De heer Mounier, predikant bij de waalsche gemeente te Amsterdam, is onlangs tot hofkapellaan benoemd, doch zal zijne tegenwoordige betrekking niet behoeven vaarwel te zeg gen. SSarine en leger* Het oefeningseskader onder bevel van den schout bij nacht l'1. X. It. 't Hooft, is in den morgen van den 25 dezer met eene gunstige gelegenheid van het Nieuwediep naar zee vertrokken. Met eskader is, zoo als wij reeds vroeger mededeelden, zamen- gesteld uit Zr. Ms. fregatten met stoomvermogen Evertsen en J)e admiraal van Wassenaer; Zr. Ms. schroefstoomschepen der 2de klasse De citadel van Antwerpen en De vice-admiraal Koop man, alsmede het schroefstoomschip der éde klasse Vesuvius. Hnntongeregt te Middelburg. Bij vonnissen van den 26 dezer, zijn 1. N, wegens het maken van nachtelijke burengeruchten en bewegingen tot verstoring van de rust der inwoners, veroor deeld in eene geldboete van f 5,50 en in de kosten 2. E. wegens het houden van hazardspel op de straat, ver oordeeld in eene geldboete van f en in de kosten 3. J, wegens het laten loopen vau vee op eens anders in den oogst staanden grond, veroordeeld in eene geldboete van f3 en in de kosten G, B, V en L, wegens het als winkeliers na verloop van den voor de herijking gestelden termijn in hunne winkels voor handen hebben van onherijkte maten en gewigten, veroordeeld ieder in eene geldboete van f 10 en in de kosten. §taten-generaal. Ten vervolge op de algemeene beschouwingen over de be- grootingswetten voor 1859, ontleend aan de voorloopige ver slagen, kunnen wij thans nog het een en ander mededeelen omtrent de bedenkingen, waartoe de bijzondere hoofdstukken hebben aanleiding gegeven. Bij het onderzoek van hoofdstuk I (huis des konings) is de wettige regeling van de zaak der kroondomeinen weder ter sprake gebragt. Bij hoofdstuk II (hooge collegien van staat en kabinet des konings) werd in eene afdeeling het denkbeeld geopperd, of, indien de bestaande plannen tot stichting van nieuwe gebouwen voor sommige departementen van algemeen bestuur en voor i'oogere collegien van staat ten uitvoer werden gelegd, het niet in aanmerking zou komen, in die gebouwen een verwarmings toestel te brengen, zoo als men thans in de groote vergaderzaal der tweede kamer wil doen inrigten. Daardoor zou op het ver bruik van brandstof een afdoend toezigt kunnen worden ge houden. Op nieuw zijn klaglen geopperd over het onvoldoende der lokalen van de tweede kamer. Nadat nog zeer onlangs uit de toelichting tot het reeds door de tweede kamer aangenomen vvets-outwerp tot wijziging van hoofdstuk II der staatsbegrooting voor 1857 gebleken was, dat voor dat jaar het artikel vooraankoop der beide ridderorden uit de onvoorziene uitgaven vau het hoofdstuk van f5600 tot f 90é7,é0 was verhoogd, had men verwacht dat in het genoem de jaar de uitgaven van dezen aankoop zich althans lot dat laatste cijfer zouden hebben bepaald. Thans komt aan het licht, dat zij nog f 6591,22 hooger zijn gestegen. Men vraagt hoe dit mogelijk heeft kuunen zijn, daar men zich niet herinnert dat het aantal inlS57 nieuw benoemde ridders van den Nederland- schen Leeuw buitengewoon groot is geweest. Bij hoofdstuk III (departement van buitenlandsche zaken) is men terug gekomen op de zaak van de wateraftappingen in de rivier de Maas. Terwijl men zich wenschte te onthouden van hierbij in het openbaar, hangende de onderhandelingen met België, den ingeslagen weg te beoordeelen of bepaalde aanwij zing te doen van middelen, om tot een einde tegeraken. wenseh- ten verschillende leden reeds nu te kennen te geven, dat zij met bevreemding het onzerzijds aan Belgie gedaan voorstel uit. de door den minister van buitenlandsche zaken in de eerste ka mer gegeven verklaring hebben vernomen. Zij verwezen naar de onlangs rondgedeelde nota betrekkelijk deze zaak, en men vcreenigde zich ten slotte om met ernst bij de regering aan te dringen, dat zij in deze zaak eene krachtige houding zoude aan nemen, en maatregelen in het werk stellen, die tot eene spoe dige en voldoende beëindiging van dit geschil zouden leiden. Verder werd opgemerkt dat de op eene daartoe gedane vraag ten verleden jare ontvangen mcdedceling, betreffende de zaak der verevening met het groothertogdom Luxemburg, de verwachting had opgewekt, dat dit onderwerp weliigt in dit jan:1 zou hebben kunnen worden afgedaan. Nopens het sluiten van een nieuw traktaat met Portugal over tie grensscheiding van Timor werd gevraagd, waarom de rege ring is afrewekeri van haar Ie kennen gegeven voornemen, om de onderhandelingen met Portugal dieuaangaande naar 's Hage over Ie brengen? Men vreesde uit deze veranderde meening der regering nieuwe teleurstelling en vertraging. Wijders gaf men het verlangen te kennen, dat de regering haren aandrang tot opheffing der Rijntollen zal verdubbelen, en dat zij hare aandacht zou vestigen op de opheffing van den Sta- detol. Men hoopte dat de nederlandsche diplomatie in laatst- gemelde aangelegenheid eene meer beteekenende houding mogt aannemen dan bij gelegenheid van den Sondtol het geval is geweest. Yoorts is gevraagd, of de toetreding van Nederland tot de te Parijs aangenomen beginselen van een algemeen internationaal zeeregt eene uitgemaakte zaak is, en zoo ja, of dan niet de offi ciële kennisgeving dezer toetreding aan de vertegenwoordiging had moeten zijn gedaan. Verscheidene leden hebben herinnerd aan hetgeen in de zit ting van 27 september nopens de zaak van sir James Brooke is gezegd en gaventevens te kennen met belangstellend verlangen van de regering nadere mededeelingen deswege te geraoet te zien, terwijl zij de hoop uitdrukken, dat de regering iutusschen deregienen belangen van Nederland op dit punt niet uit het oog zou verliezen. Door enkele leden werd gevraagd, of de laatste gebeurtenis sen in China aan de regering geeue aanleiding gegeven hebben of nog geven, orn ook voor den nederlandschea handel op dat rijk voordeelen te bedingen. De persoonlijke iuzigten van dcu tegenwoordigen minister van buitenlandsche zaken eerbiedigende, hebben vele leden er op aangedrongen, dat de post van f 4000 voor tafelgeld niet voor memorie vermeld blijve, maar alsnog op de begrooting gebragt worde. Andere leden konden zich echter met de weglating wel vcreenigen. Aangaande hoofdstuk IV (justitie) blijkt dat men met ge noegen vernomen heeft, dat eerlang, en in verband met een ontwerp op de regterlijke organisatie, een nieuw wetboek van strafregt der vergadering zal worden aangeboden. Sommige ledeu hebben hunnen wenseh te kennen gegeven, dat in geen geval eene herziening der regterlijke organisatie zal worden ver schoven tot dat het bedoelde wetboek zal zijn vastgesteld, en dat steeds aan deze herziening de voorrang, wat het onderzoek betreft, zal worden toegekend. Het door de regering aangenomen stelsel op de gevangenis straf is voorloopig besproken, bestreden en ook verdedigd, en dit laatste, op grond dat, zoo lang men nog tot geene beslissing kan komen omtrent het maximum van den duur der cellulaire i gevangenisstraf, men van zelf wel verpligt is tot de aanwending van het gemengde beginsel. De groote meerderheid der leden heeft echter begrepen, deze aangelegenheid alsnog buiten be schouwing te moeten laten. De organisatie van 's rijks veldwacht is door zeer vele leden bestreden, en aangemerkt als niet vatbaar voor uitbreiding als opleverende ongunstige resultaten als aanleiding gevende tot spanning en verwarring; als bedreigend voor de vrijheiden zelfstandigheid, aan de gemeentebesturen toegekendals strek kende tot het daarstellen eener min wenschelijke centralisatie, en als veel te kostbaar en niet in verhouding tot de bezoldiging b. v. van de marechaussee. Zeer vele leden hebben alzoo ver klaard, hunne goedkeuring aan dit gedeelte der begrooting niet te kunnen geven en hebben eene wettelijke regeling dezer zaak verlangd. Andere leden hebben met dit laatste ingestemd. Dc aandacht der regering is verder gevestigd op de noodza kelijkheid tot het afschaffen van de verouderde en in onbruik geraakte wetten op het te ligt vaardig verleenen van handlig- ting; op de noodzakelijke regeling der bevoegdheid vande vreemde verzekeringsmaatschappijen hier te lande, en op het gebrek eener wet op de consignatien. Bij hoofdstuk IX B. (fiuancien) werd de aandacht der rege ring op onderscheidene punten gevestigd, als de bezittingen der voormalige vicarijen, de regeling vau het beheer der kroondo meinen, nadere voorziening bedoeld bij art. II der wet omtrent de wees- en momboirkamers, het ligtvaardig aanvangen van regtsgedingen enz. Wat de begrooting zelve betreft, vele leden hebben met genoegen opgemerkt het verschil tusschen de raming voor het volgende jaar en hetgeen voor het loopen- ae jaar was toegestaan. Daaruit, even als uit dezamensmel- ting van het agentschap van het ministerie van financien met de directien der grootboeken te Amsterdam, bleek duidelijk de lofwaardige zucht om hetgeen tot dat departement behoort, langs den eenvoudigen, ordelijken en min kostbaren weg in te rigten. Andere leden waren daarentegen beducht dat deze ver mindering minder voordeelig op de dienst zou terugwerken- De vermindering van den post voor verdere uitbreiding van het postwezen werd vooral met leedwezen opgemerkt, terwijl ook verscheidene leden zich legen de plaats gehad hebbende rege ling in de distributie der brieven op zou- en feestdagen hebben verklaard. Bij hoofdstuk XII (onvoorzien) heeft men vrij algemeen ver klaard met bevreemding te hebben kennis genomen van de spe cificatie van het gebruik van den post onvoorziene uitgaven over 1857, en heeft men thans begrepen, waarom de minister in der tijd de mededeeling er van weigerde, te meer daar er eigen lijk toen te veel is uitgegeven, terwijl de geheime uitgaven van 14 op 23,000 gulden zijn verhoogd in dat jaar. Men heeft ge meend dat uit dezen post te veel te gemoetkomingen, onder standen en gratificatiën worden verleend. i3uitenlrtitösd)e tijöingcn. Engeland. Londen 23 October. Men heeft hier eindelijk ingezien dat verdere tegenstand in de Suez-kwestie geheel doelloos is. üe groote dagbladen, zelfs het orgaan van lord Paimerston, hebben den strijd niet alleen opgegeven, maar zelfs outdekt dat die onderneming zeer wenscheliik is voor dit rijk en dat zij Indie zoo veel nader bij het moederland brengt. Hoewel de onder neming niet staat of valt met die goedkeuring, zal die omkee ring toch de zaak merkelijk vereenvoudigen en dit rijk eene nederlaag besparen, welke voor zijn invloed in het Oosten niet dan nadeelig kon z\jn. Uit nagenoeg al de redevoeringen, dezer dagen door ver schillende staatslieden voor hunne kiezers of bij andere gele genheden gehouden, maakt men de gevolgtrekking op dat de invloed van lórd Paimerston sterk verminderd is en hij geringe kan3 schijnt te hebben om andermaal aan het bewind te komen. Voorts voorspelt men uit die redevoeringen en de wijze op welke zij ontvangen zijn, dat de meerderheid van het lagerhuis eene ernstig gemeende en doortastende parlementaire hervormings wet zal voorstaan. Volgens een door The times medegedeelde berekening zijn er van het inlandsche krijgsvolk van Bengalen, hetwelk in opstand is gekomen (alzoo de ontwapende regementen niet medegerekend) nog maar twee vijfde gedeelten overig, terwijl omstreeks 40,000 cipayers gesneuveld zijn of de doodstraf ondergaan hebben, en een groot aantal anderen door ziekte, wonden en gebrek omgekomen is. Men verwacht in Indie de afkondiging eener amnestie voor de muiters, te gelijk met de afkondiging der wet waarbij het bestuur over Indie van de Oost- indische compagnie op de britsche kroon overgedragen wordt, maar men denkt dat er, zoo deze maatregel vertraagd wordt, weinig muiters meer zullen zijn, welke daardoor gebaat worden. Le pays verzekert dat ons gouvernement van wege den sultan van Borneo eene verklaring ontvangen heeft, inhoudende dat Brooke geen regt heeft om het grondgebied van Serawak of eenig gezag daarover te vervreemden of af te staau. ESassf .WCOÏSK-RIJ. Wcenen 25 October. Men wil eene telegrafische linie leggen, welke het noorden van Europa aan de Nieuwe wereld verbindt, i Het russische gouvernement heeft het ontwerp allergunstigst ontvangen. De lijn zou uitgaan van Petersburg, door Siberië, door de Behring-straat en door Russisch-Amerika loopen. Als men eene landkaart neemt, zal men zien dat de linie bijkans lijnregt liggen zou de draad zou van Tobolsk, de hoofdstad van Siberië, naar Irsoutsok en Kiakta loopen en langs de gren zen van China en de boorden der Amor-rivier gaan. Kamschat- ka zou eene goede plaats aanbieden voor het leggen van een onderzecschen kabelde eilandeu welke op dien weg liggen, zouden de lengte verkorten van hel schiereiland Alaska zou de lijn Russisch-Amerika bereiken. Op het amerikaansche vasteland zou de telegraaf loopen langs de Georges III-, de Koningin Charlotte- en de Van-Coe- vers-eilanden. Men zou dan op het grondgebied van de Ver- eenigde Staten komen, door Olympia, Portland, in den Oregon loopen, en zich met deduizende draden in de Vereenigde Sta ten verbinden. Over land gaat de linie bijkans lijnregt tol Kamschatka de ouderzeesche linien zullen de moeijelijkheden niet onder vindenwelke de atJantische kabel oplevert, aangezien de afstand maar klein is; de electrieke stroom zal niet te wor stelen hebben tegen de onberekenbare zwaarte van het water des oceaans. Volgens het plan zou het ontwerp in zeer korten tijd kunnen uitgevoerd worden. Nu China voor den europeschen handel geopend is, zou men nieuwstijdingen kunnen hebben uit het Hcmelsche rijk, in minder dan 8 dagen. De engelsche ingenieur, do heer Stephenson, bekend door zijne bestrijding van de doorgraving der landengte van Suez, is onlangs onze stad gepasseerd, zich naar Koustantino- pel begevende. Hij zal daar worden geraadpleegd over eene groote onderneming van spoorwegen, bepaald over eene linie, welke Turkye met Indie zal verbinden. De heer Stephenson zal tijdig genoeg te Konstanlinopel aankomen, om zich met lord Redcliffe te kunnen verstaan. Berlijn 25 october. De beide kamers hebben heden in ver eenigde zitting, zonder discussie, de noodzakelijkheid erkend van het regentschap. Met luide en herhaalde kreten van Leve de koning en de prins regent! ging de vergadering uit een. De prins van Pruissen zal morgen de bij de grondwet voor- geschrevene eed als regent afleggen.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1858 | | pagina 2