öuitmlanïïsdjc tijinngm.
Goes, van 3 tot 30 december.
Bevallen: J. C. Scheele, geb. de Smit. d. P. Hoogesteger,
geb. Daan, d. N- Bodbijl, geb. Leetipoel, d. M.G.Boer, geb
van Schaik. z. A. Jasperse, geb. van Tienbroek,z. P. van Luijk.
geb. Bad ens, z.
Overleden: M. C. de Ridder, jd.55j. L. C. Breker,z. 3j.
H. C. John, d.3 w.
Zierikzee, van 3 tot 10 december.
Gehuwd: G. Smits, jin. 25 j. met D. Knuist, jd. 20 j. A.
Rossaert, jm. 24j. met M.E. van der Loo, jd. 23j.J. M.Knaap,
jm. 29 j. metN. M. Ochtman, jd. 28 j.
Bevallen: M. Reuzenberg, geb. Materse, d. C.Smits,geb.
Tuyten, z. J. H. Leeuwe, geb. de Wit., d. E. Kloote, geb. Hol-
driks. z.
Overleden: M. A. Eijke. d. 18 m. C.Leeuwe, wedinvn. van
C. Staubinger, Gé j. W. van Vliet, weduwn. van H. Hoogendijk,
76 j.M. van Poelje, z, 14 d. H. P. de lieer, z. 9 m. J, C. L.Bak
ker, z. 3 m. A. Logmans, z. 5 w. A. C. Kingmans, z. 7 m. M.
C. Blom, weduwn. van W. Huijke, 59 j.
Ingeschreven in de registers van den burgerlijken stand
gedurende de inaand november 1S59:
In de gemeente MiddelburgalsGehuwd 23 paren
Geboren 33 kinderen, 13 van het mannelijke en 20 van
het vrouwelijke geslacht. Overleden 38 persouen (waarvan
één elders), 23 van het mannelijke en 15 van het vrouwe-
lijke geslacht. Levenloos geboren 3 kinderen.
De ouderdom bij het overlijden was: beneden hetjaarlO,
van 1 tot 5 2, van 5 tot 10 1, van 10 tot 15 1,
van 15 tot 20 0van 20 tot 25 0van 25 tot 30 0,
van 30 tot 35 2van 35 tot 40 1van 40 tot 45 2,
van 45 tot 50 2van 50 tot 55 2 van 55 tot 60 2,
van GO tot G5 3van 65 tot 70 5 van 70 tot 75 3.
van 75 tot 80 1van 80 tot 85 1.
In de gemeente Vlissingen, als: Gehuwd 20 paren.
Geboren 27 kinderen, 11 van het mannelijke en 16 van
het vrouwelijke geslacht. Overleden 27 personen, 8 van
liet mannelijke en 19 van het vrouwelijke geslacht.
Elders overleden en t,e Vlissingen ingeschreven 3-
Levenloos gehoren 5 kinderen.
De ouderdom bij het overlijden was: beneden het jaar 6,
van 1 tot 5 3van 5 tot 10 1van 10 tot 15 0,
van 15 tot 20 0, van 20 tot 25 1van 25 tot 30 1,
van 30 tot 35 2van 35 tot 40 1 van 40 tot 45 2,
van 45 tot. 50 3 van 50 tot 55 0 van 55 t.ot. 60 0,
van 60 tot 65 1 van 65 tot 70 2, vnn 70 tot 75 1,
van 75 rot 80 1 van 80 tot 85 1, van 85 lot 90 1.
In de gemeente Goes alsGehuwd 5 paren. Geboren
18 kinderen, 8 van het mannelijke en 10 van het vrou
welijke geslacht. Overleden 13 personen, 9 van het man
nelijke en 4 van het vrouwelijke geslacht.
Levenloos geboren 2 kinderen.
De ouderdom bij het overlijden wasbeneden hel jaar 5,
van 1 tot, 5 1, van 30 tot 35 1 van 50 tot. 55 1,
van 55 tot 60 1, van 60 tot 65 2 van 65 tot 70 2.
In de gemeente Zierikzee alsGehuwd 8 paren.
Geboren 19 kinderen, 9 van het mannelijke en 10 van het
vrouwelijke geslacht. Overleden 21 personen9 van het
mannelijke en 12 van het vrouwelijke geslacht.
De ouderdom bij het overlijden was: beneden het jaar 7,
van 10 tot 15 1, van 20 tot 25 1, van 30 tot 35 3,
van 35 tot 40 1, van 45 lot 50 1, van 55 tol 60 1,
van 60 tot 65 2, van 70 tot, 75 1, van 80 lot 85 2,
van 90 tot 95 1.
Afloop verJioopinsen en aanbesteiimsen.
Biervliet 12 december.
I. 3 bund. 82 roed. bouwland, in den Geerlruidapolder, ver
kocht voor f 4300. II. 1 bund. 35 roed. 20 ellen weiland, in de
Oude stad. verkocht voor f3100. III. Een woonhuis, verkocht
voor f251.
'Ê'IieTiHometerstaniJ.
12 decemb. 's avonds 11 ure 36 gr.
13 f 's morgens 7 34
n 's middags 1 n 36
's avonds 11 «-33
14 s 's morgens 7 33 n
h 's middags 1 35 u
Staten generaal.
EERSTE KAMER.
In de zitting van maandag zijn achtereenvolgens met alge-
meene stemmen aangenomen de wetsontwerpen tot amortisatie
en inkoop van rentegevende nationale schuldtot. wijziging van
hoofdstuk der IVslaaisbrgrooting voor 1S58; tot wijziging van
hoofdstuk 111 der staatshegrooting voor 1858, en tot verhoo
ging van hoofdst uk III der begrooting voor 1859.
Alleen over de eerste voordragt, werden beraadslagingen ge
houden. Daarbij voerde de heer Fransen van de Putte liet
woord. Bij behandelde drie puntenhet voorbehoud des minis
ters van financien om onder zekere omstandigheden de inge
kochte schuld niet onmiddelijk te doen afschrijven, hetgeen hij
niet goed kon keuren, aangezien er andere middelen zijns inziens
waren, om in Je bestaande behoeften te voorzien j ten tweede
sprak hij over het punt der afschrijvingen, en ten derde over de
kwestie der administratie van het grootboek. De minister van
financiën heeft dien spreker beantwoord en zich daarbij hoofd
zakelijk gerefereerd aan hetgeen hij te dien opzigte inde tweede
kamer had in het midden gebragt.
Daarna zijn een viertal eindverslagen uitgebragt over onder
geschikte wetsontwerpen, welke heden namiddag zouden be
handeld worden.
TWEEDE KAMER.
De hegt ootingswetten voor het volgende jaar zijn thans allen
aangenomen, even als de wet op de middelen, welke dingsdag
avond nog is in beraadslaging gebragt.
Dat hoofdstuk X (Oorlog) met 40 tegen 23 stemmen is aan
genomen, deelden wij nog in de tweede editie van ons vorig
noinmer mede; hoofdstuk XI (Koloniën) werd gisteren met 50
tegen 2 stemmen goedgekeurd, zoo als den geabonneerden op
het bulletin is berigt.
Bij de maandag voortgezette beraadslaging over het tiende
hoofdstuk heeft de minister van oorlog iu eenc uitvoerige rede
I die voordragt verdedigd.
De regeling van de legerorganisatie bij de wet achtte de mi
nister niet met de grondwet overeen te komen, en zou al ge
schiedde die regeling, in de gevolgen voor het defensiewezen
nadeelig zijn. Bij dit punt gaf de minister eene geschiedenis
van de organisatien die bij het leger hadden plaats gehad, om
aan te toonen dat zij grootendeels het gevolg zijn geweest van
den aandrang tot bezuiniging.
Om dat te betoogen wierp hij eenen terugblik op den I oestand
en de getalsterkte van het leger van 1830 af. In 1811 onder
ging het leger eene organisatie: deze bleef echter niet Ianj
bestaan in 1843 onderging het leger in alle onderdeden eene
aanmerkelijke reductie: de begrooting werd van f12000.000
tevuggebragt op ruim f 10.000.000. Na 1843 hadden er weder
veranderingen plaats, die niet goed werkten en die de toekomst
van het leger niet bevorderden. In 1848 maakten de politieke
omstandigheden het. noodig, het leger uit t.e breidenna terug
keer van gerustere tijden werd de aandrang op bezuiniging
weder herhaald,) en dit had ten gevolge dat hij het rapport, van
de tijdelijke ministers van 184S het leger in alle deelen ver
minderd werd. Het. verkeerde eindelijk in zoodanigen toe
stand, dat verbetering dringend noodig werd. Altijd was men
van de zijde der staten generaal moeijelijk in het toestaan der
benoodigde sommen, en het eindcijfer der begrootjng leverde
steeds stof tot het opperen van veelvuldige bezwaren. In 1854
werd ten gevolge van de gebeurtenissen het leger weder uitge
breid. Sedert dien tijd bleven de begrootingen eenigzins op
hetzelfde cijfer; waarvan het gevolg was dat het leger op verbe
terden voet. kon gebragt. worden naar de behoeften. De begroo
ting van 1859 was echter 2£ millioen minder dan die van 1841.
In de tweede plaats trad de minister in eene uitvoerige bloot-
legging der gronden, waarop zijne voorstellen steunen tol ver-
hoogiug van de soldij, van de toelage in het kleedings- en
reparatiefonds, van de vermeerdering van het ration brood en
van de verbetering der kaseruen, ook in verband melde over
tuiging dat de gemeenten niet verpligt zijn de kosten van ka
zernering te dragen. In de derde plaats werd door hem de
noodzakelijkheid betoogd van de vermeerdering van het perso
neel en de paarden bij het legeT; en eindelijk trad de minister in
een betoog, op welke gronden hij voorstelde de voltooijing,
uitbreiding en versterking van onze linien van defensie, die
zullen zijn de Amslerdamsche linie, de Utrechtsche liuie, de
Grebbelinie. In den loop zijner rede verklaarde de minister, dat
de aanmaak van 100,000 geweren waarschijnlijk zal kosleu 3
millioen, en de defensiewerken ruim genomen 6 millioen zullen
kosten, doch deze uitgaven zijn bnilengewone en dus tijde
lijke.
Aan het einde zijner rede gekomen, verklaarde de minister
geen voornemen gehad te hebben zijne plannen te verheden.
Hij had openhartig gesproken, en rondweg zijne voornemens
voor de toekomst opengelegd. Wierd zijne begrootiug aange
nomen, dan zou hij zijne nadere voorstellen indienenzijnde
alsdan te verwachten, dat, na uitvoering daarvan, dit weder
gunstig op de jaarlijksche begroot ing zou terugwerken. Opregt-
heidshalve had hij a'dus gehandeld. Onbevooroordeeld moest
de kamer hare stem uitbreugeu, en welke die ook zijn mogt,
hij zou ze aanmerken als gegeven te zijn in het belang van
Nederland.
De zitting der kamer werd daarna voor een kwartier uurs ge
schorst, doch de voorzitter deed van te voren voorlezen een
brief van den minister van binuenlandsehe zaken, waaruit bleek,
naar aanleiding van de daarover dezer dagen in de kamer plaats
gegrepen hebbende discussie, dat bij het departement van
binnerilandsche zaken thans werden opgemaakt de concept
voorwaarden waarnaar aan den koning zou worden voorgedra
gen, om te gelijker tijd concessie te verleenen tot aanleg van
een spoorweg van Leyden naar Woerden en van een weg van
Scheveningen over 's Hage naar Gouda.
Bij de heropening ziju onderscheidene sprekers terugge
komen op hunne vroeger uitgedrukte zienswijze ten aanzien
der wettelijke regeling van de legerorganisatie bij de wet.
De minister van oorlog, kortelijk de opmerkingen van onder
scheidene sprekers beantwoordende, gaf onder anderen den heer
van Hocvell te kennen, dat hij in het algemeen wel ingenomen
was met, het denkbeeld om het leger tevens ten nutte van onze
koloniën te doen strekkeu. Over dat onderwerp had hij veel
nagedacht, doch zijne denkbeelden daaromtrent waren nog
niet tot rijpheid gekomen, om welke reden hij zich onthouden
had van dienaangaande in eenige beschouwingen te treden.
Hiermede liepen dealgemeene beraadslagingen ten einde.
Die betrekkelijk de artikelen liep slechts over ondergeschikte
punten, als de min voegzame wijs van de opkomst der miliciens
bij de indeeling in de korpsen; de herziening van de exercitie-
reglementen het edele gedrag van een ondergeschikt ambte
naar in het militaire hospitaal te 'silage bij het heerschen vau
de cholera; de toestand der karabijnen van de kavaleriede
wensch oin een muur van dc vesting Groningen tc doen herstel
len; de wenschelijkheid om aan gemeenten gemakkelijk te ma
ken de uitvoering vau werken, voor zooveel die in betrekking
staan lot aanwezige vestingwerken, en de aanbeveling aan den
minister van de groote diensten, door het corps marechaussees
gepresteerd. Het wetsontwerp is daarna iu stemming gebragt
en aangenomen met 40 tegen 23 stemmen.
Tegen hebben gestemd deheeren: Meeussen, Westerhoff,
van Nispen van Sevenaer, Kingma, Thorbecke, Du Hert, Wy-
benga, Idzerda, van Eek, Hengst, Heemskerk, Olivier, Rein-
ders, van Hoëvell, van Akerlaken, Betz, Duymaer van Twist,
Poortman, Jespers, Beems, ter Bruggen Hugeuhoitz, Begram
en Oomen.
Kneeland.
Londen 12 december. De parijssche berigtgever van The
morniugpost, zegt dat van wege de in Midden-ltalie beslaande
regeringen officiële bescheiden tot staving van het wanbestuur
der vorige overheden aan het congres zullen worden medege
deeld, en dat tevens van wege die regeringen een of meer per
sonen te Parijs aanwezig zullen zijn om aan het. congres alle
gevraagde of vereischle inlichtingen te verstrekken.
H. M. heeft den heer R. Allcock, britsch consul-generaal
in Japan, benoemd tot haren buitengewoon gezant en gevolmag.
tigd ministèren consul-generaal aldaar.
The times deelt eeu schrijven uit St. Petersburg mede,
dat, wanneer liet waarheid behelst, een geheel ander licht werpt
over dc verhouding tusschen China en Rusland, dan men alge
meen dacht. Daarin wordt namelijk gemold dat de Russen door
China aangemaand zijn om het gebied aan den Amur, waar zij
zich sedert kort gevestigd hadden en welks afstand zij volbragt
waanden, te verlaten, terwijl de russische gezant te Peking in
middels als gijzelaar gevangen werd gehouden. Wij behoeven
echter niet te zeggen, dat, het berigt bevestiging behoeft.
BloEalscIaJasinI.
Weenen 10 december. De verdeeldheid onderdo leden der
keizerlijke familie, is thans zulk een openbaar feit, dat het op
houdt onbescheiden te zijn, daarover te spreken of te schrijven.
De oudste broeder des keizers, de aartshertog Maximilaan, de
meest geachte der aartshertogen, heeft zich voor t wee jaren van
het hof verwijderd en is met zijn jeugdige gemalin n:.ar Brazilië
vertrokken. De aartshertog Albrecht., oom des keizers, dringt
mede aan, om uit 's rijks dienst te worden ontslagen. De aarts
hertog Albrecht is thans gouverneur-generaal van Hongarije.
Al zijne pogingen om de regering te bewegen meer in overeen
stemming met den geest des volks te handelen, zijn vergeefs
geweest, zoo dat de agitatie daar tc lande met. eiken dag meer
verontrustend wordt. Het gouvernement heeft, dan ook maat
regelen beraamd, om daar een einde aan te maken; niet door
aan het billijk verlangen der bevolking te gemoet Ie komen,
maar door een militaire dictatuur iu te voeren. Talrijke troepen,
welke in Italië thans overbodig zijn, worden tiaar Hongarije
geëxpedieerd, terwijl generaal Benedek bestemd K om den
aartshertog Albrecht als gouverneur-generaal te vervangen.
De aartshertogin Sophie, die zich mede van het, hof heeft ver
wijderd, ligt te Praag ziek, ten gevolge van gemoedsaandoe
ningen over de scheuring in hare familie. Dit gebrek aan een
heid iu de hoogere kringen, dat zich, sedert, het. concordaat, is tot
stand gekomen, van lieverlede duidelijker openbaart, draagt er
niet weinig toe bij, om den ongelukkigen toestand des lands le
verergeren.