MIDDELBURGSCHE COURANT. N°- 8. Donderdag 1861. 17 Januarij. Jlanhtm ingingen 43tnm'ttlanöscl)c tijöingcn. GOES KWANTA' Deie courant verschijnt des dingsdags, donderdags en zaturdags. Binnen deze gemeenteen Vlissingen geschiedt de uitgave den avond te voren ten 8 ure. De abonnementsprijs per drie maanden is ƒ3, franco per post ƒ3,40. De inzending van advertentien kan geschieden tot tien ure des morgens. UITGEVERS: DE GEBROEDERS ABRAHAMS. De prijs van gewone advertentien is 22 cent per regelvan huwelijks, geboorte, doodbekendmakingen enz. van écn tot zes regels 1,50, voor eiken regel daarboven 22 centmet 35 cent zegelregt voor elke plaatsing. De betaling geschiedt kontant. Buitengewoon groote letters worden-berekend naar de plaats die zij innemen. Editie van woensdag avond S ure. VAN I1ET UIJK, PROVINCIALE EN GEMEENTEBESTUREN. BEKENDMAKING De commissaris des konings in de provincie Zeeland maakt bekend, dat, volgens beschikking van zijne exc. den minister van binnenlandsche zaken van den 8 dezer, no. 153, 3de af- deeling. het kanaal van Neuzen in het belang van de in Ne derland en Belgie uit te voeren werken, zal worden afgetapt, van den 1 tot den 15 mei aanstaande. Middelburg, den 14-januarij 1SG1. De commissaris des konings voornoemd, R. W. v. LIJNDEN. Middelburg 1® januarij. De telegrafische berigten omtrent den waterstand, door de Nederlandsche staatscourant van 13 en 14 dezer medegedeeld, zijn voor het oogenblik niet verontrustender. Zij behelzen uit Zalt-Bommel de raededeeling van 12 dezer ten 8 ure, dat alstoen het ijs vast zat en de dijken zich in goeden staat be vonden. Eene opening in den Meid ijk, van 30 el en bijna 2 el diep, werd verder doorgestoken. Voor het overige worden de kistingen overal met kracht voortgezet en zat het ijs in de Maas. de Merwede en de Killen overal vast. In hetnoinmer dier courant van 15 dezer wordt van den 14 uit Zalt-Bommel gemeld, dat een der dijkbreuken bij Zuili- c'nem door ijssciiotsen is verstopt, terwijl de andere langzaam is vloeijende.Van den vorigen dag berigtte men dat het over- stroomingswater bij de stadsgrens vallende was, terwijl de dijken zich in goeden staat bevonden. Uit Hardinxveld werd geseind dat door verruiming dei- opening in den Meidijk, het overstroomingswatcr in den Bommelerwaard 0.23 el was gedaald. Ook te Gorinchern en HeusdcnTiebben zichcommissien ge vormd tot ondersteuning der hulpbehoevenden. Door laatst bedoelde isin destaatscourantecnenominatievelijstgeplaatst van al de personen die uit de Omliggende plaatsen in de kazer ne, consistoriekamer en elders van harentwege verpleegd wordenongeveer ten getale van ISO. Dit getal moet echter zaturdag reeds tot 332 ijn geklommen. Bij Nijmegen en Arnhem hebben de Waal en de Rijn zich mede vastgezet. Op eerstgenoemde plaats is daarna het water jl. vrijdag aanmerkelijk gezakt, hetwelk der benedenstad veel verligting gaf', daar de gestelde dammen waren doorgebroken en vele huizen reeds in het water stonden. De hoogste water stand was daar 6,93 el. Op last van het gemeentebestuur van Arnhem zijn de 1100- dige maatregelen genomen om terstond nooddammen ter be veiliging der stad te kunnen opwerpen. Uit 's Hertogenbosch wordt aan de Utrechtsche courant gemeld dat aldaar vrijdag reeds 4 a 5000 menschen waren ingekwartierd, terwijl nog op den duur alle beschikbare rijtui gen werden uitgezonden naar Hedel, om van daar menschen te vervoeren. Onophoudelijk rijden er vrachtkarren niet levensmiddelen om de menschen op de dijken te voeden. Het brood wordt door de maréchaussees, namens den officier van justitie bij de bakkers opgehaald, en deze verpligt om dage lijks een zeker aantal brooden te leveren. Men verzekert dat in de afgeloopene week des nachts eene vrouw op den dijk van tweelingen is verlost. Eene andere is, drie dagen na hare bevalling, tot over den hals in het water moeten loopen haar kind, dat zij op den arm droeg, is verdronken. Tot overmaat van ongeluk moet de school te Hedel eene prooi der vlammen zijn geworden, zonder dat aan blusschen te denken viel. De officieren van gezondheid te 's Bosch zijn gelast alle ongelukkigen ten dienste te staan, daar de burger-geneeshee- ren onmogelijk allen kunnen helpen. Behalve de markt en eenige hooger gelegene buurten staat alles te 's Bosch onder water. UitTiel wordt aan de Amsterdamsche courant geschreven, dat het behoud van den Tielerwaard grootendeels te danken is aan den ijver van den ingenieur van den waterstaat J. van der Toorn en den nood-heemraad Verstegen. Dingsdagden 8 dezer in den namiddag van 2 tot 5 ure liep de dijk bij Hees- selt over en sloegen er stukken uit de binnenglooijing weg. Bij het dreigende gevaar zagen genoemde heeren zich door bijna al het werkvolk verlaten, maar zeiven bleven zij bezig om bossen stroo te stampen tegen dekruin derbuitenglooijing en de losse tuinen der kisting. Aan de strenge vorst was het te danken dat het aangebragte strooinct de takkebossen be stand bleven tegen den overloop van het water. Nadat men zich op die wijze meer digU een uui/ ^jiper geweerd had,min derde het gevaar, en toen vervoegden zich weder eenige per sonen bij hen en begon men mest aan te voeren. De bewoon ster der achter dit dijkvak gelsgene hofstede, eene weduwe wier drie zoons de eenige trouwe helpers gebleven waren, was niet de haren buiten zich zelve vali dankbaarheid. Zij ont deed zich van hare eigene kousen, om die aan den ingenieur af te staan, wiens kousen in de volgèloopene laarzen letter lijk vastgevroren waren. De nadere bijzonderheden welke men uit den Bommeler waard verneemt, zijn zeer bedroevend. Een groot aantal vee, uit de stallen verjaagd, is óf verdronken, öf loeit nog onver zorgd langs de dijken. Uit Gorinchern wordt aan de Nieuwe rotterdamschecourant gemeld dat op het fort te Everdingen. omstreeks 500, van dak en have beroofde, ingezetenen van den Bommelerwaard zijn opgenomen. Uit eerstgemelde plaats werd door eenige wak kere varensgezellen in booten een voorraad levensmiddelen, enz..derwaarts overgevoerd, welker aankomst met tranen van dankbaarheid begroet werd. Bijna ongeloofelijk is de toevloed van bezendingen, welke naar Zalt-Bommel, 's Bosch enz., uit Amsterdam, 's Hage en vele andere plaatsen in natura en in geld geschiedt. Bij de vereenigde commissie te Amsterdam is reeds meer dan f20,000, bij die te 's Hage f 13,418.30ingekomen, terwijl te Rotterdam alleen bij den heer TI. Nijgh thans f 4234,34^. en te Amsterdam aan het bureau van het Algemeen handels blad nog f2S40,39 was ontvangen. Eene te's Hage geliou- dene collecte, bragt ruim f 10,000 op Het dorp Rossum is door de bewoners geheel verlaten. Onder de pogingen welke aangewend worden om den nood te lenigen van de door den watersnood ongelukkig geworde- nen, vermelden wij ook het plan vau de heeren tooneeldirec- teuren Stoete en Schroder om alhier eene voorstelling, geheel tot dat einde te geven. Ter openbare teregtzitting voor burgerlijke zaken van het provinciaal geregtshof op gisteren, heeft de heer inr. Johan nes Spoor, vroeger substituut officier van justitie bij de arron- dissetuents regtbank te Breda, bij koninklijk besluit van 25 december jl. benoemd tot officier van justitie te Middelburg, op rekwisitoir vau den procureur generaal, afgelegd de eeden voorde leden der regterlijke magt, zoodanig als die bij art. 29 der wet op de regterlijke organisatie en het beleid der jus titie zijn voorgeschreven. In eene plegtige openbare teregtzitting der regtbank werd die ambtenaar heden namiddag ten half een ure geïnstalleerd met de gebruikelijke toespraken. De voorzitter rigtte. nadat voldaan was aau liet rekwisitoir van den heer substituut-officier van justitie tot voorlezing der acte van eedsaflegging,het woord tot den benoem de en wenscli- te hem geluk als opvolger van een thans door 's konings ver- eerende keuze in wijderen werkkring geplaatsten man, die gedurende zijn bijna vierjarig verblijf alhier overvloedige be wijzen gaf van grondige regtskennis en volijverige waarne ming zijner bediening. De nieuwbenoemde officier aanvaardde zijne betrekking met een woord van dank en aanbeveling, zoo aan de leden der regtbank en den heer substituut-officier, als aan de leden der balie, die in grooten getale waren opgekomen. Hedenvoormiddag stond voor deairondissementsregtbank alhier te regt de lieer D.Uyttenhooven,wethouder, ambtenaar van den burgerlijken stand der gemeente Vlissingen, beklaagd van in drie verschillende acten voor hem verleden, en voorko mende in de dubbelen der registers over het jaar 1S59 welke ter griffie der regtbank zijn overgebragt, uitkrabbingen en overschrijvingen, in twee van een woord en inde derde van eene letter, te hebben gemaakt of doen maken. Als deskundigen werden gehoord de heeren J. Meeusen en J. van Sluj's alhier, door wieu alleen verklaard werd dat de bedoelde plaatsen blijkbaar de sporen van uitkrabbing en overschrijving dragen. De beklaagde heeft de feiten noch ontkend noch bekend. Het openbaar ministerie rekwireerde schuldigverklaring aan overtreding der artt. 17 en 27 van het burgerlijk wet boek, en veroordeeling in drie geldboeten elk van f 3 en in de kosten. De heer Uyttenliooven betuigde zijn diep leedwezen, in zijne betrekking te regt te staan, niet voor eenigerlei overtreding ten opzigte van het wezen of den vorm eener te zijnen over staan opgemaakte acte, maar voor nietigheden, die in geen verband staan tot het wezen der zaak, zoodat naar zijne over tuiging bi j het openbaar ministerie wel een geest van vitzucht moet bestaan, om dergelijke feiten tot onderwerp voor eene vervolging- te nemen. Hij trad verder iïi'eene uitvoerige ver dediging, waarbij hij betoogde dat de artt. 17 en 27 B. W. in dezen geenszins van toepassing zijn, daar de bedoelde over tredingen aangenomen dat er hebben plaats gehad toch zeker zouden gepleegd zijn alvorens de onderteekening der stukken plaats had en deze alzoo het karakter van acten ver kregen. Dit bewees hij bij analogie met overlegging der an dere originele acten, berustende bij hetgemeentebestuur. Ten slotte betuigde hij zijne bevreemding, deze vervolging te zien ingesteld door den zelfden ambtenaar, die hem dd. 10 septem ber 1859 beleefdelijk opmerkzaam maakte op enkele soort gelijke onnaauvvkeurigheden, opgemerkt in de registers over 1S5S. terwijl de thans aangevallene acten van vroegere dag- teekening dan september 1859 zijn. Hij concludeerde tot vrijspraak. De heer officier van justitie, jhr. mr. C. J. van Nispen tot Pannerden, ving zijn repliek aan, met de bevoegdheid aan den beklaagde te ontzeggen, om aan het openbaar ministerie vit zucht ten laste te leggen. Heeft men klagten, dan kan men zich tot de hooger geplaatste magten wenden, maar spreker acht geen beklaagde bevoegd zoodanig oordeel uitte spreken. Hi j ging verder na, hoe hij steeds met de meeste welwillend heid de ambtenaren van den burgerlijken stand heeft behan deld en dan ook reeds tweemalen den thans gedaagden op mis stellingen opmerkzaam maakte, terwijl ook de in dezen door hem gevolgde weg bewijzen oplevert van zijne goede gezind heid. Ten anderen wederlegde hij de beweringen door den heer Uyttenliooven te zijner verdediging aangevoerd. Ware er gepleegd eene verandering van het wezen der acte, dan zou zulks als valschheid crimineel strafbaar zijn. De heer Uyttenliooven kwam bij dupliek nog kortelijk op liet door hem aangevoerde terug en beweerde volkomen het regt te hebben om bij dergelijke vervolgingen, als zijn gevoe len te kennen te geven dat er bij het openbaar ministerie een geest van vitzucht heerscht. De heer officier van justitie verzocht aanteekening inliet audientieblad, dat door den ambtenaar van den burgerlijken stand ten tweeden male aan het openbaar ministerie vitzucht wordt te laste gelegd. Daaraan is door de regtbank gevolg gegeven, waarna liet onderzoek werd gesloten verklaard en de uitspraak is bepaald op heden over acht dagen. Bij de kamer van koophandel liggen weder voor belang stellenden ter inzage 1. Eene gedrukte opgaaf betreffende den handel en de scheepvaart van Groot-Brittanje en Ierland, gedurende de maand en de elf maanden geëindigd den 30 november 1SG0, en 2. Een verslag van den handel te Bremen, gedurende het jaar 1S60. Bij besluit van den 14 dezer, heeft de koning den heer mr. J. P. J. A. graaf van Zuylen van Nvevelt, op het daartoe door hem gedaan verzoek, eervol ontslagen uit de betrekking van minister van buitenlandsche zaken, onder dankbetuiging voor zijne aan den lande bewezene dienstenen gelijktijdig tot minister van buitenliindsebe zaken benoemd den heer mr. L. N. baron van der Goes van Dirksland, lid van den boogen raad van adel. Uit Vlissingen meldde men ons gisteren Naar ik verneem is door het personeel der marine te Vlis singen, bestaande uit heeren officieren, ambtenaren, mindere geëmployeerden en werklieden bij 's rijks werf, ten behoeve der noodlijdenden bij den jongsten watersnood, als vrijwillige gift bijeengebragt de som van ongeveer f 350. Bovendien is door de ekipagien van Z. M. stoomfregat De admiraal van Wassenaar en het wachtschip alhier tot het zelfde doel van een tot 4 dagen soldij afgestaan. Door den thans heerschenden oostenwind is het ijs voor deze stad weder geheel opgeruimd wel vertoont zich nog eenig dri j f ijs op de reede, doch van geen beteekenis. De toegang tot de havens is daardoor weder geheel vrij en onbelemmerd, en zal dit niettegenstaande de buitengewone vorst nog zeer lang kunnen blijven. Dat er niet veel meer schepen alhier zijn binnengeloopen, moet waarschijnlijk worden toegeschreven, aan den in het be gin geheerscht hebbenden oostenwind,waardoor de schepen in Engeland gebleven of binnen gegaan zijn, daar het reeds ge- ruimen tijd bekend was, dat de haven van Antwerpen toch niet meer te bereiken was. En heden ochtend Op de reede vertoont zich met laag water veel drijfijs, voor al voor Breskens aan de stranden aldaar zit het vol.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1861 | | pagina 1