Satoe-rivier hadden aangevallen, doch na een scherp gevecht waren afgeslagen. Dekruisboot bekwam daarbij viergebles- I seerden. Den 7 mei vertoonden de zelfde zeeroovers zich in de nabijheid van Tabanio en Batoe Tongka en roofden acht s menschen. terwijl een kampongbewoner in het gevecht sneu- i velde. Onmiddellijk werd de Celebes afgezonden, waarvan echter nog geene tijdingen zijn ingekomen. De gezondheid der troepen was zoo als vroeger. Alleen zijn eronder de officieren velen,die van de vermoeienissen te lijden hebben. In het laatste nommer der mail editie van het Bataviaascli handelsblad kotnen een drietal leadingartikels voor waarin het programma van het tegenwoordig ministerie wordt be sproken. Zij zijn van den voormaligen hoofdredacteur, den heer H. J. Lion, en blijkbaar met ernst en meerdere waardig heid geschreven dan veelal in de hoofdartikels van dat blad doorstraalt. De schrijver blijft, ondanks de min gelukkige uit drukkingen in de redevoering van den minister van buiten- landsehè zaken, de gunstigste verwachtingen koesteren aan gaande de bedoelingen van den minister van koloniën. Hij gelooft niet dat deze ten volle kan instemmen met de denk beelden in de redevoering van denbeer vanZuylen omtrent de koloniale politiek ontwikkeld. „De heer Loudon behoort tot jong Indie en kent jong Indie; hij heeft geweigerd inliet ministerie van Hall zitting te nemen en kon dus niet de beginselen huldigen die dat ministerie hebben doen vallen." De tegenwoordige redactie van genoemd blad drukt zich in haar algemeen overzigt sterker uit. Zij behoort onder hen die zeer zijn teleurgesteld en in hunne verwachting het meest zijn bedrogen, en het was haar daarom welkom de pen voor een wijl aan den voormaligen redacteur te kunnen afstaan, wiens verwachtingen nog niet zijn omver geworpen.De woorden „ware liberaliteit schuwt het dwangjuk van begin selen." die hier het onderwerp van langdurige en hevige dis- cvssien zijn geweesthebben natuurlijk ook iu Indie tot s u. kici de opvatting aanleiding gegeven. SïurgeHijkc stand. Middelburg. Eerste huwelijksafkondiging den 28 dezer: A. D. deOudc, jm. 23 j., met H. M. Ie Cointre, jd. 24 j. W. J. Hoeben, jm. 29 j., met P. J. van de Graan. jd. 22 j. J. Poortvliet, jm. 25 j., met H. Joosse. jd. 22 j. Vlissingen. van 20 tot 27 julij Gehuwd: J. Boogaard, jm. 22j.. met G. A. Beenhouwer, jd. 17 j. M. Verhage, jm. 2 4 j., met N. Steinrath, jd. 24 j.A. 'Wisse. jm. 32 j.. met P. C. Coenegragt. jd. 20 j Bevallen: J. J. Maandag, geb. Fagg, z. J. Burgers geb. Leeflang. z. M. J. Quite, geb. Rijnhout, d. M. C. vanVelt- hoven, geb. Korssen, d. S. M. Smit, geb. Bucbel, d. M. J. van Erp, geb, Ladenberg, z. H. M. Smcets, geb. Pillault, z. L. Solner, geb. van Velzen, z. (dood geb.) S. M. C. van den Heuvel, geb. Fischer, z. (dood geb.) C. Torino, geb. Adamse. Overleden: E. Lauwereins, d. 5 m. M. J. Verbert, z. 10 in. I. F. Freules, z. 10 m. J. A. C. Bergmans, vrouw van F. Feij, 44 j. J. W. van Olphen, weduwe van S. II. Hofman, fil jaar. Goes, van 20 tot 27" julij. Gehuwd: D. Pannij. jm. 23 j., met M. A. P. de Jongh, jd. 28j. J. Nonnekes, jm. 27 j„ met R. Bieeker. jd. 21 j. Bevallen: K. van Fraassen, geb. de Jonge. d. F.Wessel. geb. de Waard. z. A. K. Kakebeeke, geb. de Ruiter, z. J. Vis ser. geb. Ilartlioorn. z. A. E. Strïjards, geb. Clement, z. H. Baeekelant, geb. Lamseu, d. K. Emanuel, geb. Cohen, z. A. T. Rvol van der Hoe! *eb. Eckhart, z. Overleden: C. Hoogosteger, jd. 42 j. A. Cornells, z. 14 j. N. Kasseband, d. 19 dag. Zierikzee van 20 tot 27 j ul ij Gehuwd: C. Zijlstra wedn. 38 j., met J. Ochtman, wed. 34 jaar. Bevallen: C. M. van der Halen, geb. Groeneveld de Kater, z. E. Leijdekker, geb. Schoenmaker, d. P. van den Ende, geb. van Iliele, d. 1 Hogerheide, geb. Kas, d. M. Eunen, geb. Plaum, tl. Overleden J. de Blok, wedn. van W. de Kok, G6 j. Thermoineterstaml 29 julij 's av. 11 u. 62 gr. 30 's morg. 7 u. 65 'srnidd. 1 u. 69 's av. 11 u. 60 gr. 31 's morg. 7 u. Gó 's midd. 1 u. G9 gr. Cicincentcraad van Vlissingen. Zitting van 29 julij. Voorzitter de heer Callenfels. Tegenwoordig al de leden. Na voorlezing en goedkeuring van de notulen der vorige zitting, herinnert dc voorzitter aan het voorschrift van art. 2 van bet reglement van orde, volgens hetwelk eerst de geloofs- brieien der bij de jongste verkiezing herkozen raadsleden, de heeren M. Wels, J. A. Schmidt, J. P. SmitRen H. P. Winkel man moeten worden onderzocht. Tot liet doen van dat onderzoek worden aangewezen de heeren van Uije Pieterse, Ru ij sch en Mesfcdagh, die zich daartoe verwijderen, terwijl de zitting zoo lang gesloten wordt. Na de heropening wordt, in afwezigheid der benoemde leden, door den heer Ruijseh, namens de met het onderzoek belaste commissie, rapport uitgebragt, waarvan de conclusie strekt tot toelating der genoemde vier leden, aangezien alle vereischte stukken zijn in orde bevonden. Alzoo besloten zijnde, worden zij door den secretaris binnengeleid, waarna zij hunne plaatsen in den raad hernemen, na door den voor zitter met een kort woord met hunne vernieuwde benoeming te zijn geluk gewenscht. l)e voorzitter doet door den secretaris voorlezen een schrij ven van gedeputeerde staten dezer provincie, waarbij zij te kennen geven dat zij de door den raad, in zijne vergadering van den 11 februari) jl. genomen besluiten (zie het nommer dezer courant van den 14 februarij). aangaande de bestem ming van de voormalige zeemans- en visschersbeurs niet kun nen goedkeuren. De reden hiervan is, dat de raad. bij liet nemen van die besluiten, geheel is afgeweken van liet bij de oprigting beoogde doel. Ten slotte noodigen gedeputeerde staten den raad uit om die besluiten in te trekken, en de zaak opnieuw in behandeling te nemen, op zoodanige wijze als hij zal vermeenen het geschiktst te wezen en liet meest aan bet primitieve doel nabij zal komen, terwijl zij erkennen dat eene bestemming geheel overeenkomstig dat doel voorzeker hoogst moeijelijk. zoo niet ondoenlijk is. Op eene vraag van den heer van Uije Pieterse, of het niet dienstig zou zijn dit schrijven ter hand te stellen aan de com missie, die zich vroeger met deze zaak heeft belast en daar door met alles wat daarop betrekking heeft van nabij bekend is. antwoordt de voorzitter dat hij liet beter acht liet, aan de leden rond te zenden. Overeenkomstig dit gevoelen wordt door den raad besloten. Voorts wordt door den voorzitter, namens burgemeester en wethouders, berigt dat zich, niettegenstaande de gedane op roepingen. geene sollicitanten hebben voorgedaan voor de betrekking van hulponderwijzer op de school voov mannelijke leerlingen van den heer E. G. J. Stuart, waarom wordt voor gesteld de jaarwedde te verhoogen. Oj) eene vraag van den heer Ruijseh, hoe groot de gestelde jaarwedde is. zegt de heer Uyttenhooi en dat zij is gesteld op f jOO, waarvan door den hulponderwijzer f 1 50 voor kost en inwoning aan den heer Stuart moet worden uitgekeerd. Het schijnt dat er bij de hulponderwijzers weinig genegenheid bestaat naar Zeeland te komen, hoewel zij bij den heer Stuart nog verdere opleiding zouden kunnen ontvangen en het niet volstrekt noodig is dat zij in alle vakken, zoo als wiskunde en dergelijke, ervaren zijn, en dat zulks in andere gemeenten eveneens het geval blijkt te wezen. De heer Ruijseh kan niet ontkennen dat het den vreemde lingen veel aan lust ontbreekt om naar elders over te komen, maar hij meent toch dat het gemis van sollicitanten meer is toe te schrijven aan voortdurend gebrek. Hij gelooft dat het noodig is aan de omstandigheden toe te geven en zou eene vevhooging van f 100 wenschelijk achten. De lieer J. A. Schmidt vreest dat dit een verkeerde weg is, dien men wil inslaan. Daar er voortdurend groot gebrek aan hulponderwijzers blijft bestaan, zal zich de zelfde moeijelijk- heid waarschijnlijk later ook bij de lagere scholen voordoen. De heer Üyttenhooven wijst evenzeer op het algemeen gebrek aan hulponderwijzerszoo zij er waren, zegt hij, zou men ze kunnen krijgen, maar zij zijn er niet en daarom moet men wel bezwarende voorwaarden stellen. In Veere bijv. geniet de hulponderwijzer een inkomen van f500 en aldaar wordt veel minder van het onderwijs gevorderd. Op een of andere wijze moet de betrekking worden vervuld, want de lieer Stuart kan niet alleen doceren. En wat de lagere scho len betreft, hij gelooft ook dat die later zullen komen maar nog niet voor dit oogenblik, en alsdan zullen mogelijk zich meer jongelieden aan het vak hebben gewijd en liet gebrek daardoor minder groot zijn. De lieer Ruijseh heaamthetgevoelen van den heerSchmidt, dat ev overal veel moeite moet worden aangewend tot het bekomen van geschikte personen. Knappe lieden gaan naar groote steden op een traktement van f 400, terwijl minder knappe voor f 500 moeten worden opgezocht. Hij wijst ver der nog op de slechte verstandhouding die, zoo als hem is medegedeeld, bij de hulponderwijzers onderling schijnt te bestaan. De heer Üyttenhooven zegt op al het gesprokene niets te willen afdingen. Hij meent echter aan de omstandigheden te moeten toegeven en óf ile school op te heifen óf verhooging in de jaarwedde van een hulponderwijzer le brengen. Hij drukt daarbij nogmaals zijne hoop op de toekomst uit. Ook de voorzitter herinnert aan het groote gebrek aan hulponderwijzers, waarvan de aanhoudende oproepingen in de dagbladen getuigen. ILj schrijft dit echter vooral toe aan de zucht van vele jongelieden oin zich op de telegrafie, het stoomwezen en dergelijke toe te leggen. De heer Mestdagh wil deze te verhoogen jaarwedde niet bestendigd zien, maar alleen voor deze vacature doen toeken nen bij de te doene vernieuwde oproeping, opdat men latei- niet zou kunnen zeggen, dat vroeger zoo veel meer was gegeven. Nadat door den heer Schmidt nogmaals tot voorzigtigheid was aangemaand en door den lieer Üyttenhooven in herinne ring was gebragt dat het onderhavige voorstel uitging van burgemeester en wethouders en niet van de plaatselijke schoolcommissie, en dat het te nemen besluit tot verhooging ook door gedeputeerde staten, dezer provincie moet worden goedgekeurd, is het voorstel tot eene verhooging der jaar wedde met f 100 in omvraag gebragt eruinet algemeene stem men aangenomen. Het rapport van den architect omtrent de overname van de materialen van de scheepstimmerwerf van den heer Borgh- raans ingekomen zijnde, verzoekt de voorzitter den secretaris voorlezing te doen van het taxatoir-verbaal, waaruit blijkt dat, met inbegrip van omrastering, loodsen en werktuigen, voor eene som van f1311,50 ter overname aanwezig is. De omrastering, 3 loodsen (als liet ware één geheel) en de slede voor de helling alleen f 490,50. De voorzitter merkt op dat bij expiratie der huur de om rastering en wat daar verder bij behoort door den huurder moet worden overgenomen; doch vraagt aan de vergadering of zij zich tot de geheele overname kan bepalen? De lieer van der Os wenseht dit punt aan te houden. De heer J. P. Smith acht het doeltreffend alles over te nemen om er later, wanneer er schepen zijn, dadelijk gebruik van te kunnen inaken, terwijl de heer Wels het beter vindt deze zaak voorloopig te laten rusten. Volgens de meening van den heer Van der Hij den ware het beter alles aan den heer Bovghmans te laten, daar het hem voorkomt dat de som voov de over te nemen materialen, naar gelang hunner geringe waarde, vrij hoog genomen is. De voorzitter brengt dezen spreker onder het oog dat al de goederen behoorlijk door schatters zijn getaxeerd en het ver baal dier taxatie door hen is onderteekend, zoo dat er aan geene te liooge opvoering van cijfers kan gedacht worden. De heer van Uije Pieterse wil alleen overnemen wat men bepaald noodig heeft. Volgens zijn oordeel zal men laier, wanneer de werf het eigendom der gemeente mogt zijn, om trent de regeling der materialen wel eene overeenkomst met den heer Borghmans kunnen treffen. De heer Winkelman herinnert dat de overname niet ver- pligtend is. maar dat de kwestie alleen deze is: zal men overnemen of uiet? Nadatde heeren J. A. Schmidt en Ruijseh zich legen de ge heele overname hebben verklaard, en over het al of niet nood zakelijke van de overname der bij de helling belioorende slede door de heeren de Kruijffen van der Hijden is gediscus sieerd, acht de beer Winkelman (met verlof der vergadering ten derde male het woord voerende) het beter met de beslis sing te wachten tot de gemeente bouwmeester zijn plan met bijgaande teekeningen enz., heeft ingezonden, om dan, zoo de gemeente de werf in bezit neemt, daarbij ook alles over te nemen. De voorzitter stelt alsnu voor het stuk in handen te stellen van de commissie met de regeling dezer zaak belast en de beslissing daarop aan te houden. Dien overeenkomstig wordt besloten. Hiermede de werkzaamheden afgeloopen zijnde, is de zit- ting gesloten. deiïiccnieraacl vaaj f^ocs. Zitting van 29 julij. Afwezig de heeren Hoehart, door ziekte, de Kuokke van der Meulen en van den Bosch, uitlandig. De notulen der vorige vergadering zijn gelezen en na eene geringe wijziging goedgekeurd. Wordt overgegaan tot de benoeming van een opzigter der gemeentewegen en werken, waarvoor 2G sollicitatien zijn ingekomen. Tot stemopnemers worden benoemd de heeren Smallegange en Soutendavn. Bij de eerste stemming verkrijgen dc heeren J. Souteudam 4, J. II. Hanninck 2, D. Storm 1 stem. terwijl een'biljet iu blanco was gelatenzoo dat de heer Soulendam benoemd is. Wordt gelezen het verzoekschrift van Jobs, van Aerde, om 25 el grond ,bij zijne woning gelegen, in erfpacht te erlangen, en die te bezigen tot bergplaats van materialen, welk ver zoek, tegen betaling van 50 cent 'sjaars, wordt ingewilligd. De voorzitter deelt mede het ingekomen schrijven van de leden der kamer van koophandel, waarbij zij en corps bun ontslag nemen, ten gevolge van de weigering van den raad om een secretaris der kamer te bezoldigen, en stelt,„hoe zeer tegen zijn wil, als een gevolg daarvan voor, de ojiheffing der kamer aan Z. M. voor te stellen en bet ontslag aan te nemen. Hiertoe wordt besloten met 5 tegen 3 stemmendie van de heeren Saaymans Vader, Kakebeeke en Souiendam. Burgemeester en wethouders leggen over de gemeente- rekening over 18G0, sluitende met een batig saldo van f3985,3:4 die wordt gesteld in handen van de financiële commissie, zal worden gedrukt en aan de leden rondgedeeld. De voorzitter deelt mede, dat hij burgemeester en wethou ders is ingekomen een voorloopig verzoek van J. Adriaanse, om een gedeelte dijk, bij hem in pacht, in erfpacht te erlangen. Burgemeester en wethouders zijn van gevoelen dat die grond niet voor openbave verpachting vatbaar is, doch zij de voorkeur zouden geven aan eene verlenging van pacht onder de hand boven uitgifte in erfpacht, en stellen voor alzoo te besluiten en te bepalen dat de eigenaar van den molen, nu of in der tijd, pachter zal zijn tegen f 40 'sjaars, onder reserve om den grond weder aan de gemeente te trekken wanneer dit noodig mogt zijnalzoo is besloten. Eenige verzoeken om remissie van hoofdeKjken omslag zijn ingekomen en worden aangehouden tot den afloop des jaars; eenige staatsbladen worden overgelegd en daarna de vergadering gesloten. ALGEMEENE NATIONALE TENTOONSTELLING VAN NIJVERHEID TE HAARLEM. IIL (Vervolg.) Veel bewondering trekken de voortbrengselen der beide kantwerkscholen te Sluis die onder de spreuk „Doe wel en zie niet om," en „de roomsch-katholieke." Bij die van de eer ste liggen de prijzen vermeld, en in deze collectie munt vooral uit een witte kanten parasol, in point de duchesse, op een rose ondergrond, een stuk waarbij menige heimelijke zucht van begeerte geslaakt wordt; verder vindt men in deze verzame ling zakdoekenmutsen, guipure kanten enz. De andere school schijnt zich meer op de vervaardiging van groote stuk ken toe te leggen, die ook zeer fraai zijn. De koperen en blikken vormen voor allerlei soorten van gebak, van J. Collie te Sluis (851schijnen soliede en zuiver bewerkt. De prijzen van f 12. f 0,50, f 3,50 en f 2,00 bet stuk kunnen echter geen maatstaf van beoordeeling zijn dan voor hem die de vormen slechts ziet, daar de prijzen natuurlijk niet alleen in evenredigheid staan tot de grootte, maar ook tot de zwaarte. Gebroeders Peek te Middelburg (880) zonden eene niet onaanzienlijke verzameling in, waaronder wij inzonder heid opmerkten een geheel in metaal bewerkt klein brandspuit modelletje en keteltje, zeer zuiver en fraaistoomkoffijkan- nen f 13,50 en f 12, koperen doofpotten f 13 en f9. enz. Alles wat tot deze verzameling behoort is met zeer veel zorg afge werkt en doet zich uitmuntend voor. Van decamphine met bij belioorende lampen van W. P. van de Kamer te Middelburg (859), is mede weinig te zeggen de hoofddeugd moet in het goede branden gelegen zijn, dat wij natuurlijk Uier niet kun-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1861 | | pagina 2