goede staathuishoudkunde kan, door den nationalen rijkdom te vergrooten, verbetering aanbrengen in de omstandigheden der arbeidende klasse. Wat den landbouw aangaat, dezen moeten wij de weldaden der credietinstellingen deelachtig maken; de bosschen uit- roeijen die in vlakten gelegen zijn, eu de bergen beplanten; jaarlijks belangrijke sommen besteden aan groote werken van droogmaking, landbesproeijing en ontginning. Die werken zullen, door de onvruchtbare streken te herscheppen in bouw land, de gemeenten rijk maken zonder den staat te verarmen, welke laatste zijne voorschotten gedekt zal zien door den verkoop van een deel der landerijen welke aan deu landbouw zullen worden geschonken. Om de voortbrengselen der nijverheid aan te moedigen, moeten de eerste en onvermijdelijke grondstoffen van alle rekten worden vrijgesteld, en aan haar, bij uitzonderingen tot eene matige rente, zoo als bereids aan den landbouw gedaau is voor bet draineren van landerijen, de kapitalen verstrekt worden welke haar behulpzaam kunnen zijn in de steeds verbeterende inrigting van het materieel. Een der gewigtigste diensten welke men aan het land be wijzen kan, is het vergemakkelijken van het transport der eerste benoodigdheden voor landbouw en nijverheid; tot dat einde zal de minister van openbare werken zoo spoedig mo gelijk de verbeterde gemeenschapswegen, kanalen en spoor wegen doen uitvoeren, welker hoofddoel zal zijn om steen kolen en mestspecien te brengen op de plaatsen waar de behoeften der productie zulks noodig maken, en hij zal zich beijveren om de tarieven te verlagen, met daarstelling eener billijke concurrentie tussclien kanalen en spoorwegen. De aanmoediging van den handel door de vermeerdering der middelen van ruiling zal dan als een natuurlijk gevolg uit de hiervoren genoemde maatregelen voortspruiten. De trapsgewijze verlaging der belastingen op de meest gebruikte voedingsmiddelen zal alsdan noodig worden, even zeer a'ls het in de plaats stellen van beschermende regten voor het verbodsstelsel, dat thans onze handelsbetrekkingen belem mert. Door die maatregelen zal de landbouw een uitweg vinden voor zijne producten; de nijverheid, bevrijd van binnenland- sche belemmeringen, geholpen door hetgouvernement, opge wekt door de concurrentie, zal met voordeel wedijveren tegen de vreemde -voortbrengselen, en onze handel zal, in stede van te kwijnen, nieuwe veerkracht vevkrijgen. Daar wij bij dat alles wenscben de orde te bewaren in ons financies telsel, hebben wij gemeend die verbeteringen op de volgende wijze te kunnen bereiken. Het sluiten van den vrede stond ons toe het geheele bedrag van de laatste leening niet uitte putten. Er blijft nogeene belangrijke som beschikbaar, welke, gevoegd bij andere hulpbronnen, een bedrag uitmaakt van 1 60 millioen francs. Wanneer wij aan het wetgevend ligchaam magtiging vragen om deze sommen aan te wenden voor groote werken Aan algemeen nut, en ze verdeelen over drie jaren, dan wordt er jaarlijks ruim 50 millioen gevoegd bij de toch reeds vrij belangrijke somwen. welke op iedere staatsbegrooting voor komen. Die buitengewone hulpbron zal ons niet alleen in staat stellen totbet gereedelijk voleindigen der spoorwegen, kana len, uitwegen voor de scheepvaart, straatwegen eu havens, maarzij zal ons tevens vergunnen om in minder tijd onze hoofd-en mindere kerken te verbeteren en de wetenschappen, letteren en kunsten op waardige wijze aan te moedigen. Om het verlies te vergoeden dat de schatkist tijdelijk on dervindt door de vermindering van regten op grondstoffen eu levensbehoeften, kan de amortisatie van schuld gestaakt worden tot dat de inkomsten, aangegroeid door vermeerde ring van den handel, daartoe wed er-gelegenheid .zullen geven. In het kort dus: opheffing der regten op wol en katoen trapsgewijze vermindering van die op suikeren lcoffijvoort durende en krachtige verbetering der gemeenschapsmidde len; verlaging der regten op de kanalen, en bij gevolg alge- meene vermindering der transportkosten; leeningen aan landbouw en nijverheid; belangrijke werken van algemeen nutopheffing van het verbodsstelselen handelstractaten met vreemde mogendheden. Dit zijn de allgeiueone grondslagen van het programma waarop ik u verzoek de aandacht te vestigen uwer ambtge- nooten, die zonder verwijl de wetsontwerpen moeten in ge reedheid brengen, welke tot verwezenli jking daarvan kunnen strekken. Ilct zal, ik ben er van overtuigd, do vaderlandslievende ondersteuning verwerven van den senaat en het wetgevend -ligchaam, die ijverzuchtig zullen zijn om met mij een nieuw tijdperk van vrede tegemoet te treden en daarvan de welda den aan Frankrijk te verzekeren. En hiermede beveel ik u in Gods heilige bescherming, NAPOLEON. Deze brief houdt de algemeene aandacht natuurlijk bijna uitsluitend be$ig on hij heeft over het algemeen een zeer gun- stigen indruk gemaakt. Men meent er in te zien het zegel op de verbroedering met Engeland, de volvoering der belofte door de fransche regering afgelegd in ruil voor den steun, dien Engeland Frankrijk zal verleenen bij de regeling der italiaansche zaken; de waarborg voor het bondgenootschap van het protestantsche Engeland en keizer Napoleon tegen diensultramontaanschevijanden. Napoleon IIIhad, ondanks al zijne hulpbronnen, niet gelijktijdig een openlijken strijd met de kerk en met Engeland kunnen voeren. Wij mogen evenwel niet onopgemerkt laten dat de keizer ook handels tractaten aankondigt, die met anderebuitenlandsche mogend heden zullen gesloten worden. Men zou zich grovelijk vergissen wanneer men meende dat de invoering van het stelsel van vrijen handel door 'skeizers beloften reeds veel gewonnen had. want al dadelijk zorgt hij te verklaren dat de hervormingen en verbeteringen langza merhand moeten worden tot stand gebragt en dat men met den landbouw beginnen zal. Voorts schijnt de keizer bepaald op het oog te hebben de bescherming van den nationalen ar beid, door dengoedkoopen prijs onzer producten. De grond stoffen welke hier te lande niet worden geproduceerd, zullen geheel vrijgesteld worden, doch door vreemden arbeid reeds herschapen, zullen zij door inkomend regt getroffen worden. Le journal des débatsis van gevoelen, datmen de opheffing der verbodsmaatregelen en het sluiten van nieuwe handels tractaten nog niet zoo spoedig kan te gemoet zien als sommi gen verwachten, vermits de regering eerst beginnen zal met de aanmoedigingen, aanhandel, nijverheid en landbouw beloofd, en de gevolgen daarvan wil gadeslaan. La presse is Ij opgei ijk ingenomen met het in'den brief vervatte programma, en vraagt thans nog alleen meerdere vrijheid voor de ingezetenen. Wordt daaraan voldaan, alsdan, zegt laatstgenoemd blad, is het programma voltooid. Le constitutional treedt wel niet in een betoog van den grond der zaak maar, na eene vergelijking tussclien hetgeen de keizer thans doet en dat wat hij deed na den Krim-oorlog acht het blad zich gelukkig te moeten bekennen dat liet hoofd van den staat toont niet minder zorg te dragen voor de wel vaartvan Frankrijk als voor zijne roem en eer. Overigens too- nen de organen der voorstanders van het beschermende stelsel hunne kwalijk verborgene ontevredenheid, en de vrienden der handelsvrijheid schijnen nog een weinig huiverig om zich bepaald uit te laten, en als het ware met eene warme toejuiching te wachten op de verwezenlijking der beloften. Men zal intusschen wel doen met zijn oordeel op te schor ten tot dat de eigenlijke wetsontwerpen ter uitvoering van dit programma bekend zijn. De keizer, zegt men, zal in persoon die zaken bediscussiëren met de industrieelen die van nabij zijn betrokken bij de maatregelen. Prins Napoleon en minister Fould schijnen op li et nemen dezer maatregelen den meesten invloed uitgeoefend te hebben. Voorts verneemt men nog. dat in den ministerraad, waarin over den brief des keizers gehandeld is, de minister van finan ciën zich sterk tegen de nieuwe beginselen heeft verzet. La patvie verzekert dat jl. zondag avond in gevolge eene schikking tussclien Frankrijk en Engeland het engelsche eskader de straat van Gibraltar zal verlaten ora naar Malta te zeilen, terwijl het fransche eskader bij Algesiras geankerd, naar Toulon zal terugkeeren. Eene mededeeling van den Moniteur de 1'armee heeft weder eene minder rustige stemming veroorzaakt en schijnt althans te bewijzen dat. het gouvernement zich op alles voor bereid wensclit te houden. Op keizerlijk bevel moeten name lijk voortaan de provisien van het leger worden in gereedheid gehouden volgens de effectieve getalsterkte op voet van oor log. Ook schijnen alle aanvragen om verlof geweigerd te zijn. De sedert eenigc dagen aangekondigde brochure Na poleon III en de geestelijkheid, heeft zaturdag 11. het licht gezien, met den naam des schrijvers, den heer Ilippolyte Cas- tille. Ondanks die aanwijzing des schrijvers, zien velen in dien arbeid het vervolg op de beruchte brochure De paus en het congres. Hoe dit zij, de schrijver komt op tegen de hou ding der geestelijkheid, tegen have inmenging in staatkundige aangelegenheden, tegen hare eischcn. Wat het italiaansche vraagstuk betreft, verklaart hij zich oven als in gemelde bro chure, voor een beperkt wereldlijk gezag des pausen, met eene civiele lijst, door de katholieke volken te betalen. De brochure des lieeren Villemain. die gisteren alhier onderden titel van: Frankrijk, het keizerrijk en het pausdom, verschenen is, trekt zeer de aandacht. De schrijver is er blijk baar voor teruggedeinsd om zijne werkelijke meening ten aanzien van keizer Napoleon geheel zonder eenigen omweg te kennen te gevendesniettegenstaande behelst de brochure zeer veel wat voor den moed des schrijvers getuigt. Ilij verwijt den keizer in de eerste plaats de onderdrukking der drukpers en treedt daarna in eene beschouwing van het eigenlijke doel van het congres, welks werkkring hij vergelijkt met die van vele vorige congressen, ten einde het bewijs te kunnen leveren aan de eene zijde, dat de mogendheden verpligt zullen zijn om verder te gaan dan zij willen, of blindelings aan den leiband van keizer Napoleon zullen moeten loopen, en aan de andere zijde, dat, hoe men het keeren of wenden moge, het wereldlijk gezag des pausen door een congres, beraadslagende over een gedeelte der pauselijke staten dat door oproer een fait accom pli daarstelde, zal worden beknot en vernietigd. De geheele brochure is overigens geschreven met het doel om te betoogen, dat men, door de beginselen in de brochure Le pape et le congres ontwikkeld in praktijk te brengen, eene onregtvaardige daad jegens het pausdom zoude begaan. Op grond van bewezen diensten, van het goddelijk en menschelijk regt, en vooral op grond van het volkenregt, concludeert de heer Villemain: dat het wereldlijk gezag des pausen onge schonden behoort gehandhaafd te worden. Italië. Het officiële orgaan van Turyn deelt mede, datdesardi- nische ministers hun ontslag hebben ingediend, hetwelk dooi den koning is aangenomen. De graaf Cavouv is daarop door den koning met de zamenstelling van een nieuw kabinet belast. Men geloofde dat de graaf dadelijk aan den koning eene lijst van nieuwe ministers ter goedkeuring zal aanbieden. Men verneemt uit Florence, dat dezer dagen aldaar eene bijeenkomst is gehouden van afgevaardigden uit Rome en de romeinsche provinciën, die alsnog aan het gezag van den paus onderworpen zijn, waarin men de verklaring heeft afgelegd, dat het geestelijk en wereldlijk gezag van den paus met elk ander onvereenigbaar zijn. Na die verklaring is besloten dat men alle middelen zou aanwenden, om dat tweeledig gezag te doen ophouden, terwijl eene permanente commissie, welke te Florence zitting zal houden, benoemd is, om voor dat doel werkzaam te zijn, en vooral om de ondersteuning van keizer Napoleon te verwerven. Het officiële dagblad van het savdinische gouvernement behelst in zijn nommer van 11 dezer de volgende verklaring „Sedert eenige dagen was het tot onze kennis gekomen, dat in ons land geruchten verspreid werden, volgens welke het gouvernement zich in den partijstrijd en in het twistgeschrijf der dagbladpers mengde. Het scheen ons nietnuttig noch met de waardigheid des gouvernements overeenkomstig, die geruchten tegen te sprekenmaar daar zij door eenige dag bladen zijn opgenomen. verklaren wij uitdrukkelijk en stellig dat er niet de minste grond voor die geruchten bestaat." Garibaldi heeft weder iets van zich doen hooren. In zijne opgewondenheid voor de vrijverklaring van Italië, en misschien ook wel teleurgesteld door de vcrpligting tot werke loosheid, heeft hij aan de studenten te Pa via een zeer bitter schrijven gerigt, tegen „den kanker en het bedrog, welke den naam van pauselijke regering dragen." Die beide uitdruk kingen zijn voldoende om een denkbeeld van den geheelen brief te geven, welke echter door L'univers is opgenomen. Spanje. De Spanjaarden hebben blijkens eene depeclie uit Madrid eene schitterende overwinning op de Mooren behaald, welke op het lot des oorlogs van groote gevolgen kan zijn. Zij heb ben zich namelijk meester gemaakt van al de stellingen van Cabo Negro, zoo dat zij thans meester zijn van de hoogten, tussclien welke de vallei van Tetuan gelegen is. Het beleg voor die stad zal dus spoedig een aanvang nemen. Het tweede legerkorps en een gedeelte van het derde namen aan dien strijd heftig deel. De beruchte Zwarte garde van den keizer van Marokko is letterlijk verstrooid door drie eskadrons spaansche kavallerie. De verliezen der Marokkanen zijn aanzienlijk, terwijl het getal dooden en gewonden aan de zijde der Spanjaarden 300 bedroeg. Het. eskader hetwelk de divisie van generaal Rios over brengt, is ter rcede van Cabo Negro aangekomen. ^rctii&mgcn. Het schooner sell ip Louisa, gez. J. Johansen. is den 17 dezer te Newhaven-Sussex binnengeloopen met eenige schade, zijnde door eene stoomboot aangeloopcn. De reede van Vlissingen gepasseerd bestemd naar Ant werpen den 16 dezer Star of the East, gez. James "West. Belladone. gez. Raoult, Sensilime, gez. Lebourg, Alert, gez. Mangin, Zclie.gez. Tripey, deze vijf komende van Requejade; Sir Robert Peelgez. Larabee, New York; Merredc. gez. Julien, Marjolaine. gez. Memage. deze twee van Cavnmillas; (de laatste voor Brussel); lp hi genie.gez. Leve queBor deaux Scabieuse, gez. Evin, Deux Mariegez. Perre, beide van Cavnmillas; Mary Ann. gez. Broadhcad, Londen; Hal ver Ditnske. gez. .11. Rasmussen. Svendborg; Marie Clcmence, gez. Malie, Rodon,£^JMgg&S€bonan, Havanna; Emma de Belle 27c;'gez.-A. Fejg^svitoct^ïe.-dnard

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1860 | | pagina 3