bragt. De Noordelijke staten bereiden zich voor het houden van monster-meetings. In alle gedeelten des lands zou de overwinning den 22 februarij worden gevierd. De kommandant der noordelijken zal met twee kanonneer- booten zich te Donnelsou op de rivier Cumberland inschepen, ten einde te trachten Clarksfield en Tennessee te veroveren. Men onderstelt dat in de laatstgenoemde plaats veel tegen stand zal worden ontmoet. De zuidelijken hebben al hunne krijgsmagt op de Cumberland gekoncentreerd. De generaals Neilson en Mitchell, der noordelijken, zullen langs den Fran- klin'schen weg Nashville naderen. Het gerucht loopt dat bij Savannah een veldslag geleverd en deze plaats is genomen. In Missouri vervolgen de noordelijken steeds den generaal Price. De New-York times acht het gelukkig, dat het goeverne- ment der noordelijken zich voorbehoudt omtrent de raexi- kaansche kwestie uitspraak te doen, omdat het dan vrij blijft in de politiek, die het volgen moet en die Mexiko in zijue onafhankelijkheid moet herstellen. Het besluit waarbij de uitvoer van katoen aan de schepen die de blokkade kunnen forceren, wordt toegestaan, schijnt een bewijs te zijn van den financiëlen nood waarin de koufe deratie verkeert. Frankrijk. Onder de arrestatiën welke dezer dagen te Parijs hebben plaats gehad, verwekken vooral groote sensatie die van den hoofdredakteur van den Courrier du Ditnanche, den heer Ganesco, eenige zijner medearbeiders, van de heeren Greppo en Milot, volksvertegenwoordigers gedurende de republiek. Bij laatstgenoemden zou men, volgens gerucht, Orsini-bom- men in beslag hebben genomen. Hoewel de Moniteur dit eenvoudige berigt heeft bekend gemaakt: „De overheid was sedert eenigen tijd op het spoor van misdadige praktijken. Zij heeft devoornaamste leiders in hechtenis genomen. Dejustitie neemt van de zaak kennis," zoo is men toch bekommerd voor gewigtige gebeurtenissen. Dat de regering nog geenszins gerust is, blijkt genoegzaam daaruit, dat in het Quartier latin bataljons infanterie op onderscheidene plaatsen op post zijn. Volgens L'indepen- dance beige, die den staat van zaken te Parijs in den regel waarlijk niet van de ongunstigste zijde voorstelt, was de polytechnische school gesloten.en is er sprake van een wacht woord dat uit het buitenland aan de geheime genootschappen zou gegeven zijn. In de zaak van de dotatie voor. den graaf van Palikao heeft de keizer toegegeven. Terwijl de bijeenkomst van het wetgevend ligchaam om over deze zaak te beraadslagen eerst gisteren moest plaats hebben werd de vergadering zeer onverwacht reeds maandag bijeen geroepen. Er werd een brief voorgelezen van den keizer waarin deze zijn leedwezen te kennen geeft dat het wetsontwerp tot het verleenen dei- dotatie tot verschil aanleiding geeft. De keizer oordeelt dat de verwerping van het voorstel geenerlei moeijelijkheden kan opleveren, daar tegenwoordig de wetten om haar zelve bediskussieerd worden, en niet om ministers te doen vallen. Om het onderling vertrouwen te herstellen, dat nooit had moeten verbroken worden tusschen de beide staatsmagten, heeft de regering echter besloten het tegenwoordig ontwerp in te trekken zij zal een ander voorstellen, bestemd om bui tengewone diensten in China te beloonen. De lezing van dien brief werd beantwoord met den kreet: leve de keizer! Ook in de half officiële dagbladpers zal de kreet weer klinken „Leve de keizer!" Terwijl het voor La presse, het Journal des de'bats en Le temps gemakkelijker zal zijn dezen brief te prijzen dan vroeger dien aan den generaal de Montauban te laken, zullen Le constitutionnel en La patrie lastiger taak hebben, daar zij ook nu de wijsheid van den vorst moeten bewierooken. Vrij merkwaardig is het artikel van het Journal der dëbats, geschreven den dag voor dat het besluit van den keizer be kend was, eu waarin het volgende voorkomt„Wanneer wij ons in het algemeen de vraag voorstellen Heeft eene natie het regt om belangrijke diensten in vrede of oorlogstijd den lande bewezen met dotatiën of pensioenen te beloonen? dan kan het antwoord slechts bevestigend zijn. De geschiedenis van het koustitionele Engeland en monarchale Frankrijk levert daarvan verscheidene voorbeelden op. Eene andere vraag is echter of deze buitengewone belooning aan den kommandant der chinesche expeditie-troepen, heden aange nomen morgen niet door eene andere dotatie zal gevolgd worden. En daar groote krijgsdaden niet zeldzaam zijn in Frankrijk zon men reeds zich een militairen adel kunnen zien vestigen naast dien op het erfregt gegrond, welke de konstitu- tie alleen erkent. Wil men nu beweren dat het wetgevend ligchaam zich het regt moet ontzeggen om een wetsontwerp te onderzoeken, en in aanmerking te nemen het publiek be lang en de schatkist? Zij die een dergelijk gevoelen zouden willen verdedigen zouden ze niet weinig oordeelkundige vrienden wezen der konstitutie van 1852? Zouden ze niet zeer weinig leefbaarheid toekennen aan die konstitutie door te meenen dat de eerste oneenigheid haar in gevaar zou bren gen? Toen de wetgever in 1852 aan het hoofd van den staat het initiatief der wetten toekende, heeft hij aan het wetgevend ligchaam eene absolute magt gegeven om de voorgestelde wetsontwerpen te verwerpen, en heeft daarbij voorzien on- eenigheden en grieven, die tot eene slechte verstandhouding aanleiding zouden geven. Want wij doen hem het onregt niet van te onderstellen dat hij de menschelijke natuur, den gang der maatschappij en liet. voortdurend spel der staats instellingen bij alle volken zoo weinig kende, om te meenen dat de gouden eeuw der voortdurende overeenstemming langer duurt voor d#openbare magt dan voor de verschillende partijen. Toch heeft hij het uitvoerend bewind, dat de wet voorstelten het wetgevend ligchaam dat hem verwerpt in naauwe betrek king gesteld, en het onnut, ja zelfs gevaarlijk geacht om voort durende betrekkingen in het leven te roepen tusschen het wet gevend ligchaam en de ministers, waardoor met gesloten deu ren, in 'tgeheim, oneenigheden en konflikten zouden afgewend kunuen geworden zijn voor dat het tot eene uitbarsting kwam in den Moniteur. Sedert 10 jaren weten wij hoe er overeen stemming bestaat tusschen die verschillende magtselementen. Is het ouk wel in 't belang der regering, in 't belang der kon stitutie zelve dat het publiek de gelegenheid verliest om te hooren dat de konstitutie verschil van gevoelens kan verdra gen en om ronduitte spreken, dat de kroon zonder gevaar kan tegengesproken worden? Wij gelooven dat als het wetgevend ligchaam het dotatie-ontwerp verwerpt, dit niet alleen bin nen de perken van zijne magt zal blijven, maar dat de rege ring zich niet zal moeten beklagen over eene daad, die hoe gewigtig ook, slechts nuttig kan zijn om aan te toouen de vrije werking onzer instellingen en de onafhankelijkheid van de groote magten in den slaat." BIEÏGELÏxëm Öe otsrte kraan. In den namiddag van zaturdag den 5 november 1716 zou men op den destijds meestal woeligen Dam te Middelburg eene meer dau gewone drukte hebben kunnen ontwaren. Het gerucht toch was al eenige dagen te voren door de stad ver spreid geworden, dat de nieuwe kraan dien middag zou wor den beproefd, en daar destijds nog, deels door mindere kom- munikatie.maar vooral ook door mindere centralisatie, derge-, lijke zaken die uit de stedelijke kas tot stand gebragt werden de algemeene belangstelling niet weinig prikkelden, was het r.iet te verwonderen dat uiensclien van allerlei rang en stand, na het middagmaal, dat toen op zijn laatst te een uren ge bruikt werd, naar den Dam waren gewandeld om te zien hoe het gevaarte voldoen zou. Onder de regeringsleden eu aanzienlijke kooplieden die het werk van naderbij mogten gadeslaan, zou de aandacht van een vreemdeling zeker terstond getrokken zijn, door den reeds bijaarden man die de werkzaamheden bestuurde en wiens schrandere blik en rustig uiterlijk van een helderen en bedaarden geest getuigden. Die man is de stadsarchitekt Jan de Munck, van wiens talent als bouwmeester reeds menig huis in deze stad getuigen kon en die eenige jaren te voren voor zich zelf aan het Molenwater een sterrekundig obser vatorium had gesticht, wat hem in 17-17 den titel bezorgde van Astronoom van den prins van Oranje. 1) Twee dagen tevoren (3 november) had de nieuw gebouwde kraan voor het eerst dienst gedaan en was met het zooge noemde dagelijksch werk, een stuk kanon wegende 4000 oude ponden, met gemak opgeloopen. In den voormiddag van den 5en had men het kolossale werktuig beproefd door te lossen een stuk rijnwijn van 500 stoopenen uit een schiedam mer beurtman drie en twintig vaten jenever, ieder omtrent 200 stoopen inhoudende, welk laatste werk door twee man in drie kwartier was verrigt geworden. Nu echter zou mende meeste kracht waarvoor de kraan geschikt was aanwenden, en toen De Munck verklaarde dat e'én man zonder moeite het «tuk kanon van 4000 ponden oploopen kon, was er ongetwijfeld menigeen onder de toe schouwers die zulks als een wel wat overdreven bewering aanmerkte. Toen het echter nog veel gemakkelijker gelukte dan iemand had durven vermoeden, werd de kundige bouw meester niet weinig lof toegezwaaid en toen de menigte uit een ging zal bij menigeen zeker de wcnsch wel zijn opgeko men dat die kraan lang getuige ïuogt zijn van den bloei der goede stad Middelburg. Reeds lang te voren was de groote kraan (de kleine kraan stond aan de Oostpunt 2) bouwvallig geworden. In 1705 waren er belangrijke kosten aan gedaan en in 1733 werd de klagt vernomen dat de kraane van wege hare slegtheid niet meer draaijen kon." De burgemeesters hadden destijds de Munck naar Dord recht gezonden oin aldaar de kraan, die zeer geroemd werd, te onderzoeken, en ook uit Antwerpen had men teekeningen ontboden. De zaak bleef echter, waarschijnlijk ook wel uit gemis aan fondsen, hangende tot 19 december 1744 toen the sauriers aan wet en raad kennis gaven dat de groote Craen staende over de Molstraet aan de noordzyde van den Dam, zoodanig is verouderd dat (leselve geheel sal moeten worden vernieuwd, kunnende sonder dangier niet langer worden gebruikt, versoeckende ten dien einde autborisatie met decla ratie ofdeselveop deselfde dan wel op eene andere plaetse sou worden gesteld." Er werd toen besloten om op de zelfde plaats eene nieuwe kraan naar het project van de Munck te doen oprigten. Deze liet hierop voor eigen kosten een model voor het bin nenwerk van het nieuw te stellen werktuig naar juiste voet maat in het klein vervaardigen en wel zoo naauwkeurig dat zijn plan, ingeval van overlijden, door zijn opvolger gemak kelijk kon worden ten uitvoer gelegd. Dit keurige model dat aan de Munck volgens zijne aanteekeningen f 212 kostte, werd later door zijn kleinzoon den heer Pieter Ackermans jr. aan het Middelburgsch museum ten geschenke gegeven, waar het nog tegenwoordig in goede orde te zien is. De oude kraan werd den 15 maart 174G voor de som van f ICS verkocht en in het begin van mei werd de nieuwe kraan opgesteld, waarvan de fundamenten in april waren gelegd. Destijds werd ook aan de noordzijde kort onder het wiel de blaauwe steen of zerk gesteld ter eere van de Munck, op welken steen ook de kraanwerkerstoen kraankinderen ge noemd, hunne namen hebben doen beitelen. 3) Het uiterst vermogen der kraan, werkende met negen man, bedroeg bij berekening ruim 14,000 oude ponden, waarvan echter bij de toepassing voor wrijving en andere tegenwerking ongeveer duizend ponden moesten worden afgetrokken. Uit de stedelijke rekeningen is mij niet gebleken hoe veel de kraan heeft gekost, doch dat zij aan de stad rente gaf blijkt uit de ontvangene impost op de groote en kleine Craeue, be dragende in 1744 f726, in 1745 f822, in 1746 f1164, in 1747 f984. Naauwelijks was de nieuwe kraan in werking of er werden van haar niet weinig diensten gevorderd. De handelsbeweging was in deze stad destijds zeer levendig en de gevels van vele huizen getuigen nog heden van den belangrijken aanbouw die tegen liet midden der 18de eeuw hier plaats vond. Er zijn echter later tijden gekomen waarin het werktuig in liet geheel niet werd gebezigd en tegenwoordig schijnt er weder behoefte aan te bestaan, daar er anders wel geen nieuw zou zijn op- gerigt. De oude kraan werd gesticht in dagen van welvaart; zij gaat te niet in een minder gunstigen tijd. Moge later van liet nu opgerigte werktuig liet tegenovergestelde kunnen gezegd worden. f. n. 1) Jan de Munck. Van dezen zeer verdienstelijken man is liet mis schien niet onbelangrijk hier een en ander mede te deelen. Hij werd geboren te Hulst in september 1687. In 1715 vestigde hij zich te Mid delburg, waar hij in den echt trad met Catharina Duneweij, dochter van Lourens Ddeken van het Huis timmermans ambacht alhier. In 1730 werd de Munck studs-architekt op een traktement van f500 'sjaars, welke bezoldiging in 1734 op f 600 werd gebragt. Een jaar daarna ontving hij de benoeming van brandspuitmeester-generaal met een jaarlijksche bezoldi ging van f 90, in welke betrekking hij aan de stad niet weinig diensten bewees. Nog was hij ook van wege de provincie en van den raad van Vlaanderen belast mét de cxaminatie der landmeters eu door de stad met het wetenschappelijk onderzoek der roeijers of gouscerders. Zoo als ik zeide, was hij een niet onverdienstelijk sterrekundigeendced vele waarne- ncmingeu, waarvan er enkele werden uitgegeven. Met zijn vrij aanzienlijk vermogen moedigde hij handel en nijverheid alhier aan. liij was hoofd participant van de injulij 1720 opgerigte Commercie compagnie en een der kommissarisseu van de twee jaren later gevestigde Sociëteit der zaag molens. De Munck overleed op den 24 februarij 176S. Zijn portret, door •jucn schoonzoon Palthegeschilderd, werd door J. Houbrakeu gegraveerd. 2) Op "'t gesight van de Oostpunt," in de Cronijk door Smaïlegango, is de kleine kraan gedeeltelijk te zien. P. de la Rue spreekt in het door hem geschreven artikel Middelburg in het- woordenboek van Hoogstraten (1733) van twee kranen, eene groote op den Dam bij het Spui en eene kleine aan de Nieuwe kade bij de Westpunt. 3) Op den steen leest men-'Zoo is op order van de Ed. Aehtb.Heeren en Regeerders dezer stad Middelburg govolgt het Jraaijc eu aexurate model geinven' >rd door haar Ed.ids Architect Jan de Munck, gesticht deze nieuwe kraan, ter gedachtenis hebben wij gesamenlijke kraankinde ren op dezen gedenksteen onze namen laten graveren. 1721 P. de Vos 1727 M. Slotenmaker 1736 J. Ollcndijke 1721J. de Boodt 1727 J. J. van Ruijnen 1737 J. Krane Witte 1722 J. de Croo 1730 N. Teste 1739 A. Schippers 1725 N. Vermeer 1734 L. van Helden 1740 C. Rcijnouds. Dit opschrift ben ik met nog andere mededeelingen verschuldigd aan de welwillende medewerking van den heer J. Snijders kraauineester alhier. SUETALUTMCJ- VAM COUPONS. De coupons der 5 pet. Russische certifikaten in zilver, 3e serie, administratie Hope co., Ketwich Voombergh eu wed. W. Borski, verschenen J/13 december 1SG1, worden betaald niet f 20.33. 2 EETIJ DIIVGEN. Sedert 5 dezer zijn de reede van VIissiugen gepasseerd, bestemd voor Antwerpen: Diamandgez. Pease, Leeds. gez. Th. Varley, Gills, gez. R. Mann, Camilla, gez. Serveut, Sarah, gez. R. Swam, Rose, ge/,. Rhodes, allen van Londen Eclips, gez. Blacklun, Liverpool; Amanda, gez. J. Arth, Valence; Laura Adelaide, gez. F. lleschert, Jan Albert, gez. Wierenga, beulen van Aux-Cayes; Isabella, gez. G. Maude, Hull; Elena gez. G. Gladulich, Odessa; Brahma, gez. E. Wulf, Buenos Ayres; Chacegez. E. Edwards. Boxidar Opnich, gez. Zubra- nich, beiden van New-York; Williamgez. J. Dellochore, Queenstown. Van Antwerpen gekomen en van de reede naar zee ge zeilil George Wilhelm, gez. Rose'. Newcastle; Thetis, gez. Reents, Hamburg; London, gez. Meilard, Sunderland; en van Neuzen komendeCgbele, gez. Large, Shields. Woensdag is ter reede van Veere gekomen de schooner Catharina Elisabethgez. J. Pander, van IIull uiet kolen, be stemd naar Middelburg. IIAYOELSBElUmi. Overzlgt «ter weck. Rotterdam 7 maart. De prijzen der koffij blijven oj> 43£ cent zonder veel omzet. In de op den 5 dezer gehoudene vei ling van thee, aangevoerd per Nemesis, is alles verkocht, groo- tendeels boven taxatie. Rijst zonder vraag. Specerijen geheel verlaten. Crraanmarktcïi enz. Amsterdam 7 maart. Tarwe en gerst onveranderd. Raapolie op zes weken f 45 Lijnolie op zes weken f 36^. Dordrecht 6 maart. Tarwe, haver en koolzaad waren heden 20 cent en blaauwe erwten 30 cent hooger; rogge was 20 cent lager; gerst en boonen bleven onveranderd. Oosi ['burg 5 maart. Bij vrij grooten aanvoer, bestond er heden redelijke vraag voor tarwe en gerst in de beste kwali teiten, zijnde afwijkende moeijelijk te plaatsener werd even wel weinig verkocht door de hooge vraagprijzen. Men be steedde voor tarwe fl 1,52, f 11,75, mindere en blaauwe f 10 af 11,25. Rogge f7,75 a f 8 voor dadelijk gebruik. Gerst f5, f 5,75, f 6, f 6,25 naar deugd. Zomer dito f 5 a f 5,50. Haver f 3a f3,50. Paardenboonen f7.75. fS, f 8,25. Groene erwten f 10 a f 10.50. Graauwe f 10, f 10,50. Wikken f 12 a f 11,50. Middelburg 6 maart. De aanvoer van tarwe was uit onze naburige eilanden hoogst onbeduidend, doch uit Walcheren werd er tamelijk veel geveild, en ofschoon de vraag uiterst beperkt was, zoo heeft men 15 a 25 cent per mud boven vori- gen weekprijs moeten betalenzeeuwsclie tarwe f 11,25, f 11, puike f 11,50 de mud; puike walchersche dito f 12, f 12,25, zeer goede f 11,75, mindere naar rato. Zeeuwsche rogge bij uitslijting f9 a f S,75. Gerst werd algemeen hooger gehouden, weinig ging daarin om; beste winter f 6, mindere f 5,75

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1862 | | pagina 3