i Ï3utimlanïisd]e tijdingen. Den 14 (lezer werd op eene pcefiigc wijze in bijzijn van officieren, mariniers en raatrozen de op de Dajakkers her overde dertigponder (afkomstig van het stoomschip Onrust) op de exercitiebatterij aan 's rijks werf te Amsterdam ge plaatst. Bij gelegenheid dat de laatste schepen der haringvisscherij op het einde der afgeloopen weekte huis gekomen zijn, wordt thans uit Vlaardingen de uitkomst dier visscherij medege- u deeld.Tn den jaagtijd voeren 7S schepen elke aanbrengst was I 72 last 7^ ton haring. Na den jaagtijd, voor de le reis 92 schepen met G29 lasten en 13| tonde 2e reis 84 schepen met 1178 lasten en 5-i ton; en de 3e reis 4 schepen met 62 lasten en 4è ton. In totaal aldus 1943 lasten en 2J ton; eene uit komst, die, vergeleken met het. voorgaande jaar, gunstig is, want zij bedraagt 300 last meer. Ter beugvisscherij zijn de meeste schepen reeds uitgezeild. Aan de Arnhemsche courant wordt uit 's Hertogenbosch geschreven De regtbank heeft tegen eenige branders, als directeuren der groote gist-maatschappij alhier,regtsingang verleend. Zij wor den aangeklaagd van eene hoeveelheid pi j paarde onder de gist te hebben doen verwerken. Twee deskundigen, daartoe be-> noemd, hebben, na de gist scheikundig te hebben onderzocht verklaard, dat dezelve eene aanmerkelijke hoeveelheid van voor degezonrlheid schadelijke zelfstandigheden bevatte, ter wijl de gist van elders ontboden, eveneens scheikundig onder zocht, bleek die zelfstandigheden niet in te houden.Men heeft dit onderzoek willen instellen om de bewering te logenstraffen dat men gist niet zonder bijmenging van pijpaarde konde za- menstellen. Deze zaak zal binnen kort ter openbare teregt- ^zitting der regtbank behandeld worden. Benoemingen en besluiten. kegterlijke mact. Benoemd tot raadsheer in den hoo- gen raad, mr. P. Elias, thans raadsheer in het provinciaal 1 geregtshofin Noordholland. Benoemd tot plaatsvervangend kantonregter te Goes, mr. C. P. Lenshoek, advocaat te Wolphaartsdijk. leger. Overgeplaatst de le luitenant van het 2e regement infanterie L. Lauer, bij het zelfde wapen in Oost Indie. Benoemd bij het wapen der infanterie tot kapitein van de 3e klasse (naar ouderdom van rang)bij het 2e regement, den le luitenant W. A. L. Nierdt, van het 3e regementbij het 3e regement. den lsten luitenant-adjudant A. M. Sierevelt, van Mhet 7e regement van het wapen. Op non-activiteit gesteld, in afwachting, dat nader omtrent hem zal worden beslist, den kapitein E. D. Trip, van het 2e re ement. ridderouden. Aan L. G. A. graaf van Limburg Stirum. staatsraad, commissaris des konings in Gelderland, vergund de aanneming der onderscheidingsteekenen van het groot kruis der Adolfsorde van Nassau. consulaat. Erkend als consulair agent van Frankrijk te Groningen, Louis Israels; als consul van Pruissen te Rotter dam, W. Bunge. collegie van ZEEVisscHEuijEN. Herbenoemd voor drie i jaren, ingaande met 1 januavij c. k., tot secretaris van genoemd collegie mr. J. T. Buys. Necrologie. De koningin-weduwe Eugenie Bernard ine Désirée groot moeder van den tegenwoordigen koning van Zweden en Noor wegen, is den 19 dezer te Stokholm overleden. Zij werd den 8 november 1781 geboren, is in 1798 gehuwd met Bernadotte koning van Zweden etc. (gekroond 21 augustus 1829), en weduwe sedert S maart 1844. Marine en leger. Naar men verneemt zal Zr. Ms. stoomfregat De admiraal van Wassenaer in de volgende maand naar Willemsoord ver trekken, om aldaar te worden hersteld, zoo dat te Vlissingen slechts het noodige gedaan zal worden. Het fregat zou be stemd zijn om het eerst in het nieuwe drooge dok te worden geplaatst. Het examen der on der-officieren, dingende naar den rang van 2e luit. bij het leger hier te lande, te 's Gravenhage gehouden, schijnt gunstig te zijn geweest voor 4 onder-officie ren der kavallerie van de 8 die waren opgekomen en voor 21 onder-officieren der infantere van de 53 opgekomenen. Bij de infanterie konden er van de 53 adspiranten, 40 tot 2e luite nant bevorderd worden, ingeval dat getal aan de vereischten van het officiers-examen had voldaan. De benoeming door Z. M. den koning wacht men nog gedurende deze maand. Men verneemt dat de 4e korap. van het regement veld artillerie, onder kommando van den kapitein van Lijnden, met mei 1861 de residentie verlaten, naar Utrecht terug kee- ren en vervangen zal worden door eene batterij van het rege ment rijdende artillerie. Men verzekert dat met het begin van het aanstaande jaar een nieuw model van schako bij het leger zal worden ingevoerd, waartoe reeds sedert langen tijd het voornemen heeft bestaan. N oord-Amerika De hoofdinhoud der boodschap van den president der Ver- eenigde staten, is thans vollediger bekend dan volgens het kort overzigt dat wij daarvan in ons vorig nommer gaven. Zij komt op het volgende neder: De heer Buchanan begint met de vraag hoe het zijn kan dat, terwijlaldestoffelijke belangen deslandsin den bloeijendsten staat verkeeren. de unie, waarin de kracht dier weldaden ligt, net vernieling bedreigd wordt. De oorzaak daarvan komt hem ligt verklaarbaar voor. Het is de langdurige en driftige bemoeijng der bevolking van het Noorden in de zaak der sla vernij in het Zuiden, die den opstand der slaven veroorzaakt en hun onbestemde denkbeelden van vrijheid ingeboezemd heeft, van daar komt het dat de geest der veiligheid het altaar 'der groote familie heeft verlatebe' De heer Buchanan beweert dat in de verkiezing van den heer Lincoln geenerlei uittarting tot afscheiding ligt, en dat het Zuiden, ten gevolge dier verkiezing, in geen onmiddellijk gevaar verkeert. Hij beweert verder dat het Federaal gouver nement geen regt heeft om de staten die zich willen afschei den tot blijven te nopen en acht allen dwang tot dat doel onmogelijk. De betrekkingen met al de vreemde mogendheden, Spanje alleen uitgezonderd, worden vriendschappelijk en voldoende genoemd. Daarna worden in de boodschap eenige denkbeel den over de zaak van den aankoop van Cuba ontwikkeld. Naardien de vraag van het regt van bezit op het eiland St. Jan hot onderwerp van onderhandelingen met Engeland uit maakt, heeft de president het niet voegzaam geacht daarvan in de boodschap te spreken. De president merkt het bezoek van den prins van Wallis als eene allergelukkigste gebeurtenis aan en zegt dat de reis van den erfgenaam der britsche kroon niet kan nalaten die gevoelens van welwillendheid en vriendschap te versterken die, naar hij hoopt, de regeringen en de bevolkingen der beide landen altijd tot gidsen zullen strekken. De hnantiele toestand wordt met enkele woorden bespro ken en aanzienlijke verminderingen bij de verschillende de partementen van bestuur worden aangekondigd, terwijl de boodschap met uitvoerige beschouwingen over de noodzake lijkheid van wijzigingen in het tarief besloten wordt, ten ein de in het te kort der inkomsten te voorzien. Engeland. Londen 20 december. Het venetiaansche vraagstuk wordt nu met den meesteu ernst door ónze dagbladpers behandeld, en The times van heden beschouwt het in verband met het europeesch belang. Frankrijk en Engeland, zegt dat dagblad, beide wenschen den vrede en de eenheid van Italië, en deze kunnen niet ver kregen worden dan door afstand van Venetie. Rusland heeft er belang bij dat er zich geen oorlog tusschen Oostenrijk en Italië ontwiklcele, want elke worsteling zou haar weerklank vinden in Hongarije en in Polen. Pruissen moet verlangen dat Oostenrijk in een gegeven oogenblik bij magte zij om ge zamenlijk aan Frankrijk wederstand te bieden, hetgeen onmo gelijk zal zijn zoo lang het aan de eene zijde voor Italië moet beducht zijn. In één woord, geheel Europa heeft er belang bij dat de venetiaansche kwestie spoedig tot eene oplossing ko- me. Het is te verwachten dat het algemeen belang eenige magt zal hebben, zelfs op den keizer van Oostenrijk. Geen palliatief kan in den tegenwoordigen staatvan zaken verbete ring aanbrengen, en het denkbeeld om het eene grondgebied voorliet andere te ruilen isvoorgeene verwezenlijking vat baar,evenmin is hetraogelijk HongarijeaanVenetie op te offe ren, of de tegenwoordige bezittingen aan Oostenrijk te waar borgen, onder voorwendsel van 't behoud van het europeesch evenwigt. Neen, het eenige middel waardoor men in staat is de aanstaande groote rampen te vermijden, bestaat daarin dat men al zijne krachten aanwendt om den verkoop van Venetie te bevorderen. Oostenrijk aldus eindigt het artikelheeft aan niets grooter behoefte dan aan geld, en wilde men aaneen staat die op het punt is bankbreukig te worden, een toekom stig voordeel aanbieden of eene wisselvallige schadeloosstel ling, het zou gelijk staan met het aanbieden van eene erfenis aan iemand die verdrinkt. The morning post houdt vol, dat de tegenwoordigheid der franschen in Syrië voor het herstel van den vrede daar te lande nadeelig is, dewijl zij, de maroniten onbillijk begunsti gende, bij dezen overmoed en daarentegen bij de drusen ver bittering wekken. Dat de franschen Syrië spoedig zullen ontruimen, lijdt bij het genoemde orgaan van lord Palmerston geen twijfel, en het verwacht dat, zoodra de Libanon wederom geheel in de magt der turksche troepen zal zijn, de verzoening tusschen de drusen en de maroniten. zonder welke herleving der bedrijvigheid en welvaart in die landstreek onmogelijk is, niet lang meer zal uitblijven. De regering heeft aan de dagbladen een groot aantal depeches, op de gebeurtenissen in China betrekkelijk, mede gedeeld, welke officiële stukken in allen deele bevestigen, wat dienaangaande ten opzigte der listige en schandelijke handel wijze der chinesche autoriteiten, en de vreeselijke martelingen, welke zij de engelsche krijgsgevangenen hebben doen onder gaan, vroeger vermeld is. Lord Elgin belooft in eene zijner depeches, aan de engelsche regering eene reeks van officiële chinesche nota's te zullen toezenden, waaruit denkelijk blij ken zal aan welke begoochelingen de militaire autoriteiten in China zich ten opzigte der geallieerden overgaven, en op wel ke wijze zij de feiten in hunne verslagen aan den keizer ver minkten. Ziehier onder anderen wat de engelsche lord-com- missaris in eene zijner depeches aan lord Russell zegt: „Ik neem deze gelegenheid te baat om mede te deelen dat belang rijke papieren in het Yuen-min-Yuen of zomer paleis des kei zers gevonden zijn, hetwelk door de franschen ingenomen is. Eenige daarvan zijn door den keizer zeiven geschreven. Het gewigtigste dezer stukken, voor zoover ik bij een vlugtig on derzoek kan oordeelen. is door den heer Morrison ontdekt. Een der chinesche krijgsoversten, San-Koli-CTsin. schrijft het verlies der takouforten aan het springen van een magazijn toe en spoort den keizer ten sterkste aan de hoofdstad te verlaten. Uit een aantal dier depeches blijkt het besluit om zich, zelfs na den val van Takou, tegen de barbaren te verzetten. De chinezen veronderstellen dat. na de aankomst der verwachte versterkingen, de hoofdstad door een leger van 300,000 man zou verdedigd worden, terwijl de krijgsmagt der geallieerden op 10,000 man geschat wordt. DuitsclilaiKl. Weenen 17 december. Sedert de baron von Schmerling in Oostenrijk als minister is opgetreden, heeft het nietontbroken aan gissingen omtrent de staatkunde door hem te volgen. Dat hij eene vrijzinnige rigting is toegedaan is buiten twijfel en van algemeene bekendheid, maar het blijft nog de vraag in hoever hij zijne voorgenomen plannen lot invoering van staatshervormingen zal kunnen verwezenlijken. Men kan zich daar zeker niet veel van voorstellen indien het ministerie gecne verdere verandering ondergaat. Mogt. daarentegen het gerucht waarheid bevatten dat de graaf von Rechberg door den heer Hiibner als minister van buitenlandsche zaken zal vervangen worden, dan kunnen de vooruitzigten gunstiger worden. Laatstgenoemde toch heeft vroeger ten opzigte der zaak van Keur-Hessen getoond, dat hij alleen die staatkunde van blijvende kracht acht, welke in de openbare meening ha ren steun vindt. Een belangrijke stap is echter reeds gedaan, indien het zich namelijk bevestigt dat de ministerraad reeds besloten heeft tot de instelling van twee wetgevende kamers: de eene met een erfelijk lidmaatschap van 200 leden, de andere met 250 leden, welke door de provinciale vergaderingen ge kozen zullen worden. Te Grams den 18 dezer eene conferentie gehouden, waar op met eenparige stemmen is besloten de kieswet van 1S4S aan te nemen en een adres aan den keizer te rigten waarbij op wederinvoering van die wet zal worden aangedrongen. Dit besluit is van te meer beteekenis.omdat de vereeniging die ge roepen was te Gran de gevoelens van Hongarije te doen ken nen over het laatste keizerlijke diploma, zamengesteld is uit lieden van gematigde denkwijze,die als zoodanig gekozen,der regering alle vertrouwen moeten inboezemen. De voorzit tende kardinaal-primaat drukte den wensch uit, dat de land dag spoedig bijeen zou worden geroepen en spoorde tot een- dragt en vertrouwen aan. Ter zelfder tijd dat de hongaren zich te Gran met de hervormingen in hun vaderland bezig hielden waren mannen van aanzien in Croatie en Slavopie met hetzelfde doel te Agram, onder voorzitterschap van den ban vergaderd. Ook daar is een adres aangenomen waarin wordt voorop gezet dat het vroegere koningrijk Croatie,Slavonie en Dalmatie niet bij wijze van verover ng, maar in 1527 alleen door vrij willige overgave aan de Habsburgsche dynastie geko men is, doch onder uitdrukkelijke voorwaarde dat (1e keizer en zijne opvolgers de regten, privilegiën en vrijheden van het land zullen eerbiedigen. Verder werd in het adres met na druk geprotesteerd tegen het diploma van 20 october, dat aan die regten en vrijheden willekenrig een einde maakt. Ver volgens werd aangedrongen op de weder-invoering der land taal als officieele taal en op de instelling van eene voorloo- pige croatisch-slavonische kanselarij, tot dat de natie op regel matige wijze uitspraak zal hebben gedaan over hare verhou ding tot Hongarije, ten slotte dat de natie later het ontwerp van 's lands organisatie aan den keizer zal mededeelen. Ofschoon het zich schijnt te bevestigen dat Engeland bij het Wcener kabinet op den afstand van Venetie tegen be hoorlijke schadeloosstelling wil aandringen en dat Frankrijk die poging ondersteunen zal, terwijl ook de openbare inee- ning zich meer en meer voor eene zoodanige schikking ver klaart, twijfelt men echter steeds aan de gezindheid der rege ring om aan die voorstellen het oor te leenen. Zelfs vindt men er die de opregtheid vanhetkabinet der Tuilerien in zijne on dersteuning betwijfelen, maar veeleer gelooven dat het, van het vruchtelooze der poging overtuigd, die alleen wil aanwen den om later te kunnen verkondigen dat het al het mogelijke tot voorkoming van een oorlog gedaan heeft. De heer Richter is op vrije voeten. Eergisteren ten 2 ure heeft hij het huis van arrest verlaten, zich onmiddellijk naar zijne woning begevende. Weinige oogenblikken te voren had de advocaat-generaal in het paleis van justitie de verkla ring afgelegd, dat hij afzag van het aanteekenen van appèl tegen het arrest van het geregtshof. zoo dat er geene aanlei ding meer bestond om den heer Richter in verzekerde bewa ring te houden. Door den verdediger van den heer Richter is echter appèl aangeteekend. Allerlei gissingen worden gemaakt nopens de oorzaak welke het openbaar ministerie zoo plotse ling van gevoelen heeft doen veranderen om van het zijner zijds aan te teekenen appèl af te zien. Algemeen wordt onder steld, dat de openbare meening, welke zich zoo stellig ten gunste van den heer Richter heeft geuit, veel invloed op dat besluit heeft uitgeoefend. Bijzondere berigten uit Berlijn melden, dat de pruissi- sche regering dezer dagen eene circulaire depeche aan de duit- sche bondgenooten heeft doen toekomen, in welke zij hare beschouwingen kenbaar maakt, zoowel ten aanzien van den tegenwoordigen stand van het holsteinsche vraagstuk, als omtrent het meest geschikte middel om dien aangaande tot eene beslissing te geraken. 1 civensbetuigt zij, hoop te mogen voeden, dat, vermits zij zich thans in dit opzigt op eene aïle- zins bevredigende wijze metOostenrijk heeft verstaan, hare voorstellen in de bondsvergadering de vcreischte ondersteu ning zullen vinden. l

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1860 | | pagina 2