MIDDELRURGSCHE C O UR A N T. JV0- 19. Dingsdag 1861. 12 February vlanliontiiflimjen Ufc£v P- KÏ1 y Deze courant verschijnt des dingsdags, donderdags en zaturdags. Binnen deze gemeenteen Vlissingen geschiedt de uitgave den avond t« voren te* 8 ure. De abonnementsprijs per drie maanden is 3, franco per post 3,40. De inzending van ad verten tien Jcan gescliieden tot tien ure des morgeus. UITGEVERS: DE GEBROEDERS ABRAHAMS. De prijs van gewone advertentien is 22 cent per regel; van huwelijks, geboorte, doodbekendmakingen enz. van écn tot zes regels/1,50, voor eiken regel daarboven 22 centmet 35 cent zegelregt voor elke plaatsing. De betaling geschiedt kontant. Bqitengewoon groote letters worden berekend naar de plaats die zij innemen. Editie van maandag avond S ure. VAN BET RIJK, PROVINCIALE EN GEMEENTEBESTUREN. Het gemeentebestuur vanYerseke vraagt ten spoedigste eenf Hulponderwijzer, tegeu eene jaarwedde van f 300 men adressere zich, met overlegging van stukken, franco aan den burgemeester dier gemeente. Yerseke, den 7 februarij l&GI. J. WILLEMSEN, burgemeester. J. J. DE GRAAFF, secretaris. öinnenlanösrtje tijDingm. Middelburg 11 februarij. Door den commissaris des konings in deze provincie is eene publikatie uitgevaardigd, waarbij het koninklijk besluit van 6 dezer no. 70, voorschrijvende het houden eener algemeene collecte, aan de ingezetenen wordt kenbaar gemaakt. Tevens worden bij circulaire, in het provinciaal blad opge nomen, de gemeentebesturen uitgenoodigd aan dat besluit gevolg te geven, door aanplakking de bekendheid er van te bevorderen en een exemplaar aan de godsdienstleeraren te doen toekomen, met verzoek oin de leden hunner gemeente bij de openbare godsdienstoefening tot milde bijdragen op te wekken. Wij herinneren aan de stemgeregtigden in dit hoofdkies district dat voor zooveel Middelburg betreft, op morgen ten raad hui ze dezer gemeente de inlevering der stembiljetten moet plaats hebben, voor de verkiezing van een lid der pro vinciale staten, van des voormiddags 9 tot des namiddags 4- ure. Wij vernemen dat door den heer Schouten, gewezen post directeur te Vlissingen, tot verdediger is gekozen de heer mr, P. J. G. van Diggelen, en dat deze hem tevens ambtshalve als raadsman is toegevoegd. Uit Nieuw- en St. Joosland wordt ons medegedeeld dat door een landbouwer aldaar een mud puike walchersche tarwe voor de noodlijdenden door den watersnood is afgestaan. Vermoedelijk is dit slechts een voorbeeld uit duizenden Te Axel heeft de collecte voor den watersnood opgebragt, met inbegrip van de zuivere opbrengst van een concert, door het Fanfaren gezelschap gegeven, de som van f 576.79J. Uit Zierikzee schrijft men ons 9 dezer Gisteren avond is door den heer C. Eisner, met welwillende medewerking van eenige dilettanten en de leden van het hier bestaande orchest, een concert ten voordeele der armen gege ven, dat zeer goed bezet was, en waarvan het ensemble en bij zonder enkele nummers zeer veel genoegen deden. Woensdag avond gaf de zaugvereeniging een invitatie-concert aan de huisgenooten der leden en aan de leden van de afdeeling dei- Maatschappij van toonkunst, dat door een uitgezocht publiek werd bijgewoond. De solo's en koren uit die Jahreszeiten werden bijzonder goed voorgedragen. De zaugvereeniging verschafte daardoor aan menigeen een genoegelijken avond. Tusschen woensdag en donderdag is er in het naburige Haamstede een brand geweest, die gelukkig, door bijzondere omstandigheden bij tijds ontdekt is, daar hij anders zeer ern stige gevolgen na zich had kunnen slepen. Een met brand stoffen gevuld schuurtje van den burgemeester B. en aan zijn huis belendende, stond ten 2 ure des nachts in vlam. Het is boven geheel uitgebrand, terwijl een daar neven staand huis, waarin eene weduwe van 89 jaar woonde, zwaar moet bescha digd zijn. De oorzaak van den brand moet öf aan het broeijen van kolen, öf aan onvoorzigtiglieid van bedienden worden Men meldt ons uit 's Gravcnhage van 9 februarij het vol gende „Zoodra in den loop dezer week alhier bekend werd, dat Z. M. de koning op het punt stond van zijn bezoek in het noodlijdende Gelderland naar de residentie terug te keeren, was het eenparig verlangen der burgerijom door eene luister rijke en plegtige ontvangst van Z. M. een bewijs te geven, hoe groote sympathie en erkentelijkheid de edele handelingen des konings in de harten zijner onderdanen verwekthadden. „Ree/ls gisteren dacht men Z. M. in de residentie terug te zullen zien en vroegtijdig waren dus de vlaggen uitgestoken en andere toebereidselen van ontvangst gemaakt. Doch in den loop van den morgen vernam men, dat Zr. Ms. terug komst bepaald was op heden namiddag ten half vier uur, en tot zoolang werd dus het ongeduld opgeschort. „De gansche weg, dien de stoet moest nemen,was als behan gen met nederlandsche en oranje vlaggen. Het spoorweg station was, even als de omliggende fabrieken van de heeren Enthoven, Sterkman en Horrix, toepasselijk versierd en langs de beide zijden van de stationslaan verrezen hooge masten, met de drie kleuren geschilderd en beurtelings met oranje- en nederlandsche wimpels getooid. Tegen drie uur begaven zich naar het spoorwegstation eene eerewacht te paard en eene eerewacht te voet, bestaande uit een honderdtal heeren uit de burgerij, die zich vrijwillig vereenigd hadden om Z. M. te begeleiden. Ook hadden zich daar de officieren van de schut terij en hfet garnizoen, en de muziek der schutterij vereenigd. Op het bepaalde uur kwam de koninklijke trein uit Rotter dam aan; in het station werd Z. M. gecomplimenteerd dooi den burgemeester der stad en eene commissie uit den gemeen teraad, eg door commission uit de beide eercwachten, de laatstgenoemde bij monde van den heer Withuys. „In een open rijtuig, met vier schimmels bespannen, reed Z. M. met den prins van Oranje en prins Hendrik stapvoets van het station af, voorafgegaan en gevolgd door de eere wacht te paard en te voet. Alle militair vertoon was bij deze gelegenheid vermeden, hetgeen echter op enkele plaatsen ten gevolge had, dat de optogt eenigzins door den aandrang dei- nieuwsgierigen verstoord werd. Achter de eerewachten volg den de werklieden der fabrieken van de heeren Enthoven, Sterkman enz. met oranje- en nederlandsche vaandels. Langs den geheelen weg van het stationdoordeWagestraten.de Veenestraat, de Hoogstraat en het Noordeinde tot aan het paleis verhief zich een daverend gejuich; in de Hoogstraat werden bouquetten in het rijtuig geworpen. „Aan het paleis werd de koning ontvangen door de ko ningin en den jongen prins Alexander. Na eenige oogen- blikken verscheen Z. M. op het balkou van het paleis, met zijn zoon en zijn broeder, drukte dezen laatsten als ter dank betuiging met warmte de hand, en scheen daarop het woord tot de verzamelde menigte te willen rigten. Het aanhou dende gejuich, gepaard met het zingen der volksliederen, maakte dit echter aan Z. M. onmogelijk. „Heden namiddag ten half zes ure zijn de ministers in costuum ten hove verschenen, om den koning te verwelkomen. „De lof des konings is in aller mondenuit eigen middelen heeft hij grooten nood gelenigd, met levensgevaar heeft hij op de bedreigde en gevaarlijke punten troost en hulp willen aanbrengen; met de aanzienlijke gift van f 40,000 stelt hij zich aan het hoofd der algemeene collecte op 19 dezer, terwijl Z. M. tevens het verlangen heeft geuit dat op dien dag, zijn geboortedag, de gebruikelijke feestelijkheden zullen achter wege blijven, als onbestaanbaar met zulk een nood als tlians nog door velen geleden wordt. Te Rotterdam waren Z. M. en de beide prinsen aan het sta tion van den Rijnspoorweg door onderscheidene authoriteiten opgewacht en begroet, terwijl eene ontzettende volksmenigte zich in den omtrek had verzameld. Bij ongesteldheid van den burgemeester werd den koning door een der wethouders den dank der gemeente gebragt, voor ligt voortreffelijke dat Z. M. in de geteisterde gemeenten had verrigt. Z. M. ant woordde hierop, slechts de inspraak van zijn gemoed te hebben gevolgd, gelijk hij meende dat ieder vorst in zijne plaats zou doen. Verder gaf Z. M. te kennen bijzonder gevoelig te zijn voor de vele blijken van sympathie hem door de ingezetenen van Rotterdam bij deze gelegenheid te kennen gegeven, er bijvoegende „als de nood aan den man is, dan zijn wij altijd bij elkander!'' Z. M. vertoefde eenigen tijd aan het stations gebouw en verhaalde onderscheidene door hem bijgewoonde bijzonderheden. De doortogt der stad geschiedde door de opeengedrongen menigte slechts langzaam en werd herhaal delijk belemmerd. Aan het station van den hollandschen spoorweg gekomen en door commissarissen gecomplimen teerd, antwoordde Z. M. onder anderen „dat het verrigte hem weinig moeite had gekost, daarzulks eigen was aan hem wien het bloed van Oranje door de aderen vloeit." Ook te Armhem en Delft werd aan de vorstelijke reizigers bij hun doortrekken hulde bewezen. Uit de verschillende berigten aangaande den toestand der rivieren kan men opmaken dat de vrees voor verdere rampen tbans geweken is. De ijsdammen zijn nagenoeg alle opge ruimd en een enkele overgeblevene schijnt geen schade uieer te zullen veroorzaken. Intusschen doen zich nog vele bedroevende gevolgen voor en worjlt er nog menige smartelijke bijzonderheid bekend. Van de te Gorinehetn verblijf houdenden zijn reeds vier per sonen overleden. Uit Druten meldt men dat 11. donderdag, door eenige personen die met vaartuigen waren uitgegaan om in den omtrek van Leeuwen voorwerpen op te visschen. op een klein stuk dak van een vernield huis, tusschen liet ijs, een kind is gevonden van omstreeks S jaar. Het had in bijna ze ven dagen geen voedsel gebruikt, maar men heeft hoop het bij goede verpleging in het leven te houden. De ouders en overige leden van het huisgezin waren verdronken. Omtrent de vreesselijke doorbraakte Leeuwen wordt thans gemeld, dat die des morgens ten 7 ure bij den afweg van de wed. van Kessel plaats greep. De stortvloed van ijsscliollen en water was zoo hevig, dat dadelijk 14 kapitale bouwmans woningen werden vernield. Akelig was het gekerm van men schenen dieren, tusschen het gedruisch van den stroom, het gekraak van gebouwen en hoornen en het somber gelui der noodklok. Spoedig vernam men dat ruim 80 menschen uit het dorp vermist waren, waarvan wel is waar de meesten later nog behouden werden, maar toch 3S personen stellig omkwa men. Dadelijk na de doorbraak begaf zich de burgemeester erheen en op zijn voorbeeld gingen ook anderen in schuiten op den gevaarvollen stroom en redden binnen korten tijd 16 personen, die anders stellig waren omgekomen. Te Appel tem heeft het vloedwater hooger stand bereikt dan in 1799; in liet geheele dorp zijn slechts zeven huizen geheel of gedeeltelijk verschoond gebleven. Volgens de laatste berigten was er echter een el val en begonnen de hoogste vertrekken weder boven water te komen. Te Nijmegen geschiedt de overtogt derrivier weder geregeld met de gierbrug. Aan een rapport van den ingenieur Waldorp uit Gorinchem, van den 7 dezer, ontleent de Nederlandsche staats-courant ten vervolge op het laatst medegedeelde, nog het volgende „Onze vaart om Hellevoet hadden wij kunnen besparen, indien wij geweten hadden dat het Mallegatgisteren morgen ten 10 ure van zelf zou opbreken, zoo als bet geval is geweest. „Ten 2^ ure zijn wij van 's Gravendeel opgestoomd en ont moetten bij Baanhoek al het ijs dat beneden den ijsdam van Hardinxveld was afgedreven. Met moeite kwamen wij door die ijsmassa, maar volhoudende bereikten wij Sliedrecht, al waar besloten werd de stoomboot aan het hoofd bij de sociëteit te bergen, en de op onzen togt door het ijs afgeslagen schoe pen te vernieuwen. Inmiddels reed ik naar den ijsdam om de

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1861 | | pagina 1