A.
er vrees bestond voor de oogziekte, die zoo hevig op het fregat
met stoomvermogen Evertsen heeft gewoed. Er is sprake dat,
naar aanleiding hiervan, een adelborst le klasse niet zal wor
den geplaatst.
Men verneemt dat door het departement van oorlog is
bepaald, dat de miliciens der ligting van dit jaar, die den 1
oktober jl. onder anderen bij het regement veldartillerie en
het regement rijdende artillerie voor een jaar in aktiviteit zijn
opgetreden, ten einde daarbij gekleed en in den wapenhandel
geoefend te worden, reeds met ultimo december aanstaande
in het genot van groot verlof zullen gesteld worden.
Gemengde berigtcn.
In de kerk der hervormde gemeente te Hoorn zijn, naar
men zegt, oude muurschilderingen ontdekt, doch door het
kerkbestuur verborgen gehouden. Zaturdag nacht is op de
kust der gemeente 's Gravesandegestrand het masteloos wrak
van een vaartuig Jane Archibald Exeter geheeten. Men ver
moedt dat het van de eene of andere werf is weggeslagen.
Jl. vrijdag is te Zevenbevgen, onder de gemeente Klundert,
eene schuur van den landbouwer Langenweg afgebrand. In
de maand julij jl. brandde het woonhuis van den zelfden
eigenaar af. Zulks trekt de opmerkzaamheid De te Vlis-
singen gestationneerde belgische loods is de eenige die gered
is van de ekipage van de noordsche bark Jason, welk schip
bij den jongsten storm bet onderste boven, achter de Wester
oj) de Texelsche kust, is komen aandrijven. Deze loods heeft
10 groote en kleine schepen op de hollnndsehe kusten hij het
noodweer zien stranden en vergaan. Daarbij was ook een
engelsch visschersvaartuig. dat inet man en muis naar den
grond ging. Bij de nieuwe instruktie voor de engelsche
marine wordt onder anderen bevolen dat de officieren, onder
officieren en matrozen der vloot geene baarden of knevels mo
gen laten groeijen. De officieren en sol/laten der marine zijn
echter van dit verbod uitgesloten. Het beurtschip van Kam
pen naar Amsterdam is donderdag jl.op de hoogte van het Ke-
tcldiep verongelukt. De opvarenden zijn gered. In het ko
ningrijk Hannover zal een 90jarig grijsaard zich binnen kort
voor de vijfde maal, en wel met een meisje van 21 jaren, in het
huwelijk begeven. De beroemde violist Ileinrich de Ahna,
keizerlijk kamervirtuoos teWeenen, zal zich eerlang op eenige
koncerten hier te lande doen hooren. Hij heeft als officier bij
Magenta en Solfcrino gestreden, doch na het sluiten van den
vrede heeft hij zich weder op de kunst toegelegd.
Burgerlijke stand.
Middelburg.
Eerste huwelijksafkondiging den 17 dezer: C. Jeronimus.
jra. 32 j., met A. S. Wagenaer, wed. 32 j.
Ylissingcn, van 9 tot 16 november.
Gehuwd: W. J. Rozenberg, jm. 38 j., met L. Fleurbaaij.
jd. 31 j. D. Haddik. jin. 37 j-, met A. C. Baljé. jd. 23 j. A. J.
Buisman, jm. 27 j.. met. M. Hendriksen, jd. 23 j.
Bevallen S. Schoijsman, geb. Vermeesch, d. V. C. Remer,
geb. de Waeij. z.
Overleden: C. Meyer, jd. 27j. E. Pot, wedn. van M. van
den Abeele, 75 j. J. Verkam, wed. van J. Wols, 81 j. J. Flo-
russe, d. 13 rn.
Goes, van 9 tot 16 november.
Gehuwd M. van Kalrathout, jm. 36 j., met J. C. Kievits,
jd.31j.
Bevallen M. Dage vos, geb. Allemekmders. d. B. de Jonge,
geb. de Windt. z. M. van Bloppoel geb. Poelman Dekker, z.
N. G. van den Mark. geb. Scheele, d.
Overleden S. P. Mulder, d. 10 m.
Zierikzee, van 9 tot 16 november.
Gehuwd: P. Peute. jm. 23 j.. met J. Bakker, jd. 23j.
J. Janse, jm. 21 j., inet N. Schuiling, jd. 20 j. A. Kaan.jm.
23 j., met J. Boogaard, jd. 22 j. A. Adamse wedn. 52 j., met
J. Einbden. jd. 31 j. J. Peeterse jm. 21? j., met A. van 't Hof,
jd. 21 j.
Bevallen C. Muste, geb. Bakker, z. A. van der Have, geb.
van Dijk, z. E. van Nieuwland, geb. Smits. d. G. Moermond,
geb. Stoutjesdijk, z. M. Bakker, geb. Peeterse, z. M. Bos,
geb. Leeuwe, d. (levenl.)
Overleden: J. van Nieuwland. z. 2 j. C. Olree, z. 3 w.
Tlicrmometeistaiid.
18 nov. 's av. 11 n. 32 gv.
19 's morg. 7 u. 3U 'smidd. 1 u. 36 's av. 1 u. 35 gr.
20 's morg. 7 u. 36 's midd. 1 u. 11 gr.
Staten generaal.
staatsbeguooting voor 1862.
11emorien van beantwoording.
Hoofdstuk I.
(Huis des konings. Algemeene beschouwingen.)
Volgens de beschouwingen in het voorloopig verslag, had
de regering zich bij haar programma van 23 april jl. voorge- j
daan als. in tegenstelling van het onmiddellijk voorafgegane i
ministerie, bij uitnemendheid homogeen en liberaal. Dat j
beweren noemt de regering onjuist nergens wordt in datstuk
het kabinet voorgesteld, als of het zich bij uitnemendheid i
door sommige hoedanigheden onderscheidde. Er is eenvoudig
te kennen gegeven, dat, daar een gemengd kabinet gebleken
was niet tot goede uitkomst te leiden, thans het ministerie was j
zamengesteld uit mannen, allen der liberale rigting in het j
staatkundige toegedaan.
Dat er zonder verloochening van beginselen van dc aange
kondigde eendragtige zamenwerking weinig komen zou, is in
het voorloopig verslag wel gezegd maar niet aangetoond. Na
.1818 is niet één ministerie zamengesteld, waarin niet leden
van het onmiddellijk voorafgaande plaats namen. In het op
1 november 1819 opgetreden kabinet bij voorbeeld, werd de
nieuwe minister van binnenlandsche zaken [Thorbeeke] de
ambtgenoot van een minister van financien van Bosse], die
in het vorige, fel door hem bestreden, kabinet had gezeten.
Wat de beschuldiging betreft, dat het ministerie zich in
zijne handelingen door weifeling en gemis aan overeenstem
ming zou hebben gekenmerkt, diene, dat de zaak der erken
ning van den koning van Italië door den minister van buiten-
landsche zaken volledig is toegelicht in de tweede kamer, die
daarmede genoegen heeft genomen, of althans het tegendeel
niet heeft doen blijken. De benoemingen, waarop de kamer
ook hare beschuldiging grondde waren daden van eenvoudig
dagelijksch bestuur, die enkel behandeld werden door den
minister, tot wiens werkkring zij behoorden.
Gemis aan overeenstemming, zeide het verslag, kwam
vooral uit op koloniaal gebied. Tot leedwezen der regering
moet dit laatste worden erkend. Terwijl aanvankelijk de
meest gevvenschte eenstemmigheid tusschen de verschillende
leden van het kabinet, ook te dien aanzien bestond, is later
gebleken, dat één lid een van dat zijner ambtgenooten afwij
kend gevoelen was toegedaan. Dat lid heeft dien ten gevolge
zijn ontslag gevraagd en verkregen.
Het aan de regering gerigt verwijt van werkeloosheid op
het gebied der wetgeving is ongegrond. Er zijn een aantal
wetsontwerpen aanhangig, en andere in bewerking. Alvorens
bepaaldelijk tot het opmaken van het wetsontwerp betrekke
lijk het tarief van in- en uitgaande regten over te gaan, moet
nog de loop van sommige onderhandelingen worden afge
wacht.
De betrokken paragraaf van het verslag wordt gesloten
met het berigt, dat vele leden in een goevernement, hetwelk
in degelijkheid, krachten werkzaamheid zoo veelte wenschen
overliet, geen vertrouwen konden stellen. Alvorens zich het
bezigen van zulke woorden te veroorloven, zegt de memorie
van beantwoording, had men ten minste eenige feiten behoo-
ren aan te voeren, waarop, al ware het in schijn, die beschul
diging steunen kon. Overigens zal het der regering aangenaam
wezen, duidelijk en bepaaldelijk te vernemen, hoe de kamer
jegens haar gestemd is. Mogt een behoorlijk afdoen derzaken
daaruit blijken niet mogelijk te zijn, zij zal dan weten wat
te doen.
De opmerking, dat het niet aannemelijk is, onder de mid
delen een bedrag van f 1,570,000 uit de koloniale baten van
1862 op te nemen tot dekking van uitgetrokken uitgaven, die
vroeger regtstreeks uit de koloniale kas werden gekweten,
schijnt in het verslag zelf voldoende wederlegd. Wierden die
uitgaven niet op de begrooting gebragt, dan zouden zij, zoo
als tot nog toe geschiedde, uit de koloniale middelen van 1862
worden betaald.
Wat het te kort op de indische baten betreft, zegt de rege
ring, dat er te minder reden was om de daaromtrent in april jl.
gedane mededeeling te wantrouwen, omdat in de laatstejaren
de voorloopige ramingen der batige sloten steeds door de uit
komst overtroffen waren. Tot nog toe werd slechts eenmaal
's jaars tegen het opmaken der begrooting. door het departe
ment van koloniën het vermoedelijk saldo aan het departement
van financiën opgegeven. Daar echter het nadeel van deze
wijze van handelen nu gebleken is, heeft de minister van
financiën aan zijn ambtgenoot van_ koloniën den wensch te
kennen gegeven, om voorlaan steeds op de hoogte te worden
gehouden van alle eenigzins belangrijke wijzigingen, die in
het beloop der koloniale bijdragen plaatshebben. De minister
van koloniën heeft zich daartoe dadelijk bereid verklaard.
De mindere opbrengst der tin veiling is voornamelijk het
gevolg van eene verlaging van prijs; die der koffij- en suiker
veilingen van de mindere verscheping van die produkten
naar Nederland.
Voor de aanvulling van het geldelijk tekort in Indie zijn
over 18611 slechts 13 millioen gulden noodig geweest, doordat
het administratief kapitaal was gebleken onder ultimo 1858
cirka f 11,300,000 meer te bedragen dan f 12,500,000.
De regering is doordrongen van de noodzakelijkheid om
het geldelijk beheer der koloniale administratie tot meerdere
klaarheid te brengen. Zij hoopt dit te doen blijken bij het
aanbieden van het ontwerp van wet tot regeling van liet be
heer en de verantwoording der koloniale geldmiddelen.
In het verslag werd aan de regering verweten, dat zi j slechts
op verhooging en opdrijving bedacht scheen, dat de meeste
der voorgestelde verhoogingen het karakter dragen van de
zucht om aan persoonlijke of plaatselijke belangen te gemoet
te komen, en dat nergens een leidend beginsel te ontdekken
was. Tegenover dergelijke bewoordingen, zegt dc memorie
van beantwoording, kan niets anders dan eene eenvoudige
ontkenning worden gesteld.
Eene algemeene regeling der rangen en bezoldigingen van
de ambtenaren der departementen van algemeen bestuur,
ligt in de bedoeling van den minister van financien. Reeds als
lid van een vroeger kabinet heeft hij een zoodanigen maat
regel doen ontwerpen, die toen tot zijn leedwezen niet tot
stand is gekomen.
De wetten wier herziening in bewerking is, zijn die op de
grondbelasting, de personele belasting, de registratie en het
zegel.
Hoofdstuk II (Hoost kollegien van staat).
Uit de verhooging van uitgaven in dit hoofdstuk is niets
af te leiden omtrent de gezindheid der regering tot uitzetting
of inkrimping. De regering moet zich toch grootendeels ver
laten op de aanvragen van krachtens de grondwet bestaande
kollegien, welke de sommen, die zij voordragen, als volstrekt
noodig voorstellen.
De levering van brandstoften geschiedt bij openbare aan
besteding en wordtaan den langsten inschrijver gegund, ten
zij er bijzondere redenen bestaan, om, in 's rijks belang, de
levering aan een hoogeren inschrijver te gunnen.
Do ilirekteur van het kabinet des konings is sedert eene
reeks van jaren belast met de waarneming van hetsekreiariaat
van den raad van ministers. Of het beter ware dat aan een
der ministers de waarneming wierd opgedragen, zal ter beoor
deeling van elk optredend ministerie moeten worden gelaten.
De aanmerking, dat de afkondiging der wetten niet meer
door den direkteur van het kabinet behoorde te geschieden,
komt der regering allezins gegrond voor. Zij heeft dan ook
reeds bepalingen doen opstellen, waarbij die afkondiging aan
een der hoofden van de departementen van algemeen bestuur
wordt opgedragen. Naar aanleiding van het daaromtrent
door den raad van state uitgebragt advies, worden die bepa
lingen thans nader overwogen.
Hoofdstuk IV (Justitie),
In het verslag is herinnerd aan eene vroeger gedane toezeg
ging. dat het eerste boek van een nieuw strafwetboek reeds
in de afgeloopen zitting zou zijn ingediend. Diskussien en
overwegingen, na het doen van die toezegging gehouden,
hebben den minister echter het verkieslijke doen inzien, om
de aanbieding van een nieuw wetboek van strafregt in eens,
en niet broksgewijze, te doen plaatshebben. In dien zin wordt
nu gearbeid. Vóór alles echter behoort gezorgd te worden
voor de invoering van de nieuwe regterlijke organisatie.
De meening dat de toestand, waarin ons gevangeniswezen
verkeert, niet langer houdbaar zou zijn. is niet van overdrij
ving vrij te pleiten, al erkent de minister ook dat ruimere
gelegenheid tot toepassing der cellulaire gevangenisstraf wen-
scheiijk zou zijn, vooral om bij gevangenisstraf van korten
duur het vervoer der veroordeelden naar elders, dikwerf niet
naastbij gelegen gevangenissen te vermijden. Met bezwaar
is niet geheel weg te nemen, dan door bijna ieder arrondisse
ment van eene cellulaire gevangenis te voorzien. Daartoe nu
over te gaan is onmogelijk, èn omdat ten aanzien van de mate
van uitbreiding van het penitentiairsysteem nog niet is beslist,
èn omdat veranderingen in de regterlijkeindeelingook daarop
van invloed kunnen zijn. Het bezwaar zal intusschen ver
minderen door het in dienst stellen van de cellulaire gevan
genissen thans in aanbouw te Roermond, Dordrecht en Goes.
Verder maakt de minister het oprigten eener cellulaire ge
vangenis in eene der noordelijke provinciën tot een punt van
ernstige overweging.
De regering koestert het voornemen tot spoedige indiening
van wetsontwerpen omtrent de herziening der indeeling en
der zetels van de regtskollegien, en de herziening der wet
boeken van burgerlijke regtsvorderingen strafvordering. Met
betrekking tot de regeling de rijkspolicie beaamt de regering,
dat de tijd van wettelijke voorziening in deze aangelegenheid
gekomen is. Zij geeft het ernstige voornemen te kennen, om
daaromtrent nog in dit zittingjaar eene wetsvoordragt te doen.
Voor het oogenblik, en na hetgeen deswege reedsjs voor
gevallen, acht de regering het onraadzaam om bij de wet
tusschenbeide te treden wat betreft den regtstoestand van
vreemde naamlooze vennootschappen, hier te lande handel
drijvende. Beter schijnt het voor 's hands af te wachten, in hoe
verre zich deswege eene vaste regtspraak hier te lande zou
kunnen vormen.
Op de vraag in het verslag of er geen termen bestaan om de
zoogenaamde zondagswet m te trekken, antwoordt de rege
ring, dat die wet een punt van min of meer teederen aard is.
Zijn er velen tegen die wet gestemd, anderen hechten er zeer
aan. Het schijnt staatkundiger, aan die wet voor alsnog niet
te raken, doch tegen hare ongelijkmatige en kwellende toe
passing te waken.
Het van regeringswege ingesteld onderzoek omtrent de
kloosters is nog niet tot zoodanige rijpheid gekomen, dat de
gevraagde mededeelingen bij deze memorie van beantwoor
ding zouden kunnen gegeven worden.
Met de meeste uitvoerigheid wederlegt de memorie van
beantwoording de beweringen van het voorloopig verslag, dat
er zulk een slecht beleid bij het bouwen en verbouwen der
gevangenissen zou heerschen, dat dc verwarmingstoestellen
met zouden voldoen, enz. Dit laatste punt wordt echter in
zekere mate met. betrekking tot de gevangenissen te 's Herto
genbosch en te Gorinchem toegegeven. Naar een nieuw stelsel
worden de thans in aanbouw zijnde gevangenissen te Roer
mond, Dordrecht en Goes, ook wat, betreft ventilatie en ver
warming. afwijkende van die der bestaande cellulaire gevan
genissen, ingerigt.
De toelage aan den gewezen sekretaris-generanl van het
departement van justitie [d'Engelbronner] is slechts eenmaal
uit het artikel voor onvoorziene uitgaven gekweten. In het
loopende jaar is zij voldaan uit de som voor toelagen
gratifikatien enz. op de begrooting, en het voornemen bestaat
om de toelage, even als in het loopende dienstjaar, uit dien
zelfden posl te kwijten.
öuitmlnnïi.
Algemeen overzlgt.
Het dekreet waarbij de fransche senaat tegen 2 december
wordt bijeen geroepen is door den Moniteur ter kennis van
het publiek gebragt.
Op de parijssche beurs hebben de optreding van den heer
Fould en de daarmede gepaard gaande maatregelen eenige
rijzing veroorzaakt, die zich niet heeft staande gehouden. Op
de andere voornaamste beurzen van Europa heeft de stand
der fondsen geen merkbare verandering ondergaan. Zie hier
eene opgaaf van de slotkoersen der laatste dagen
l'akijs.
londen.
wekken
3 pet.
Consols.
5 p. mett.
Maandag 11 november.
69,10
9SJ
67,30
Dingsilag 12
69,25
m
67.20
Woensdag 13
68,95
1)28
67,50
Donderdag 1A
69.50
021
67.30
Vrijdag 15
69,80
023
feestdag.
Zaturdag 16
69,15
02J
67,30
Maandag 18
69,55
021
67,50
Den dag der aankondiging in den Moniteur.
Aangaande den toestand van het italiaansche ministerie
vinden onze lezers in dit nommer eenige bijzonderheden aan
het Journal des débats ontleend.
In Warschau werd den Tl november de eerste zitting gc-