3
f
De liollandsche post van zondag is lieden avond ten 71 ure
liier aangekomen. Zi j is alzoo meer dan 24 uren ten achter. De
telegraaf is voortdurend defect.
Uit Ylissingen meldt men ons heden
„Er vertoont zich hier voor den wal veel drijfijs, dat dooi
den zuidenwind herwaarts gedreven wordt en tusschen de
hoofden blijft zitten. De communicatie wordt daardoor veel
belemmerdde post van Breskens is hier om half twaalf aan
gekomen en heeft tusschen de hoofden gelost, daar de sloep
nog vooreerst de haven niet bereiken konzij werkte daarna
door het ijs heen om in de haven te komen.
„Gisteren avond kwam langs den middelbuvgschen weg
een arreslede met paard bespannen aanhollen, zonder bestuur
der. Na zonder letsel het dok over en den nieuwen weg op
gehold te zijn, keerde het paard aldaar om, reed tegen eenige
paaltjes aan,waarbij de slede uit elkander vloog en achterbleef.
Het paard is daarop weder langs den middelburgsehen weg
teruggehold. Naar men verneemt was die slede bestemd om
de post van Middelburg naar Vlissingen over te brengen."
Tot aanvulling van dit laatste berigt deelen wij mede dat
het paard in Middelburg langs de Ylissingsche straat, over de
Markt, Wagenaarstraat en Bree is gerend, en zonder onge
lukken te veroorzaken, nabij de Noordbrugds aangehouden.
Men schrijft ons uit Goes 12 dezer:
Heden morgen omstreeks S ure verbreidde zich het gerucht
van brand, en spoedig bleek het dat die ontstaan was in den
schoorsteen bij den notaris S. Daar die brand een dreigend
aanzien verkreeg, waren de brandweer en de schutterij spoe
dig op de plaats van het gevreesde onheil. Door verstandig
overleg, was men den brand ten 10 ure meester. Gelukkig
dat zich dit voorval in den morgen opdeed, daar met de felle
vorst het blusschen welligt met veel bezwaren zou zijn ge
paard, indien de brand zich verder verspreid had.
Ik verneem dat het ministerie zwarigheid maakt om de tot
nu toe aan de onderwijzers uit de geestelijke goederen ver
strekte bijdrage, te blijven betalen, en dien ten gevolge ook
dat aandeel ten laste der gemeenten zal komen.
liet gerucht loopt, dat deze week onder de gemeente'slleer-
Abtskerke een persoon zou zijn aangerand. Op het naderen
van den rijksveldwachter brigadier Eklcelboom zijn de aan
randers gevlucht, en het is niet gelukt hun tc ontdekken.
Heden morgen had het volgende voorval plaats. Een uit
gehongerde sperwer vliegt in felle vaart, door de dubbele
glasruiten van den gang in de slaapkamer van het huis des
burgemeesters, grijpt met zijn klaauw in één greep de in die
kamer in eene kooi hangende kanarievogel, werpt dien dood
op den grond, doch werd op zijne beurt voor die stoutmoedi
ge euveldaad met den dood gestraft.
De collecte,door eenige invloedrijke ingezetenen gehouden
ten behoeve van de armen in dezen barren winter, heeft de
niet onaanzienlijke som van f 560,91 opgebragt. De opbrengst
is bestemd tot liet buitengewoon verstrekken van warm dier
lijk voedsel en brandstof.
En uit de zelfde gemeente den 14 dezer
Zaturdag in den namiddag is op het dorp's Heerenhoek
brand ontstaan, waardoor drie woningjes en schuurtjes in
den ascli zijn gelegd. Bijzonderheden zijn nog niet bekend.
Gisteren werd uit 's Bosch de noodkreet vernomen voor de
behoeftigen en ongelukkigen door den ijsgang. Spoedige
hul}) vooral werd verlangd. In eene dadelijk belegde verga
dering van leden der sociëteit, werd die zaak behandeld en
door de aanwezigen dadelijk bijeen gebragt f 521.50. Eene
commissie vormde zich, om ook daar buiten liefdegiften in te
zamelen en den nood te helpen lenigen.
Een door de Nederl. staatscourant van vrijdag medege
deeld regeringstelegram, dd. Batavia 29 november 1S60, luidt:
„Niets bijzonders. De zaken op Ceram gaan beter. De gou
verneur-generaal vertrekt den Gen december naar de Mo-
lukken."
liet telegram van deBataviasche bandelsrereeniging is van
den volgenden inhoud
Batavia 29 november. Java is rustig. De gouverneur-ge
neraal zal zich den Gen december naar de Molukkos begeven.
De laatste tijdingen van Banjermassing zijn niet ongunstig.
Volgens het Dagblad van Zuidholland en 's Gravenhage, is
Z. M. de koning voornemens, zoo dra de bcrigten ten opzigte
der rivieren nog ongunstiger mogten worden, zich onmiddelijk
naar de gevaarvolle plaatsen te begeven.
De sneltrein op den nederlandschenrijnspoorweg, die don
derdag ten 1.20 van Utrecht was vertrokken, is ruim een half
uur te laat te Rotterdam aangekomen, ten gevolge van het
heet loopen van een der wagens. Gelukkig was dit in tijds te
Gouda ontdekt en waren de heet geworden voorwerpen af
gekoeld, waardoor ernstiger gevolgen werden voorkomen.
Op dezen trein bevond zich Z. K. PI. prins Frederik der Ne
derlanden. die van Berlijn naar de residentie terug keerde.
De Arnliemsche courant meent te kunnen verzekeren
dat de heer mr. J. P. P. baron van Zuylen van Nijevelt. lid
van de tweede kamer der staten generaal, bestemd is oin den
heer Pahud eerlaug te vervangen als gouverneur-generaal
van Nederlandsen lndie.
De lieer J. J. Cremer heeft te Rotterdam weder eene voor-
dragt gehouden, bestaande uit een zijner gunstig bekende
Betuwsche novellengeheel ten voordeele der kweekschool
voor de zeevaart te Leyden.
Uit Amsterdam wordt aan de Nieuwe rotterdamsche cou
rant geschrevenThans kunnen wij met zekerheid melden dat
door wijlen den heer Fodor zijn uitmuntend kabinet schilde
rijen aan den staat is gelegateerd, onder voorwaarde echter
dat het kabinet binnen deze stad moet blijven. Tot bewaring
van deze- schilderijen is tevens door dien beer een gebouw
(een voormalige stal) benevensƒ60,000 aan destad vermaakt;
deze som strekt om den stal tot een museum te doen verbou
wen. Ook heeft de heer Fodor aan de koninklijke akademie
van beeldende kunsten eene som van /'10,000 gelegateerd.
Benoemingen ess besluiten.
kidderorden. Vergund aan D. Bles te 's Ilage, het dra
gen der Leopoldsorde van Belgie; aan Zr. Ms. adjudanten,
den kapitein-luitenant ter zee jhr. F. de Casembroot, het dra
gen der kommandeursorde van den Zahringer Leeuw van
Baden, en den len luitenant W. C. baron Snouekaert van
Schauburg van het ridderkruis dier orde.
marine. Op verzoek eervol ontslag verleend aan den offi
cier van administratie 2e klasse A. W. J. Lina, met verlof in
Oost lndie.
iioogescholkn. Pensioen verleend ad f 2750, aan mr. J.
Ackersdyk emeritus-hoogleeraar in de regtsgeleerde faculteit
te Utrecht.
zaken der israelieten. Bij vernieuwing benoemd tot
leden der hoofdcommissie tot de zaken der israëlieten, de
heeren S. van I. Teixeira de Mattos, te Amsterdam, president,
mr. II. II. Tels, te Rotterdam, en I. E. Andries, te 's Ilage.
MeteoroJogisqJiiii waarnemingen,
gedaan op 's rijks werf te Vlissingen, des middags 12 ure.
Januarij 1S61.
Wind.
s
s
a a
0 E. i
Laagste
temporat.
a
ti
- o'
E
f-J
a J1 .a
Aanmer
l
s
t>D
1
IJ
Id
■p 3
s g
en verschil
met de
kingen.
J
in 1
hoogste.
6
West.
5 762.8
1.0
93
4.411 1
dik.
7
Oost.
4
763.2
3.7
96
3.7519.5
dik betr. heij.
8
Zw.t. Z.
5 773.9
7-2
94
3.9510.0
helder.
9
O. ZO.
5 773.6
6.4
92
3.04 0.0
bijna helder.
10
O. t. Z.
4 772.3
5.3
96
3.44 0.0
helder.
11
Zuid.
2,5 773.6
2.4
94
4.1S 0.0
betr. heijig.
12
ZO.t.O.
5)769.1
3.3
97
3.94|o.O
helder heijig.
'STses'siïiosEieteB-stfaml.
11 jan. 's nv. 11 u. 25 gr.
12 's morg. 7 u. 24,, 'sinidd. 1 u. 25 gr. 'sav. G u. 22 gr.
's av. 11 U.21
13 's morg. 7 u. 22 'smidd. 1 u. 26 'sav. Gu. 23
's av. 11 u. 20
14 's morg. 7 u. 16 'smidd. 1 u.24 's av. 6 u. 25
ÖuiiciUanïisdjC tijöintjcn.
Eugclassd.
Londen 8 januarij. Lord Palmerston heeft te Southampton
den eersten steen gelegd van een gebouw, bestemd tot een
litterarisch instituut. Zoo alg gewoonlijk bij openbare gele
genheden in Engeland, heeft genoemde staatsman ook thans
weer over gewigtige buitenlandsche kwestien gesproken. Die
kwestien betroffen thans de chinesche, de italiaansche en de
amerikaansche (de separatistische beweging in deunie). Van
den vrede met China verwachtte hij de gunstigste resultaten
voor Europa's handel. De eenheid van Italië hoopte hij
weldra een feit te zien worden, al had zij thans uog met
eenige hinderpalen te kampen; zijne overtuiging was, dat
Italië bestemd is eene groote rol te vervullen in de voort
gaande ontwikkeling der denkbeelden. Ten aanzien van
Amerika sprak hij met minder zekerheid. Hij hoopte dat een
staat, die in zijn stelsel van confederatie bijna eene eeuw lang
zoo voorspoedig is geweest, niet van een gescheurd moge wor
den door eene vijandschap van broeders.
In den Astley-circus alhier is een beambte door een
leeuw verscheurd. De man was, als naar gewoonte, 's avonds
gaan zien of alles in orde was, en stond tot zijn niet geringen
schrik, bij het binnentreden van het perk, onverwacht tegen
over een leeuw, die uit zijn hok was gebroken en nu met een
geweldigen sprong zoo hevig op den ongelukkigen aanviel,
dat hem het hoofd in een oogenblik bijna geheel van den
romp was gescheurd. "Wel kwam er op het gebrul van het
woedende dier en den noodkreet van het slagtoffer terstond
hulp opdagen, maar het was reeds te laat.
Terwijl The times zich nog zeer gunstig uitlaat omtrent
de vriendschappelijke verhouding tusschen Engeland en
Frankrijk, moet uit de taal van The daily news opgemaakt
worden, dat ook dat blad meer geloof hecht aan de geruchten
van zekere spanning welke zich tusschen de beide kabinetten
openbaart.
Buit^chland.
Weenen 9 januarijDe Oesterreichische Zeitung vleit zich
dat het dit jaar niet tot oorlog komen zal„Frankrijk, zegt
dat blad, ziet de heerschappij van Piemont in Zuid Italië met
alles behalve vriendelijke oogen aan. Graaf di Cavour houdt
het denkbeeld aan een éénig koningrijk Italië vast, Frankrijk
heeft dit nooit gewild en wil het nog niet. De zwarigheden,
welke Piemont in Napels ontmoet en nogtans gelooft te kun
nen overwinnen, worden door Frankrijk niet ongaarne ge
zien. Het zal, als Piemont een oorlog aanvangt, zich terug
houden en, als deze koene greep mislukt, met het verdrag van
Villafranca op het tapijt komen. Een aanval van Frankrijk
ware zóó onstaatkundig, datwij dien alleen dan duchten zou
den als het voornemens was den Rijnoever aan te tasten.
Eerst dan zal een oorlog van Frankrijk tegen Oostenrijk
plaats grijpen, als het een oorlog tegen Duitschland geldt,
maar dien willen de franschen niet, en daarom gelooven wij
vooreerst aan den vrede."
Berlijn 12 januarij. Een buitengewoon no. van het officieel
dagblad behelst eene koninklijke amnestie voor alle staatkun
dige misdrijven enz., terwijl omtrent de straften van militairen
die zich mogten adresseren door den koning nader zal beschikt
worden.
Frankrijk.
Parijs 12 januarij. De Moniteur meldde gisteren in zijn
staatkundig overzigt, dat de onderhandelingen wegens eene
wapenschorsing tusschen Napels en Sardinië zonder gevolg
zijn gebleven. Sardinië heeft zich geneigd verklaard om de
vi jandelijkheden te schorsen, en den arbeid aan de belegerings
werken te staken tot den 19 dezer. De vice-admiraal Ie Bar
bier de Tinan heeft in last om aan koning Frans II hiervan
kennis te geven en hem uit te noodigen. insgelijks de vijan
delijkheden te schorsen. Indien ten gevolge van deze uitnoo-
diging de vijandelijkheden worden gestaakt, dan zal het
fransche eskader onmiddellijk de wateren van Gaëta verlaten,
behalve één schip dat tot aan het einde der wapenschorsing
zal achterblijven.
Het regeringsblad meldt ook, dat in Canton zelfs eene
plaats is aangewezen tot oprigting van eene katholieke kerk.
Heden bevat de Moniteur eene zeer korte maar duide
lijke wederlegging van de geruchten, volgens welke onze mi
nister van buitenlandsche zaken zou aftreden. De keizer
heeft er zelfs niet aan gedacht „om zich te ontdoen van de
verlichte en volijverige medewerking van den heer de Thou-
venel."
Als gerucht deelt men mede, dat de keizer een bijeen
komst heeft géhad meteen aantal bisschoppenin die confe
rentie heeft de keizer, naar men beweert, een ontwerpschik-
king tusschen den paus en het nieuwe koningrijk Italië
voorgesteld. Dit ontwerp is door 20 van de 25 prelaten 'aan
genomen.
De proclamatie van den nieuwen koning van Pruissen
baart hier zelfs in hooge kringen nog al opzien. Men ont
veinst het zich niet, dat daarin een oorlogzuchtige toon
heerscht. welke in de tegenwoordige omstandigheden niet
van gewigt is ontbloot.
g IGisteren zijn hier twee gevolmagtigden van Zuid-Caro-
lina aangekomen, die met eene zending bij Napoleon 111 zijn
belast. Met het oog op den tegenwoordigen toestand van de
amerikaansche unie is dit feit, niet van gewigt ontbloot.
De correspondance Havas deelt, met betrekking tot het
gerucht eener minder goede verstandhouding tusschen onze
en de engelsche regering, mede dat de keizer geenszins be
paald voorop zet dat hij de bezetting in Syrië langer wil laten
duren, maar de bedoeling moet alleen zijn, te vragen dat de
conclusien van het onderzoek, waarmede eene internationale
commissie zich in loco belast, mogen worden in toepassing ge
bragt onder toezigt der fransche troepen. Bij gevolg zon
het vertrek van die laatsten geheel afhankelijk zijn van den
haast, welke de commissie in Syrië maakt om haren arbeid te
volbrengen. Tevens moet de keizer er op aandringen, om zoo
wel Engeland als geheel Europa de meest mogelijke voldoe
ning te geven, dat het bedoelde rapport zoo duidelijk moge
lijk worde opgemaakt.
Een alhier gevestigd correspondent van het te Brussel
verschijnend Journal de Bruxelles, laat zich in dat blad zeer
ongunstig uit over den bankier NLiy<1-sclis^-
met de nieuwe turksche geldleening behisTYs, waafT'V, 'bijna
door geheel Europa al de dagbladen met den grootsten ophef
hebben gewaagd. De heer Mirès zou zich aan zoodanige prak
tijken hebben schuldig gemaakt, dat de justitie zich buiten
eenigen twijfel de zaak zou hebben aangetrokken, in geval
niet een zeer hoog geplaatst persoon tusschen beide ware ge
komen en een schandaal had verhinderd, 't welk op de parij-
sche geldmarkt den jammerlijksten invloed zou hebben uit
geoefend. De graaf de Morny zou in deze zaak op eene meer
of minder ernstige wijze zijn betrokken. In het Journal de
Bruxelles leest men, dat er tusschen den laatstgemeldcn staats
man en den minister, graaf dePersigny, eene bepaalde vijand
schap is ontstaan.
Italic.
Nu het officieele blad der fransche regering heeft bevestigd
dat er onderhandelingen zijn geopend om een wapenstilstand
te Gaëta te sluiten, doch het stilzwijgen bewaart omtrent het
geen er geschieden zal wanneer Frans II daartoe ongenegen
is, heeft zulks te meer stof tot allerlei uiteenloopende geruch
ten gegeven. Er schijnt in tusschen nog geen bepaald antwoord
ontvangen te zijn.
Het dagblad Espero laat het berigt der bekende benoe
ming van prins Eugenius van Savoye Carignan tot koninklijk
stedehouder in de napelsclie gewesten, vergezeld gaan van de
mededeeling dat het nieuwe bewind vooral dadelijk zal trach
ten te voorzien in de dringende behoefte aan goede wegen en
snelle middelen van gemeenschap tusschen de verschillende
steden onderling en met de hoofdstad. Voorzeker zal de ge
trouwe naleving van dit programma een uitmuntend middel
zijn om het zedelijk overwigt in de Beide Sioilien te doen toe
nemen en de bevolking voor den nieuwen staat van zaken
meer te winnen dan nog wel algemeen bet geval schijnt te zijn.
De gemeenteraad van Milaan heeft koning Victor
Emmanuel een adres van dankzegging overhandigd voor het
geen hij tot dusverre voor de italiaansche zaak gedaan had. De
koning heeft hierop nog met meer zekerheid geantwoord, dan
op de aanspraken van de staatsligchamen bij gelegenheid van
nieuwjaar. „Nu wij thans eene groote natie geworden zijn",
zeide de koning, „kunnen wij voortaan met meer vastberaden
heid onzen wil raadplegen zonder onze toekomst in gevaar te
brengen".
Naar men verneemt is het ontslag, door mgr. de Me'rode
genomen als minister van oorlog der pauselijke regering, het
gevolg geweest van een vrij hevigen woordenstrijd met den
generaal Govon, naar aanleiding van eene vechtpartij tusschen
een pauselijk en een fransch soldaat. Vermits de generaal
Goyon geene voldoening kon bekomen van de pauselijke re
gering, moet hij eenvoudig den pauselijken soldaat hebben
doen arresteren. Dit nu heeft een scherpen brief van den heer
de Mérode ten gevolge gehad, en van daar de woordenstrijd.
Het Journal des débats meldt uit Turyn.dat de regering
hare aandacht vooral op de aanstaande verkiezingen geves
tigd houdt en geen gevaar ziet in de waarschijnlijke keuze