt; doch uit den aard der zaak, is de policie
belast met het dagelijkscb toezigt. Menigvuldige vonnissen
bewijzen, dat dit toeziglniet slechts in naam wordt uitgeoefend
Van de werking der nieuwe wet op de landverhuizers is nog
weinig bespeurd. Het vervoer is nietmerkhaar toegenomen.
Het tarief voor het overbrengen van binnenlaudsche tele
grammen is niet hooger dan in eenig ander land van Europa,
maar wel aanzienlijk lager dan in de meeste landen. De op
brengst van den rijkstelegraaf wordt dan ook alleen op eene
zekere hoogte gebragt door hetgeen de berigtenivissel met het
buitenland en het doorseinen van vreemde telegrammen op
leveren. Met 1 oktober is eene aanmerkelijke verlaging van
het nederlandsch-belgisch tarief en van dat der internationale
telegraafmaatschappij in werking gekomen. De minister acht
het ongeraden tot eene verlaging van het binnenlandsch tarief
over te gaan, alvorens men den vermeerderden toevloed van
vreemde berigten geheel meester is, en te gelijk is voorberreid
om aan eene nog sterker vermeerdering van het aantal tele
grammen het hoofd te bieden.
Hoofdstuk III A (buitenlaadsche zaken).
Alvorens aan België mede te deelen welke veranderingen
in het verworpen traktaat betrekkelijk de aftapping der Maas
gewenscht worden, zijn inlichtingen op verschillende pun
ten moeten ingewonnen worden. Sedert kort zijn die ver
kregen. en dien ten gevolge zijn de denkbeelden der regering
over die zaak aan België medegedeeld. Hierover wordt thans
onderhandeld, even als over den afkoop van den Seheldetol,
waaromtrent echter nog geene nadere inlichtingen kunnen
gegeven worden.
De geheele afschaffing der Rijntollen wordt steeds door de
regering gewenscht en bij elke gelegenheid aanbevolen. De
duitsche staten meenen echter een belangrijk offer te hebben
gebragt door de jongste vermindering der Rijntollenen willen
eerst de ondervinding uitspraak laten doen over de werking
daarvan.
De onderhandelingen over een traktaat met Frankrijk
hebben doen zien, dat zulk een verdrag niet is tot stand te
brengen, zonder eene aanmerkelijke vermindering der belas
ting op den wijn in Nederland. Afgescheiden van de vraag
of eene verlaging van dien akcijns in beginsel al dan niet zon
kunnen worden toegegeven, zou eene verhindtenis van dien
aard zulk een grooteu invloed op de financiën vau vele ge
meenten uitoefenen, dat voor deze op de eene of de andere
wijze eene tegemoetkoming zou moeten worden gevonden.
De regering vermeent dus onderhandelingen over dat onder
werp te moeten uitstellen, tot dat de bij haar aanhangige
plannen tot hervorming van het nederlandsch belastingstelsel
in overleg met de staten generaal tot rijpheid zullen ge
komen zijn.
Het bezwaar van Limburgs betrekkingen tot den duitschen
bond wordt door de regering steeds gevoeld. De aanhangige
voovstellen van Oostenrijk en eenige andere regeringen, ten
doel hebbende eene verandering voor te bereiden in de in rig
ting van den bond ten koste der bij de hondsakte gewaar
borgde soevereiniteit en onafhankelijkheid van de afzonder
lijke bondsstaten, hebben dan ook genoopt des konings gezant
te Frankfort aan te schrijven, tegen die en andere voorstellen
van dien aard, welke verder worden gedaan, zijn stem uit te
brengen, onder bijvoeging dat \olgens de bomisakten derge
lijk besluit met algeineene stemmen moet worden genomen.
Een ingekomen antwoord van de luxemburgsche regering
omtrent degelijke vereveningen, was niet zeer bevredigend,
zoo dat een nader schrijven aan die regering is gerigü.
De geschillen met de regering van Venezuela zijn in den aan
vang van het loopende jaar voor het grootste deel vereffend.
De nederlandsche konsul te Kanton is uitgenoodigd een
ontwerp te maken voor een traktaat, dat men met China zou
trachten te sluiten. Dit stuk is onlangs ontvangen en zal
onder anderen aan het oordeel der voornaamste kamers van
koophandel onderworpen worden, waarna de konsul zal wor
den aangeschreven om zoo mogelijk op dien voet een traktaat
met China tot stand te brengen.
Het bezoek der japansche gezanten in Nederland had
hoofdzakelijk ten doel, eenige wijzigingen te verkrijgen iri het
traktaat van 1858.
De regering, in aanmerking nemende de ongelegenheden
welke mogelijkerwijze uit eene dadelijke uitvoering van het
geen bij dat traktaat overeengekomen is omtrent het openen
der havens Hiogo en van nog eene andere aan de westkust
van Nippon. alsmede der steden Jetlo en Osaka, voor de
japansche regering zouden kunnen voortvloeijen, heefter in
bewilligd dat die opening voor liet tegenwoordige worde uit
gesteld', behoudens echter datde japansche regering harerzijds
al de overige bepalingen van het traktaat trouw en stiptelijk
uitvoere en naïeve. Voorts heeft zij de hul|> toegezegd van
haren konsul-generaal bij de versmelting en regeling der
japansche muntspeciën, mits zorg dragende, dat-door dien
maatregel de belangen der nederlandsche kooplieden niet
worden benadeeld.
Zij heeft verder beloofd, uit eigen beweging, gelijk dusverre
reeds geschied is, te zullen vermijden ora de nog niet voor den
handel geopende havens buiten noodzakelijkheid door hare
oorlogsschepen te doen bezoekenen eindelijk, bijaldien zich
onverhoopt gebrek aan levensmiddelen in het japansche rijk
mogt doen gevoelen, de handeliugen der nederlandsche rege
ring ook dan, gelijk in andere omstandigheden, steeds ten
doel zullen hebben dejapanscheoverheden behulpzaam te zijn.
In verband met hetgeen reeds hij de behandeling van het
adres van antwoord op de troonrede in de kamer gezegd is,
heeft de regering, zonder bepaling van een termijn, vau haar
regt op de opening der voornoemde havens en steden afge
zien, ten einde zich de gelegenheid niet af te snijden ora bij
gunstige omstandigheden hare regtmatige uit het traktaat
voortvloeiende vorderingen op dit stuk aanstonds te kunnen
doen gelden, hetgeen bij het verleenen van een uitstel voor
vijfjaren niet mogelijk zou geweest zijn. Het spreekt van
zelf dat zoodanige eisch niet zal gedaan worden dan onder
omstandigheden, welke het welslagen daarvan waarschijnlijk
zouden maken. Terwijl daarenboven, wanneer te eeniger tijd
de bedoelde japansche havens en steden voor eenige andere
mogendheid zullen worden opengesteld, Nederland van zelf
eu uit krachte van het traktaat in het genot dier openstelling
zal treden en dus daarvoor geene vordering zal behoeven te
doen, veelmin door krachtvertoon te ondersteunen.
Voor het toestaan van een termijn van vijf jaren zal de
engelsche regering wel hare bijzondere redenen gehad hebben.
Het dezerzijdsch antwoord is niet aan de japansche gezan
ten gegeven tijdens hun verblijf hier te lande. De regering
heeft zich daarmede niet willen overhaasten, maar vooraf ook
inlichtingen ingewonnen omtrent het vermoedelijk onthaal
dat de japansche voorstellen bij andere regeringen zou te
beurt vallen. Ten gevolge van dien was, toen het antwoord
van Nederland den japanscheu gezanten ter hand kwam, dat
van Engeland en van Pruissen reeds aan hen medegedeeld.
Overigens kan de regering de verzekering geven, datde
voornoemde gezanten zeer tevreden geweest zijn met het ont
vangen antwoord en dat de onderhandelingen op de meest
vriendschappelijke wijze zijn geëindigd.
Vermits op de begrooting van het departement van buiten-
landsche zaken voor het loojjende jaar niet was gerekend op
uitgaven ten behoeve der betrekkingen met Japan, komen de
kosten voor de ontvangst en het verblijf der japansche gezan
ten hier te lande ten laste van het departement van koloniën.
Wat het gebeurde betreft te Nieuw Orleans en de in beslag
neming van geldswaarden, aan nederlanders toebehoorende,
onder den nederlandschen konsul aldaar,in de maand mei jl.,
deze zaak is gelukkig geschikt.
Het verpligt vertoon van een paspoort is voor de nederlan
ders afgeschaft in Frankrijk. België, Engeland, Zweden en
Noorwegen, Italië, Denemarken, henevens in de hertogdom
men Sleeswijk, Holstein en Lauenburg, de vrije stad Bremen,
Zwitserland het groothertogdom Hessen het hertogdom
Nassau, de vrije stad Hamburg.
De staten, wier regering evenwel den reizigers, in hun eigen
belang, heeft aanbevolen zich van eenig aruler stuk te voor
zien. waaruit des noods hunne identiteit zou kunnen blijken,
zijn Frankrijk, Zwitserland en het groothertogdom Nassau, in
welk laatste, bij gebreke van een paspoort, eenig ander legiti
matiepapier bepaald gevorderd wordt.
De verpligting om hun paspoort door de respektieve diplo
matieke of konsulaire agenten der volgende staten te doen
viseren, is voor de nederlanders afgeschaft in Pruissen, Han
nover, Beijeren, Oostenrijk, het groothertogdom Saksenen
het koningrijk Saksen.
De herziening der met België bestaande uitleverings kon-
ventiën heeft tot het sluiten van een nieuw verdrag geleid,
dat den 8 oktober jl. te Brussel geteekend is. Even zoo tracht
de regering uitleveringsverdragen te sluiten met die mogend
heden, waarmede er nog geene zijn aangegaan. Met het her
togdom Nassau is dan ook den 4 oktober jl. zoodanige kon-
veniie te Frankfort geteekend. Pogingen om dit onderwerp
ook met Rusland te regelen, zijn voor het oogenblik afgestuit
op het voornemen van dat goevernement, om de russisehe wet
betreffende de naturalisatie van vreemdelingen, die de uitle
vering van misdadigers in vele gevallen in den weg staat, te
herzien. Met Spanje en de vrije stad Frankfort wordt even
eens onderhandeld. Ook ziet de regering naar de gelegenheid
uit om de vroeger gevoerde onderhandeling weder op te vat
ten tot het aangaan eener overeenkomst tot uitlevering van
misdadigers met Groot-Brittanje.
Wat Noord-Amerika betreft, de voorname reden waarom
niet reeds sedert vier jaren met die republiek eene uitleve-
nngskonventie is tot stand gekomen, moet gezocht worden
in het vroegtijdig uiteen gaan der tweede kamer van de staten
generaal in de zitting 18571858.
De vraag, of Nederland eene diplomatieke vertegenwoor
diging behoeft op den voet van het bestaande, moet door de
regering toestemmend worden beantwoord; dit sluit echter
niet uit, om daar waar zulks zoude blijken doenlijk te zijn,
vereenvoudigingen te doen plaats hebben; doch het denk
beeld ora enkele, zoo niet vele missiën door konsulaire verte
genwoordiging te vervangen, kan de regering niet beamen.
De regering heeft met leedwezen gezien dat de voorgestelde
verhooging van bezoldigingen voor onze diplomatie zeer
weinig ondersteuning heeft gevonden, zoo niet eene lotsver
betering voor de diplomaten wordt bewilligd, zal diteen nood-
lottigen invloed op 's lands dienst hebben. Men vindt weinig
geschikte personen die neiging gevoelen de diplomatieke loop
baan in te treden, vooral omdat, zonder het bezit van vermo
gen, de te verkrijgen positie bijna onhoudbaar is.
Hoofdstuk III B (Katholieke eeredienst).
Deze zeer korte memorie bevat geene mededeelingen van
algemeen belang.
SN ELl'EKSDRUKKEUlJ VAN DE GEBROEDERS ABRAHAMS.