MIDDELBURGSCHE
COURANT.
r 17.
Donderdag
7 February.
t3mnmlanöscl)e tijMitijen.
1861.
Deze courant verschijnt des dingsdags, donderdags en zaturdags.
Binnen deze gemeenteen Vlissingen geschiedt de 'uitgave den avond to voren te* 8 ere.
De abonnementsprijs per drie maanden is 3franco per post 3,-40.
De inzending van adverténtien kan geschieden tot tien ure des morgen».
UITGEVERS:
DE GEBROEDERS ABRAHAMS.
De prijs van gewone advertentien is 22 cent per regelvan huwelijks, geboorte,
doodbekendmakingeh enz. van één tot zes regels 1,50, voor eiken regel daarboven 22
centmet 35 cent zegelregt voor elke plaatsing. De betaling geschiedt kontant.
Buitengewoon groote letters worden berekend naar de plaats die zij innemen.
Editie van woensdag avond 8 ure.
Middelburg februari].
Na de arrestatie van A. Polderman, wiens vrouw voor een
tiental dagen op zoo geheimzinnige wijze is verdwenen, schij
nen de nasporingen geene meerdere bijzonderheden aan het
licht gebragt te hebben. Zijn wij wel onderrigt, dan is hetge-
regtelijk-scheikundig onderzoek naar de vermeende sporen
van bloed op het in de sloot gevonden beddelaken en andere
voorwerpen, opgedragen aan de heeren A. A. Fokker en Y.
Keyzer, medecinae doctoren, J. J. A. Baert en P. M. de
Ligny, apothekers alhier.
Door den gemeenteraad is heden namiddag de aangekon
digde zitting gehouden. Daarin is onder anderen uitgeloot
het aandeel nommer 18 van hetrenteloos voorschot, in der tijd
verstrekt tot verbreeding der Bellingbrug. Voorts is, na eene
korte beraadslaging, met algemeene stemmen aangenomen
het voorstel der commissie ad.hoe, om de firma Robbe&corap.
bij behoorlijk exploit te doen sommeren tot het doen plaats
hebben van de gasverlichting binnen deze gemeente met eco
nomisch gas. gestookt uit de compositie, waarvoor aan de hee
ren Cossas comp. in der tijd octrooi is verleend, en met vlam
men van zoodanige grootte en zuiverheid als omschreven is
bij hefbestaande contract.
Heden is bij herstemming tusschen de heeren W. de Oude,
A. Bliek en L. P. Douw, eerstgenoemde tot lid van den ge
meenteraad vau Nieuw- en St. Joosland verkozen met 2 van
de 27 uitgebragte stemmen. De heer Bliek bekwam 10 en de
lieer Douw 1 stemmen, terwijl 1 biljet blanco was.
Dezer dagen is aan een lGjarig jongeling die alhier in het
gasthuis ter verpleging was opgenomen, de regterhand in den
onderarm afgezet. Die amputatie was onvermijdelijk gewor
den, ten gevolge eener zeer ernstige verwonding van het hand
gewricht, veroorzaakt door het onvoorzigtig behandelen van
een met hagel geladen geweer.
Omtrent de betreurenswaardige gevolgen van de doorbraak
bij Leeuwen deelden wij nog in de tweede editie van ons
vorig nommer eenige nadere bijzonderheden mede. De Arn-
liemsche courant behelst in zijn nommer van gisteren te dien
aanzien nog het volgende.
De nadere berigten, die men over de gevolgen van de door
braak bij Leeuwen ontvangt, zijn hartverscheurend. Even
beneden Ochten had zich het ijs gestopt, en dit was oorzaak
van het bezwijken van den dijk, even als zulks in 1827 plaats
had. De dijkbreuk is zeer groot en juist op een punt, waar
het hoogst moeijelijk is die althans vooreerst te herstellen.
Bovendien was de toestand van den dijk bij Deest en Druten
allcrbedenkelijkst. De waterstaat geeft zich alle moeite die
gedeelten door het aanbrengen van damplanken, mest enz.
te behouden.
Beneden Tiel is het ijs bovendien nog vast, en er bestaat
weinig hoop dat het daar nu reeds zal opruimen, nu de stroom
van liet water naar het hooger gelegen punt bij Leeuwen
wordt afgeleid.
Maas en Waal is reeds voor het grootste gedeelte ouder
water gezet. Het bereikte reeds vrijdag avond het dorp Weurt
en zaturdag morgen Beuningen. Weurt is gedeeltelijken
Beuuingen geheel geïnundeerd. Te Ewijk had het vloedwater
zaturdag reeds eene ongekende hoogte bereikt en bleef het
nog wassende. In die gemeente had niemand van beneden
overstrooming verwacht en waren de bewoners meestal gerust
in hunne huizen gebleven, toen zij onverwachts door liet water
werden overvallen en allen op hunne zolders eene schuilplaats
moesten zoeken. Men begrijpe welk een angstigen nacht zij
doorbragten, terwijl zij steeds bet water zagen rijzen en men
eerst d :'ii volgenden morgen beginnen om met schuiten
menschen en vee te redden, en hen, die in hunne woningen
kouden blijven, van levensmiddelen te voorzien. De nood is
ook daar zeer groot, en de middelen der gemeente schieten te
kort om al liet noodige voor de vele armen te verschaften.
Bij Appeltcrn is zoo mogelijk de toestand nog treuriger.
Te Alphen, Maasbommel en Altforst moesten bijna alle huizen
door de bewoners ontruimd worden. Men kan de ongel uk-
kigen, die op den dijk staan en voor het water derwaarts
moesten vlugten, bij honderden tellen, en te midden van hen
ziet men het vee dat ze in hunne vlugt nog mede hebben ge
voerd. De scholen te Alphen, die men in allerijl gereed
gemaakt had om menschen en vee te bergen, staan onder
water. De kerken konden ook geen toevlugtsoord bieden;
ook zij werden door het water ontoegankelijk gemaakt. De
eenige schuilplaats die den bewoners bleef, was de dijk. Zij
bevinden zich daar nu onder den blooten hemel en missen
alles. Aan alles is gebrek. Men heeft geen brood of andere
levensmiddelen, geen dekking en geen kleeding.
Te Appeltern bleven slechts enkele huizen vrij van over
strooming, en in die weinige woningen bevindt zich thans de
geheele bevolking en het vee, terwijl men daar nog in den
grootsten angst verkeert voor nieuwe rampen, daar het vloed
water uit de Waal reeds de hoogte bereikt heeft van de Maas
buitendijks. Levensmiddelen zijn niet voorhanden. Water
was, is vernield. Allesmoet worden aangebragt, zullende
ongeluklcigen, na hun leven uit het water gered te hebben,
liet niet door honger en koude verliezen. De school is opge
propt met menschen.
Ook Batenburg is geheel overstroomd. Ook de inwoners
van die gemeente zijn voor het meerendeel van have en goed
beroofd. Slechts weinige huizen bleven vrij van water en zijn
nu de schuilplaats voor de ongelukkige inwoners van het
dorp. De nood is mede daar zeer groot en dreigt ten top te
stijgen, wanneer er geen stilstand of val in het water komt.
Verder deelt dat blad mede dat, naar de opgave der gered
den, te Leeuwen 10 of 12 huizen door den stroom weggesla
gen en minstens 80 menschen verdronken zijn.
Een telegram uit Alphen (kanton Druten, aan den regter-
oever van de Maas) van maandag omstreeks den middag,
deelt aan het zelfde blad mede dat het ijs toen nog vast zat
en het water steeds wassende was. Het vloedwater van de
Waal stond aldaar zoo hoog op den dijk dat men ieder oogen-
blik voor ernstiger onheilen beducht was; de huizen begon
nen in te storten.
Latere berigten melden dat die dijk door het water en ijs
wordt overstroomd, op sommige plaatsen ter hoogte van 1
ned. el, en dat de gemeenten Alphen en Altforst maandag
avond geheel onder water stonden.
Te Neder- en Overasselt heeft het vloedwater ook alles
gein uud eer d.
Uit Zutphen en Keulen berigt men dat het water sterk
vallende was. Dit laatste is ook eenigermate het geval voor
Arnhem. Vóór die stad was liet ijs meerendeels afgedreven.
Met welwillende medewerking van de pruissische regering is
reeds een aanvang gemaakt met het herstellen van den grind
weg op pruissisch grondgebied tusschen Emmerik en Zeve
naar, waardoor de verdere toevloed van water naar de
doorbraak bij Babberieh wordt tegen gehouden en men gele
genheid heeft de gaten, daarin en in den spoorwegdijk geval
len, te digten.
De Nederlandsche staatscourant van gisteren bevat verder
nog de volgende tijdingen.
In den nacht van 31 januarij op 1 februarij heeft de Waal
dijk onder Loenen, Wolferen en Andelst in zeer hagchelijken
toestand verkeerd. Tegenover liet bosch te Loenen stond het
water op den dijk tegen de noodkeeringte Wolferen was het
zelfde het geval, terwijl op twee plaatsen het ijs meer dan 7 el
hoog op den dijk was opgeschoven. Aan den Altona onder
Oosterhout (gemeenteValbuvg) heeft het water de ongekende
hoogte van 8,60 el nijmeegsch peil bereikt, dat is eene hoogte,
overtreffende die van 1S09 en 1820. Door aanhoudende in
spanning van krachten is het gelukt de noodkeeringen te be
houden, tot dat ten 5 ure in den morgen het water langzaam
begon te vallen. Volgens rapport van den dijkgraaf van
Overbetuwe van den 2 dezer was toen bet water op Rijn en
Waal regelmatig vallende, de staat der dijken en noodkee
ringen uitnemend, en scheen de bezorgdheid voor de Over
betuwe geweken te zijn.
Volgens berigt van den inspecteur van den waterstaat
Fijnje, van den 2, scheen de IJssel zonder ongelukken te zul
len opruimen. Bij Kampen en aan het Katerveer was die
rivier los en overal verder in beweging. De heden (1 februarij)
per telegraaf ontvangen berigten melden, dat te Zutphen,
Deventer, Wijhe, aan het Katerveer enz. open water was.
Z. M. de koning heeft zich met de prinsen van Oranje en
Hendrik zondag dadelijk van het Loo naar de laatstelijk
overstroomde streken begeven.
Ten aanzien van de proefneming met de stoomboot Brou
wershaven ontleent de Nederlandsche staatscourant uit een
tweede rapport van den ingenieur Waldorp, gedagteekend
uit Ameide van den 2 dezer, het volgende
„Heden morgen ten 7 ure van Rotterdam gestoomd zijnde,
konden wij al dadelijk de resultaten van onzen togt van gis
teren waarnemen. Het ijs in het vaarwater aan het Kraling-
sche veer was zoo ver opgeruimd, dat wij langs IJsselmonde
konden omkomen met 16 voet water. Zonder verder ijs te
ontmoeten stoomden wij tot voorbij Langerak. De zooge
naamde Binnen-Lek liet water door, maar de Zuidergeul zat
vast over circa 1000 a 1200 el, en werd tegen gehouden door
eene aanzienlijke blanke ijsschol, die de halve lengte besloeg.
Ons werk moest dus hier dadelijk beginnen, om het vaarwater
schoon te krijgen. Twee uren achtereen zijn wij gestadig er
tegen aan gestoomd, zoodat wij soms een el boven het ijs
opliepen. Eindelijk brak de prop met geweld op, en wij
moesten ons haasten om niet te verongelukken. Wij konden
gelukkig de Noordergeul instoomen, anders waren wij in de
klem geraakt. Hier was het beletsel dus opgeruimd, maar ten
koste van de raderen der boot. Wij zijn tot Ameide voortge
sukkeld, maar hebben besloten naar den Kinderdijk terug te
keeren, ten einde van nacht de raderijzers en schoepen te
vernieuwen. Als niets tegenloopt, hopen wij morgen ochtend
weder van den Kinderdijk te vertrekken, om de stopping aan
het Kersbergsche veer (beneden Vreeswijk) aan te tasten."
Volgens een telegraphisch berigt uit Vreeswijk van zon
dag avond was de Brouwershaven aan de Horden bij Jaars
veld, ten einde aldaar het ijs zoo mogelijk op te ruimenVol
gens een telegram van maandag morgen uit Vreeswijk was
die stoomboot in de Zuidergeul aan de Horden beneden liet
Kersbergsche veer vastgeraakt.
De Utrechtsclie courant leverteen overzigtvan de dijkbreu
ken en overstroomingen, welke in de laatste eeuwen, inzon
derheid door ijsverstopping, ontstaan zijn. Als een der be-
langrijkste van den jongsten tijd wordt daarin genoemd de
doorbraak op een groot aantal plaatsen in de beide eerste
maanden van 1799, door zwaren ijsgang in Rijn, Waal, Maas
en het Pannerdensche kanaal. Meer dan 100 gemeenten wer
den destijds in ellende gedompeld, en ruim 8 tonnen gouds
werden voor de hulpbehoevenden bijeen gebragt. Sedert had
den er meer of minder belangrijke overstroomingen plaats in
1S08 en 1809,1S19,1827,1S3S, 1840,1845,1849 en 1855.
Uit 's Hertogenbosch, 3 dezer, wordt aan deRotterdamsche
courant geschreven
Met leedwezen verneemt men dat onder de vlugtelingen
van elders, die sedert de overstrooming van den Bommeler-
waard in verschillende lokalen onzer stad worden verpleegd,