lijk aan dat van Brofferio, schijnt zich moeijelijk te kunnen voegen naar het konstitutioneel beginsel, en naar de inschik kelijkheid en transaktie, welke soms de tijdsomstandigheden eischen. Men schijnt zich over dezen toestand eenigzins te bekommeren, maar men moet het schip van staat niet red deloos verloren achten, omdat de veeren der machine vvatolie noodig hebben. Die bekommeringen zijn overdreven en een staat is niet in gevaar, omdat sommige personen meenen dat het ministerie eenige dwalingen heeft begaan en niet eens moet vallen maar slechts gewijzigd worden. In dit geval zou het er thans met Nederland ook maar slecht uitzien. Victor Emmanuel, die als er periculum in mora was, wel de noodige maatregelen zou nemen, bekommert zich ook niet over dezen toestand. Inde zitting van 3januarij heeft de president der kamer het antwoord van den koning mede gedeeld aan de deputatie, gegeven op nieuwjaarsdag, dat den wensch bevatte dat de italiaauschc zaak in dit jaar meer vor deringen zal maken dan in het vorige. De kamer heeft ver volgens zich bezig gehouden met de behandeling van financie- wetten. Victor Emmanuel heeft dezer dagen het besluit geteekend waarbij liet goevernenr-generaalschap van Sicilië is opgehe ven. Onder de nieuwe provinciën was Sicilië nog de eenige die in dezen bijzonderen toestand verkeerde. Thans zullen de zelfde regelen van bestuur zonder uitzondering in het ge- heele koningrijk Italië worden uitgeoefend. Te Napels heeft men weder beproefd eene demonstratie te bewerken ten voordeele van de leden der oppositie, hetgeen eenige dagen geleden insgelijks plaats had. De bevolking heeft zich echter niet laten medeslepen door deze poging van eenige heethoofden, die bijna het voorwerp eener contra- demonstratie zijn geworden. Te Lissabon schijnt de rust volkomen hersteld te zijn. Ech ter is het ware karakter der oproerigheid niet met zekerheid bekend. Het Jornal do comercio de Lisboa zegt dat al de deelnemers tot de laagste klasse der maatschappij behooren en vermoedelijk voor de opschudding die ze gemaakt hebben betaald werden. Het politiek oogmerk dat er meer dan waar schijnlijk bij in 'tspel is, geldt tie verwijdering van een paar ministers die zeer impopulair zijn. Terwijl men in Frankrijk bij de vreemde stukken die thans op lielstaatstooneel worden opgevoerd de toeschouwers slechts met' moeite belet teekenen van goed-of afkeuring te geven, heeft men hen niet dan met geweld kunnen verhinderen van dit regt gebruik te maken bij eene voorstelling van Gaetano in het Theat re de l'Odeon. De voorstelling van dit stuk van Edniond About leverde een tooneel van buitengewone op schudding. Er verhief zich een diabolisch duo van toejuiching en afkeuring. De studenten, die door de opheffing van hun orgaan „La jeune France" zeer verbitterd zijn, riepen „Weg met hem die zijn pen verkocht! Weg met About!" Een der tigtal personen zijn gearresteerd. A propos van About! We hebben nog altijd verzuimd onzen lezers mede te deelen hetgeen hij onlangs in het feuil- jeton van het dagblad Le constitutionnel schreef. „licht ge in de officiële bekendmaking van de engclsche regering, na den dood ran prins Albert, gelet op deze zin snede: „Men verwacht dat ieder een gepasten rouw zal aan nemen." Hoe veel gezegd in weinige woordenMen zou er eene lange verhandeling over kunnen schrijven. De koningin van eene groote natie heeft haar echtgenoot verloren, en zij hoopt dat in hare drie koningrijken ieder een gepasten rouw zal aannemen. Dit is geen dekreet, geene ordonnantie, geen bevel van hooger hand; het is een eenvoudig beroep op de sympatie van het publiek en te gelijk eene herinnering aan eene maatschappelijke verpligting. Er is in de formule een mengsel van waardigheid, vertrouwen en gemeenzaamheid. Men ziet. bij het eerste woord dat eeuc dynastie, die zoo spre ken kan, op den hoffelijksten, zoo niet op den vertrouwelijk- steu voet staat met zijne onderdanen dat niemand de regten der kroon betwist, dat deze geene verklaarde vijanden heeft, dat zij ten allen tijde steunen kan op de loyale ge voelens zonder laagheid, die de engelschen met eene zekere koketterie aan den dag leggen. Gij ziet eene koningin die regeert maar niet goeverneert, een volk dat zijne eigene zaken bezorgt, en te minder bevreesd is,den schijn van nederigheid en onderwerping aan te nemen, naar mate het te zekerder is dat zijne vrijheid ongeschonden blijven zal, een land van traditie, van decentie en decorum, dat nog meer geregeerd wordt door het gebruik, dan door de wet. „Wij zijn er natuurlijk trotsch op franschen te zijn dit staat vast. Maar hoe vele jaren zullen er nog moeten verloo- pen, eer onze staatkundige zeden en gebruiken de vergelij king met de engelschen zullen kunnen doorstaan? Er is niets vreemder, grilliger, onlogischer, dan onze verhouding tot de personen die ons regeren. De franschen springen met de monarchie om als met eene maitres. Yan daag beminnen wij haar grootelijks, morgen slaan wij haar en zetten ze op straat om haar den volgenden dag weer op te zoeken, en op de knieën om vergiffenis te smeeken. LodcwijkXIV werd bij zijn leven vereerd als een god, en toen hij dood was smeten we zijne lijkkoetsmet modder. Wij hebben eeD koning gehad, dien we als het model van een goed manneke beschouwden wij drukten hem beide handen vol eerbied voor zijn onberis pelijk kapsel, en worden buiten ons zelve van verrukking over zijne parapluie, en toch moesthij, door de menigte uitgejouwd, Parijs in allerijl ontvlugten. Toen kwam Lamartine. Welk een oorverdoovend gejuich begroette hem niet op de Place de l'hotel de Yille. Als Apollo in eigen persoon tot ons was neergedaald, konden wij hem niet hartelijker hebben begroet. Maar het is reeds veertien jaar geledende groote Apollo lijdt nu gebrek, en de edelmoedige kleine dagbladen vervol gen hem met de bitterste verwijten. „Ik ben dikwijls getuige geweest van dergelijke ovatiën, en altijd had ik medelijden met dengeen wien men ze bragt. Ik had hem liever op gepaste wijze „decent" zoo als men het in Londen noemt zien begroeten, dan eene eer zien betoo- nen, waarop zulk eene verschrikkelijke reaktie volgen kan. „Er had bij ons eens eene jonge en schoone koningin moeten regeren, welke tot echtgenoot een vreemdeling koos. die geen koning mogt zijn. Welk een hagelbui van schotschriften, liedjes en karikaturen zou na de eerste dagen eener overdre ven populariteit boven zijn ongelukkig hoofd losgebarsten zijn. Wat zou de man hebben moe.ten doen Een van beiden: den storm van de onregtvaardigheid des volks voor goed ontvlieden, of de wetten ties lands verkrachten en bij den naam de daad van het koningschap voegen. „Prins Albert heeft nooit zulk eene keus moeten doen. De natie ontving hem beleefd, niet als vreemdeling maar als gast. Hij gaf Engeland de eene beleefdheid voor de andere terug. Hij schonk talrijke erfgenamen aan de kroon, en om ringde zich met een waarlijk koninklijk gezin. Bescheiden en kiesch waagde hij zich nooit in het staatkundige strijd perk. De opvoeding zijner kinderen lag hem het naast aan het hart. Hij wijde zich verder geheel aan de bevordering van kunst en wetenschap, werd nooit populair in de fraDsehe beteekenis van dit schrikkelijk woord, maar sterk betreurd en geacht door een groot volk, en bij zijne begravenis neemt de geheele natie „een gepacten rouw" aan." JOHencjcIingcit. Portretten uit liet italiaansch parlement. CARUTTI EN BOGGIO. „L'unione degli Italiani! Voi mi fate ridere!" (de eenheid der italianen'. Ge doet mij glimlagchen!") was de betuiging welke Nicolai Machiavelli voor eeuwen reeds aflegde, en is eene uitspraak, die op iedere bladzijde der geschiedenis be vestigd wordt. L'unione degl'Italiani is in de volle en verhe vene beteekenis van dat woord voor als nog onmogelijk, evenzeer als de veel besproken duitsche eenheid, wier on mogelijkheid zelfs zoo karakteristiek in het duitsche volkslied doorstraalt. Eerst langzamerhand kan die unione zelfs schijn baar tot stand komen, maar eeuwen zullen er verloopen voor die vereeniging der verschillende italiaansche elementen innig en hecht zal zijn: zij zal nog door menige uitbarsting der steeds gistende gemoederen worden voorafgegaan. Italië draagt op eigen grond het symbool van haar volksbestaan, de vreesselijke Vesuvius, wiens rust zelfs beangstigend, wiens uitbarsting vernietigend is. Wederom is Italië eene harcr gelukkigste phases ingetreden, het zoo lang gistende onafhankelijkheidsgevoel heeft zich weder doen gelden, en een italiaansch parlement zetelt te Turijn. Te midden van al de meer ouderen van dagen, die daar de belangen van Italië bespreken, valt ons oog op een tweetal hetwelk't bewijs levert, dat niet altijd verstand en talenten het uitsluitend deel zijn van den racer gevorderden leeftijd. We bedoelen Carutti, die tot de uiterste regterzijde behoort, en Boggio, die de zuivere piemonieesche partij voorstaat, beide van nog geen veertigjarigen leeftijd. De eerste is sekretaris- generaal van buitenlandsche zaken, de laatste is een bekend lid der turijnsche balie; beide hebben onmiskenbaar orato rische talenten. Terwijl Boggio zich voor de balie door zijne welsprekendheid beroemd, door zijne gelijkenis op Cavour bekend maakte, oogstte Carutti laauweren in door zijne uitgegeven geschriften Proeve over het beginsel der vrije goevernementen en Geschiedenis der regeringen van Victor Auiadeus II en Karei Emmanuel IIIook hem heeft de histo rie-studie als zoo vele anderen gevormd wat zijne parlementaire welsprekendheid betreft. Hij was vroeger geattacheerd aan het ministerie van buitenlandsche zaken, en is door generaal da Bormida tot zijne tegenwoordige betrekking geroepen, daarin sedert door Cavour en Ricasoligehandhaafd. Wanneer men echter deze beide mannen het woord hoort voeren, de een voor het behoud ijverende voor zoo ver zulks nog dien naam verdienen kan in een italiaansch parlement van 1862 de ander de ideën vandepiemontesche partij verdedigende, dan kan men toch niet geheel de gegrondheid der aanmerkingen ontkennen, die door hunne tegenstanders worden gemaakt. Eene zekere emphase zoo wel in woorden als in voordragt. ver wijt men aan Carutti, 't meest merkbaar in zijne eerste rede voeringen, waaronder vooral die, welke bij gelegenheid van het traktaat waarbij Nizza en Savoye aan Frankrijk werden afge staan, door hem is uitgesproken een traktaat in welks voorbereidende maatregelen de fransche politiek zich zoo geheel in haar waar en ongunstigst daglicht heeft vertoond. Boggio die met zooveel gemakkelijkheid en soms met wel sprekendheid zijne gevoelens voordraagt, heeft echter een gebrek voor den politicus van groot nadeel. Het is of eene booze fee, naijverig op de schitterende talenten door hare zus ters gegeven, hem steeds belet die talenten op het juiste oogen- blilc te gebruiken -zijne woorden missen gewoonlijk le mérite de l'a propos. Zeker is het echter dat Carutti's tendenz tot emphase door den tijd en de gewoonte van te spreken even spoedig zal verdwijnen, als langzamerhand de invloed dier booze fee waaronder Boggio gedrukt gaat zal ophouden. De ouderdom toch, al zetelen niet altijd verstand en talenten in hare rimpels, en al kan men jong zijnde, toch oude boeken gelezen hebben, heeft echter die eigenschap, dat hij bedaard heid en kalmte met zich brengt, waarmede bovengenoemde gebreken onvereenigbaar zijn. Beide leden van het parlement hebben echter bij den invloed dien ze uitoefenen eene groote tegenpartij hetgeen het lot is van vele staatslieden van eenige beteekenis; zoodra toch een politicus aan iedereen voldoet, is het oogenblik nabij, waarin hij aan niemand meer voldoen zal. Wij hebben hier de zuivere piemonteesche partij in het ita liaansche parlement vertegenwoordigd gezien door Boggio waarbij zijn vriend Chiaves mede advokaat te Turijn, hem trouw ter zijde staat. Yan deze partij is een der idees fixes de belastingen die Piemont steeds gedurende 12 jaren betaalt, ook door de nieuwe provinciën te doen opbrengen, het geen wel niet meer dan billijk is; de zorg echter om deze gedachte uit te spreken moest door Boggio en Chiaves aan anderen worden o vergelaten .Wij hebben in Carutti een voor stander gezien van het behoud eene partij die bijna niet vertegenwoordigd is hetgeen in deze omstandigheden wel te begrijpen valt en welke toestand niet eer zal ophouden voor dat Italië zal gekonstitueerd zijn. Dan eerst zal ook die partij krachtiger kunnen optreden, wanneer namelijk hetgeen we wensclien eene goede staatsregeling aan alle partijen in den staat hare vertegenwoordigers zal hebben gegeven, zonder 't welk het konstitutionneel beginsel niet aan zijne noodzakelijkste vereischten zou voldoen, en de vergelijking van Guizot, die Italië eene telkens ontluikende bloem noemt, welke ook telkens door een kille hand aangegrepen, zich weder sluit, zelfs nu weder kunnen bewaarheid worden. In een volgend noramer wensclien wij ook op een tweetal voorstanders der andere partijen in dit parlement de aan dacht te vestigen. öofhbcscljouwmg. Staatsalmanak voor het koningrijk der Neder landen. 's Gravenhage, bij Martinus Nyhoff, Wij vestigen gaarne de aandacht op dit nuttige werk, dat met magtiging van de regering uit officiële opgaven iszamen- gesteld door de heeren jhr. mr. W. Six, sekretaris der rijks kommissie voor statistiek, en H. J. Bool, kommies bij het ministerie van binnenlandsehe zaken. Men vindt daarin onder anderen, met vermelding van de dagteekening van benoeming, opgegeven het personeel der hooge staatskolle- gien, der ministerien, der diplomatic en konsulaten, der reg- terlijke magt, de advokaten, prokureurs, uotarissen en deur waarders, de ambtenaren der rijks policie, de besturen dei- provinciën, de burgemeester, wethouders, sekretarissen en ontvangers van alle gemeenten, de officieren der dienstdoende en wat de staven betreft ook der rustende schutterijen, de ingenieurs van den waterstaat, de besturen van water schappen, de hoogleeraren. de leeraren aan gymnasiën en latijnsche scholen, de schoolopzieners, de voorzitters, hunne plaatsvervangers, en de sekretarissen der kamers van koop handel, de ijkers, de telegrafisten, het personeel van provin ciale kerk- en klassikale besturen, de geestelijken en leeraren van alle gezindten, de officieren bij de zee-en landmagt, de ambtenaren bij alle vakken van belasting, bij de posterijen enz. Maar meer nog dan voor deze volledige opgaven, die het werk voor elk administratief persoon onmisbaar maken, ver dient de redaktie lof voor de naauwkeurige omschrijving van het doel, den werkkring en de bevoegdheid van zeer vele rijks en een groot aantal partikuliere instellingen. Hierdoor toch heeftdezelij vige almanak ook wetenschappelijke waarde voor lien, die in ons staatsregt en onzen socialen toestand geene vreemdelingen willen zijn. Zij is bovendien verrijkt met eene plaat, voorstellende een gezigt. in de vergaderzaal der tweede kamer, met aanduiding van de zitplaatsen der tegenwoordige leden, en met een kaartje van de bestaande en ontworpen spoorwegen en van de telegrafen in Nederland. Uit dit een en ander kan blijken, dat de zamenstellers een aller nuttigst handboek geleverd hebben, en waaraan bij ons te lande tc lang behoefte heeft bestaan. Men beklaagt zich het wachten echter minder, wanneer het vergoed wordt op eene wijze gelijk hier geschied is. tjimöelsbrriijtcn. Graanmarkten. Amsterdam 8 januarij. Tarwe en gerst stil. Raapolie op zes weken f 43. Lijnolie op zes weken f 35J Rusland. Polen. Spanje. 21 pet. 3 4 H 5 4 5 6 Belgie. Portugal. 41 S91 4 3 47 5 443 5 69 5 54-i 2* -,3 618 - 2V:,„ 54 3 45$ 3 V 45 145 21 ■illi 7 82^ 274 63J 99 136 1011 71 i Prijzen van eflfekten. Amsterdam 8 januarij. Nederland.Certifik. Werkelijke schuld dito Nationale dito dito dito dito Aand. Handelmaatschappij Oblig. 1798/1816 Certifik. Hope co. dito dito 1855, 6de serie. dito Aand. spoorweg Leening 1860 Schatkistobligatien Obligatien dito binnenlandsch Certifik. coupons bewijzen Krediet instelling Oostenrijk. Obligatien Weener metalliek dito anisterdamsche dito nationale dito 1847/1852 Bank aktien Certifikaten bij Rothschild Obligatien dito nieuwe Grenada., dito Venezuela, dito Illinois. dito.V Mexiko. dito Londen 7 januarij, ten 12 ure. Consols. 92J. Weenen 7 jan.' (^lotprijzen) Metalliek 5 pet. 67.20. Parijs jftn. filfltpr.) 41 pet. corapt. 96,50 3 pet. 67,60.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1862 | | pagina 3