t Bijvoegsel van de Middelbiu'gsche courant. Donderdag 51 Januarij 1861. Gemeenteraad van Tlissingen. Zitting van 28 januarij. Voorzitter de heer Callenfels. De notulen der vorige zitting worden na gedane voorlezing goedgekeurd, en daarop overgegaan tot de installatie van den heer C. J. van der Hijden. nieuw benoemd raadslid. Die beer wordt door den secretaris binnengeleid en legt in handen des voorzitters de voorgesehrevene eeden af, waarna hij door dezen geluk gewensclit wordt en, meteen kort woord van aanbeveling hij zijne medeleden, zitting neemt. De voorzitter deelt mede dat de commissie, aan welke de regeling van het belastingstelsel is opgedragen, bereid is ver sla' uit te brengen, omtrent het door haar toegezegde ontwerp eener gewijzigde verordening voor den gemeente-accijns op het gemaal. Hij herig: daarbij dat mede reeds in hare handen gesteld is een ingekomen adres van korenmolenaars binnen de kom dezer gemeente, met bezwaren tegen enkele voor gestelde wijzigingen. De heer J. A. Schmidt legt hierop namens de commissie het door haar den 31 december a. p. toegezegde ontwerp over. Zij verklaart ingevolge den haar opgedragen last en de op merkingen van den controleur, zoowel de te Middelburg van kracht zijnde verordening als de voormalige rijkswet te heb ben geraadpleegd, en vermeent de verschillende bezwaren naauwgezetoverwogeneuzooveel doenlijk opgelost te hebben. Dit ontwerp zal bij de leden ter inzage worden rond gezonden. Ten anderen brengt hetzelfde lid schriftelijk rapport uit omtrent bovenbedoeld adres van korenmolenaars. De commissie vangt aan met de opmerking, dat het zeer natuurlijk is, dat het den molenaars, die in den laatsten tijd onder zeer onvoldoende controle stonden, niet aangenaam is voor het vervolg weder een naauwkeuriger toezigt te zullen ondervinden. De bezwaren, door hen aangevoerd tegen de wederinvoering van bussen op de molens (een maatregel die ook onder de rijkswet bestond), zijn echter overdreven. Dit is evenzeer het geval met het voorschrift om consent te vra gen tot het des nachts malen, en in het geheel zijn de formali teiten zoo "reel doenlijk verminderd, zoodat niet kan gezegd worden datde uitoefening vanhunbedrijfwordtbemoeijelijkt. Ook dit rapport zal met het adres bij de overige raadsleden ter inzage worden rondgezonden. Aan de orde is de vaststelling der rekening van het bur- gerlijk armbestuur over 1859. Daarbij geschiedt door den se cretaris voorlezing van eene zeer uitgebreide nota van bur gemeester en wethouders, ter beantwoording vandebeden- kiigen, bij bet onderzoek der gemeentebegrooting voor Dol ter sprake gebragt. De daarmede belaste commis si» verwees ook naar de in haar oog schrikverwekkende rizing van liet gemeente-subsidie aan bet armwezen. Bur gmeester en wethouders mogen niet ontkennen dat de ge- •■reente inderdaad nog veel te veel bijdraagt, doch wanneer mm alles in aanmerking neemt, is er toch eene vermindering t( bespeuren en deze zal over het volgende jaar reeds fSOO v Vlrao-en. Zij verklaren zich verder ten sterkste tegen het klankbeeld der commissie, om eene vaste bezoldiging van f 100 zie) f 200 toe te kennen voor een geneesheer, belast met de ar menpraktijk, en wel omdat de kosten, welke voor deze ge beente gedeclareerd worden, in het geheel jaarlijks omstreeks ■ju bedragen en het overige wordt gerestitueerd door andere gemeentebesturen. Zoodanige teruggave nu heeft niet plaats on^nneer een bezoldigd geneeskundige is aangesteld, en dus naiu die aanstelling voor deze gemeente eene geldelijke opof- Uferint* zijn, alleen ten bate van andere gemeenten, voor wier 'rekening armen hier verpleegd worden. Hierover grijpen uitvoerige discussien plaats, waarbij de heer van Uije Pieterse verklaart evenwel te volharden bij zijne meening, dat de aanstelling van een geneesheer tegen eene vaste bezoldiging hem in ieder geval regelmatiger voorkomt. Riders zou hij niet ongezind zijn de proeve te nemen, daar vj-, het voorbeeld bij alle gemeenten navolging vindt en men tp die wijze het schoone doel zou bereiken van in het ge heel geene teruggave meer te ontvangen noch te geven voor kosten van geneeskundige verpleging. De heer Mestdagh zou mede gaarne zien dat pogingen wer den aangewend, om tot dat einde eene overeenkomst aan te gaan met meerdere gemeentebesturen, zoo als reeds met een viertal bestaat. De voorzitter en de heer Uyttenhooven betoogen de onmo gelijkheid om tot dat einde voorstellen aan alle gemeenten in 'Nederland te doen, terwijl deze nog to) niets zouden leiden, wanneer ze niet door allen gelijktijdig werden aangenomen. Voorts wijzen zij ook in deze op den exceptionelen toestand van Vlissingen, met zijne telken? afwisselende bevolking van militairen en zeelieden. Ofschoon geenszins terugdeinzende om voor te gaan waar het geldt eene werkelijk goede zaak tot stand te brengen, zou men het zeer gewaagd achten hier wille keurig een last op deze gemeente te leggen, waardoor alleen andere besturen zouden gebaat worden. De overige leden verklaren meerendeels, na de ontvangene inlichtingen van burgemeester en wethouders, hunne ziens wijze te deelen. Thans wordt aan de orde gesteld de rekening zelve, groot in ontvang f 6596,87$. uitgaaf f 7155,S3$ en alzoo sluitende met een nadeelig slot van f 55S.96. De heer van Uije Pieterse verklaart bezwaar te moeten ma ken om deze rekening goed te keuren. Ofschoon hij het niet aan bedenking onderhevig acht of de uitgaven hebben werke lijk plaatsgehad, noemt hij een aantal posten op. waarvoor geene artikelen op de begrooting voor die instelling voorkwa men, öf deze te kon schoten. I); urvoov haddus magtiging tot af- en overschrijving moeten aangevraagd worden, en" hij wenscht dat dit alsnog geschiede, daar hij zijne goedkeurende stem niet mag geven aan eene rekening, waarbij alle vormen ten eenenmale zijn verzuimd en die hij vreest dat toch niet door gedeputeerde staten zal worden goedgekeurd. De heeren J. A.Schmidt en Mestdagh drukken mede den wensch uit dat de voorgesehrevene vormen zoo mogelijk nog worden in acht genomen. De voorzitter erkent dat de vorm veel te wensclien overlaat, doch men weet dat zulks moet worden geweten aan den hoo- gen leeftijd van den ontslagen amanuensis. Voor het vervolg zal daarvoor worden zorg gedragen, zoo als ook reeds de be- gvootiug voor 1861 veel omstandiger en naauwkeuriger is op gemaakt. De heer Uyttenhooven vereenigt zich daarmede en betoogt dat het zijns inziens ondoenlijk is, alsnog tot de overschrijving van posten te besluiten. Nadat de heer van Uije Pieterse die meening nog had we- derlegd, wordt de rekening, zoo als die is voorgedragen, bij hoofdelijke oinvrage goedgekeurd met 11 stemmen tegen 1 (van den heer van Uije Pieterse). Wordt gelezen eene missive van gedeputeerde staten, hou dende opmerking dat op de gemeente-begrooting voor 1S61 de jaarwedden der onderwijzers en de verdere kosten van het lager onderwijs niet voorkomen zoo als zij laatstelijk zijn vastgesteld. Na de mededeeling des voorzitters, dat de laatste besluiten na de indiening der begrooting zijn gearresteerd, wordt voor gedragen de gemeente-begrooting dien overeenkomstig in ontvang en uitgaaf aan te vullen. De overgelegde begrooting voor het burgerlijk armbestuur voor 1S61, volgens welke een subsidie van de gemeente zal benoodigd zijn van f 1677,89 zal voor de leden ter inzage worden rondgezonden. Op beide is de beslissing aangehouden. Overeenkomstig een voorstel van burgemeester en wethou ders wordt besloten aan den ontslagen commies R. Roelofs over 1861 eene gratificatie van f150 toe te kennen. Gelezen zijnde een voorstel van den controleur der gemeente belastingen, om onder de commiesen te verdeelen hetgeen zal beschikbaar blijven van de op de begrooting uitgetrokkene tractementen gedurende de bestaan hebbende vacaturen, wordt daartoe besloten. Derhalve zal aan een ambtenaar van de le klasse f9, en aan 7 van de 2e en 3e klasse ieder f 13 worden toegelegd. Diakenen der evangelisch luthersche gemeente worden, op hun verzoek, gemagtigd om op hunne begrooting uit den post van onvoorziene uitgaven over te schrijven f 1,S2$ op kosten van warme spijs en f 1,11 op brandverzekeringkosten. Eveneens worden burgemeester en wethouders gemagtigd tot het doen van onderscheidene overschrij vingen op artikelen van de gemeente-begrooting voor I860,ten deele volgens reeds bij de vaststelling der begrooting verleende magtiging. ander deels onder nadere goedkeuring van gedeputeerde staten, Wordt gelezen een verzoek van A. Machielse, om met zijne huisvrouw in het gasthuis te worden opgenomen. Beide zijn 69 jaren oud, en volgens het tarief zouden zij dus f 1200 moe ten voldoen, doch na eeuige maanden, als zij den ouderdom van 70 jaren hebben bereikt, slechts fSOO. Adressant bezit aan spaarpenningen f900 en verzoekt alzoo dat hij reeds aan stonds voor dat bedrag worde opgenomen. De heer Mestdagh deelt mede dat in het gesticht juist goede gelegenheid bestaat, terwijl ook burgemeester en wethouders dit verzoek gunstig voordragen. Eenparig wordt besloten het in te willigen. Eene vernieuwde voovdragt door het burgerlijk armbe stuur ingezonden zijnde vooreen lid indatcollegie, bestaande uit de heeren J. Hazenberg en J. G. Weys, wordt dadelijk tot de benoeming overgegaan en de heer J. Hazenberg inet 10 van de 12 stemmen benoemd. Worden gelezen onderscheidene verzoeken van W. A. Gravesteyn, P. de Leef Jv. en A. A. Polak, om vergunning tot liet nederleggen van goederen op gemeentegrond. Do voorzitter deelt mede dat deze aanvragen het gevolg zijn van de onlangs gearresteerderverordening op dit stuk, en verder dat met de scheepsmakelaars ter zelfder zake is overeen gekomen dat deze f25 per jaar zullen voldoen voor het ge bruik van gemeentegrond, tot het nederleggen van ankers enz. Conform het voorstel van burgemeester en wethouders worden de gedane aanvragen ingewilligd tot wederopzegging, tegen den vasten maatstaf van 10 cent per vierkante el in het jaar. Op een verzoek van Walter, om een stuk gemeentegrond, groot 28 el, gelegen naast zijn huis in de korte Noordstraat, tot daarstelling van een pakhuis in koop of erfpacht te beko men, wordt de beslissing aangehouden tot de volgende zitting. Aan de orde is de benoeming van drie commiesen voor de plaatselijke belastingen. Daarbij geschiedt voorlezing van eene missive van den heer controleur, volgens verlangen te kennen gevende dat naar zijne ineenircg de sollicitanten in deze volgorde zouden in aanmerking kunnen komen, als: A. J. de Lange. C. F. Swenne. J. G. Siege rits. C. Plas, L. Wal- last. A. Feijs, H. Schoonis en II. J. van der Meer. Tot de benoeming overgaande worden benoemd H. Schoo nis met 10. J. G. Sicgerits met 9 stemmen, beide bij tweede vrije stemming, en H. J.van der Meer met 7 stemmen, bij over stemming tegen C. F. Swenne, die er 5 bekwam. Geschiedt voorlezing van eene missive van den marktmees ter J. C. Bebelaar, waarbij deze verklaart te herroepen de door hem gebezigde beleedigende uitdrukkingen ten opzigte van den gemeenteraad. De heevRuysck, en daarna ook de heeren J. P.Smith, Mest dagh en van Uije Pieterse betuigen hunne verwondering over deze in hun oog niets beteckenende missive. Zij blijven na drukkelijk aandringen op eene formele acte van recantatie, door burgemeester en wethouders op te maken en door Bebe laar o]) zegel te onderteekenen. In omvraag gebragt zijnde of men zich met deze schrifte lijke herroeping zal tevreden stellen, wordt zulks ontken nend beantwoord met 7 tegen 5 stemmen (vóór stemden de heeren Uyttenhooven, van der Hij den, Winkelman, deKruyff en de voorzitter). Derhalve zal nader op eene acte in forma worden aange drongen. Voor kennisgeving wordt aangenomen de mededeeling des voorzitters dat door gedeputeerde staten zijn goedge keurd de raadsbesluiten: tot het aangaan eener geldleening voor de gasfabriek, tot heffing van schoolgelden, en tot rege ling van het gewoon en meer uitgebreid lager onderwijs. De openbare zitting is daarop gesloten. Gemeenteraad van 5Eierikzee. Zitting van 21 januarij. Voorzitter de heer Cau. Afwezig met kennisgeving de heer Keiler. De notulen der zitting van 29 december 11. worden na voorlezing goedgekeurd. Worden gelezen en voor kennisgeving aangenomen de volgende missiven van gedeputeerde statena. van 21 decem ber houdende goedkeuring der verhooging van subsidie aan het hervormd armbestuur; b. idem, met kennisgeving dat de goedkeuring der gemeentebegrooting verdaagd is tot 1 mei 1S61, en magtiging om over de helft der belastingen en der uitgaven te beschikkenc. goedkeuring van het besluit dd. 29 december tot uitbreiding van het getal kweekelingen aan de armenschool, wordende hiervan de executie aan burgemees ter en wethouders opgedragen; dd. 11 januarijhoudende goedkeuring van het besluit tot af- en overschrijving van f 18,33$, genomen den 29 december; e. dd. 11 januarij, met kennisgeving dat de koninklijke goedkeuring op het heften der hegravenisregten verdaagd is tot het einde van septem ber-, f. van den 4 januarij, dat de begrooting niet is kunnen worden goedgekeurd, omdat daarop de jaarwedden der onder wijzers aan de instituten niet zijn gebragt zoo als zij den 10 december zijn geregeld. Dc voorzitter zegt, dat burgemeester en wethouders deze omstandigheid niet hadden voorbij ge zien, maar dat, de begrooting vóór november opgemaakt zijnde, men zich voorgesteld had de wijziging, door het latere besluit noodig, voor te dragen; dat burgemeester en weihou ders echter dit nu spoedshalve wensclien te doen en alzoo voorstellen de begrooting dien ten gevolge te wijzigen. De raad zich hiermede vereenigende, wordt hoofdstuk IV afd. IV art. 5 van den ontvang vermeerderd met, f 198-j. terwijl op de uitgaaf worden gebragt de jaarwedden der onderwijzers en de sclioolbeboeften; de geheele begrooting bedraagt tlians

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1861 | | pagina 5