£5uitcnlanï>sd)i- tijïmujen.
Men schrijft ons uit Hulst:
De berigten omtrent de vruchten te velde in deze omstre
ken zijn, sedert het gunstige warme weder is ingevallen, van
opbeurenden aard geworden, daar de meeste wintervruchten,
welke niet al te dun bezet stonden, over het algemeen verba
zend zijn bijgekomen. Koolzaad en vlas is meerendeels ook
veelbelovend. De vroege aardappelen staan thans uitmuntend
en zullen weldra in het gebruik gaan komen.
Uit Neuzen meldt men dat aldaar zondag middag een gezel
schap van omstreeks 120 heeren en dames langs het kanaal
van Gent aankwamen, die een pleiziertogtje hadden onder
nomen. Behalve met de stoomboot Nassau en drie kleinere
schroef bootjes, hadden de bezoekers plaats genomen in een
twintigtal fraaije met vlaggen en wimpels versierde gondels.
Een der stoombooten en eenige gondels waagden zich daarna
nog aan een proeftogtje op de Schelde.
Men schrijft ons uit 'sGravenhage, dd. 17 junij
Ofschoon het dreigende aanzien der lucht gisteren avond
alle reden gaf tot de vrees, dat wij heden door stortbuijen
feitelijk aan de op dezen dag vastgestelde opening van het
badsaisoen herinnerd en op eenige douches van vegen water
vergast zouden worden, verdween die bezorgdheid geheel
toen de geboortedag der koningin dezen morgen met eene
onbewolkte lucht aanving en te gelijk de drukkende tempera
tuur der vorige dagen vervangen bleek te zijn door eene aan
gename koelheid. Wij gelooven te kunnen verzekeren, dat
vooral vele neringdoende ingezetenen en ondernemers van
vervoermiddelen bij het aanzien van de onbewolkte lucht een
fiak van hun hart genomen voelden, want de talrijke vreemde-
ingen die op dagen als deze de residentie komen bezoeken,
zijn in de berekening van veler budget een ingrediënt dat
bezwaarlijk gemist zou kunnen worden. De treinen bragten
dan ook onophoudelijk vele reizigers aan, terwijl anderen per
aartsvaderlijke trekschuit of met rijtuigen arriveerden. Die
vreemdelingen echter, die zich voorgesteld hadden „den
koning en de koningin" te zien gelijk meestal hun vvensch
iszullen bitter teleurgesteld zijn geweest; want, terwijl
men in het algemeen reeds weinig vau de koninklijke familie
te zien krijgt, al bevindt zij zich in de residentie, was zij nu bij
deze gelegenheid, het feest der koningin, geheel afwezigal
de vorstelijke personen bevinden zich op het Loo.
Desniettemin heeft men in de residentie gehandeld, als of
PI. M. erbij ware, om te zien hoe men haar geboortedag viert.
Hetstedelijk bestuur, steeds van de loffelijke bedoeling bezield
om bij zulke gelegenheden vermaak aan alle standen te ver
schaffen, had volksfeesten in de fraaije Maliebaan aangelegd.
Eene betere gelegenheid dan dat veld is er voor zulke uitspan
ningen bezwaarlijk te vinden, want al staat er de gansche
bevolking van 's Gravenhagein, dan blijft ernog ruimte over.
Aan het eene einde der Maliebaan had op den middag een
wedstrijd in het ringrijden tusschen hoeren plaats, waarvoor
verscheidene kleine prijzen waren uitgeloofd. Het zal u, zoo
ver van de residentie verwijderd, niet veel belang inboezemen,
te vernemen wie de winners waren, en ik zal u daarom ook
niet met de opgave hunner namen lastig vallen, maar alleen
vermelden, dat een ontelbare kring van omstanders zich ver
maakte met de mislukking van vele pogingen om den aan een
tusschen twee palen gespannen touw opgehangen ring te
treffen, of, zoo hij bij geval met de speer getroffen werd, hem
uit den klemmenden beugel te rukken. Uwe walchersche
landlieden zouden in deze hun zoo eigene oefening, de onzen
met vrucht een lesje kunnen geven. Aan eene der zijden van
het veld was eene stellaadje opgeslagen alwaar, onder de lei
ding van den bekenden Tobias Bamberg, verschillende kunst-
toeren aan het publiek ten beste werden gegeven, en een eind
verder een akrobaat een uitgezocht publiek van straatjongens
opwond door ettelijke bewijzen van behendigheid. Het
grootste genot bestond echter in het schilderachtige schouw
spel, dat de Maliebaan als geheel opleverde met zijn frisch
groen, de talrijke menschen-massa en de velerlei tentjes, alles
onder eene heldere zon, die niet hinderlijk was door de over
matige hitte.
Dit alles was des moi-geus voorafgegaan door eene parade
van het garnizoen op het Buitenhof. Het klokkenspel deed
zich den geheelen dag van den toren hooren, doch wij vreezen,
dat de aandacht welke het publiek daaraan schonk, niet in
verhouding stond tot de moeite die de klokkenist er aan had.
Dat overal de vlaggen wapperden vooral uit de huizen der
hofleveranciers behoef ik wel niet te vermelden.
De illuminatie, die des avonds het feest besloot, was voor
namelijk tot het bosch beperkt. De groote ingangslaan was
ter weerzijden met nederlandsche-, oranje- en wurtemberg-
sche vlaggen versierd, en aan haar einde prijkte eene schitte
rende zon. In de Jacoba-laan hingen eene soort van zaal-
kroonen van lampions. De societeitstent was als naar
gewoonte, smaakvol geïllumineerd, en ook in den vijver had
men eene doeltreffende illuminatie aangebragt. In de stad
zelve waren het voornamelijk de gebouwen der ministerien,
die op verlichting bogen konden. Als eene bijzonderheid ver
dient bet opmerking, dat de departementen van koloniën,
financien en marine met gas en de anderen met vetglazen
illumineren. Zou dit tot een symbolisch teeken moeten strek
ken dat de eerstgenoemde zoo goed met den tijd medegaan,
en de overige nog steeds liever aan het wel beproefde oude
blijven hechten?
Onafzienbaar was de massa der nieuwsgierigen, die zich tot
op een ver gevorderd uur door de lanen van het bosch bewo
gen, evenzeer door de beroemde muziek der grenadiers, welke
in de societeitstent speelde, als door de illuminatie aange
trokken. Jammer slechts, dat bij zulke gelegenheden het
geschuifel der duizende voeten over het zand, veel van de fijne
nuances der muziek doet verloren gaan.
Uit Utrecht schrijft men ons 17 dezer
De rij der feesten is geopend. Door de volle straten, met
vlaggen en wimpels versierd zag men heden middag een lan
gen trein zich voortbewegen. Het waren de oud-studenten,
die inplegtigen optogt door bet studentenkorps van hetspoor-
gebouw afgehaald, naar de groote promotiezaal werden ge
leid. In het groot auditorium aangekomen werden de oude
leerlingen der Alma Mater, die in een zoo groot aantal als
sinds 1S36 hier niet was gezien, herwaarts waren gestroomd,
door den rector van den studenten-senaat den heer de Brauw,
welkom gelieeten, en tot warme feestvreugde geestig opge
wekt door mr. Beucker Andreje, burgemeester van Leeuwav-.
den. De studqnten-societeit: placet liic requiescere Musis
ontving de breede schaar met gulhartige feestelijkheid.
Het is niet mogelijk u de opgewondenheid te schetsen, die
onder de oude en jonge feestelingen heerschte. Hier zag men
een paar oude bekenden elkander om den hals vallen, ginds
was het een handengeven, een hoofdgeknik zonder einde.
Alles is er op toegelegd om dit 2öe lustrum zoo luisterrijk mo
gelijk te vieren. Tal van matine'es en soirees musicales, die ik
u maar niet opsommen zal, bewijzen dat niet de gelegenheid,
misschien wélde tijd den feestgenooten ontbreken zal. Pro
fessoren, doctoren, beroemde en onberoemde, voelen zich dooi
den zelfden band vereenigd en nemen, zonder onderscheid of
afscheiding, aan den zelfden feestdisch deel. liet was een
aardig gezigt bij de begroeting der reünisten zoo vele grijzen
te zien. waaronder eiikelen,nog de dagen van 1815 als student
beleefden, en zeer weinigen getuigen konden van liet studen
tenleven in den senatus glirium in 1805.
Vóór de opening der feesten door den rector van den studen
ten-senaat, had de plegtige doctoratie der nieuw benoemde
doctoren plaats. Met eeu toespraak door ,1e verschillende
dekens der faculteiten, werden de doctores honoris causa,
waarvan een tweetal, de heeren van der Tuuk en Iloltius
afwezig waren, gecreëerd. De oud-hoogleeraar mr.G. Mees Az.
dankte met eene sierlijke latijnsche toespraak voor't ont
vangen eerbewijs.
Morgen is de groote dag van het feest de maskerade.
Tot lid van de tweede kamer der staten generaal voor het
lioofdkiesdistict Gouda, is heden met 954- stemmen herkozen
jhr. mr. W. M. de Brauw, die zich aan eene herkiezing had
moeten onderwerpen door de aanvaarding der betrekking
van officier van justitie bij de arvondissements regtbank te
's Gravenhage.
De commissie, benoemd bij koninklijk besluit, tot het afne
men van het eind-examen aan de koninklijke akademie te
Delft, zal, naar men verneemt, hare taak aanvangen op vrijdag
den 21 dezer en die waarschijnlijk woensdag daaraanvolgende
eindigen. Er hebben zich 18 kandidaten tot liet afleggen van
dat examen aangemeld. De commissie bestaat uit de heeren
J. A. Keurenaar, directeur der akademie, voorzitterJ. A.
Beijerinck. W. C. P. van Reede van Oudshoorn, hoofd-inge-
nieurs van den waterstaat; J. F. Augier, ingenieur van den
waterstaat; A. C. Pierson, vvoegér directeur van het fabrijk-
ambt te AmsterdamC. J. de Bruin Kops, gemeente-architect;
dr. L. Lobatto, dr. W. L. Overduyn, D. J. Storm Buysing,
hoogleerarcnJ. E. Terwinkel en L. Cohen Stuart, leeraren
aan de akademie.
In lietWestland vertoonen zich sporen van de gevreesde
aardappelenziekte. Het bepaalt zich bij zwarte vlekken aan
het loof; de knol is nog gezond. De ziekte schijnt echter in
de laatste dagen niet bijzonder toegenomen te zijn.
De minister van binnenlandsclie zaken en de leden dei-
commissie van de spoorwegen zijn van hunne inspectiereis
te 's Gravenhage terug gekomen.
II. M. de koningin, die een bezoek aan haren vader, Z. M.
den koning van Wurtemberg, heeft gebragt, heeft zaturdag
morgen ten 5 ure Stuttgard verlaten, en is per extra-spoortrein
ten 5 ure des namiddags, in welstand te Arnhem aangekomen.
II. M. werd aan het station door den heer burgemeester dier
stad en andere autoriteiten verwelkomd, en vervolgde toen
onmiddellijk hare reis naar het Loo.
HH. KK. HH. de prins van Oranje en prins Frederik der
Nederlanden zijn uit de residentie naar het Loo vertrokken,
om bij de viering van den verjaardag van H. M. de koningin
aldaar tegenwoordig te zijn.
Aanstaanden zondag, den 23 dezer, zal de heer Wilmer,
benoemd bisschop van Haarlem, in het groot seminarie te
Haaren de bisschoppelijke wijding ontvangen. De heer Wïl-
raer heeft den 1G dezer van den predikstoel te 's Hertogen
bosch in eene treffende toespraak zijne parochianen hiermede
bekend gemaakt en hun zijn leedwezen betuigd, dat hij eene
gemeente en parochianen, waaraan hij zoo innig gehecht is,
moet verlaten.
De Nieuwe rotterdamsche courant meldt dat in sommige
plaatsen van ons vaderland het voornemen bestaat, de werk
lieden in de gelegenheid te stellen de algemeene nationale
tentoonstelling van nijverheid te Haarlem te bezoeken, en dat
een dertigtal industriëlen uit eene der voornaamste steden
van ons land heeft besloten, om met hunne werklieden tot dat
einde naar Haarlem te gaan, en zich op dien togt feestelijk
te doen vergezellen van de muziek der dienstdoende schutterij
hunner stad.
Gelijk men zich zal herinneren, had verleden jaar te Keulen
een groot concours van scherpschutters uit verschillende lan
den, ook uit Nederland, plaats, waarbij als hoofdprijs werd
uitgeloofd het landgoed Schützenbm-g, geschat op eene waarde
van 20,000 thalers. Evenzeer zal men zich herinneren dat
deze prijs niet werd uitgereikt, hoezeer de heer Grisart, te
Delft, beweerde dien gewonnen te hebben. Thans is door den
heer Joseph Buschmann, uit Ehrenbreitstein, onder overwe
ging „dat verleden jaar het eerste schutters-concours te Keu
len door een onverhoopt oponthoud, door misverstand onder
de schutters-vereenigingen of door het ongunstige weder is
geschorst," eene uitnoodiging gerigt aan de onderscheidene
schutters-vereenigingen, ook hier te lande, om door een her
haalden wedstrijd, waarbij de hoofdprijs weder uit genoemd
landgoed zal bestaan, de zaak voor goed te doen beslissen.
Benoemingen en besluiten.
consulaten. Benoemd tot consul der Nederlanden te
Weimar, de heer John Marshall, de zoon.
corps diplomatique. Benoemd tot attaché bij het neder
landsche corps diplomatique j hr. mr. A. P. C. van Karnebeek.
ministeriele departementen. Eervol ontslagen als
commies van staat bij bet departement van financien, en als
zoodanig benoemd bij het departement van buitenlandsche
zaken, jhr. mr. W. A. A. J. baron Schimmelpenninck van
der Oije.
koloniën. Op verzoek eervol ontslag met pensioen ver
leend aan den oost-indiscben ambtenaar J. C. W. baron van
Heeckeren tot Walien, laatstelijk assistent-resident van
Tebing-Tingie, residentie Palembang, Sumatra, thans met
verlof in Nederland.
licrk- en schoolnieuws.
De algemeene synode der nederlandsche hervormde kerk,
wier zittingen woensdag den 3 julij e. k. zullen geopend wor
den, zal zijn zamen gesteld als volgt: de hoogleerai-en J. J.
Prins, van Leiden; dr. H. E. Vinke, van Utrecht, en dr. P.
Hofstede de Groot, van Groningen; dr. F. J. J. A. Junius,
pred. te Tieldr. D. Lasonder, ouderl. te Groenlo; G. Molen
kamp, pred. te Delft; J. G. de Waldkirch Ziepprecht,ouderl.
te Leiden; dr. H. J. Spijker, pred. te Amsterdam; II. Q.
Janssen, pred. te St. Anna ter Muiden J. F. Wetter, pred.
te Vreeswijk; P. A. C. Hugenboltz. pred. te Dokkum; J. J.
Metzlar, pred. te Deventer; dr.H.Huysers,pred.teFavmsum,
als secundus voor dr. J. P. Riedel, van Eenrum; J. A. van
Walsern, pred. te Vught; R. P. Reddingius, pred. teZweelo;
J. F. C. Kronenberg, pred. bij de waalsche gemeente te Arn
hem; mr. J. S. Vcrnède, ouderl. bij de zelfde gemeente te
Utrecht; D. Hendriksz. pred. te Meerssendr. J. C. Zaalberg,
te 'sGravenhage; S. F. van Hasselt, secret, der synode, te
's Gravenhage, en C. van Rinsum jr., quaestor-generaal te
Amsterdam.
De commissie voor de zaken der waalsche kerken heeft tot
afgevaardigden der synode benoemd den heer J. F. C. Kro
nenberg. pred. te Arnhem, en tot diens secundus den heer
P. J. Marcus, pred. te Rotterdamden lieer mr. J. S. Vernède,
ouderl. te Utrecht, en tot diens secundus mr. G. Mees, ouderl.
te Rotterdam.
Marine en leger.
De schroefscliooner, in dienst van het Nederlandsch loods
wezen te Vlissingen, Frans Naerehout, gezagvoerder R. Ver
schoor, is dezen nacht naar Loviden vertrokken; aanboord
daarvan bevindt zich de schout bij nacht J. F. A. Coertzen,
inspecteur-generaal over het loodswezen, de betonning, beba-
kening en verlichting.
Thciiiiomctersfand,
17 junij 's av. 11 u. 57 gr.
"18 's morg. 7 u. 01 'smidd. .1 u. GS gr. 's av. 11 u. 5S gr.
19 's morg. 7 u. G1 'smidd. 1 u. 72 gr.
Engeland.
Londen 16 junij. In het huis der lords hebben verscheidene
leden hun leedwezen te kennen gegeven, dat het vaste land
en ook Groot Brittanje te midden van den vrede genoodzaakt
worden zich op zoo geduchte wijze ten oorlog toe te rusten,
als of die voor de deur stond, en waardoor schier ondragelijke
uitgaven worden te weeg gebragt, die op stilstand in handel
en bedrijvigheid en dus op toeneming van armoede moeten
uitloopen. Zij verklaarden het eene zware verantwoordelijk
heid te zijn van hem, die de oorzaak daarvan is.
Bij de behandeling van het proces tegen Kossuth en
Day voor het kanselarij hof, wegens de vervaardiging van
hongaarsche banknoten, heeft de heer Palmer, uit naam van
den keizer van Oostenrijk, verklaard dat deze afziet van de
teruggave der kosten van appèl, indien de tegenpartij hem
alle vervaardigde bankbiljetten wilde overgeven, met het doel
om die te vernietigen. De advocaat van den heer Day heeft
daarop verklaard, dat de laatste zich aan het vonnis hield, tot
vernietiging van de stempels en de steenen, die tot het druk
ken der biljetten gediend hebben, maar dat hij de biljetten
zeiven hield. Het voorhanden papier daarvoor maakt te zamen
eene massa uit, niet minder wegende dan 46,000 ponden.
De bekende Rosas, die gedurende twintig jaren de
argentijnsche republiek als dictator heeft geregeerd, en die,
toen zijn bestuur omvergeworpen was, genoodzaakt werd de
wijk naar Engeland te nemen, waar hij zich thans nog ophoudt,
is den 17 april 11. door het crimineel geregtshof van Buenos
Ayres wegens zijne in der tijd gepleegde en overbekende
gruweldaden en moorden, bij verstek ter dood veroordeeld.
Aan de engelsche regering zal eene nota worden gezonden,
om de uitlevering van llosas te verzoeken.
Het heeft bijzonder de aandacht getrokken dat de toe
name van Engelands bevolking sedert 1821 steeds in eene
afnemende reeks heeft plaats gehad. In genoemd jaar name
lijk bedroeg de vermeerdering in vergelijking met 1811 16
pet., in 1831 15 pet., in 184114 pet., in 1 Sal 15 pet. en in
1861 12 pet. Men ziet met te meer verlangen de bijzonder
heden omtrent den census van dit jaar te gemoet, naardien
het verschijnsel noch aan korteren levensduur, noch aan meer
dere ongezondheid, noch aan landverhuizing kan worden
toegeschreven.
Al de avondbladen maken melding van eene nieuwe
wijziging in de rigting van het kanon, uitgevonden door den
heer Thomas Mayall, hierin bestaande dat liet stuk uitsluitend