BIJVOEGSEL
VAN DE MIDDELBURGS
E COURANT.
Dingsdag 7 junij 1839.
Stttteu-generiftal.
Vrijdag heeft de eerste kamer met algemeene stemmen aan
genomen het wetsontwerp tot eindregeling van de zaken der
Maatschappij van weldadigheid en verhooging van hoofdstuk
V der staatsbegrooting over het diensljaar 1859.
De kamer zal den 15 dezer weder bijeenkomen.
De tweede kamer heeft vrijdag de beraadslagingen voortge
zet over het wetsontwerp nopens de zamenblijving der miliciens
van het Liraburgsck contingent van het duitsche bondsleger.
Die discussie is onderbroken door een hoogst treffend voor
val. De heer L. D. Storm uit Breda, bezig zijnde de wet te be
strijden en met warmte verklarende dat hij nooit in eene wet
zou toestommen waarbij exceptionele lasten aan eene provincie
werden opgelegd, kreeg een hevig en plotseling toeval, en was,
na nog eenige geneeskundige hulp van de doctoren de Poorter
en Idzerda, doch vruchteloos te hebben ontvangen, in weinige
oogenblikken niet meer ouder de levenden.
Het behoeft niet vernield te worden dat de geheele vergade
ring met ontzetting vervuld was bij dit aandoenlijk plotseling
sterfgeval. De zitting werd dadelijk opgeheven.
Wat de behandeling van het wetsontwerp betreft, de heer
Thorbecke stelde in deze zitting voor om het artikel in dezer
voege te doen luiden:
//Bij gebrek aan genoegzame vrijwilligers worden de miliciens
der provinciale limburgsche ligting (met uitzondering van de
miliciens herkomstig uit de vestingen Maastricht en Venloen
hare kringen) vaul855,1856,1857 en 1858, die door ons onder
de wapenen zijn of worden geroepen, voor zoo veel dc bonds-
dionstdit, binnen het jaar, te rekenen van de afkondiging dezer
wet, vorderen zal, onder de wapenen gehouden.
//De miliciens voorde bondsdienst bestemd, worden zoo veel
en zoo spoedig mogelijk door vrijwilligers vervangen."
De zitting van zaturdag werd door den voorzitter aangevan
gen: met een kort doch hartelijk woord, gewijd aan de nagedach
tenis van den heer Storm.
Bij de voortgezette behandeling van het wetsontwerp is de
door den heer Thorbecke voorgestelde wijziging (de heer van
Winlershoven had eene van hem weder ingetrokken) met 38
tegen 26 stemmen verworpen.
Voor hebben gestemd de heeren Jcspcrs, Meeussen, van der
Linden, van Wintershoven, Strens, van Heukeiom, Heemskerk
Reinders, de Poorter, ter Bruggen Hugenholtz, Zylker, Poort
man, Idzerda, de Bie'oerstein, Bots, van der Veen, Thorbecke,
lloynck van Papcndrecht, Betz, de Lom do Berg, Olivier, Beeus,
Dullert, Kingma, van Hoëvell en Meylink.
Het ccnig artikel van het wetsontwerp, in den loop der be
raadslaging door de regering aldus gewijzigd, dat het luiden zou:
//De miliciens der provinciale limburgsche. ligting van 1855,
1856,1857 en 1858 (met uitzondering van de miliciens herkom
stig uit dc vestingen Maastricht en Venlo en van hare kringen)
die door ons ten behoeoe van het contingent van het hertog
dom Limburg tot het duitsche bondsleger onder de wapenen
zijn of worden geroepen, worden, zoo lang de bondsdienst dit
vordert, onder de wapenen gehouden," zijnde dec«/«y/gedrukte
woorden er bij gevoegd, werd daarna zonder hoofdeiijke
stemming goedgekeurd.
Dc heer van Winlershoven had voorgesteld om een nieuw
tweede artikel bij de wet te voegen, van den volgenden inhoud
//Bij een gelijktijdig met deze wet uit te vaardigen reglement
van algemeen bestuur wordeu de aanwijzing voor de bondsdienst
van dc in art. 1 bedoelde miliciens, en tevens de bevordering
van de vrijwillige werving voor deze dienst geregeld," welke
bijvoeging met 54 tegen 9 stemmen werd verworpen.
Voor hebben gestemd de heeren Jespers, van Wintershoven,
Strens, Zylker, de Bicbcrstein, Bots, de Lom de Berg, Beens en
Meylink.
Na de goedkeuring der beweegredenen werd het wetsont
werp met 55 tegen 8 stemmen aangenomen.
Tegen hebben gestemd de heeren van der Linden, van Win
tershoven, Strens, de Bieberstcin, van der Veen, Thorbecke, de
Lom de Berg en van Hoëvell, zijnde dc heer Rcinders bij die
stemming niet tegenwoordig.
Niemand der leden nam deel aan de algemeene beraadslaging
over het wetsoutwerp tot verhooging van hoofdstuk X der
staatsbegrooting voor het dienstjaar 1859, ten behoeve van het
onderwerp by de aangenomen vctsvoordragt bedoeld.
Artikel 1, aangevende de onderscheidene artikelen der be
grooting van hoofdstuk X, waarvoor verhooging werd aange
vraagd, werd naar die onderdeelen behandeld. Voor artikel 10
(lilde afdeeling), wapen der kavallerie, staf en corpsen, daar
onder begrepen de officieren van gezondheid en paardenartsen,
benevens het limburgsch bondscontiugent enz., werd verlangd
eene verhooging van f359,287,83. De heer Thorbecke stelde
voor om dat bedrag metf 154,080, kosten voor de mobilisatie
van het bondscontiugent benoodigd, te verminderen.
Die wijziging werd echter met 39 tegen 25 stemmen verworpen.
De regering vereenigde zich met het voorstel van den heer
Storm van 's Gravesande, om uit het artikel weg te nemen de
woorden://officieren van gezondheid en," waarna het aldus, even
als de volgende artikelen waarop verhoogiug werd aangevraagd
en waarover gecne beschouwingen gehouden werden, beuevens
de beweegredenen achtereenvolgens werd goedgekeurd.
Het wetsontwerp zelf werd met 55 tegen 8 stemmen aangeuo-
men. Tegen hebben gestemd de heeren van der Linden, van Win
tershoven, Strens, lleiuders, de Biebcrsteiu, de Lom de Berg,
Olivier en van Hoëvell.
Gemeeuteraad van Vlisssogen.
Zitting van 1 junij.
Voorzitter de heer Callenfels. Afwezig dc heer Borghstijn.
De notulen der vorige zitting worden voorgelezen en goed
gekeurd, waarna door den heer Schultz, namens de commis
sie tot daarstclling eener nieuwe plaatselijke school voor on- en
minvermogenden, wordt medegedeeld dat reeds ten vorigen
jaro door den toenmaligen gemeentcbouwmcester aan de com
missie drie plannen waren ingezonden, doch dat zij het noodig
heeft geoordeeld, van den inmiddelsnieuw benoemden gemeen
tebouwmeester ook een plan te verzoeken, waaraan door tus-
schenkomst van heeren burgemeester en wethouders is voldaan.
De commissie kon zich daarmede echter niet vcrcenigen, en na
hare opmerkingen den bouwmeester te hebben medegedeeld,
heeft zij alsnog verzocht, een ontwerp in te zenden tot over
dekking van de opene ruimte achter het gebouw in het Groe-
newoud en dc verdere inrigting daarvan tot school, alsmede
eene van het vroeger tot kazerne gebruikte lokaal aan liet einde
van de Walstraat; ten gevolge waarvan door den bouwmeester
andermaal drie ontwerpen zijn overgelegd, als twee van het
gebouw in het Grocncwoud, en een van dat in de Walstraat.
Deze zijn echter te laat ingekomen om nog voor deze zitting
naauwkeurig door de leden der commissie te worden onder
zocht; waarom hij voorstelt, de commissie deligent te verkla
ren, als buiten de gelegenheid geweest zijnde om het bedoelde
rapport uit te brengen, met te kennengeving dat daaraan in eene
volgende vergadering zal worden voldaan.
Op voorstel van den voorzitter wordt met algemeene stem
men dien overeenkomstig beslotennadat de heer Ruysch ït
priori verklaarde zich niet te zullen vereenigen met een even
tueel voorstel tot verbouwing van de vroegere kazerne aan het
einde der Walstraat, uit hoofde deze plaats ongelegen is en het
gebouw zelf ongeschikt voor do gezegde school, welk een en
ander hij in het breede betoogde, door to wijzen op do geschie
denis van dat gebouw, zoo als bet meermalen tot verschillende
doeleinden gebruikt, en daarna telkens weucr is afgekeurd.
Door het bestuur van liet departement der Maatschappij tot
nut van 't algemeen alhier is een verzoek gerigt aan het gemeen
tebestuur, tot wegneming barer bezwaren tegen de betaling van
het maandclijksch schoolgeld ad f 1, per hoofd voor kinderen
welke voor rekening van dat departement onderwijs genieten,
op eene der openbare scholen; verschuldigd in gevolge dc veror
dening op het openbaar ouderwijs, terwijl vroeger daarvoor
slechts 75 cent per hoofd betaald werd, waarbij vooral wordt
gewezen op dc omstandigheid, dat het onderwijs van wego het
departement verstrekt wordende, uit ecu liefdadig oogpunt ge
schiedt, aangezien die kinderen niet in de termen vallen om te
worden toegelaten op de school voor on- en minvermogenden,
en nogthans zonder deze hulp van het zoo noodig onderwijs
verstoken zouden blijven.
De heer Uyttcuhooven stelt de vraag voor of eenige wettelijke
bopalingen zoodanige wijziging in dc gemeente verordeningen
verbieden, hetwelk hij vermeent ontkennend te moeten beant
woorden. Wel verbiedt art. 172 der grondwet het verleenen
van privilegiën in zake van belasting, maar aan zoodanig privi
legie als in vorige tijden somtijds aan bijzondere personen
of standen der maatschappij werd verleend, kan in het onderha
vige geval niet gedacht worden. Het geldt hier eene ontheffing
van bezwarende bepalingen in het belang van het onderwijs,
daar waar het streng opvolgen der regels het oogmerk der wet
niet slechts niet zoude doeu bereiken maar integendeel zoude
doen missen, in voege als dergelijke ontheffingen ook ten opzigte
van verschillende rijkswetten worden toegelaten,in het belang
van sommige takken van handel en nijverheid, zoo als in de
wet op dc personele belasting en verschillende accijnswetten,
waarom door hem wordt voorgesteld zoodanige wijziging in dc
betrekkelijke verordening te brengen, dat de kinderen van wego
het departement der Maatschappij tot nut van 't algemeen op
eene openbaro school onderwezen wordende, even als vroeger
zullen betalen 75 cent per hoofd in de maand. Met algemeene
stemmen wordt aldus besloten.
Wordt door den voorzitter kennis gegeven, dat door gedepu
teerde staten aan burgemeester en wethouders magtiging ver
leend is, om over te gaan tot dc liquidatie van dc zaken van het
bcurtveer tusschen Middelburg en Botterdam.
Wordt voorgelezen een adres van het parochiaal roomsch
katholiek armbestuur, waarbij men verzoekt om het subsidie ad
f 60, per wees, voor dit en volgende jaren met f 5 te verhoogon
en alzoo te brengen op f 65 per hoofd. Dit verzoek was gerigt
aan heeren regenten van het arm- gast en weeshuis alhier,
die dit adre3 benevens hnn advies aan burgemeester en wet
houders hebben doen toekomen daarin aanbevelende om dc
gevraagde verhooging toe te staan, doch voorloopig slechts voor
een jaar, daar het niet zeker is dat dc thans aangevoerde be
zwaren ook in liet vervolg zullen blijven bestaan. Ten gevolge
van een en ander is door burgemeester en wethouders verzocht
om dc inzending van cencn staat, aanwijzende het aantal,
kunne, ouderdom enz. der roomsch katholieke wcczen, waaraan
dat armbestuur heeft voldaan en waaruit is gebleken dat de be
doelde verhooging wenschciijk is; waarom door den voorzitter
wordt voorgesteld dc gevraagdo verhooging voor een jaar toe
te staan. Daartoe wordt besloten met algemeene stemmen.
Door den voorzitter wordt voorgesteld de navolgende reke
ningen goed te keuren.
a. van de bank van lecning: ontvang f 17619,54, uitgaaf
f 18100,25, nadeelig saldo f480,71 b. van dc plaatselijke tce-
kcnschool ontvang f318,65, uitgaaf f301,94, voordeelig
saldo f 16,71; c. van de dienstdoende schutterij ontvang
f 1066,05, uitgaaf f 1029,83, voordeelig saldo f 36,22; d. van de
calicotsfabrick, ontvang f 29214J-, uitgaaf f 182,75^ voordee
lig saldo f 109,39.
Deze worden alzoo met algemeene stemmen goedgekeurd.
Na voorlezing van een adres van dc wed. Sterkman Zonen
te 'sHagc, tot betaling van het restant der aannemingsom,wordt
door den voorzitter te kennen gegeven dat burgemeester en
wethouders gedifficultcerd hebben in dc uitbetaling van den
tweeden termijn, aangezien de derde of laatste termijn alleen
onvoldoende is om daarvan af te houden de door die firma ver
beurde boete, wegens te late levering van de ijzeren draai
brug, zijnde volgens contract f 20 per dag,dus voor 80 werkda
gen a f20, is f 1600. In dat adres worden tevens eenige oor
zaken opgegeven, die tot die vertraging hebben medegewerkt.
Hierover grijpen uitvoerige discussion plaats, waaraan behalve
de voorzitter nog deelnemen de heeren Schultz, Ruysch, Mcst-
dngli, ITyttonhooven, van Uyc Picterse en J. A. Schmidt;
waaruit blijkt dat de leden in het algemeen ongenegen zijn, om
dc boete kwijt te schelden, aangezien er geen grond bestaat om
dc vertraging toe te schrijven aan overmagt, maar alleen aan
bijomstandighedenterwijl bij de aanneming wel vermoedelijk
op de aanncmingsom van invloed zal geweest zijn, hot hepaalde
tijdstip der levering, en men mitsdien eene onbillijkheid zoude
begaan tegenover de concurrente aannemers, die op ccnc leve
ring op tijd gerekend zouden hebben. Sommige leden wenschtcn
echter eenige vermindering der boete te kunnen toestaan, wor
dende eindelijk door den lieer Uyttenhooven in het midden gc-
bragt, dat burgemeester eu wethouders zich onbevoegd achten,
eene kwijtschelding voor te stellen van gelden, welke krachtens
de bepalingen van een contract, der gemeente regtens toeko
men zoo dat hij voorstelt om het aan burgemeester en wethou
ders gerigt verzoek, zoo als het daar is liggende, te wijzen van dc
hand, met kennisgeving dat adressanten zich bezwaard gevoe
lende, alsnog hunne bezwaren aan den gemeenteraad kunnen
kenbaar maken, met opgave en constatering der feiten die tot
die vertraging geleid hebben en door den gemeenteraad aanne
melijk zouden kunnen worden geacht, om op grond daarvan
eene remissie der boete te verlecneD.
Daartoe wordt met algemeene stemmen besloten.
Wordt door den voorzitter kennis gegeven dat de boeken en
kiis van den gemeenteontvanger 20 mei jl. zijn opgenomen en in
kas bevonden f 18729,21$ waarvan mcdedceling zal geschieden
aan gedeputeerde staten.
Voor kennisgeving is aangenomen de mcdedceling der ovcr-
dragt van het garnizocnshospitaal, in gevolge besluit der vorige
vergadering, wordende de acte van overdragt voorgelezen.
Door den voorzitter wordt medegedeeld dat is overleden do
heer C. Torré, gemeenteontvanger, en dat ten gevolge van art.
1 IS der gemeentewet door burgemeester en wethouders al dat
gene is verrigt, wat is voorgeschreven bij genoemd artikel,
terwijl op verzoek der weduwe, dc interimaire waarneming dier
betrekking is opgedragen, aan den heer P. Mets, thans werk
zaam op dat zelfde kantoor.
Nadat alsnog door den heer Ruysch gevraagd werd, of dc
commissie tot onderzoek van het doelmatige eener weging en
meting van aan belasting onderworpene artikelen voor rekening
der gemeente, daarvan reeds verslag had gedaan, hetwelk ont
kennend werd beantwoord, wordt dé vergadering door den
voorzitter gesloten.
TER DRUKKERIJ VAN DE GEBROEDERS ABRAHAMS.