iö onze ziel heerschen kan, en dat men haar nimmer in het kwade dienen of gehoorzamen moet, dat de vorsten meestal wel het goede willen maar door de dienstbaarheid, vleijerij en zwakheid van het volk dikwijls ten kwade worden geleid, zoo dat voor de verkeerde daden der vorsten eene groote verant woording op de onderdanen rust. „Hij eindigde met te beweren dat hij streed om de dwalingen welke een verderfelijken invloed hebben tegen te gaan, dat hij erkende zelf vele dwalingen te hebben bedreven, maar dat hij juist daardoor er ook zoo velen had leeren kennen, en wekte vervolgens een ieder op om in den strijd zijn bondge noot te worden. „Wanneer ik opmerk dat ik dezen korten inhoud enkel uit mijn geheugen put, dan spreekt het wel van zelf, dat hier en daar eene onjuistheid zal zijn ingeslopen en dat Multatuli veel op deze regelen zou hebben aan te merken. Ilij, die zoo zeer aan goede trouw hecht, zou echter moeten erkennen dat «leze althans in mijn verslag heerschende is, en waarom ook niet? Waarlijk men mag Multatuli excentriek, ja zelfs in vele opzigten dwaas noemen, daar is te veel van hem te leeren, daar is te veel opmerkelijks in zijne taal om geen sympathie voor hem te gevoelen. Hoe japuner dat zulk een helder hoofd zoo vaak zijn eigene zoo behartigenswaardige zaak be derft door openlijke dwaasheden, waaronder ik vooral rang schik eene zekere advertentie, waarbij hij aan de nederland- sche natie wijt, dat hij zijne schulden niet betalen kan! Hoe, een man met enorme begaafdheden, en die daarbij het geluk heeft dat het veld dat hij bearbeidt juist aan de orde van den dag is, een man, wiens werken verslonden worden, zou het niet uitsluitend aan zich zelveu te wijten hebben als hij door schuldeischers wordt vervolgd Het is immers ondenkbaar?" Men schrijft ons uit 's Gravenhage G april „Het kan niet anders of de roem van de zangeres (of, met het modewoord cantatrice) Adeline Patti, die sedert eenige dagen de hoofden der muziekliefhebbers te Amsterdam en elders op hol gebragt heeft, is ook reeds tof u doorgedrongen verschillende dagbladen zijn althans onuitputtelijk geweest in haar lof, de koning heeft zijn verblijf in de hoofdstad een dag verlengd om haar nog te hooren, en het gerucht, dat alle zaken vergroot naar mate het verder doordringt, verzekerde dat men in Adeline Patti eindelijk de zangeres bij uitnemend heid, de volmaakte, gevonden had. Gisteren avond zijn de bewoners der residentie in de gelegenheid geweest een eigen oordeel te vellen, daar zij alhier in den schouwburg een eenige voorstelling gaf met het italiaansche operagezelschap uit Amsterdam onder direktie van den heer Merelli. Zij trad op als llosine in Barbiere di Seviglia, en zong in de scène van de muziekles, waar altijd naar willekeur deze of gene ariageïn- terkaleerd wordt, die der betrokkene artiste gelegenheid geeft om te schitteren en zich van de gunstigste zijde te doen ken nen, de Echo van Eckert en La calesera een spaansche romance, terwijl zij bij het einde van het stuk nog deValse de Yenzano voordroeg. Dve schouwburgzaal was op alle rangen stikvol, terwijl velen voor wie geene plaatsen meer beschik baar waren, afgewezen zijn. En dit in weerwil dat de prijzen der plaatsen in den regel verdubbeld waren stalles en eerste rang f 6, tweede rang f 3,50, parterre f 2,50. Bovendien was de helft der ruimte van liet parterre afgenomen en tot stalles ingerigt. Mejufvr. Patti is eene artiste van den eersten rang, die aan de natuur de schoonste gaven te danken heeft, met hare stem kan doen wat zij wil en bijv. met kracht de hooger? zingen. Zij bezit een helder, frisch en klankvol geluid, en deed zich te ge lijk in eene rol als die van llosinealseene uitmunteruleaktrice kennen; het coquette, hetespiègle van die rol, scheen volko men met haren natuurlijken aanleg te strooken, en droeg bij gevolg een stempel van waarheid, die niet kon nalaten indruk te maken. Welke gaven mejufvr. Patti echter bezitte (en die zijn vele en groote), vertoont haar gezang op sommige punten de sporen van hare jeugd en konden enkele gedeelten tot op merkingen aanleiding geven. De eerste welbekendearia„Una voce" zong zij op eene zoo briljante wijze, met zulke stoute wendingen en zulke inderdaad smaakvolle kunstversierin gen, als liier welligt nog nooit gehoord is; datgeen, wat andere zangeressen slechts met de langdurigste studie weten te bereiken, het overwinnen der grootste moeijelijkheden, scheen bij haar eene natuurgave te zijn. Men kon desniette min, ook in haar overigen zang, als het ware ontdekken dat de zangeres nog jong is, daar de roulades, hoe voortreffelijk ook in hare soort, niet zoo volkomen afgerond waren, als wij die bijv. dezen winter in het koncert Diligentia van mevrouw Lemmens Sherrington gehoord hebben, eene zange res die eene minder algemeen verbreiden roem geniet, maar inderdaad op dat punt onovertreffelijk was. Daarentegen wekten de trillers van mej. Patti groote bewondering door hare zuiverheid en lang aangehouden kracht. Doch van eene zoo uitstekende zangeres had men bovendien kunnen verwachten dat zij meer partij zou getrokken hebben van de geinterkaleerde Echo, dan zij gedaan heeft. Dezelfile aan merking is ook van toepassing op de Valse de Venzano, die men tevens gaarne in haar geheel had wenschen te hooren, doch die mej. Patti slechts voor de helft heeft gezongen. „Alles bijeengetrokken, is Adeline Patti een ongemeen talent, die, indien zij blijft studeren, eene schitterende plaats onder de zangeressen zal innemen. „Over de avtisten welke mej. Patti in den Barbiere naast zich had, zullen wij zwijgen. De Basile is bijna de eenige van wien iets goeds zou kunnen gezegd worden." Benoemingen en besluiten. marine. Op verzoek eervol ontslag uit 's lands dienst verleend, met toekenning van pensioen, aan den kapitein luitenant ter zee titulair van het sedentaire zeewezen in Ne- derlandsch Indië D. L. Wolfson, laatstelijk direkteur der fabriek voor de marine er. het stoomwezen te Soerabaija, thans met verlof hier te lande. regterlijke magt. Herbenoemd tot plaatsvervangend kantonregter te Oostburg de heer J. W. Ie Nobelen tot kan - tonregter te Brouwershaven mr. W. H. Kroef. onderwijzers. Pensioen verleend aan H. Y. Snoodijk, gewezen hoofdonderwijzer te St. Philipsland, ten bedrage van f 400 's jaars, en aan P. van Ree. gewezen hoofdonder wijzer te Wemeldinge, tot een bedrag van f393 's jaars. Kerk- en school nieuws. Gisteren morgen is als predikant bij de nederduitscbe her vormde gemeente alhier bevestigd de heer J. P. Nonhebel. Zijn ambtgenoot, de heer E. J. W. Koch, had tot tekst geko zen Markus IX 50b- Des avonds deed de bevestigde zijne intrede met eene rede naar aanleiding van 1 Thess. V 25. De heer C. F. Zeeman, predikant bij de hervormde ge meente te Welsum, heeft het beroep naar Zonnemaire aange nomen. Marine en leger. Z. M. de koning heeft bij besluit van den 3 dezer goed gekeurd dat, met wijziging in zoo verre van art. 114 van het reglement op de dienst der infanterie, ook de manschappen van de troepen te voet in gewone tijden, zon-en feestdagen uitgezonderd, in de dagelijksche tenue, ongewapend en met de kwartiermuts gekleed, in het openbaar verschijnen. Door het departement van oorlog is nog ter bevordering van den overgang van militairen van het leger hier te lande bij dat in Nederhvndsch Indië bepaald, dat de miliciens, be- hoorende tot de wapens der kavallerie en artillerie, die reeds in den wapenhandel geoefend zijn, zoo dat zij als kavallerist of artillerist voor het indische leger kunnen worden aangeno men, daarvoor eene geldelijke gratifikatie ad f 150 zullen ge nieten, even als aan de bij gemelde wapens dienende vrijwil ligers, die bij het koloniale leger overgaan, wordt toegekend. Gemengde berigteii. Frederika Gossmann, barones von Prokesch Osten, is voor drie jaren aan den hofschoiiwburg te Berlijn verbonden zij heeft eene jaarlijksche bezoldiging van -4000 thalers, benevens vijf maaneïen verlof tot het geven van gastrollen. Inde vorige week zijn bij gelegenheid der te Rotterdam gehouden koffij-veiling aan het rijks telegraafkantoor niet minder dan 724 telegrammen aangenomen; de ontvangsten bedroegen dien dag f 1794. De pracht-statenbijbe], welke eenige da gen in het lokaal Diligentia te 's Ilage ter bezigtiging gesteld was, is weder aan het paleis van Z. M. teruggebragt. Dat kunststuk is door ongeveer S000 personen bezigtigd. De entre'e-gelden en de bus voor het weeshuis te Huissen hebben opgebragt ruim f 500. De predikant van zekere gemeente in België bezit in den tuin der pastorij een prachtigen peeren- booni, die ten gevolge van dertien verschillende inentingen, dertien soorten van peeren draagt. Die boom. op de meest vernuftige wijze gekweekt, is zeer schoon en belooft voor dit jaar een overvloedigen oogst van alle soorten van goede vruch ten. Te Utrecht is in di/^jïffigste zitting van den gemeente- vaad geadviseerd tot den bouw eener overdekte graanmarkt, waaraan eene beurs zal verbonden zijn de kosten daarvan worden geraamd op p. m. f200.000. Sedert eenigen tijd bevindt zich te Madrid de beroemde zangeres mevr. Lagrange, die meer dan eene hare voorgangsters door de bevolking wordt bewonderd. Ter barer eere is een standbeeld geplaatst in den zuilengang van het koninklijke operagebouw, voorstellende mevr. Lagrange in het gewaad van Norma. Tc Koevorden zijn dezer dagen ondertrouwd de landbouwer Roelof Jager, te Dalen, oud 09 jaren, en raejufvrouw A. Scheerman, oud 19 jaren. Het porceleinen servies uit Amstels porceleinen- fabriek, met gezigten uit Amsterdam, is te 's Hage voor f 1010 door den heer v. Romunde gekocht. In korten tijd hebben te 's Hertogenbosch herhaalde malen indagingen van officie ren plaats gehad. Jl. donderdag geschiedde zulks weder bij trommelslag ten opzigte van een len luitenant der infanterie, die met de militaire kas is weggeloopen. Onlangs moest bij de regtbank te Groningen een israëliet getuigenis der waar heid afleggenen werd vooraf door den voorzitter de gebruike lijke eed van hem gevorderd. De getuige zeide dat zijne gods dienst hem niet veroorloofde de twee voorste vingers van zijne regterhand op te steken, waarom hij verzocht den eed te mogen doen onder het opsteken van den voorsten vinger del eter- en dien van de linkerhand. De regtbank heeft dit verzoek ingewilligd. Burgerlijke staucl. (Van 29 maart tot 5 april.) Middelburg. Eerste huwelijksafkondiging L. de Nooi- jer, jm. 22 j. met C. Kuipers, jd. 22 j. Vi.issingen. Gehuwd: A. Schraver, jm. met M. C. Hcij- blom, jd. Bevallen M. Jasperse geb. Ovaa, z. A. Louwersc geb. de Rijcke, z. Overleden: C. But, weduwn. van J. C. Dingemanse, 75 j. J. Nusteluik, weduwn. van A. Roelofs, 39 j. G.R. Wolte ring, d. G weken. Goes. Gehuwd: L. van der Straate, jm. 38j. met J. IIo- gesteger, jd. 44 j. Bevallen: K. Nonnekes geb. Breeker, d. P. v. d. Yisse geb. Itemijn, «1. K. D. Ramonrlt geb. Robijn, z. F. van den Ende geb. de Regt, d. M. Delneij geb. Servaas, z. Overleden P. J. van de Velde, d. 4 m. J. de Wolff, man van E. P. Goeree, 52 j. P. J. Bartelse, z. 4 j. M. P. Voois, d. 2 jaren. Zierikzee. Gehuwd: J. Adriaanse, jm. 22 j. met E. Ver doorn, jd. 25j. Bevallen: M. Padmos, geb. de Jonge, z. J. C. Lendon, geb. Simons, z. A. I. Hagemeijer, geb. Gudde, z. P.Troch, geb. Jasperse, d. G. van de Waart, geb. Knieriem, d. Overleden: J. Ochtman, z. 4j. A.deVos, weduwn. van D. Verheul, 66 j. J. Vaal, weduwn. van M. van Kleef, 7G j. W. A. Wierikx, z. 9 m. E. J. Bal, d. 8 j. Meteorologische waarnemingen, gedaan op 's rijks werf te Vlissingen, des middags 12 ure. Maart april 1862. Wind. S iv"! p e" 5 Laagste s ti 0 I 3. "S> «J temperat Aanmer p 1 E O «S 2 *3 1 p en verschi met de kingen. s w EH Ja cn cS hoogste. 30 ZO.t.Z. 2.5 747.6 10.6 0.81 S.16 0.0 bcw.betr.heij.r. 31 West. 6 752.6 9.6 0.89 8.40 3.6 betr. bew. heij, 1 West. 5 761.7 10.0 0.S5 8.30 0.0 betr. bow. beij. bcw. en heijig, 2 Z.t.W. 15 758.7 13.3 0.74 S.6S 0.0 3 Zw.t.Z. 3 754.6 12.4 0.90 9.94 0.6 bew. betr.regen. lield.betr.cn ra. 4 W. t.N. 2.5 764.3 Ü.S 0.90 S.Ö0 1.7 5 W.NW 5.5 7G6.2 9.2 0.8G 8.00 0.0 bew. betr. heij ThermoiiieterstanKi. 5 april 's morg. 7 u. 49 'smidd. I u. 54 's av. 11 u. 50 gr. 6 's morg. 7 u. 51 's midd. 1 u. 58 's av. 11 u. 52 gr, 7 's morg. 7 u. 52 's midd. 1 u. 61 gr. Staten geaieraal. Bij de tweede kamer der staten generaal zijn thans aan hangig de volgende ontwerpen van wet. A. Die door het vorig ministerie zijn ingediend. 1. Bepalingen omtrent den akcijns op het binneniandsch gedistilleerd. 2. Onteigening van perceelen ten behoeve van den aanleg van straten enz. voor «ie regelmatige uitbreiding van Rotterdam. 3. Onteigening van perceelen ten behoeve van den aanleg van een spoorweg van Leiden naar Woerden. 4. Onteigening van perceelen ten behoeve van den aanleg van het kanaal van Apeldoorn naar Dieren. 5. Goedkeuring van eenige artikelen der met België gesloten overeenkomst tot regeling der wateraftappingen uit de Maas enz. G.Over- dragt der tienden van het kroondomein aan het staatsdomein en de regeling der voor die overdragt aan het kroondomein te verleenen vergoeding. 7. Beheer der kroondomeinen. 5. Opheffing der slavernij in de Nederlandsche West-Indische koloniën. (Het is tot hiertoe onbekend of het tegenwoordig ministerie de bovengenoemde wetsontwerpen heeft over genomen.) B. Die door het tegenwoordig ministerie zijn aangeboden 1. Verhooging van hoofdstuk V 111 (marine) der staatsbe- grooting voor 1861 (loodsgelden). 2. Naturalisatie van F. G. Steek en negen anderen. 3. Herziening van het tarief van regten op den in-, uit- en doorvoer, k Naturalisatie van J. H. H. A. Biicke en negen anderen. Onder de verschillende wetsontwerpen, waarvan de aan bieding onverwijld wordt te gemoet gezien, heliooren 1. De definitieve begrooting van het departement van buitenlandsche -/.aken voor 1862. .2. De definitieve begroo ting van het departement van hinnenlandsche zaken voor 1862. 3. De begrooting voor de staatsspoorwegen, dienst 1S62. Eindelijk is er sprake van de voorbereiding van verschil lende wetsontwerpen, betreffende onder anderen 1. Verbetering van de waterwegen van Amsterdam en Rotterdam naar zee. 2. Regeling van het middelbaar onder wijs. 3. Geneeskundige wetgeving. Inlichtingen van den minister Loudon (dd. 29 januarij 1862) omtrent het werk van Money: „Java. or how to manage a colony." De heer van Bosse interpelleerde den 13 julij 1S61 den minister van koloniën omtrent de juistheid der cijfers, welke Money had medegedeeld over den vroegeren en lateren staat der indische financiën. De minister had echter reeds den 9 julij den goeverneur-generaal van Nedevlandsch Indië inlich ting daarover gevraagd. Deze antwoordde, dat hij aan de hoofden der departementen van algemeen bestuur op Java geene uitnoodigiug had gerigt om door tusschenkomst van deu engelschen konsul Fraser te Batavia aan Money inlich tingen te verstrekken. Alleen had hij bij partikulier schrijven dien konsul verwezen naar den direkteur van financiën voor een staat betrekkelijk de subsidiën, van J 833 tot 1856 door Oost-Indië aan het moederland geleverd, welke staat geene andere cijfers bevat dan reeds in verschillende openbaarge maakte stukken voorkomen, en waarvan de schrijver ook geen gebruik schijnt te hebben gemaakt. Dealgemeene boek houding heeft aandenheev Fraser twee staten verschaft (aan tooning der inkomsten van Nederlandsch Indië van 1821 tot en met 1847, en van de uitgaven over dien tijd), die almede geene opgaven bevatten die niet reeds onder verschillende vormen door den druk openbaar zijn gemaakt, èn in de kolo niale verslagen èn in de werken van den heer D. C. Steyn Parvé. Dat inzage, uittreksels of afschriften van stukken tot'sgoe- verneraents archieven behoorende, aan of ten behoeve van Money zouden zijn verstrekt, wordt almede ontkend. In eene nota, den minister ter hand gesteld, had de heer van Bosse de overeenkomsten en verschillen tusschen de opgaven van Money en de bekend geworden feiten aangetoond,'en daaruit afgeleid dat de schrijver officiële stukken of e.xtrakten had gehad, en wel inzonderheid uit de indische boeken. Zoo had hij de opbrengst van de landrente sedert 1821 medege deeld, terwijl de heer Band in 1843 in komité-generaal opgave had gedaan van de opbrengst der belastingen in Indië van 1830 tot 1840. Money's opgaven nu zijn daarmede eenslui dend, behalve wat het jaar 1840 betreft, waarvoor Money meer opgeeft. Volgens de indische begrootingen van 184046 werden de baten over die jaren geraamd op f 144,727,373, terwijl zij volgens Money f 173,569.628 of ruim 4 millioen per jaar bo ven de raming bedragen hebben, hetgeen, volgens den heer van Bosse, geenszins onwaarschijnlijk is.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1862 | | pagina 2