gemeesters werden de verschillende autoriteiten aan Z. M. voorgesteld, waaronder zich ook twee leden der gedeputeerde staten bevonden. Met minzaamheid onderhield Z. M. zich met den gastheer en diens echigenoote onder 't gebruik van eenige ververschingeu en bezigtigde met blijkbaar welgeval len de aldaar aanwezige prachtig uitgevoerde schilderstukken van hooge waarde. Na een verblijf van ongeveer drie kwar tier unrs, gedurende hetwelk de muziek zich bij tusschen- poozen deed hooren, vertrok Z. M. gebruik makende van de rijtuigen des burgemeesters en onder het gejuich eener jube lende menigte. De dorpstraat was als in eene allee herscha pen. Een zestal eerebogen waren aangebragt en verfraaide nog het geheel, dat een bevallig gezigt opleverde. De burge meester, daartoe uitgenoodigd, vergezelde den koning op den lommerrijken weg naar 's Heer-Arendskerke, terwijl Z. M. zich daarop verder naar Wolfaartsdijk begaf, om zich aldaar aan het inmiddels aangekomen jagt in te schepen en den nacht door te brengen. Omtrent het verder bezoek van Z. M. den koning in onze provincie meldt men ons nog het volgende: „Woensdag ten half acht ure 's morgens verliet Z.M.hoogst- deszelfs jagt en werd met de sloep aangezet aan de landings plaats te Kortgene, waar door de zorg van den waterstaat eene brug was aangebragt, welke zich tot eene lengte van 25 a 30 ellen in het water uitstrekte. Bij hoogsdeszelfs aankomst werd Z. M. verwelkomd door den burgemeester der gemeenten Kolijnsplaat, Kats en Kortgene, en nam Z. M. plaats in een open rijtuig, in gezelschap van den lieer kommissaris en den burgemeester, ten einde zijne tourne' in het eiland te volbren gen. Het rijtuig werd voorafgegaan en gevolgd door eene eerewacht te paard, welke zamengesteld was uit gemeente naren van Kortgene. Voor het gemeentehuis gekomen zijnde werden de Jeden van het gemeentebestuur, de predikant en verdere notabiliteiten aan Z. M. voorgesteld, die met Z. M. eenige woorden wisselden, door hoogstdenzelven op minzame wijze beantwoord. Door de eerewacht begeleid reed Z. M. met gevolg verder over het gehucht Geersdijk naar Wissekerke, vergezeld door eene eerewacht, gevormd uit genoemde gemeente; hield eenige oogenblikken stil voor het huis van den burgemeesterdie Z. M. toesprak en den ge meenteraad aan hem voorstelde; waarna Z. M. de reis voortzette naar Kolijnsplaat. Ook daar hari zich eene eere wacht te paard gevormd, welke Z. M. aan de grenzen der gemeente afwachtte en vergezelde tot aan het gemeentehuis, zich scharende aan beide zijden. Regt feestelijk was daar hoogstdeszelfs intogt. Door drie sierlijke eerepoorten reed Z. M'. onder de breedealle'e van welig groeijendelindebooraen, die als een koepel zich hoog in de lucht boven hem sloten, stapvoets naar de plaats zijner aankomst, voorafgegaan door de muziek van het schuttersgilde Jacoba van Beijeren uit Goes en omringd door eene ontelbare menigte, terwijl eene onafgebrokene rij van vlaggen de gebouwen sierde. Onder luid gejuich, terwijl de eerewachten van Kortgene en "Wissekerke zich aan den trein hadden aangesloten, kwam Z. M. aau het smaakvol versierde gemeentehuis, waar de burgemeester eene hartelijke aanspraak, tot hemrigtte, er op wijzende hoe eenmaal een prins van Oranje heer was dezer heerlijkheid en hoe Z. M. de eerste koning was uit het vorste lijk huis van Oranje Nassau, die zich hier bevond op den bodem door hoogstdeszelfs voorzaten aan het geweld der baren ontrukt; den raad der gemeente, de predikanten van Kolijnsplaat en Cats, benevens verschillende autoriteiten aan Z. M. presenterende. Daarop verzocht, de predikant de eer Z. M. te mogen toespreken en hield, als voorganger der gemeente en prteses van het klassikaal bestuur, eene toespraak, waarin hij er op wees, hoe gelukkig Noord-Beveland zich gevoelde een vorst te ontvangen, die in den waren zin des woords zich een edel mensch had betoond te zijn; Z. M. dank toebrengende, namens velen zijner ambtsbroeders, voor Z. M. zorg, betoond in de verbetering van het lot van zoo velen hunner, die gebukt gingen onder tijdelijke zorg Z. M. toe- wenschende dat de koning der koningen het geëerbiedigd hoofd van den staat en hoogstdeszelfs vorstelijk huis met de keur zijner zegeningen mogt omringen. Minzaam beant woordde Z. M. beide aanspraken. Hoogstdezelve betuigde aan den burgemeester, dat het ook aan hem aangenaam was Noord- beveland persoonlijk te bezoeken; hem dank zeggende voor het woord tot hem gerigt, en aan den predikant zijn leedwezen betuigende, dat ook nu nog het noodige niet had kunnen worden gedaan, doch dat het steeds zijne belangstel ling bleef wekken en hem leiden tot pogingen om het ontbrekende te vervullen. Bij de intrede in het gemeentehuis, van binnen smaakvol versierd met de edelste bloemen, werd aan Z. M. een bloem ruiker aangeboden door een iwaaftal jonge dames, terwijl zijn pad door haar met rozen werd bestrooid. Achtervolgens ondevhield Z.M. zich met verschillende per sonen, in de gemeentekamer aan Z. M. voorgesteld; gaf de verzekering gevoelig te zijn voor de bewijzen vun genegen heid hem betoond rigtte minzaam het woord tot de dames en bood aan elk derzelve een fotografisch portret ter herinnering aan en begaf zich. na gebruik te hebben gemaakt van eenige ververschingen, langs den niet sparren beplanten dijk naar de plaats van inscheping, ook daar was een brug aangebragt, voor welke door de dijkwerkers eene boog was geplant, lei dende naar hoogstdeszelfs sloep. Hoogst hartelijk was daar het afscheid des konings van den burgemeester; bij allen de herinnering achterlatende aan eenen vorst, die zich te midden van zijn volk gelukkig gevoelt en wiens toegankelijkheid door allen op den hoogsten prijs wordt gesteld. Na het vertrek van Z. M. vereenigden zich de verschillende autoriteiten aan een keurigen disoh. waar nog menige toast werd uitgebvagt ter eere van Z. M. en hulde gebragt aan het doeltreffend beleid van den burgemeester." De togt doorNoord-Beveland afgeloopen zijnde begaf Z.M. zich naar Tholen, alwaar hem reeds dadelijk bij de aanleg plaats van het stoomjagt De leeuw eene talrijke bevolking het welkom toejuichte. Versieringen en eerepoorten ontbraken in het aloude stadje evenmin als overal elders en eene pyramide op de markt maakte met de nabij zijnde dekoratiën een sier lijk geheel uit. Door twee eerewachten begeleid en van eene groote volksmenigte vergezeld deed Z. M. de koning zijn inlogt binnen de gemeente en begaf zich naar het stadlyris, alwaar de leerlingen der kostsihool Z.M. met bloemen en boeketten begroetten. In de raadzaal wachtte Z. M. een déjeuner en werden verscheidene civiele en militaire autori teiten aan hem voorgesteld. Nadat Z. M. zijne tevredenheid had betuigd over den ontvangst en zich minzaam met ver scheidene personen had onderhouden, verliet de koning deze gemeente om ook Poortvliet, Scherpenisse, St. Maar tensdijk, Stavenisse, St. Annaland en Oud-Vossemeer meteen bezoek te vereeren, alwaar Z. M. overal de blijken mogt ont vangen van geestdrift en genegenheid. Bij den terugkeer var. Z. M. in Tholen waren hier en daar illuminatiën ontstoken, terwijl een muziekkorps uit Breda verscheidene stukken uit voerde en alzoo in velerlei opzigten aan de bewoners der gemeente een feestelijken avond bezorgde. Na eenigen tijd toevens begaf Z. M. zich weder aan boord van het op de rivier De eendragt liggende stoomjagt om den nacht door te brengen. Op den volgenden dag (donderdag) zag men reeds vroeg de bewoners van den Anna-Jacoba-polder in de weer om bij de aankomst van Z. M. tegenwoordig te zijn en het bewijs te leveren dat ook daar, op het stuk gronds aan de zee ontwoe kerd volgens het plan van den heer W. F. del Campo genaamd Camp, menschen woonden waaraan bet aloude stamhuis van Oranje dierbaar was. Omstreeks S uur zette Z. M. voet aan wal en begaf zich vergezeld van eene eerewacht, bestaande uit op- zigters der werkzaamheden in den polder, langs Willemsburg naar Ruwoirt alwaar de koning zich eenigen tijd ophield, oin de schuren en landbouwwerktuigen te bezigtigen. Nadat vervolgens het schoolgebouw bezocht, alwaar Z. M. dooi de leerlingen met boeketten en het zingen van het volkslied begroet werd, en de boerderij Nicke met eeu verzoek vereerd was, begaf de koning zich naar het sierlijk gelegen en met groen en bloemen smaakvol versierde landhuis alwaar Z. M. werd ontvangen door deechtgenoot van den gastheer mevrouw del Campo en eenige andere dames. Nadat door Z. M. eenige ververschingen waren gebruikt waarbij de koning zich door zijne minzame woorden ieders genegenheid had verworven, nam hij van de aanwezigen afscheid, en vertrok na nog'de hofstede Willemsburg tehebben in oogenschouw genomen, naar hetjagt, terwijl Z.'M. door den heer del Campo en zijne famielje daarbij werd uitgeleide gedaau. Zoo ergens, zal voor zeker 's konings bezoek in den polder bij allen eéne aange name herinnering achterlaten. Omtrent 's konings bezoek te Zierikzee berigt men ons nog het volgende: Zierikzee 30 mei. „In mijn vorig berigt melding makende van de illuminatie verzuimde ik mede te ileelen, wat wel het eerst melding verdiende, dat het elektrisch licht en het ben- gaalsch vuur, aan het kantoor der stoomboot De stad Zierik zee ontstoken, een allerprachtigst effekt deed. Er werden daar ook vuurpijlen opgelaten. Daar wij een en ander een hooo-st gelukkig denkbeeld dér direktie achten, haasten wij ons dit alsnog te melden. Ook is nog der vermelding waardig dat Z. M., naar de stad terugkeerende, gelastte voor het buitenverblijf van jhr.W. D. de Jonge halt te houden, en dat Z. M. zich aller minzaamst met hem eenige oogenblikken heeft onderhouden. Doorliet heerlijkste weder begunstigd, had de rid van Z. M. en gevolg, begeleid door de eerewacht te paard, door de ge meenten Dreischor. Bommenede.Zonnemaireen Noordgouwc plaats. Z. M. arriveerde omstreeks 4 ure te Dreischor. De verschillende autoriteiten wachtten Z. M. aan den ingang van het dorp op. Daar was ook bijna de geheele bevolking verza meld. De burgemeester sprak Z. M. met hartelijkheid toe. De gansche bevolking begroette den geliefden koning met een opgetogen hoera. Eene bij uitstek fraaije eerepoort was op het dorp opgerigt en daar buiteu, in de nabijheid eener zwin- gelkooi, eene geheel bekleed met afval van vlas, vervaardigd door de vlasarbeiders. Langzaam door het dorp rijdende ver liet Z. M. de gemeente, door de gansche bevolking toegejuicht en zette zijne reis naar Zonnemaire voort. Het was ook die gemeente aan te zien dat zij zich had voorbereid op's konings bezoek. Fraaije eerepoorten met toepasselijke inskriptiën. sierlijke guirlandes, een keur van bloemen, een tal van vlag gen strekten daarvan ten bewijze. Eenige dames stonden bij den ingang van het dorp gereed omZ. M. bij hetbinnen rijden boeketten aan te bieden, terwijl voor de woning van inevr. de wed. H. Moolenburgh, moeder des burgemeesters, alwaar Z. M. eenige oogenblikken vertoeven zou. net gekleede strooisterjes in twee rijen geschaard stonden. De burgemees ter M. J. Moolenburgh, deleden van den raad en dekerkeraad wachtten Z. M. op en bragten, bij monde van den burgemeester hunnen welkomstgroet. Na eenige oogenblikken aldaar vertoefd te hebben en inet onderscheidene personen een minzaam onderhoud onder welke ook mevrouw de wed. II. Moolenburgh, gehad te hebben en zijn hooge tevreden heid over de ontvangst te hebben betuigd, verliet Z. M. de gemeente en reed kwart over vijf ure het dorp Noordgouwe binnen en langzaam door, zonder zich evenwel daar op te houden, als zijnde door het bestuur reeds te Schuddebeurs gekomplimenteerd. De gemeente was in feestdos gehuld en het gejuich der menigte toonde ook hier, hoe verheugd men was over de eer van 's konings bezoek. Te Schuddebeurs teruggekeerd nam de eerewacht van voormelde gemeenten afscheid van den geliefden vorsten werd vervangen door de eerewacht van Zierikzee. Hiermede meen ik te hebben aangevuld het berigt van den len dag van 's konings verblijf in dit eiland." Betrekkelijk het verder bezoek van Z. M. op vrijdag aan de gemeenten in de eilanden Schouwen en Duiveland wordt ons het volgende gemeld: Van Zierikzee des morgensten half acht ure vertrokken zijnde, zette Z. M. omstreeks half negen ure te Burgh voet aan wal en werd aldaar gekom plimenteerd door den burgemeester C. M. Bolle, die Z. M. stond op te wachten met de leden van den raad en de eere wacht. onder kommando van den heer J. J. Hoogenboora te Renesse en de onder-kommandanten M. Bolle te°Haamstede en S. J. de Bruijne te Noord welle, en verder verwelkomd door de centrale direktie van Schouwen, Burgh en Westland, bij monde van haren voorzitter mr. B. C. Cau. In de gereed staande rijtuigen plaats genomen hebbende, waarin behalve Z. M. en gevolg, de kommissaris des konings, ook mr. Can en jhr. van den Santhenvel, ingenieur van den waterstaat, plaats namen, passeerde Z. M., begeleid door de eerewacht, langs het slot Kraaijenstein het feestelijk versierde dorp, door het ge zang van kinderen en het gejuich der menigte begroet, en kwam Z. M. te Haamstede, alwaar ook het gemeentebestuur hem welkom heette en de heer C. M. Bolle, ook burgemeester dezer gemeente, Z. M. andermaal toesprak. Ook hier was de vreugde groot, prijkten eerebogen, wapperde het vlaggendoek uit elke woning en waren guu-landers gevlochten. Z. M. be zocht het slot van Haamstede, waarbij de heer mr. van der Lek de Clercq. lid der eerste kamer van de staten generaal, Z. M., begeleidde en onderhield zich daar minzaam met den grijzen slotbewaarder. Bij het verlaten vau het slot sprak een behoeftig oud gedekoreerd militair Z. M. aan, hetgeen niet te vergeefs geschiedde. Te Renesse arri veerde Z. M. ten 10 ure ;aan den ingang van het dorp werd Z. M. op hartelijke wijze door den burgemees ter, den heer J. Hoogenboom Bz., toegesproken, hetwelk Z.M. minzaam beantwoordde. Onder een aanhoudend gejubel der menigte reed hij naar de woning des b urge meesters, terwijl eenige meisjes gereed stonden Z. M. bloemruikers aan te bieden welke minzaam werden aangenomen. Z. M. met gevolg stapte aan de woning des burgemeesters af en werd bij den ingang door het lOjarig dochtertje des burgemeesters een fraai boeket overhandigd. Na aldaar kort vertoefd en eenige ververschingen gebruikt te hebben verliet Z. M., onder betuiging van tevredenheid, deze gemeente, bragt een bezoek aan het slot Moermond, kwam ten 11 ure te Eikerzee aan en werd door eerstgenoemde centrale direktie aan den dijk te Scharenilijke opgewacht. Die dijk, de hoogste uit het geheele rijk, werd door Z. M. beklommen. Eene prachtige eerepoort stond daar opgerigt. Z. M. verlustigde zich eenige oogenblikken in den schoonen aanblik dien de zee daar aanbiedt. Omstreeks half twaalf ure vertrok Z. M. en arriveerde omstreeks 12 ure te Brouwershaven. De op de reede liggende schepen losten eere- schoten. Behalve de eerewacht te paard, kommandant deheer J.de Kater, had zich ook een eerewacht van een 20tal varens gezellen in uniform met hunne, met verschillende medaljes omhangen oranje vaandels gevormd, 1 fi ridders van het metalen kruis.eene vereeniging van burgers van verschillendevakken en ambachten met hunne banier. Deze allen, begeleid door het muziekkorps uit Zierikzee waren Z. M. te gemoet gegaan en geleidden Z. M. naar het raadhuis, alwaar hij door den bur gemeester, het gemeentebestuur enz. werd ontvangen, en een dejeuner aangeboden. De gemeente- en partikuliere gebou wen en dehaven waren keurig versierd. Dein de havenliggende vaartuigen waren ook rijk met vlaggen en wimpels getooid. Ook hier was de geestdrift en de feest vreugde groot, eenige dames hebben Z. M. boeketten aangeboden. Ongeveer ten 2 ure verliet Z. M. met hoogstdeszelfs gevolg deze gemeente cn werd door de eerewacht tot Schuddebeurs begeleid, al waai de eerewacht uit Zierikzee Z. M. stond op te wachten, die hem tot aan Capelle in Duiveland vergezelde. Op dien togt reed Z. M. langs de stad over den Grachtweg en den scheeps- tinnnerdijk, begroet en toegejuicht door een ontelbare volks menigte. Z. M. arriveerde omstreeks 3 ure te Capelle, alwaar de burgemeesters van Ouwerkerk en Nieuwerkerk met de respektieve gemeenteraden en den s»kretaris, met de eere wacht te paard, onder kominando van B. G. van der Have, onderkomraandanten T. Voorbeijtel en M. W. Brouwer Z. M. stonden op te wachten, hun korapiiment maakten en de kommandant der eerewacht van Zierikzee mr. W. C. de Crane van Z. M. die hem hartelijk de hand drukte een welgemeend afscheid nam, terwijl daarna de kommandant der eerewacht van Duiveland werd voorgesteld.die met een gepast woord zich ter beschikking van Z. M. stelde. Van Nieuwerkerk, dat ook feestelijk was versierd, werd de rid naar Zijpe voort gezet, waar men ten 4 ure aankwam, en het koninklijke jagt, waarmede Z. M. vertrekken zou, gereed lag. In de nabijheid en op Zij pe waren eigenaardige eerepoorten op gerigt, onder anderen ééne van oester-, mossel- en andere schelpen. Met smaak was alles daar weder versierd. Was het op woensdag 21 mei daar een verrukkelijk schouwspel bij 's konings aankomst door het zeilen der schippersvaartuigen, thans stond eene eerewacht van schippers en daglooners, allen van vaandels voorzien, geschaard op den weg naar den steiger tussehen welken,na een oogenblik onder laatstgenoemde eere poort vertoefd te hebben, Z. M. stapvoets doorreed, en na een korten maar hartelijken afscheidsgroet op H. D. jagt stapte. Dat het afscheid van 's konings kommissaris, die de reis met Z. M. had mede gemaakt, en van dc leden van gede puteerde staten, die zich naar het Zijpe hadden begeven om bij Z.M. vertrek uit Zeeland tegenwoordig te zijn, van den burgemeester van Zierikzee en andere autoriteiten wederzijds allerhartelijkst, was, behoeft naauwelijks gezegd te worden. De kommissaris des konings en de leden van gedeputeerde staten begaven zich aan boord van het stoomschip Frans Naerebout. Toen het koninklijke jagt weg stoomde bleef Z.M. op het dek en groette de ontelbare volksmenigte her haalde malen op het vriendelijkst. Hiermede was's konings bezoek in Zeeland, wat het bezoek zelve betreft, geëindigd, maar niet geëindigd voor de bewoners van Zeeland in wier hart het indrukken zal hebben achtergelaten, die de liefde tot den koning en het doorluchtig stamhuis van Oranje zullen aanvuren en gezindheden in ons versterken,dieonsnietalleen als zeeuwen, maar ook als nederlanders ten sieraad zijn. Het vaarwel dat in juichtoonen uit de volksmenigte bij het vertrek van Z. M. opging, bevatte zeker duizend goede wenschen voor de toekomst van Neerlands koning. Jl. vrijdag avond is Z. M. in de residentie teruggekeerd. 8neerersdrukkerij van de gebroeders abrahams.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1862 | | pagina 6