OuitenUmDscl)e tijdingen.
kennisse" onder voorzitterschap van den heer T. R. Dijkstra,
archivaris dier provincie. Uit de jaarlyksche verslagen, zoo van
de onderafdeeiingen ais van het bestuur, bleek wederom dat het
gezelschap zich in bloeijenden staat bevindt, en de beoefening
der friesche taal met kracht zoekt te bevorderen. Door den heer
P. Bleeksma, onderwijzer te Schingen, werd eene voorlezing in
de friesche taal gehouden, over //de geschiedenis der Friezen
onder de romeinsche heerschappij." Dit stuk, met algemeenen
bijval aangehoord, zal door het gezelschap in druk worden ge
geven. Voorts werd de heer dr. Jacob Grimm, te Berlijn, die
voorgesteld werd tot honorair lid, als zoodanig met algemeene
stemmen aangenomen.
Werk- en scBsoolnieuwti.
De heer E. Laurillard, theol. dr. en predikant bij de neder-
duhtsche hervormde gemeente te Leyden, beroepen naar Am
sterdam, en de heer J. G. Schuring, predikant bij de nederduit-
sche hervormde gemeente te Hoorn, beroepen naar Rotterdam,
hebben beiden voor die beroepen bedankt.
Door de kerkeraden der hervormde gemeenten Wijk en
Loon op Zand, beide classe Heusden, zijn beroepen uitgebragt
op den heer J. A. C. Nonhebei, predikant te Wemeldinge.
Tliermometergtaml-
25 julij. 's avonds 11 ure. 57 gr.
26 n 's morgens 7 62 u
w 's middags 1 74
u 's avonds 11 u 66 u
27 's morgens 7 66
's middags 1 74
(Gemeenteraad van Kierikzee.
Zitting van 25 julij.
Voorzitter de heer Fokker. Afwezig de beeren Cau, vau
der Lek de Clercq en Keiler, allen met kennisgeving en de hee-
ren de Jonge en van Dongen beide uit de stad.
De notulen van 4 julij worden gelezen en goedgekeurd.
Wordt mededeeling gedaan van twee brieven van gedepu
teerde staten houdende goedkeuring a van een raadsbesluit tot
het onderhands aanbesteden van eenig werk aan het Sasb tot
onderhandsche aankoop van een huis, beide voor kennisgeving
aangenomen.
Tot de behandeling der gemeentebegrooting wordt aange
houden de ingekomene bcgrooting van het roomsch katholijk
armbestuur.
Dc voorzitter deelt namens burgemeester cn wethouders
mede, dat ten gevolge van het raadsbesluit van 4 julij op nieuw
in het openbaar is aanbesteed het onderhoud cn de vernieuwing
der stads straten gedurende vijfjaren voor f 3499 aangenomen
voor kennisgeving.
In handen der heeren de Crane, Goemans en Landskncgt
wordt ten fine van onderzoek gesteld de rekening van het her
vormd diakonie armbestuur over 1858.
Burgemeester en wethouders leggen over de gemeentereke
ning over 1858 met bijlagen, concept besluit van goedkeuring
en hunne verantwoording, met voorloopige mededeeling dat de
rekening sluit met een goed slot van f 5928,25^ zij wordt over
eenkomstig liet wettelijk voorschrift 14 dagen ter visie gelegd;
en tot commissie van onderzoek worden benoemd de heeren
Goemans van Dongen en de Clercq.
Wordt gelezen eene missive van de kamer van koophandel
enz. te Middelburg in dato 15 julij, houdende toezending van 2
exemplaren van een door haar ingediend adres, nopens de zaak
der spoorwegen, een dier exemplaren wordt voor deleden ter
visie gelegd.
Op voorstel van burgemeester en wethouders wordt, behou
dens goedkeuring van gedeputeerde staten aan W. ten Haaf
uitgegeven, voor 14 jaren om niet en voor 14 jaren tegen f70
per bunder, een stukje land, bij liet kadaster bekend als water;
ter droogmaking bij het kaaskenswater.
Wordt gelezen liet rapport der commissie ad hoe op de reke
ning der teekcnscüooi over 1858/9 in ontvang op f345,88, uit
gaaf f 287,89, goed slot f 57,89.
Eveneens op de door burgemeester en wethouders voorge
stelde wijziging in de verordening op de heffing van opcenten
op het gedistilleerd, de likeuren en den wijn beide strekkende
tot goedkeuring, wordende de eerste mitsdien vastgesteld.
Tot dc wijziging besloten zijnde, zal deze ter goedkeuring
aan het hooger bestuur worden opgezonden.
Op hun voorstel worden burgemeester en wethouders gemag-
tigd een der klokken van het carillon te doen vergieten, waar
van de kosten zullen beioopen f 35,50.
De voorzitter herinnert dat vroeger aan burgemeester en
wethouders een crediet is verleend om de kraan te doen repa
reren, dat zij hiermede gewacht hebben tot de kaaimuren op die
plaats vernieuwd werden, dat als nu uit het rapport én van den
architect én van een deskundige is gebleken dat wanneer, de kel
ner rondom den koningstijl wordt vernieuwd en 2". eenige ver
andering in het werk als een nieuwe as, spier, spaken cn eenig
ijzerwerk de kraan weder goed in orde zal zijn, waarom burge
meester en wethouders voorstellen die werken te doen verrig-
ten. Deze zullen beioopen i 398, terwijl onderzoek gedaan is
naar de kosten voor eene nieuwe kraan welke voor 6000 kilo's
met bascule f 6700 en zonder bascule f4700 zouden beioopen.
Hierop ontstaat eene discussie waaraan al de leden deelne
men alsdc heer van der Grijp die vermeent dat het beter zoude
zijn dc kraan buiten gebruik te stellen daar het een oud gebouw
is waaraan telkens belangrijke reparation zullen vallen cn dat
toch gebrekkig zal blijven: de heer Landsknegt die met den
heer Ochtman dc kraan heeft onderzocht en slecht bevonden
Dc heer Goemans die argumenteertslechte toestand en
slechte positie der kraan, zoodat de schippers het ontzien, om
het tijdverlies, om er onder te komen, eindelijk geen behoefte,
dat hij aantoont door het weinig gebruik; de heer Houwer die
betoogd dat de koningstijl rot is en dus geen vertrouwen ver
dient terwijl de aangebragte verandering aan het raamwerk
geen stevigheid geeft; de heer van der Yliet die betoogd de
weinige behoefte, de vrees voor ongenoegzame stevigheid welke
belet er gebruik van te makende heer Ochtman die zegtdatde
commissie van fabricage den architect over de reparatien ge
hoord heeft en deze de commissie zoodanig heeft ingelicht, dat
zij bezwaar maakt de kraan te vertrouwen. Deze heeren zijn
beurtelings wederlegd door den voorzitter die de gemaakte
bedenkingen uit den weg trachtte te ruimen door aan te toonen
dat burgemeester en wethouders die bezwaren reeds vroeger
hadden vernomen, waarom zij beproefde deskundigen hadden
gehoord en deze hadden verklaard dat na de aangegeven repa
ratien de kraan voldoende stevigheid zoude hebben; dat burge
meester cn wethouders daarom een uitgaaf ad f 598 doelmatig
achtten, terwijl zij een offer van f4700 a f6000 te zwaar vinden.
Zij meenden daarom het beter was deze kraan nu te repareren
dan de gemeente zonder dergelijk werktuig te laten; de heer dc
Crane zoude dit laatste een groot bezwaar achten, hij gelooft
dat daarvan, wanneer hij op een doelmatige plaats stond, veel
gebruik zoude worden gemaaktde heer Ochtman stelt voor in
deze vergadering geeue beslissing te nemen, maar aan burge
meester en wethouders een nader onderzoek op te dragen; de
voorzitter geeft in overweging dit voorstel te wijzigen en wel het
nader onderzoek door burgemeester en wethouders daar niet
in op te nemen, daar zij toch de deskundigen gehoord hebben
en hun voorstel daarvan het resultaat is. Na verdere discussie
wordt het voorstel van den lieer Ochtman aldus gewijzigd iu
omvraag gebragt en verworpen met 5 tegen 3 stemmen, die des
heeren Ochtman, van der Grijp en Fokker.
Het voorstel tot herstel, van burgemeester en wethouders
wordt daarna verworpen met 7 stemmen tegen 1, die van den
heer Fokker. De voorzitter vraagt of een der heeren nu een
ander voorstel omtrent deze zaak te doen heeft, waarop de heer
de Crane betoogd de behoefte aan eene kraan en vraagt of het
niet nuttig zoude zijn indien burgemeester en wethouders eens
informeerden wat eene nieuwe zoude kosten, al ware het ook
van minder kapaciteit, daar hij er echter geen bepaald voorstel
van maakt wordt de zaak voor alsnog onbeslist gelaten.
Waarna de vergadering is gesloten.
BBuitscIilaiul.
Weenen 22 julij. De taal der meeste oostenrijksche bladen
begiut thans van de aanvankelijke opgewondenheid tegen Pruis-
sen terug te komen. De Wiener Zeitung onder anderen, neemt,
acte van Pruissens uitdrukkelijke vetklaring.dat het in geenerlei
bemiddelingsontwerp heeft toegestemd, waarbij men aan Oos
tenrijk ongunstiger voorwaarden wilde opdringen dan die'
welke het thans heeft bedongen, maar iu tegendeel bij de mede-
deelingen aan andere mogendheden zich steeds voor ontwerpen
heeft gezind betoond, die veel gunstiger waren dan de thans
vastgestelde vredespreÜminairen. De Wiener Presse zegt on
der anderen, dat veel op rekening van eeu onzalig misverstand
kan worden gesteld, en dat het veel beter ware geweest indien
men een kostbaren tijd niet nutteloos had laten verloren gaan.
De Ostdeulsche Post blijft daarentegen nog steeds aan Pruissen
de schuld van de bestaande tweedragt. en wantrouwen wijten,
en toont aan dat het streven naar Pruissens opperheerschappij
niet tot de vereeniging, maar tot ontbinding van Duitschland
zal leiden.
De Oesterreichische Correspondenz bevatte Daar aanleiding
van de dezer dagen bekend geworden circulaire-depeche van
den pruissischen minister van buiteulaudsche zakeu, 11. zondag
een artikel strekkende om te verklaren dat Pruissen geen deel
heeft gehad aan de bemiddelingsvoorstellen, en waarin gewag
gemaakt werd van het manifest des keizers van Oostenrijk.
Daarin wordt gezegd dat de woorden van het keizerlijk manifest
hunne volle kracht behouden, ook al heeft er een blijkbaar mis
verstand plaats gehad wat betreft de verhouding van Pruissen
tot het oorspronkelijk door de engelsche aan de fransche rege
ring medegedeelde bemiddelingsontwerp. Europa is getuige dat
reeds maauden lang de zedelijke invloed van Pruissen meer ten
nadeeledan ten voordeele van Oostenrijks integriteit werkzaam
was. Wel is waar vermeed Pruissen elk initiatief, waaruit men
kon opmaken dat het vanOostenrijk een afstand van grondgebied
verwachtte; maar het behandelde toch het territoriaal bezit van
Oostenrijk, krachlens de verdragen van 1815, meer als eene
voorloopige basis, waarvan des noods wel afgeweken kon wor
den, en deed evenmin eenig aanbod om bezit te garanderen. Bij
de voortzetting van den strijd moest Oostenrijk er zich op wape
nen het Berlijner kabinet aan een ongunstig standpunt van
bemiddeling te zien vasthouden. Het artikel eindigt met de
verklaring, dat men geen nutteloozen strijd wenscht te voeren
over hetgeen eene afgedane zaak is, maar dat men het pligt
heeft geacht den twijfel weg te nemen of de woorden des keizers
wel op daadzaken gegrond zijn.
Frankfort 23 julij. Te Munchen heeft de troonrede des
konings een gunsiigen indruk gemaakt. Men stelt vertrouwen
in de door Z. M. gedane toezeggingen, wegens de invoering der
reeds sedert lang gewenschte verbetering in het justitiewezen
en andere takken van beheer.
Keulen 24 julij. Iti den avond van den 22 dezer is alhier de
stads schouwburg eene prooi der vlammen geworden. Te mid
den van een onweder (hetgeen doet veronderstellen dat de
bliksem de oorzaak van den brand is geweest) sloegen op eens
de vlammen uit het voorste gedeelte van het gebouw. Er is
slechts een persoon bij omgekomen en de naburige huizen zijn
grootendeels behouden.
Belffie
De heer L. J. de Potter, bekend door de gebeurtenissen van
1829 en 1830, eu lid van het voorloopig bewind van Belgie in
laatstgenoemd jaar, is den 22 dezer iu 73jarigen ouderdom te
Brugge overleden.
frankrijk.
Parijs 26 julij. De keizer schijnt van de reis naar Plombières
te zijn afgezien doch zal den 6 of 17 augustus, na zijnen pleg-
tigen intogt iu Parijs met de keizerin naar Biarritz vertrekken.
De Moniteur behelst een keizerlijk besluit vanzaturdag,
waarbij de maarschalk Pélissier, hertog van Malakoff, lid van
den geheimen raad en vice-president van den senaat, tot groot
kanselier der Orde van het Legioen van Eer benoemd wordt, in
de plaats des overledenen hertogs van Plaisance.
Deze benoeming geeft aanleiding tot verschillende veronder
stellingen. Eenigen zien daarin eeu middel om den hertog op
eene eervolle wijze te ontslaan van het opperbevel van het leger
van den Rijn, om dat de keizer zich binnen kort zelf aan het
hoofd daarvan zou stellen, anderen zien er het bewijs in dat dit
leger binnen kort zal ontbonden worden. Zeker is het, dat de
hertog door de aanvaardiging van zijne nieuwe betrekking af
stand van zijnen militaire loopbaan moet doen.
Le pays bevat eenige bijzonderheden aangaande den dood
der koningin van Portugal. 11. M. had den koning naar Ven
das Novas begeleid, waar proeven genomen werden met getrok
ken kanonnen; net was zeer warm en bij hare terugkomst wa3
zij eeu weinig ongesteld, hetgeen aan een zonnesteek werd toe
geschreven. De geneesheeren Gomez en baron da Silva bemerk
ten echter spoedig dat zij aan eene keelontsteking leed en
doctor Timas, die wegens de behandeling dier ziekte zeer
beroemd is, werd ontboden. De chirurgijn Barbeza deed te
vergeefs eene zeer pijnlijke operatie aan de keel, en de algemeen
beminde vorstin gaf den 16den des avonds te 8 ure den geest.
De moniteur van hedeu bevat, het volgende artikel:
//Men tracht in Engeland de oorzaak van de lasten, aan die
natie tot hare verdediging opgelegd, aan Frankrijk te wijten.
De voorgewende uitbreiding onzer wapenen is het middel,
waarmede men de hooge opvoering der budgetten voor oorlog
en marine van Engeland, zoekt te regtvaardigen. Eene verge
lijking der begrootingen van Frankrijk en Engeland doetechter
aanstonds zien hoe men ten deze dwaalt. Sedert 1853 zijn de
militaire budgetten in Engeland met 200 millioen vermeerderd,
waardoor men voor 1860 een totaal van 650 millioen heeft ver
kregen. terwijl deze in Frankrijk voor 1860 slechts 463 millioen
bedragen. Dit geeft aanleiding om te vragen of men de aan
zienlijke toerustingen van Engeland, en de daaruit voortsprui
tende lasten welke op de bevolking drukken, aan geene andere
oorzaken dan aan de handel wijze van Frankrijk moet toe
schrijven."
Italië.
Een der grootste bezwaren ten aanzien der conferentie le
Zurich, namelijk de vertegenwoordiging van Sardinië, schijnt
thans opgeheven te zijn. Koning Victor Emanuel zelf zou
daarin aan den wensch van keizer Erans Joseph tegemoetgeko
men zijn, en van de bijwoning dezer conferentie afgezien hebben»
onder voorbehoud evenwel van zijn regt, om zich op het alge
meene groole europesche congres te doen vertegenwoordigen.
Op welken dag deze conferentie zal gehouden worden, hangt
nu alleen af van de komst van vorst Esterhazy te Parijs,
zijnde deze, zoo als men weet, door keizer Erans Joseph be
last om over de voorbereidende bepalingen voor de bijeenkomst
te Zurich te onderhandelen.
In tegenstelling van hetgeen vroeger is gemeld, houdt men
het er thans voor, dat Frankrijk zich geheel zal onthouden van
alle inmenging om de verdrevene souvereineu van Parma, Tos
cane en Modena in het bezit hunner troonen te herstellen. Dit
is, wel is waar schijnbaar in strijd met het meer en meer veld
winnende gerucht dat eene fransche divisie, die van den maar
schalk Canrobert, naar Parma en Toscane zal gezonden worden,
doch die tegenstrijdigheid wordt opgeheven door de veronder
stelling dat deze fransche legermagt alleen dient om de orde in
die provinciën te handhaven, zonder zich met de herstelling van
het status quo in te laten.
Ondertusschen heeft het nieuwe ministerie in Sardinië aan
den gouverneur van Modena en aan de overige ambtenaren, die
door het gouvernement naar de hertogdommen en naar Tosca
ne waren gezonden hunne ofücieele kwaliteit weder ontno
men. Deze maatregel heeft in die staten eene betreurens
waardige uitwerking gehad.