MIDDELBURGSCHE
COURANT.
Dingsdag
1860.
12 Junij.
N°' f>9.
'">KKIIW»^
Deze courant verschijnt des dingsdags, donderdags en zaturdags.
Binnen deze gemeenteen Vlissingen geschiedt de uitgave den avond te voren ten 8 ure.
De abonnementsprijs per drie maanden is ƒ3, franco per post ƒ3,40.
De inzending .van advertentien kan geschieden tot tien ure des morgens.
UITGEVERS:
DE GEBROEDERS ABRAHAMS.
De prijs van gewone advertentien is 22 cent per regel; van huwelijks, geboorte,
doodbekendmakingcn enz. van één tot zes regels 1,50, voor eiken regel daarboven 22
centmet 35 cent zegelregt voor elke plaatsing. De betaling geschiedt kontant.
Buitengewoon groote letters worden berekend naar de plaats die zij innemen.
Editie van maandasr avond 8 ure.
VAN HET RIJK, PROVINCIALE EN GEMEENTEBESTUREN.
BEKENDMAKING
De burgemeester en wethouders van Vlissingen, doen te
weten
dat door den raad dier gemeente in zijne vergadering van
den 20 februarij 1SG0, het volgende besluit is vastgesteld, het
welk bij koninklijk besluit van den 20 mei 1860,110. 45, is
goedgekeurd
De gemeenteraad van Vlissingen,
Gezien de artt. 232, 238, 240 en 254 der wet van den 24
junij 1851 (Staatsblad no. 85),
B 6 s 1 u i t
Art. 1. Voor het ten gerieve der scheepvaart openen der
van gemeente wege gemaakte bruggen, wordt gelieven een
bruggeld, ten bedrage als volgt:
SOORT VAN 1IET SCHIP OP
VAARTUIG,
WAARVOOR HET BRUGGELD
GEHEVEN WORDT.
lied mg van hel brugi
ƒ1,20
- 0,60
-0,25
-0,20
ƒ2,40
-1,20
-0,50
-0,40
Een zeeschip met razeilen of zeestoom
boot
Een kotter, schokker, hoeker, tjalk, gaffel
of ander groot vaartuig, daaronder be
grepen stoombooten, alleen binnen
wateren bevarende
Een klein binnenvaartuig of schuitje
Een hengst of hoogaarfcs
Art. 2. ITet bruggeld is verschuldigd voor iedere reis dat
een schip of vaartuig, waarvoor de brug geopend moet wor
den, die doorvaart.
Art. 3. Schepen, schuiten of vaartuigen, die ten dienste der
gemeente worden gebruikt, zijn op eeue schriftelijke verkla
ring van den gemeentebouwmeester, vrij van liet bruggeld.
Aldus vastgesteld door den gemeenteraad van
Vlissingen, den 20 februarij 1860.
De burgemeester,
J. W. GALLEN FELS.
De secretaris,
P. FORBES WELS.
Behoort bij koninklijk besluit van den 20 mei I860, no. 45.
Mij bekend,
De minister van binnenlandsche zaken,
(get.) S. VAN HEEMSTRA.
Accordeert met het origineel,
De secretaris-generaal bij het ministerie van
binnenlandsche zaken,
(get.) J. SCIIRöDER.
Voor eensluidend afschrift,
zoo veel het geëxtraheerde aangaat,
De secretaris-generaal,
(get.) J. SCHRöDER.
Voor extract conform.
De griffier der staten van Zeeland,
(get.) S. VAN DER SWALME.
En is hiervan afkondiging geschied waar het behoort, den
5 junij 1860.
De burgemeester en wethouders van Vlissingen,
J. W. GALLEN FELS.
De secretaris,
P. FORBES WELS.
De burgemeester en wethouders van Vlissingen, doen te
weten
dat door den raad dier gemeente, in zijne vergadering van
den 20 februarij i860, is vastgesteld de volgende, overeen
komstig artikel 235 der gemeentewet, in voornoemd konink
lijk besluit van den 20 mei 1860, no. 45, aangehaalde
VERORDENING op de invordering van het brug
geld in de gemeente Vlissingen.
Art. 1. Het bruggeld wordt, bij het doorvaren van ieder
schip of vaartuig door eene brug, voldaan in handen en op
kwitantie van den voor iedere brug aangestelden brugwach
ter, om hem te strekken tot belooning van de van hem gevor
derd wordende diensten.
Art. 2. Bij weigering of ontduiking van betaling, van het
volgens tarief verschuldigde bruggeld, maakt de brugwachter
daarvan, overeenkomstig art. -2/.? d?r wet van den 29 junij
1851 (Staatsblad no. S5), proces verbaal op en zendt het aan
den ambtenaar van het openbaar ministerie.
Art. 3. Tot het constateren van weigering of ontduiking,
worden bevoegd verklaard alle ambtenaren der plaatselijke
belastingen en policie.
Aldus vastgesteld door den gemeenteraad van
Vlissingen, den 20februarij I860.
De burgemeester,
J. W. CALLENFELS.
De secretaris,
P. FORBES WELS.
En is hiervan afkondiging geschied waar liet behoort, den
5 junij 1860.
De burgemeester en wethouders van Vlissingen.
J. W. CALLENFELS.
De secretaris,
P. FORBES WELS.
BEKENDDIAKING.
De burgemeester en wethouders van Vlissingen, doen te
weten
dat door den raad dier gemeente, in zijne vergadering van
den 20 februarij 1860, het volgende besluit is vastgesteld,
hetwelk bij koninklijk besluit van den 20 mei 1S60, no. 45,
is goedgekeurd.
De gemeenteraad van Vlissingen
Gezien de artt. 232, 238, 240 en 254 der wet van den 29
nij 1851 (Staatsblad no. 85);
Gezien art. 10 der verordening voor het gebruik maken
der vischmarkt en het verkoopen van versche visch in de ge
meente Vlissingen, vastgesteld door den gemeenteraad den
20 februarij 1858
In aanmerking nemende dat daarbij wordt voorgeschreven
dat „geene versche zee- of rivier visch mag worden rondgevent
of ten verkoop aangeboden, dan na te zijn goedgekeurd."
Overwegende dat het verkoopen van versche visch, uit
schuiten, zoo mede het rondventen, in het belang van de aan
brengers is; doch dat het ook tevens billijk te achten is, dat
de keurmeester voor het keuren van zoodanige visch worde
beloond.
Besluit, met wijziging van zijn besluit van den 14 januarij
I860:
Er zal van alle versche visch die, het zij uit schuiten of bij
rondventing of op eenige andere wijze dan bij afslag op de
vischmarkt wordt verkocht, een keurloon worden geheven
volgens onderstaand tarief, als
Voor alle versche zee- en riviervisch
a. met schepen of schuiten aangevoerd wordende, voor
iedere lading en per dagf 0,60.
b. met wagens de gemeente ingevoerd wordende,
voor iederen wagen- 0,30.
e. met manden ingevoerd wordende, voor iedere
mand- 0,05.
Van deze laatste bepaling zijn vrijgesteld de Arnemuidsche
vischboeren en vrouwen, wanneer namelijk de keuring niet
gevorderd wordt.
De bovengenoemde verordening op het verkoopen van ver
sche visch, blijft ten deze van kracht.
Aldus vastgesteld door den gemeenteraad van
Vlissingen, den 20 februarij I860.
De burgemeester,
J. W. CALLENFELS.
De secretaris,
P. FORBES WELS.
Behoort bij het koninklijk besluit vau 20 mei 1860, no. 4-5.
Mij bekend,
De minister van binnenlandsche zaken,
(get.) S. VAN HEEMSTRA.
Accordeert met het orgineel,
De secretaris-generaal bij het ministerie van
binnenlandsche zaken,
(get.) J. SCIIRöDER.
Voor eensluidend afschrift,
zoo veel het geëxtraheerde aangaat,
De secretaris-generaal
(get.) J. SCHRöDER.
Voor extract conform,
De griffier der staten van Zeeland,
(get.) S. VAN DER SWALME.
En is hiervan afkondiging geschied waar het behoort, den
5 junij 1860.
De burgemeester en wethouders van Vlissingen,
J. W. CALLENFELS.
De secretaris,
P. FORBES WELS.
De burgemeester en wethouders van Vlissingen, doen te
weten
dat door den raad dier gemeente, in zijne vergadering van
den 20 februarij 860, is vastgesteld de navolgende, overeen
komstig artikel 235 der gemeentewet, in voornoemd konink
lijk besluit van den 20 mei 1860, no. 45, aangehaalde
VERORDENING op de invordering van dekeurloo-
nen van versche visch, welke niet bij afslag op de
vischmarkt in de gemeente Vlissingen wordt
verkocht.
Artikel 1. De loonen voor het keuren van versche visch
die, het zij uit schuiten of bij rondventing of op eenige andere
wijze dan bij afslag op de vischmarkt wordt verkocht, zullen
onmiddelli jk na dc keuring door de belanghebbenden moeten
worden betaald in handen en op kwitantie van den keurmees
ter, om hem te strekken tot belooning van de van hem gevor
derd wordende diensten. Die kwitantie dient tevens tot bewijs
van gedane keuring.
Art. 2. Bij weigering of ontduiking van betaling van het
volgens tarief verschuldigde keurloon, maakt de keurmeester
daarvan, overeenkomstig art. 275 der wet van den 29 junij
1851 (Staatsblad no. 85), proces verbaal op en zendt het aan
den ambtenaar van het openbaar ministerie.
Art. 3. Tot het constateren van weigering of ontduiking,
worden bevoegd verklaard alle ambtenaren der plaatselijke
belasting en policie.
Aldus vastgesteld door den gemeenteraad van
Vlissingen, den 20 februarij 1S60.
De burgemeester,
J. W. CALLENFELS.
De secretaris,
P. FORBES WELS.
En is hiervan afkondiging geschied waar liet behoort, den
5 junij 1860.
De burgemeester en wethouders van Vlissingen.
J. W. CALLENFELS.
De secretaris.
P. FORBES WELS.
SKnnenlantfsclje tijïmiQen.
Middelburg 11 junijj.
Wij herinneren nogmaals aan de kiezers van leden voor de
tweede kamer der staten generaal in deze gemeente, dat de
inlevering van biljetten moet geschieden op morgen, dings
dag 12 junij, van negen uur des morgens tot vijf uur des
avonds, in de boven achterzaal van het raadhuis, en dat bet
stembriefje van den oproepingsbrief moet worden afgesneden.
Bij de kamer van koophandel en fabrieken alhier, is ont
vangen eene gedrukte opgaaf betreffende den handel en de
scheepvaart van Groot-Brittanje en Ierland, over de maand
en de vier maanden, geëindigd den 30 april 1860; benevens
een tabellarisch overzigt van den handel te Bremen gedu
rende het jaar 1859.
Bij vonnis van den krijgsraad in Zeeland .lieden alhier uit
gesproken, is Johannes Wilhelmus Franken, soldaat bij het 2e
regement infanterie in garnizoen te Vlissingen, oud 29 jaren,
schuldig verklaard aan feitelijke aanranding der eerbaarheid
met gewelddadigheid uitgevoerd, en is liij te dier zake ver
oordeeld tot de straf van het tuchthuis gedurende den tijd
van tien jaren, met vervallenverklaring van den militairen
stand.
De algemeene vergaderingen tentoonstelling der Maat
schappij tot bevordering van landbouw en veeteelt in Zeeland
had den 5 en 6 dezer te Hulst plaats.
De vergadering werd door een zestigtal leden, waaronder
eenige belgische, bijgewoond. De voorzitter, rar. G. A. Fok
ker, bragt na een kort woord tot. opening, verslag uit omtrent
den toestand der maatschappij en vau den landbouw in het
afgeloopen jaar. Daaruit bleek o. a. dat het getal leden, het
welk tusschen de jaren 1847, toen het bijna 1000 bedroeg, en
1856 jaarlijks was achteruitgegaan, sedert laatstgemeld jaar
wederom klimmende was, en in 1859 789 bedragen had. De
geldmiddelen verkeeren in gunstiger toestand, ten gevolge
der ondersteuning uit liet bij de provincie vroeger opgerigt
fonds voor den landbouw, waarvan de renten jaarlijks aan de