MIDDELRURGSCHE COURANT. r 5. Dingsdag 1831). 11 Januarij. üHmtffllanftsclif tijöingcn. Date courant verschijnt des dingsdags, donderdags en zaturdags. Binnen deze gemeente en Vlissin- gen geschiedt de uitgave den avond te voren ten 8 ure. De abonnementsprijs per drie maanden is 3, franco per post 3,40. De inzending van advertentien kan geschieden tot tien ure des morgens, op den dag der uitgave. De prijs van gewone advertentien is 22 cent per regel; van huwelijks, geboorte of doodbekendma- kingen enz., van één tot zes regels 1,50, voor eiken regel daarboven 22 cent. Buitengewoon groote letters worden berekend naar de plaats die zij innemen. Yoor elke plaatsing moet 35 cent voor zegel worden betaald. De betaling geschiedt kontant. Editie van maandag avond 8 ure. Middelburg ÏO januarij. De gemeenteraad alhier zal aanstaanden woensdag des na middags ten een uur, eene openbare vergadering houden ter behandeling van de navolgende onderwerpen Missive vün gedeputeerde staten goedkeuring belasting ge maal en hoofdelyken omslag, idem verdaging gemeentebegroo- ting, missive bestuur wisselbank af- en overschrijving, benoe ming commissie opmaking kohier hoofdelijken omslag. Bij de kamer vna koophandel en fabrieken alhier is ontvan gen eene gedrukte opgaaf betreffende den handel en de scheep vaart van Groot-Brittanje en Ierland, over de maand en de elf maanden, geëindigd den 30 november 1858. Wij vernemen dat ter voldoening aan het uitgedrukt verlan gen van gedeputeerde staten dezer provincie bij de toezending van het ontwerp van .een algemeen reglement voor de polders in Zeeland, het eenige polderbesturen wenschelijk is voorgeko men om met elkander te overleggen en te bespreken, op welke wijze in deze het meest wenschelijk resultaat te verkrijgen is. De respectieve polderbesturen in Zuidbeveland zijn tot dat ein de opgeroepen tot het houden eener bijeenkomst op 14 dezer in het komjhuis De prins van Oranje te Goes. In de vorige week zijn de benoemde leden der plaatselijke commissie van geneeskundig toevoorzigt te Goes door den heer burgemeester geinstalleerd. Daarna is dadelijk overgegaan tot de verkiezing van een voorzitter voor het loopende jaar, waar toe met drie stemmen de heer L. C. de Peval is verkozen, ter wijl twee stemmen op den heer T. Pieterse waren uitgebragt. De heer G. T. Callenfels heeft besioten als lid der commissie zijn ontslag te nemen. De minister van marine heeft ter kennis van belanghebben den gebragt, dat, na den 10 dezer, voorloopig, tot proefneming, een licht zal ontstoken worden op deu Ossenhoek (noordzijde van het eiland Schouwen), ten doel hebbende het meer gemak kelijk bevaren van hetBrouwershaveusche zeegat, bij nacht, te verkrijgen. Bij goeden uitslag der proefnemingen zal van het voor goed ontsteken van dat licht nadere aankondiging geschieden, met bijvoeging van eene zeilaanwijziug. Onder dagteekening van den 6 dezer heeft de minister van justitie uitgevaardigd eene circulaire aan de heeren procureurs generaal fungerende directeuren van rijkspolicie, en aan de ambteuareu van het openbaar ministerie bij dearrondissemenls regtbanken en kantongeregten, die het uil vloeisel schijnt van de dezer dagen in de tweede kamer gevoerde debatl en. Deze eirculaire luidt aldus: //De ondervinding heeft doen zien, dat de bevoegdheid van de rijksveldwachters om te waken ook tegen overtredingen van gemeentelijke verordeningen op sommige plaatsen moeijelijk- heden heeft doen ontstaan, althans tot het opperen van vragen aanleiding heeft gegeven. Omtrent twee punten van twijfel, die ik hier op het oog heb, wensch ik aan U WEd. Gestr. bij deze gelegenheid mijne mee ning te kennen te geven. Het eerste punt betreft de bevoegdheid in het algemeen van de rijksveldwachters om het overtreden van gemeentelijke ver ordeningen bij procesverbaal te constateren, ook dan, wanneer zij tot het waken tegen de ontdekte overtreding geen bepaal den last hebben ontvangen van den burgemeester in zijne hoe danigheid van hoofd der gemeentelijke policie. Sommige ambtenaren zijn namelijk der meening toegedaan, dat het voorschrift van art. 100 der gemeentewet, met het oog op welke bepaling art. 44 der instructie voor de bezoldigde rijksveldwachters is vastgesteld, medebrengt dat de beambten van rijkspolicie slechts dan bevoegd kunnen geacht worden om te verbaliseren ter zake van overtredingen van gemeentelijke verordeningen, wanneer de burgemeester, het hoofd der ge meentelijke policie, het waken tegen zoodanige overtreding uitdrukkelijk heeft aanbevolen. Deze meening nu acht ik een dwaalbegrip; ieder ambtenaar of beambte van policie, het zij dan van rijks-, het zij van gemeen telijke policie, is bevoegd om bij het ontdekken van alle mis drijven en overtredingen, dus ook van overtredingen der ge meentelijke verordeningen,zijn ambt binnen de gewone grenzen van deszelfs uitgestrektheid uit te oefenen. Geen beambte van rijks- of gemeentelijke policie behoeft dus een voorafgaanden last om van het ontdekken van eenige overtreding, van welken aard ook, bij procesverbaal te doen blijken. Men leide hieruit echter geenszins af, dat de rijksveldwach ter ten opzigte van de handhaving der gemeentepolicie eigen dunkelijk zou kunnen handelen, en daardoor het gezag van het hoofd van dezen tak van polioie verkorten. Dit zoude in geenen deele te rijmen zijn met de hierboven vermelde artikelen der wet en der instructie. -Verstaat men die artikelen wel, dan be hoort de beambte van rijkspolicie het waken tegen de overtre dingen van plaatselijke verordeningen zich slechts te stellen als nevendoel, de handhaving daarvan in den regel overlaten aan de daartoe geroepene beambten van gemeentelijke policie, en zich het waken tegen zoodanige overtredingen nimmer vooraf ten doel stellen,dan in overleg met en op last van het hoofd van gemeentelijke policie, en in dat geval zich in de uitvoering van dien last gedragen overeenkomstig de bevelen, hem ten deze door of van wege den burgemeester gegeven. Neemt men deze wenken zorgvuldig in acht,dan twijfel ik niet, of alle botsing tus- schen rijks- en gemeentepolicie zal gereedelijk tc vermijden zijn. Het tweede punt van twijfel betreft het gevolg, dat aan de processenverbaal, constaterende de hier bedoelde overtredingen, behoort gegeven te worden; de vraag namelijk, of deze ten allen tijde tot eene strafvervolging behooren aanleiding te geven. Deze vraag moet ongetwijfeld ontkennend worden beantwoord. De algemeene regelen toch van strafvervolging gelden hier, en deze brengen mede dat het openbaar ministerie niet kan ge drongen worden door het procesverbaal van een beambte om eene vervolging in te stellen, zoo hij zelf gecne termen daartoe vindt. De verbalen dienen alleen om een feit te constateren de beoordeeling, of dat geconstateerde feit vervolgbaar is of verdient vervolgd te wordeu, staat boven den beambte, en is de taak van het openbaar ministerie. Ofschoon ik mij nu wel overtuigd houde, dat geen enkel ambtenaar van het openbaar ministerie de juistheid van deze beschouwingen in twijfel kan trekken, schijnt het evenwel niet overbodig, op dit punt van verhouding tusschen de policie en de justitie te wijzen, eene verhouding, die de noodzakelijkheid medebrengt om steeds met zorgvuldigheid de relazen van alle overtredingen, van welken aard ook, te onderzoeken, alvorens eene vervolging te dier za ke in te stellen." Naar men verneemt, is door den minister van binuenland- sche zaken eene beschikking genomen, waarbij van rijkswege jaarlijks zes gouden medailles worden uitgeloofd, die ter beloo ning kunnen strekken van voortbrengselen van kunst, in dier voege, dat drie buitenlandsche en drie vaderlaudsche kunste naars bekroond kunnen wordeu. Met den 15 dezer wordt te Tiel een kantoor van den rijkste legraaf met beperkie dagdienst geopend. De prijs van een eukel berigt van daar naar een der overige rijkstelegraaf kantoren is 50 cent. H. K. H. prinses Marianne wordt in de volgende week op haar buitenverblijf bij Voorburg verwacht. HH. KK. HH. prins en prinses Hendrik der Nederlanden worden eerstdaags te 's Gravenhage uit Luxemburg terug verwacht. Iu den ridder de Stuers, onlangs als opperbevelhebber der krijgsmagt in Indie ontslagen en in het moederland terug ge keerd, zien velenden opvolger des heeren Dumonceau, indien deze uit de betrekking van chef van het militair huis des konings mogt wenschen ontslagen te worden. De voorbereidende werkzaamheden ter uitvoering van de wet tot ontvolking van het eiland Schokland zijn afgeloopen. Bijna al de eigenaren van vaste goederen hebben de vereischte acte tot afstand aan den staat onderteekend. Eene menigte Schok kers heeft dien ten gevolge reeds het eiland verlaten en zich iu naburige gemeenten gevestigd, zoodat, met de zending van een paar rijks-ambtenaren, weldra het eiland zal ontruimd zijn. Eene commissie uit de Nederlandsche maatschappij tot be vordering van nijverheid, departement Amsterdam, bestaande uit de heeren E. H. von Baumhauer, jhr. H. Hoeuff van Velsen, P. Keer Jr., S. Rendorp, G. Ochsner, N. D. Brandon en C. A. J. Geesink, heeft aan de industriëlen in de provincie Noord holland eene uituoodiging gezonden ter medewerking tot eene provinciale tentoonstelling van producten van nijverheid en kunst, van welke de provincie Noordholland tot dus verre ver stoken bleef.Volgens hetkbijgevoegd programma zal diejtentoon- stelling gehouden worden in de zalen van het Park teAmster- dam en in een daarbij op te rigten nevengebouw, van 22 junij tot 16 j uIij e. k., en zullen daarop ook toegelaten worden kunst voorwerpen en voortbrengselen uit de overzeesche bezittingen, welke voor handel en nijverheid in dat gewest van belang zijn. Men schrijft uit 's Hertogen bosch //Naar men verzekert is de commissaris van policie te Venlo, onlangs tot die betrekking benoemd, geen Nederlander van geboorte en ook niet genaturaliseerd. De aandacht zou hierop gevestigd zijn, door iemand, die hiermede bekend, de geldigheid van eene vervolging, die de bewuste commissaris tegen hem deed instellen, betwist." De officier van gezondheid, bij vonnis van den krijgsraad van Noordhollaud, den 6 dezer uitgesproken, schuldig verklaard aan vergiftiging, en diensvolgens veroordeeld tot de straf des doods, heeft zich van dat vonnis in hooger beroep voorzien bij het hoog militair geregtshof der Nederlanden. Men berigt dat Samuel Abraham Hirsch, onlangs door de arrondissements regtbank te Amsterdam wegens poging tot moord op den predikant Schwartz veroordeeld tot eene gevan genisstraf voor den tijd van twaalf jaren, van het aanvankelijk door hem ingestelde hooger beroep heeft afgezien. De veroor deelde zal zich, daar ook het openbaar ministerie het hooger beroep niet blijft inroepen, tot Z. M. den koning wenden met een rekwest om gratie. De heer C. Schwartz heeft, in het blad De heraut, eene prijs vraag bekend gemaakt, gesteld iu de schotsche zendingskerk te Amsterdam, lot welker beantwoording worden uilgenoodigd ambachtslieden in het geheele land. Zij luidt //Welke zijn de tijdelijke en eeuwige, ligchamelijke en gees telijke voordeelen van eene waardige viering van deu zondag voor den werkenden stand, zoo dat het van het hoogste gewigt is, de rust van dezen dag tegen allen onnoodigen arbeid te be schermen F De antwoorden moeten ingeleverd worden bij den heer Schwartz, tot 8 april 1859. Zij mogen niet onderteekend wor den, maar moeten met een motto voorzien zijn en vergezeld gaan van een brief, waarin de naam van den schrijver vermeld is, en op het couvert, waarvan het zelfde motto staat. Aan de vijf beste antwoorden zijn prijzen beloofd van 40, 30, 20,15 en 10 gulden. Scheidsregters zijn de heeren T. M. Looman, P. van Eik, J. H. den Ouden, A. Ebink en C. Schwartz. Benoemingen en besluiten. Pensioen verleend, bij besluit van 4 oclober laatstleden, aap den gewezen officier vanjustilieteBredamr.H.L. Maarschalk, ad f 633 's jaars.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1859 | | pagina 1