Ciuitcnlanösclu- tijirinijen.
dragen, dat is 71 minder dan in 1857. Daaronder waren 827.
die reeds vroeger in de gestichten geweest waren. De policie in
de koloniën laat, volgens het rapport, steeds veel te wenschen
over. De schrijver van het verslag meent, dat het verkieslijk
zou zijn, de ontvlugten, in plaats van ze op te sporen en na hat
ondergaan van hun straftijd weder in het bedelaarshuis op Ie
nemen, te beschouwen als niet meer tot de koloniën te behooren
en hun zelfs het wederkeeren te verbieden.
Men verneemt dat H. M. de koningin ook dezen zomer het
paleis het Huis in 't Bosch zal betrekken.
Prinses Marianne wordt eerstdaags verwacht op haar bui
tenverblijf ouder Voorburg.
.Naar men verneemt is de aanbesteding van den bovenbouw
van het paleis voor Volksvlijt, ten gevolge van het besluit, door
het bestuur in zijne vergadering van den 4 dezer genomen, niet
gegund. Men zal tot eene herbesteding overgaan.
In de zitting van den gemeenteraad van 's Hage van dingsdag
is onder anderen verworpen met 13 tegen 11 stemmen, het
voorstel betreffende het leggen van spooren voor gewone rijtui
gen naar Schevcningen.
Wij vernemen dat de kamer van koophandel en fabrieken te
Arasterdam aan Z. M. den kouing, op HD. verlangen, eene
memorie heeft aangeboden, waarbij de grootere voordeelen
voor handel en scheepvaart bij de doorgraving van Holland op
zijn smalst te verkrijgen, in tegenstelling van die, te verwach
ten bij de geprojecteerde verbetering van het Noordhollandsche
kanaal, worden uiteengezet; de kamer had zich bereids te dier
zake onder dagteekeuing van 31 maart, bij adres tot den
minister van binnenlandsche zaken gewend.
De arrondissements regtbank te Amsterdam heeft dingsdag
uitspraakgedaan in de zaak van T. H. W. Apeker. De regt-
'cank heeft, bij een uitvoerig vonnis,waarvan de voorlezing bijna 1
een half uur duurde, den beklaagde schuldig verklaard aan het
wanbedrijf van bedriegelijke oph'gting (escroquerie,) en hem
veroordeeld tot eene gevangenisstraf van 6 jaren en 8 maanden
en tot de betaling eener geldboete vau f 500. overwegende o. a.,
dat de beklaagde door den militairen regter reeds vroeger tot
een jaar detentie was veroordeeld en eerloos verklaard, wegens
desertie en diefstal. Uit het vonnis blijkt o. a., dat de beklaag
de door middel van een brief, gedagteekend uit 's Gravenhage,
zeker iemand te Amsterdam naar het station van den Holland-
schen spoorweg aldaar gelokt, en zich voordoende als com mis-
saris van policie te 's Gravenhage, medegedeeld heeft, dat die
persoon zou zijn beticht van eene schandelijke misdaad, en dat
bij, als commissaris van policie, ter zake van een en ander pro
ces-verbaal had opgemaakt; dat hij wel niet aan de waarheid
van het ten laste gelegde geloof hechtte, maar dat het toch
beter zou zijn, indien dergelijke lasterlijke geruchten werden
verborgen gehoudendat hij, Apeker, den persoon daarom
aanbood, hem het bewuste proces verbaal te zullen ter hand
stellen voor de som van f 1000 dat de bedrogen persoon hier
op eerie som van f 405 aan den beklaagde heeft overhandigd;
dat echter later is gebleken, dat het verzegelde zoogenaamde
proces-verbaal niets anders was dan een stuk onbeschreven
papier.
Woensdag deed die regtbank uitspraak in de zaak van me
vrouw de Mercy d'Argenteau, geboren van Brienen, tegen de
Rijnspoorweg-maatschappij, wegens schade, volgeus de dag
vaarding door de vonken van de voorbijrijdende locomotief aan
een der eischeres toebehoorend sparrenbosch bij Driebergen toe-
gebragt. De regtbank heeft aangenomen dat het getuigenver
hoor voldoende heeft bewezen dat de vonken der locomotief oor
zaak van den ontstauen brand vanjiet hout waren, maar dat de
schade toch niet is de schuld van de gedaagde maatschappij,
maar gevolg van overmagt. Dien ten gevolge is de vordering
van de eischeres tot schadevergoeding afgewezen.
Hel Weekblad van het regt behelst het volgende berigt:
De hooge raad heeft vrijdag 11. uitspraak gedaan in eene zaak
die van veei belang is voor den eigenaar van drooggemaakte
landen in de Haarlemmermeer. In art. 5 namelijk der wet van
22 maart 1839 (staatsblad no. 7) betrekkelijk de droogmaking
der Meer, was bepaald //de drooggemaakte landen zullen na
derzelver verkoop vrijdom van grondlasten genieten, gedurende
den tijd van 25 achtereenvolgende jaren," en die bepaling was
overgenomen in de voorwaarden, waarop de landen, na de
droogmaking zijn verkocht. De koopers hebben er sedert op
geplaatst de voor de bebouwing noodige gebouwtjes, en de ad
ministratie heeft toen begrepen, dat wel verkregen was vrijdom
voor ongebouwde, maar niet voor gebouwde eigendommen.
Een der eigenaars, na vergeefs alle administratieve regtsmidde-
len te hebben uitgeput, heeft den staat, als verkooper, tot scha
devergoeding aangesproken, doch de hooge raad heeft hem in
het ongelijk gesteld, op grond dat de eenige vraag was, hoe
moet worden uitgelegd de aangehaalde bepaling der wet van
1839, en dat wel tijdens die wet, de belasting op de gebouwde
eigendommen deel uitmaakte van de grondbelasting, dat uit
het woord //de landen" moest worden afgeleid, dat alleen; be
doeld was vrijdom van de grondlasten, die daarvan zouden moe
ten worden betaald als van «-landerijen," en dus voor zoo verre
zij zouden blijven ongebouwd.
Met den 1 dezer trad de overeenkomst, tusschenNederland
en Belgie gesloten tot waarborg van den eigendom van weten
schappelijke en letterkundige werken, in kracht. De provinciale
directeuren der belastingen zijn opmerkzaam opgemaakt op
art. 5 dier overeenkomst, houdende verbod van invoer van na
druk van belgische werken. Ook is hunne aandacht gevestigd
op art. 11, ten gevolge waarvan, mede te beginnen met 1 april,
met vrijdom van regten hier te lande moeten worden ingelaten
de boeken, welke in Belgie uitgegeven en geen nadruk zijn.
Maar niet alleen deze boeken worden thans vrijgesteld van
invoerregteu, maar uit kracht van art. I der wet van den I
september 1854 (Staatsblad no. 126), moet, in verband met de
bovengenoemde overeenkomst, de vrijstelling eveneens worden
toegepast op alle gelijksoortige boeken, welke uit andere staten
worden ingevoerd, zoo dat niet alleen de in Belgie, maar ook de
in Engeland, Erankrijk, Duitschland en in alle andere landen
uitgegeven boeken, welke geen nadruk zijn, met vrijdom van
regten behooren te worden toegelaten. Het artikel boeken
wordt zóó toegepast, dat alle boeken en bladen, ingeuaaid of
ingebonden, geen nadruk zijnde, vrij van regten in Nederland
worden ingevoerd.
Benoemingen en besluiten.
Benoemd, met ingang van den 20 dezer, tot griffier bij het
kantougeregt te Vlissingen, jhr. mr. L. F. van Panhuys, thans
plaatsvervangend kantonregter en advocaat te Middelburg, eu
met iugang van 4 mei eerstkomende, tot kantonregter te Sluis,
mr. P. J. Callenfels, advocaat te Middelburg.
Bij koninklijk besluit van 5 dezer is het kantoor der di
recte belastingen en accijusen te Gestel c. a. ingetrokken;
zijn de gemeenten Gestel en Blaart hem ingetrokken en ver-
eenigd met het kantoor der directe belastingen, m en uit
gaande regten en accijnsen Ie Eindhoven, onder voortdurend
beheer van den ontvanger F. van Lelyveld van Cingels-
houck aldaaris bepaald dat voortaan het kantoor der directe
belastingen en accijusen van Veldhoven zal zijn zameugesteld
uit de gemeenten Veldhoven en Meerveldhoven, Waalre, Aalst,
Oirle en Zeelst, hoofdplaats Veldhoven; en benoemd lot ont
vanger der directe belastingejl en accijusen te Veldhoven c. a,,
de heer J. C. Kremer, surnumerair bij de administratie van's rijks
belastingen ter provinciale directie in Noordbrabant.
Benoemd, bij besluit vau dien datum, tot ontvanger der
directe belastingen en accijusen te Vorden,de heer jhr. T. E. van
Nispen, surnumerair der directe belastingen, in en uitgaande
regten en accijnsen ter provinciale directie in Limburg; en te
Koudum, de heer jhr. J. G. F. van Spengler, thans ontvanger
der zelfde middelen te Ee.
Eervol ontheven, bij besluit vau 30 maart, de kapitein
luitenant ter zee titulair C. J. Speelman, op zijn daartoe ge
daan verzoek, niet den iaatsteu april aanstaande, van de hem
opgedragen betrekkingen van equipagemeester en van haven
meester der marine te Hellevoetsluis, ter zake van langdu
rige dieust, en onder toekenning van pensioen, met den 1 mei
aanslaande, ad f 1800.
Benoemd, bij besluit van 5 dezer, bij bet personeel der ge
neeskundige diensteder landmagt, tot apotheker van de 1ste kl.
(naar ouderdom van rang) de apotheker der 2de klasse C. van
Eeten, van gemeld personeel, en bepaald, dat hij overeen
komstig de bepalingen van het besluit van den 12 november
1857, no. 56, tijdelijk zal worden gedetacheer bij de landmagt
in West-Indie.
Bepaald dat bij besluit van 2 dezer, de majoor A. L. W. C.
Seyffardt van het 7de, de 2de luitenants F. G.Olterbeiu van het
6de, J. F. W. Gravenhorst van het 3de en N. H. A. Camp van
het 2de regement infanterie, alsmede de officieren van gezon^
heid der 3de klasse C. F. A. Moorrees en A. J. van Lookhorst,
tijdelijk zullen worden gedetacheerd bij de landmagt in West-
Indie.
Benoemd bij besluit van 24 maart, de heer A. Bolton, tot
dus verre vice-consul der Nederlanden te Narva, tot consul
aldaar.
Benoemd in de orde der Eikenkroon, lot kommandeurs den
luitenant-kolonel de Vos, van de diensdoende schutterij te
Amsterdam, en C. J. baron van Tuyll van Serooskerken, Z. M.
kamerheer aldaar; tot officieren van gemelde orde: de majoors
der schutterij U. Bicker en B. J. Muller.
Herk- en aclioolnieuivB.
Men meldt uit Kloetinge, dat in de afgeloopene maand aldaar
eene bijeenkomst is gehouden van gecommitteerden uit elk der
6 schooldistricten van dit gewest, namelijk de lieeren Auer te
Middelburg* Top te Zierikzee, van den Bosch te Tholen, Swarfc
te Goes, Reijers te IJzendijke en van der Baan te Zaamslag,
om een nieuw reglement te arresteren voor het weduwenfonds
van onderwijzers in Zeeland. In deze bijeenkomst, welke heeft
plaats gehad ouder de leiding van den heer provincialen inspec
teur en in bijzijn van de heeren schoolopzieners van het 4de en
6de district, zijn, na de vaststelling van het ontwerp, de ver-
eischte acten gepasseerd en geteekend, ien einde gemeld fonds,
na het erlangen van de gevraagde koninklijke bekrachtiging,
op hechte grondslagen te vestigen.
De vergadering van de inspecteurs van het lager onderwijs,
welke den 23 maart te 's Hage geopend is, en wier zittingen on
afgebroken voortduurden, zou woensdag gesloten worden. Art.
12 van de wet opliet onderwijs, betreffende de opleidingran
onderwijzers, heeft den meesten tijd vereischt. Om in de be
hoefte van hulponderwijzers voor het oogeublik te voorzien, is
men tot het besluit gekomen om de examens van hulponderwij
zers in den loop van dit jaar zoo gemakkelijk mogelijk te maken.
Intusschen mag men vragen of niet dit raiddel eer het kwaad
zal bestendigen dan weg nemen.
SHtnvine en leger.
Volgens een telegram uit Nieuwediep is aldaar heden aange
komen het nederlandsch oefeuingseskader onder bevel van den
schout bij nacht F. X. R. 'l Hooft, laatst van Plymouth.
Zr. Ms. schroefstoomschip Vesuvius zal waarschijnlijk reeds
morgen of overmorgen naar Vlissingen vertrekken, om aldaar
herstellingen te ondergaan.
Afloop verkoopiagen en numbestetliiig-en.
Heden voormiddag is aan het lokaal van het provinciaal
bestuur te Middelburg, aanbesteed1. Het bouwen van eenen
steenen uitwateringsluis in den zeedijk van den calimiteuzcn
polder Zuidkraaijert, op het eiland Zuidbeveland, met het leve
ren van de daartoe benoodigde bouwstoffen, aangenomen dooi
den heer A. Postmus te Ellewoutsdijk voor f 14,700, en 2. Het
voortzetten eu voltooijen der begrinding, over 3290 el lengte,
van den westelijken jaagweg langs het kanaal van Neuzen, met
het onderhoud der verbeterde baan tot en met den 31 december
1859. aangenomen door den heer J. Kurvink te Neuzen, voor
f4900.
Oost- en West- Souburg 7 april.
I. Een steenen windkorenmolen met daarbij behoorend
woonhuis, bosch eu tuin, no. 39 en 70, opgehouden. 11, Een
woonhuis met tuin, no. 12. mede opgehouden. III. 34 roeden
80 ellen weiland, ouder Vlissingen, verkocht voor f 510.
Vliermometerstaml.
6 april. 's avonds 11 ure. 52 gr.
7 ff 's morgens 7 ff 52 ff
u 's middags 1 n 72
v 'sr avonds II u 58 n
8 v 's morgens 7 52
u 's middags 1 59^.//
Encfeland.
Londen 6 april. Jl. maandag is, gelijk wij reeds hebben ge
meld, aan de beide parlementshuizen van regeringswege mede
gedeeld, dat het gouvernement besloten beeft het lagerhuis te
ontbinden, zoodra bij hetzelve de spoedvereischende aangele
genheden zouden afgedaan zijn. De kanselier der schatkist, de
heer Disraeli, voegde daarbij dat, indien het huis gezind was
om de afdoening dier zaken te bevorderen, de ontbinding om
streeks paschen zou kunnen plaats hebben, en dat het nieuwe
huis der gemeente alsdan in de maand junij of julij eerstkomende
zou kunnen vergaderen.
De heer Disraeli heeft zich reeds tof.de kiezers van het graaf
schap Buckingham, die hij sedert lang in het lagerhuis vertegen
woordigt, geweud met verzoek om hem te herkiezen. Het
daartoe betrekkelijke schrijven wordt door de dagbladen mede
gedeeld; het is eigenlijk eene aan de natie in het algemeen
gerigte verklaring, strekkende om het door de algemeene ver
kiezingen te beslissen vraagstuk te stellen in het licht waarin
de ministers het beschouwd wenschen te hebben. Daarin
wordt gezegd dat de kiezers, die de rampen van eonen alge
meene» oorlog wenschen te verhoeden, het kabinet van lord
Derby moeten ondersteunen, waut dat het behoud van den
vrede iu Europa van de instandhouding des kabinets afhanke
lijk is.