m
19 wits clal and
Men spreekt te Weenen van een brief, die door keizer
Napoleon den groothertog van Toskane zou toegezonden zijn,
en waarin liij, met erkenning van hetgene waartoe hij zich
jegens Oostenrijk heeft verpligt, te verstaan geeft hoe zich
omstandigheden hebben opgedaan welke eenige verandering
in de-gedane beloften totgebiedende noodzakelijkheid maken.
Men brengt hiermede het gerucht' in verband,volgens lietwelk
de fransche regering de engelsche beloofd zou hebben de hand
tot het vestigen van een onafhankelijk koningrijk in midden-
Italie, onder een italiaansch vorst, te willen leenen.
Uit Hongarije luiden de berigten voortdurend veront
rustend.
Framtkrljk.
Parijs 23 december. Doormiddel van den telegraaf heeft
dg regering de mogendheden, welke op het congres vertegen
woordigd zullen worden, kennis gegeven, dat het congres niet
vóór den 19 januarij zal worden geopend.
Thans is het vlugschrift van den heer staatsraad de la
Gueronnière in het licht verschenen onder den titel van „De
paus en het congres." Het wekt groote belangstelling, daar
het geacht wordt, even als vroegere geschriften van de zelfde
pen, de denkbeelden van keizer Napoleon uit te drukken.
Aan het slot daarvan laat de schrijver zich aldus uitIn de
eerste plaats wenschen wij, dat de onmisbaarheid van 's pau
sen wereldlijke magt' als een hoofdbeginsel der europesche
orde van zaken, door het congres erkend worde. Dat is in
ons oog de hoofdzaak. Dat beginsel schijnt ons van een groo-
ter gewigt te zijn dan de meerdere of mindere uitgestrektheid
van het grondgebied, hetwelk de paus naar dat beginsel heb
ben moet. Wat dat grondgebied zelf betreft, is de stad Rome
het gewigtigste gedeelte, ja schier het eenige deel dat gewigt
heeft; al het overige van het pauselijke grondgebied is van
minder belang. Het bezit van de stad Rome en van de om
streek, welke van ouds het erfgoed van Sint Peter wordt ge
noemd, moet den priestervorst door de groote mogendheden
worden gewaarborgd met een aanmerkelijk inkomen, het
welk door de katholieke staten aan het hoofd der kerk als
eene schatting, als een blijk van hulde en een bewijs van be
scherming, betaald moet worden. Verder moet de rust en de
onschendbaarheid van den pauselijken stoel door eene itali-
aansche lijfwacht, genomen uit de kern van het italiaansche
bondsleger, veilig worden gesteld. Het zelfbeheer der bur
gerlijke gemeenten, zooveel mogelijk ontwikkeld, moet het
pauselijke gouvernement van bemoeijing met alle adminis
trative bijzonderheden ontheffen, en aan' de ingezetenen in
deelneming aan de behandeling der plaatselijke aangelegen
heden eene vergoeding voor het gemis van politiek leven
geven. Eindelijk moet elke verwikkeling, iedere gedachte
aan oorlog of revolutie voor altijd van het pauselijke gebied
verwijderd worden, opdat men kunne zeggen waar de stede
houder Aan Christus heerscht, daar heerschen eendragt, wel
vaart en vrede."
Tairkye.
Te Marseille zijn tijdingen ontvangen uit Konstantino-
pel van l i dezer. Daaruit blijkt, dat de divan na talrijke
zittingen tot het definitief besluit is gekomen, om alvorens
toestemming te geven tot de doorgraving der landengte van
Suez,bij de europesche mogendheden op eene regeling van
het staatkundig gedeelte dezer kwestie aan te dringen, en
wel in dien zin dat de integriteit van Turkyë gewaarborgd
worde. De heer de Thouvenel en de vertegemvoordigers
van Sardinië, Rusland, Oostenrijk en Pruissen, hebben zich
met deze transactie kunnen vereenigen. De nota's aan de
mogendheden zullen door den grootvizier en Fuad pacha
geredigeerd worden.
Italic.
Te Parijs is officieel berigt ontvangen, dat de vorst Gort-
schakof.de graaf von Reclibergen de baron von Sclileinitz.
de ministers van buitenlandsche zaken van Rusland, Oosten
rijk en Pruissen, persoonlijk aan.de werkzaamheden van het
eerlang zamenkomende congres zullen komen deel nemen.
De heer Buoncompagni, de gouverneur-generaal der
verbonden staten van Midden-Italie, is, gelijk de telegraaf
meldt, donderdag voor het eerst na zijne benoeming tot die
Avaardigheid, te Florence gekomen en aldaar met eenige staat
sie ontvangen. Tivee leden van den ministerraad, de lieeren
Cadorna en Ridolfi, Avaren hem tot Livorno te gemoet ge
reisd. Te Florence waren alle leden van het bestuur veree-
nigd-om hem te verwelkomenook Avas er eene groote volks
menigte op de been, Avelke hem met geestdrift begroette.
Uit Rome wordt gemeld hoe het thans blijkt dat de kar
dinaal Antonelli niet zonder reden heeft geaarzeld de taak
van gevolmagtigde des heiligen vaders op het aanstaande con
gres op zich te nemen, uit vrees van zijn invloed te Rome zelf
te zien afnemen. Immers, sints zijn vertrek is aangekondigd,
zijn de overige kardinalen veel vrijmoediger in het spreken
geworden en verbergen zij zelfs de hoop niet op den aanstaan
den val van des pausen gunsteling.
irctijDingm.
De hollandsche bark Brouwershaven, gez. P. Janzen Jr.
van Batavia naar Middelburg bestemd, is zondag tér reede
van Vlissiugen gearriveerd met 4009 balen koffij, 1606 knas-
sers suiker, 2216'bossen bindrotting, en 782 schuitjes tin.
ijanhcblvmijtcn.
Amsterdam 23 december.
Raapolie op zes weken f 374-. Lijnolie op zes AA-eken f 31*.
Nederland
Rusland.
Polen.
Spanje.
Oostenrijk,
Prajzem vara Effecten.
Amsterdam 21 december.
Certific. Werkelijke schuld 2* pet.
dito Nationale 'dito 3
dito dito dito 1
A and. Han delmaatschappij 11
Oblig. 1798/1816 5
Certific. Hope co1
dito dito 1855, 6de serie5
dito6
Aand. spoorweg (afgefourneerd)
dito dito (onafgefourneerd)
Schatkistobligatien1
Obligatien1|
dito binnenlandsch3
Certific. coupons bewijzen
Crediet instelling (gefourneerd)
Obligatien Weener metalliek 5
dito amsterdainsche5
dito nationale5
dito 1817/1852 21
Bank actiën3
Certificaten bij Rothschild 21
Obligatien3
dito nieuwe3
dito(schoon)
.dito21
dito7
dito .3
631
76
9S
1035
81*
99j
2231
33A
"Mi
541
731
59-^j-
28 B
831
52
131
15*
26*
811
Belgie.
Portugal.
Grenada.
Venezuela.
Illinois.
Mexico.
Beurs van Londen, 24 dec. ten 12 ure. Consols 951.
Beurs van Weenen, 24 dec. (slotprijzen) Metalliek
5 pet. 72,50.
Beurs van Parijs, 24 dec. (slotprijzen) 11 pet. compt.
3 pet. 70,10.
Prijzen van coupons en losbare obligatien.
Amsterdam 22 december.
Metalliek f23,20; Napelsche fDiverse engelsche in
f11,574; Engelsche Russen f 11,571Fransclie f 55,25;
Belgische f 55,75Priüssische f31,871; Spaansche piasters
f 2,11 Spaansche coupons per fr. f Hamb. Russen
f32,371; Russische in zilveren roebels f 31,12-1Poolsche in
fl. f27,25 Nationale metalliek f2S,60; Dollars f
3ngc}tmöm stukken.
Arbeiderswoningen.
(Vervolgen slot.)
Wanneer ik ten laatste mijn onderwerp van een philan-
ihropisch standpunt ga beschouwen, dan vrees ik,dat misschien
vele lezers vau dit artikel hier tegen protest zullen aantee-
kenen en in hunne voorbarigheid mij zullen tegenwerpen, dat
de philanthopie hier geheel buiten moet blijvendat het
geene bedeelingscommissie moet worden, en zoo al meer.
Hierop was ik voorbereid, en liet zij mij dan ook veroorloofd
aan cle zoodanigen die. in tegenstelling van de kwaal onzer
dagen, de philanthropomanie, nu aan philanthropophobie
lijdende zijn mijne opvatting van het Avezen der philan
thropic nog even kort uit een te zetten.
Ik versta er onder die echte humaniteit, welke elk edel hart
doet zwellen, waar hij de ware helangén zijns evennaasten
kan voorstaan, zonder te vragen of het strijdig met'de Avètvan
dit of dat genootschap is; die echte humaniteit, die er overal
op uit is. het welbegrepen belang van zijn hulpbehoevenden
broeder te bevorderendie niet aarzelt een deel van zijn ver
mogen, iu Avelken zin ook gebezigd, aan dit algemeen belang
ten offer te brengen, en zonder titel of heerschappij, stil en
rustig, met even veel verstand als liefde, tot bet algemeen
welzijn medeAverktdie niet terugdeinst om de maatschappe
lijke gebreken te peilen, maar even min schroomt met al zijn
vermogen tot de geuezing mede te werken. Ziet, de zoodani
gen noem ik de Avare volksvrienden, en aan hen zou ik zoo
gaarne de zaak, die we bespreken, opgedragen zien. Onze
arbeidersstand loopt gevaar in de kluisters der hedendaagsche
pseudo-philanthropie te vallen, en door den looden arm onzer
zoogenaamde pliilanthropen beheerseht te worden. Hij
staat op den rand van dien diepen afgrond, en is niet bij
magte om zich voor bet gevaar van te vallen te hoeden. Gij
menschenvrienden, Avien het niet alleen om den naam te doen
is, leent hem uwen krachtigen arm en beurt hem op en geeft
hem een steun, om zich duurzaam staande te houden. Geeft
hem en helpt hem, geeft hem alles en niets. Hij vraagt geene
aalmoes, slechts dat gene wat hij dringend noodig^lieeft tot
behoud van zijne gezondheid en die van zijne dierbaren tot
behoud van zijne krachten, waarmede hij u het leven zoet en
aangenaam maakt. Hij wil het niet voor niet hebbengaarne
wil hij een ruim deel van zijn loon er voor afstaan, meer dan
hij thans geeft. Velen die er naar verlangen, nog meerderen
die in hun onverstand niet weten dat zij zeiven aan de onder
mijning hunner gezondheid en welvaart medewerken.
En zoo zullen dan volkswelvaart, gezondheid, en zedelijk
heid, op den bodem der echte humaniteit gekweekt, de gulden
vruchten van de rigtige toepassing der regels eener gezonde
staathuishoudkunde, eener goede gezondheidsleer, eener icelbe-
grepene philantropie voor onze nijvere standen worden. Hoe
meer toch die geest het volk doordringt, des te meer zal het
zijne Avare belangen leeren hegrijpen en hierdoor dan ook
eerst zijne Avare vrijheid leeren beseffen. Dan ook zal er een
tijd komen, dat Avelligt hij die nog onder den looden schepter
der bedeelings-philanthvopie zucht,zijne kluisters zal kunnen
afwerpen en als vrije burger van den staat ook zijn aandeel in
de nijverheid en volkswelvaart zal erlangen. Om dat alles te
verkrijgen moet ik echter voor twee klippen waarschuwen: men
zie niet tegen hinderpalen op,en zie vooral niètnaar het einde;
dat is verre, zeer verre afmen lette slechts op den aanvang
van het groote werk.
Wanneer ik zoo doende het wenschelijke van eene verbete
ring in den tegenAvoordigen stand van zaken voor onze nijvere
klassen heb trachten aan te toonen, dan zal elk, die met bet
verband van de verschillende klassen der maatschappij be
kend is, hierin ook een middel zien om de gezondheid der
hoogere en meer gegoede standen bevorderlijk te zijn. In
onze stad toch, waar we de woningen der geringen en aan
zienlijken dikwerf naauAV aan elkaar herbonden zien, Avorden
de laatsten niet zelden door de lastige gasten van de beAvoners
der eerstgenoemde verblijven bezocht. Wij ontwaren dit bij
de soms uitbrekende epidemien en het thans bij ons ook in
de huizen der gegoeden voorkomend wandgedierte. Als ge
die bronnen van ziekte en onreinheid Arerbetert of wegneemt,
gij zult ook voor besmetting gevrijwaard worden.
Ik heb eindelijk nog tegen andere bezwaren te strijden,
die al zoo opgeworpen zijn, en wel: 1. Wat moet men met de
tegenwoordig beAvoonde huizen aanvangen 2. Zullen, bij
het bouwen van andere betere en goedkoopere Avoningen, de
tegenAvoordige verhuurders niet Ann een voornaam middel van
bestaan beroofd worden 3. Zal men met voordeel huizen
hier kunnen verhuren, die aan de eiscben der gezondheids
leer en oeconomie beantwoorden? 4. Zal men eindelijk niet
met onoverkomelijke bezAvaren en hinderpalen te kampen
hebben, bij het bouwen van woningen die aan dieeischen
moeten voldoen
Wanneer ik het eerstgenoemde bezwaar in overweging
neem, dan moet ik al dadelijk tot geruststelling van die be
zorgden aanvoeren, dat ik mij niet voorstel, dat het bouwen
van nieuwe Avoningen hier zoo spoedig zal toenemen, dat
dit van grooten nadeeligen invloed voor de tegenwoordige
verhuurders zijn zal. Het is zelfs wënsclielijk, dat men zich
vooreerst hij eene proef bepale en Avel op kleine schaal.
Goede huurders, die thans slechte woningen bewonen, zullen
dan, Avauneer zij de huur eener hetere kunnen en willen be
talen, gene voor deze verwisselen. Er zullen nogtans lief heb
bers voor de oude en vervallen Avoningen genoeg overblijven,
Avaaronder zij. die slechte betalers zijn, die niet bij magte zijn
eene behoorlijke huur te voldoen en eindelijk zij, die inder
daad voegzaam gehuisvest zijn, of door hunne betrekking of
nering, of welke andere bijzondere omstandigheden ook, niet
verhuizen willen.
Wat liet tweede bezwaar aangaat, dit Aveegt inderdaad bij
mij ook eenigzins, en ongaarne zou ik, zoo als ik dit reeds
vroeger aangevoerd heb, een niet klein deel onzer nijvere
klasse door eene gevaarlijke concurrentie van een A-oor-
naam middel van bestaan berooven. Doch goed ingezien
zou men met het volvoeren Aran ons plan niet alleen geene
onbillijkheid tegen deze begaan, 'maar begaat men thans
eene schreeuAvende onregtvaardigheiddoor het nijverste
deel onzer bevolking prijs te geven aan eene industrie, die
van de zuur verdiende penningen en .dtrTgëzon^lieid der
minvermogende klasse schandelijk misbruik maakten bij
AvoekerAvinsJ^SIgfiJite waar geeft. Hoe zouden Avii\ doen
als onze /bakker',- of onze vleeschhouAver of/.krtódeni®- ons
voor boA^ïbuatige prijzen slechte waren giffen'; zouden wij