Gemengde herlgtcn. Dc kommissie der algemeene verloting ten behoeve der noodlijdenden door den watersnood in 1861 heeft uit de bij haar nog beschikbare gelden eene som van f (8,000 aan den minister van binnenlandsehe zaken afgestaan voor de noodlij denden door den brand te Enschedé. Ook de werklieden Van de heeren de Heijder co. te Leiden hebben geheel vrij willig uit liet fonds ter hunner ondersteuning bestemd, de som van f 1000 ten behoeve der werklieden te Enschedéafge staan. De vegtbank te 's Hertogen bosch heeft dezer dagen een boerin, die zich had schuldig gemaakt aan vervalsching van boter door fijn zout of gehotste karnemelk, tot vijf weken eenzame opsluiting veroordeeld. Vóór eenige dagen was een landbouwer te Zerf, in de nabijheid van Trier, bezig met het wegbreken van de grondslagen zijner woning, ten einde een nieuw huis te bouwen. Op eene geringe diepte beneden den zwaren drempel, welke uit een gehouwen steen bestond, ontdekte hij eenige aarden potten, gevuld met gouden en zil veren muntstukken, uit de 13e en Me eeuw; hun aantal be draagt meer dan 2000. Te Stellendam is in een der slooten. welke gemeenschap met het buitenwater heeft, een levende inktviseh (sepia officinalis) gevangen, naar gissing buiten zijne armen 5 palm lang en 3 palm breed. De eerste kersen van dit jaar zijn reeds van Rotterdam naar Londen verscheept. De gebroeders Sehlagintweit, van wier reizen we in het nommer dezer courant van 3 maart 1860 een verhaal hebben gegeven, hebben op hunne reis in Azië den top van den Hi- Gam in, in Opper-Azië gelegen, beklommen en eene hoogte bereikt van 22,259 voet boven de oppervlakte der zee. In den Andes (het kopergebergte) in Amerika steeg Boussingaulttot eene hoogte van 19,495 en Alexander von Humboldt.bereikte bij liet bestijgen van den Chimborazo J 9,286 voet. In lucht ballons heeft men zich reeds veel verder van de oppervlakte der aarde verwijderdzoo steeg b. v. Gay Lussac op 16 sep- tembev 1804 ter hoogte van 23,020 voet. Een boekhande laar te Parijs heeft een werk aangekondigd onder den titel Abd I-K der en het katholicisme. De emir zelf is daarvan de schrijver, en naar men verhaalt voorspelt hij er in dat de godsdienst der toekomst de mohammednansche zijn zal, om dat deze het juiste evenwigt houdt tusschen geest en stof. Men verzekert dat de levensgroote portretten van den koning en de koningin der Nederlanden binnen kort in het museum van Versailles zullen worden geplaatst. De vervaardiging is door den keizer aan een voornaam schilder opgedragen. Op een weiland bij Wimbledon zal den 1 5 julij een eigenaar dige wedstrijd worden gevoerd, bestaande in het schieten met de buks tusschen den lord-kansclieren tien andere pairs en den president van het huis der gemeenten en tien leden dier kamer. De uitdaging ging van laatstgenoemd huis uit. Ieder lid zal 14 schoten doen. de eene helft op een afstand van 300 en de andere op 750 passen. liet Journal des débats bevat eene uitnoodiging aan het publiek om giften te offeren voor de ongelukkigen te Enschedé. In de nabijheid van Leeuwarden is een aanvang gemaakt met. den aanleg der aardebaan voor den spoorweg van daar op Harlingen.Te Munster beeft zich eene kommissie gevormd tot het bij eenzamelen van gelden, ten behoeve der noodlijdenden te Enschedé. Le Figaro-programme deelt de waarde mede van de voornaamste koffijhuizen te Parijs. Het Café anglais, 1 millioen franks; hetCafé riche, 830.000 franks; het Café du Helder, 613,000 franks; liet Café de larotonde. 600,000 franks; La maison dorée. het Café cardinal, ieder 500,000 franks; liet Café Mazarin en het Café Tortoni ieder 350,000 franks. Tevens deelt het blad mede, dat de koffijtiuisbe- dienden jaarlijks meer dan 6 millioen franks aan drink gelden ontvangen. Het jongst verschenen noramcr der dagboeken van Varnhagen von Ense, bevat de volgende ïnededeeïing; „Berlijn 1844, 15 februarij, I-Tumboldt bedle gerig. Op het valsclie berigt van zijn dood. heeft Carus te Dresden onmiddellijk aan den beeldhouwer Raueli geschre ven, dat hij vooral pogingen moest doen om den schedel van Humboldt, magtig te worden. Ranch stelde aan Humboldt den brief van Carus ter hand, die op vriendelijken toon ten antwoord gaf: voorloopig wenseh ik den schedel in kwestie nog eenigen tijd zelf te gebruiken; later wanneer dit niet meer noodig is. kan hij er over beschikken." Te Parijs zijn eenige personen gearresteerd die beschuldigd worden van liet uitventen der fotografische, portretten vanOrsini en zijne medeveroordeelden. Een ijzeren bekleedsel voor vesting muren en andere fortifikatie-werken, naar bet plan van een officier der engelsche genie, den kapitein Inglis. vervaardigd, is dezer dagen te Shoeburyness beproefd en tegen het zwaarste geschut, in Engeland aanwezig, bestand bevonden. Het bleef zelfs ongedeerd, toen uit Armstrongs kanon een projektiel van 300 pond met eene ongemeen zware lading buskruid op een betrekkelijk korten afstand er op afgeschoten werd. Ten einde misleiding te verhoeden, heeft, de minister van binnenlandsehe zaken in Oostenrijk bevolen, dat in het ver- volg geene minerale wateren mogen worden verkocht dan in zoodanige flesschen of kruiken, waarop duidelijk zigtbaar is dat zij gevuld zijn in het zelfde jaar, waarin zij in den handel worden gebragt. Toen men zaturdag 10 mei op het bal. dat prinses Mathiide ter eere van het nederlandsch koninklijk echtpaar gaf. zich voor den dans wilde gereedmaken, vond men het orchest onbezet. Men zond naar den kapelmeester der prinses, en het bleek nu dat ten gevolge eener vergissing de muziek voor zondag besteld was. Vorst Metternich hielp het gezelschap uit de verlegenheid, door zich aan de piano te plaatsen en tot middernacht kontredansen en walsen te spe len. Eerst te middernacht kwam het orchest aan. Vóór eenige dagen is te Tyrnau (Hongarije) overleden Johann Jatzkovits, bediende van den kardinaal vorst-primaat van Hongarije. De overledene, die den hoogst zeldzamen leeftijd van 105 jaar had bereikt, was nog in zijn S2e jaar hertrouwd, en eene uit dit huwelijk geboren dochter, thans 18 jaar tel lende. volgde den lijkstoet. Op den nieuwen spoorweg van Londen over Chatham en Canterbury naar Dover, die vóór weinige dagen voor liet publiek geopend was, heeft reeds een ongeluk plaats gehad. Twee waggons van een extratrein van Londen naar Dover, derailleerden, raakten van de verbindingsketting los en stortten van een steilen dam naar beneden. Twee passagiers werden terstond gedood en drie andere doodelijk gewond.De bevolking van Ca nada, welke in 1851 slechts 1,842,265 personen bedroeg, telt thans 2.501,370. In het gebouw dertentoonstellingte Lon den is in de vorige week een belangrijke diefstal gepleegd. Een zwitsersch exposant ontdekte namelijk, dat hem een glazen kastje, waarin zich 13 horoiogiën, waarvan 1 gevat in een fraaije bracelet, bevonden, ter waarde van 313 p. st., was ont vreemd; de policie heeft het laatstgenoemde voorwerp opge spoord, doch de overige goederen zijn nog niet terug gevon den. Vóór eenige dagen is een diefstal gepleegd in het pa leis van den prins von Schwarzenberg te Weenen. De dief heeft zich den toegang weten te verschaffen tot de slaap kamer der prinses en aldaar ontvreemd eene portefeuilje met 800 fl. in bankbiljetten, een bracelet ter waarde van 5000 fl., een snoer paarlen van 10,000fl., 12 stuks brillanten van 6000 fl. vijf kleine braceletten van 50011., twee paren oorringen van 1200 fl. en twee kruisen van 1300 fl. waarde. Tot heden heeft men geen spoor van de vermiste voorwerpen ontdekt. Men is bezig met de organisatie van een sneltrein tusschen Pe tersburg en Parijs, die over hetgeheele trajekt slechts aan de hoofdstations zal stoppen. Verïioopingca en aanbestedingen. Jl. vrijdag zijn alhier ten verkoop aangeboden de navol gende perceelen: I. Een huis en erf met tuin, gelegen buiten de Veersche barrière, wijk T no. 10. Verkocht voor f 401,25. II. Een huis en erve in de lange Singelstraat wijk N. no. 189. Verkocht voor f875. III. Een dito in de korte Breestraat, wijk O no. 168. Verkocht voor f 508. IV. Een dito op de Nieuwe Bree, wijk E. no. 135. Verkocht voor f487. V. Een pakhuis en erf op den Molenberg, wijk K no. 99. Verkocht voor f 100. VI. Een huis en erf ia de 's Gravenstraat, wijk 1 no. 276. Opgehouden voor f6/5,75. Meteorologische waarnemingen, gedaan op 's rijks werf te Vlissingen, des middags 22 ure. Mei 1862. "Wind V, 1 3- Laagste 1 bC "S o" g ~3 -r01 to f teniperat. Aanmer .5 1° id -5 a'3 'g en verschil kingen. li s| a g 4> ba met de 55 ÉH -O I i-"3 \c/) P3 hoogste. lUW.t. N. 7 755.3 13.4 0.75 8.89 1.2 betr. en bcw. 12 W.NW. 3,5 753.4 13.8 0.72! 8.70 0.1 bewolkt. 13 No.t.N. 8 758.8 13.8 0.79. 9.48:0.0 ligt bewolkt. 14. NOost. 9 758.4 15.8 0.71 9.63 0.6 betr. en bew. 15 O. ZO. 5.5 757.1 14 2 0.88 10.74 0.9 bew. nat. onw. 18 Z.t. W. 4 759 6 16.6 0.80 1132 11.5 bew. betr.heij. 17 N. t. O. 1 766.2 16.1 0 81111.12] 1.1 bew. en heijig. Ther mome ierstand 17 mei. 's morg. 7 u. 5S 'smidd. 1 u. 63 's av. 11 u. 54 gr. IS 's morg. 7 u. 58 %s midd. 1 u. 62 's av. 11 u. 55 gr. 19 's morg. 7 u. 50 's midd. 1 u. 07 gr. Staten generaal. TWEEDE KAMER. Ingekomen wetsontwerpen. Verlenging van den termijn van art. 3 der wet van 24 decem ber 1857, wegens het indisehe muntwezen. Het laat zich aanzien dat de versmelting van het ten ver koop uit Indië hier te lande ontvangen en nog te ontvangen kopergeld niet vóór de maand december dezes jaars zal kun nen afloopen. Daarenboven moeten in Indië nog plus minus 750,000 nederlandsche ponden kopergeld, na te zijn doorge kapt, aan de markt worden gebragt. De verkoop hier te lande en in Indië kan niet met overhaasting plaats hebben, zonder gevaar van de markt te overvoeren en de prijzen te drukken. Deze omstandigheden maken het onmogelijk, binnen den termijn, b j art. 3 der wet van 24 december 1857 gesteld, ver antwoording te iloen van alle ontvangsten en uitgaven betref fende de uitvoering der wet van mei 1854 tot regeling van het muntwezen van Nederlandsch-Indië. De overweging daarvan heeft aanleiding gegeven tot het tegenwoordig voorstel van wet, strekkende om den voormel den termijn met één jaar te verlengen. Onteigening van perceelen ten behoeve van den spoorweg van Nieuwediep tot het Niedorperverlaat. Dit wetsontwerp verklaart, dat het algemeen nut de ont eigening vordert, ten name van den staat, van de eigendom men, noodig voor den aanleg van den spoorweg van Nieuwe diep naar Alkmaar, aanvankelijk tot het Niedorperverlaat, loopende door de gemeenten Helder, Zijpe, Schagen, Ilaring- earspel en Oude Niedorp, van de roomsch-katholieke kerk te Helder, met een zijtak naar de haven van het Nieuwediep, oostelijk en met eene geringe kromming langs het fort Dirks Admiraal, en van daar in zuidelijke rigting door de Schoter duinen tot nabij het noord-hollandsche kanaal, met eene bogt het kanaal haaks overgaande en daarna, met eene tweede bogt, weder in zuidelijke rigting regt doorloopende langs Oude Sluis en Schagen, en verder, met eene bogt nabij de Kaag, langs die plaats en Zijdenvvind tot bij de ringvaart van den Heer-Hugowaard in de nabijheid en westelijk van het Niedorperverlaat. Voorloopige verslagen. Onteigening van perceelen ten behoeve van den aanleg van een spoorweg van Arnhem naar Zutphen. Naar het gevoelen van eenige leden was voor dit spoorweg vak eene verkeerde rigting aangenomen. Men had de keus tusschen twee rigtingen, waarvan de eene van Arnhem af door lagere, aan overstrooming blootgestelde gronden en ver volgens onmiddellijk langs en door de reeks van'landgoede ren loopt, welke daar schier onafgebroken aan elkander f grenzen terwijl de andere dadelijk het hoogere gedeelte der j Veluwe bereikt en dit doorsnijdt. Men heeft de eerste rigting gekozen, niettegenstaande de andere zich èn uit het oogpunt van meer gemakkelijke en goedkooper onteigening, èn uit dat van het zoo veel mogelijk ontzien van de belangen der eigenaren allezins aanbeval. Andere leden beschouwden óf de aangenomen rigting als een voldongen feit óf namen die rig ting zelve in hunne bescherming. Eindverslagen. Wijziging van de begrooting van uitgaven voor de gestichten te Ommersehans en Veenhuizen, dienst 1861. Naar aanleiding van de pogingen tot brandstichtingen moord, welke in die gestichten hebben plaatsgehad, meenden sommige leden, dat dit een gevolg was van de omstandigheid, dat lieden, die alleen uit gebrek tot den bedelstaf vervallen waren, daar vermengd werden met het schuim der natie, het geen een algemeen zedebederf ten gevolge moest hebben. Die leden wilden dus eene afzondering van de onderschei dene klassen van bedelaars, door het oprigten van „depóts de mendicité," die het strafwetboek reeds sinds lang voorschijft. Andere leden meenden dat de toestand niet zoo erg was, en verwachtten van die depóts geen heil. Gemeenteraad van Middelburg. Zitting van 16 mei. Voorzitter de heer Bijleveld van Serooskerke. Afwezig de heeren van Diggelen en Snijder, wegens ziekte, Caland, uitlandig, en Verbrugge. De notulen der vorige zitting worden na lezing goedge keurd, en daarna voor kennisgeving aangenomen de niede- deeling des voorzitters dat van bovengenoemde afwezige heeren berigt van verhindering is ingekomen. De voorzitter brengt in behandeling het rekwest van eenige ingezetenen ten opzigte van het ruimen van den beer. Burge meester en wethouders, in overleg met de kommissie ad hoe, stellen, vooral met het oog op het tweede ingekomen adres, den raad voor: a. Geene betaling van de ingezetenen te vorderen voor het zich in den put bevindende water, en alzoo te doen vervallen de bij vroeger raadsbesluit gemaakte bepaling dat voor elke kar. welke door den pachter van den beerput wordt wegge haald, 50 cent door de ingezetenen zal moeten worden be taald b. voortaan eerst den beer afzonderlijk en daarna te zamen met de asch en vuilnis te verpachten c. den pachter van den beer de verpligting op te leggen om, des noodig, bij het ledigen der putten een door het ge meentebestuur aan te wijzen persoon als opzigter aan te stel len. zoo dit door de ingezetenen wordt verlangd, als waarborg voor eene goede orde bij de uitvoering van het nachtwerk d. hem, die zulk een opzigter bij het ledigen van den put verlangt, aan dezen f 1 te doen betalen, ouder verpligting om daarvan 24 uren te voren aan het bureau van policie kennis te geven e. de nadere goedkeuring van den raad in te roepen nadat de verpachting eerst afzonderlijk en daarna te zamen zal hebben plaats gehad en den rekwestranten kennis te geven dat de raad aan hun verlangen heeft voldaan. De heer Snouck Hurgronje zegt zich niet te kunnen ver eenigen met het sub a genoemde voorstel. De aanname daar van acht hij van grooten invloed op de verpachting, terwijl de ingezetenen daardoor in staat worden gesteld misbruik hunner vrijheid te maken door alles in de sekreten le werpen. Beter ware liet, naar sprekers meening, van stadswege een opzigter aan te stellen en te bezoldigen, om door dezen te doen uitmaken of de specie is beer of alleen water. De heer van Deinse meent dut bij vroeger raadsbesluit is bepaald de ingezetenen 50 cent te doen betalen voor elke kar en niet voor elke kar water welke wordt weggehaald, omdat het niet is uit te maken wat beer en wat enkel water is. Hierop antwoordt de heer Snouck Hurgronje, dat hij juist door bedoelden opzigter zou willen doen beoonleelen wat als water moet worden beschouwd, en voor dit water alleen zou alsdan dienen te worden betaald. Ilij acht bet onbillijk om den pachter bij het regt tot weghaling van den beer levens de verpligting op te leggen ook het water mede te nemen. De heer Lambrechtsen van Ritthem voorziet niets dan twist, zoo een opzigter moet beslissen over de hoedanigheid der specie: de opzigter zal zich steeds in moeijeüjkheden bevinden het zij met de ingezetenen, het zij met den pachter. Bij aan name van het voorstel van den heer Snouck Hurgronje zou de daardoor mogelijk verhoogde opbrengst der verpachting toch verminderen met de bezoldiging van een opzigter. het geen misschien nog minder voordeel zou opleveren. Opgrond van een en ander verklaart spreker zich tegen het voorstel van den heer Snouck Hurgronje. De heer Lantsheer gelooft niet dat de gemeente door de betaling der ingezetenen gehaat zal zijn. Blijkt het dat de op brengst der pacht te laag is, dan zou van de ingezetenen geld kunnen gevorderd worden. Neemt men evenwel alles te za men, zonder kosten voor de gemeente, dan moet de pachter weten wat hij doet, als hij op de gestelde voorwaarden de pacht aanvaardt. Met deze zienswijze zegt de heer Snouck Hurgronje zich te kunnen vereenigen. De heer van Uije zegt dat het voorstel der kommissie ge grond is op de mocijelijkheid om te konstateren wat beer of wat water is. Volgens den heer Damme is het zeer raadzaam de retributie af te schaffen. De klagten des pachters acht hij zeer over dreven; en wanneer de beer zóó veel waarde heeft als hij schijnt te hebben, dan zal er ook wel geene moeijelijkheid in gelegen zijn om den put te ledigen van beer cn water beide. Daarenboven za! wel niemand zich aan het onaangenaam nachtwerk noodeloos willen blootstellen door uit liefhebberij

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1862 | | pagina 2