toeëigenen van te velde staande vruchten en hout, veroordeeld
ieder in eene geldboete van f2 en in de kosten.
5. M., wegens het alleen en zonder eenig opzigt laten staan
van twee paarden, gespannen vooreen wagen, op den publie-
ken weg. veroordeeld in eene geldboete van f 3 en de kosten.
0. C., wegens het niet weerhouden van zijn hond, toen deze
een voorbijganger aanviel en vervolgde, veroordeeld in eene
geldboete van f 3 en de kosten.
AJloop verlioopingen ea uanbegteiliugen.
Middelburg 30 september.
Een h uis genaamd liet roode kruis, op het Vlissingsch
Wagenplein, wijk Q,. no. 117. niet verkocht. Een huis ge
naamd De stad Lier, op de Vischmarkt, wijk H,no. 163, ver
kocht. voor f230. Een dito op den Korendijk, wijk P, no. 60,
verkocht voor f400. Een twee-en-dertigste aandeel in de ree-
derij van het barkschip Westkapelle, boekhouders de heeren van
den Broccke, Luteyn Schouten alhier, verkocht voor f 1010.
Ylissingen 29 september.
Een huis en erve in de Breewaterstraat, wijk D189, verkocht
voor f 835een dito in den Koudenhoek, wijk L 71, verkocht
voor f813; een dito in de Korte Zelke, wijk E 102. verkocht
voor f 465ecu dito in de Lange Noordstraat, wijk E 114, ver
kocht voor f S00; een dito in de Lange Zelke, wijk E 154, ver
kocht voor f713; een dito op de Oude Markt, wijk E 40, ver
kocht voor f 800; een dito op de Oude Markt, wijk E 53, ver
kocht voor f 1401, terwijl de twee overige perceelen onverkocht
zijn gebleven.
itaten-generaal.
Van de ontwerpen der staatsbegrooting voor 1859,zien thans
reeds drie hoofdstukkeu het licht.
Hoofdstuk 1 (huis des konings) is op f 900,000 gebragt,
zijnde f 100,000 meer dan in vorige jaren; gelijk men weet is dit
het inkomen van den prins van Oranje.
Hoofdstuk II (hoogecollegien van den slaat enz.) is geraamd
op f 551,841, zijnde f 2624 minder dan voor het loopende dienst
jaar is toegestaan.
Hoofdstuk III (buitenl. zaken) is geraamd op f483,617, ko
mende bijna overeen met hetgeen over het loopende jaar is toe
gestaan.
Hit de toelichting van dit hoofdstuk blijkt dat de regering
de inrigtingvan het beheer onzer buitenlandsche aangelegen
heden, zoo als die gedurende de laatste jaren heeft bestaan,
wenscht te behouden, omdat zij beantwoordt aan het oogmerk
cn geschikt is niet alleen t ot bewaring en aaukweekiug der goede
verstandhouding met de vreemde mogendheden en tol bevor
dering van onze staatkundige en handelsbelangen, maar ook lot
het waken voor de stipte vervulling door het buitenland van de
bestaande verbindtenissen tot het handhaven onzer verkregen
regten, en tot wegneming der hinderpalen welke aan onze han
delsbetrekkingen in den weg mogten komen.
De door overlijden opengevallen missie bij hel hof vari Por-
tugal Ihans wederom vervuld zijnde, is de benoemde zaakge
lastigde bereids van instructien voorzien voor nieuwe onder
handelingen met de portugesche regering omtrent het eilaud
Timor.
Sedert de behandeling der vorige begrooling, is het hoofd der
missie bij den pauselijken stoel tevens geaccrediteerd geworden
bij het hof van Napels, terwijl aan den titularis dier vereenigde
niissic de rang is toegekend van minister resident.
De hervatte betrekkingen met het hof der beide Sicilian heb
ben aanvankelijk reeds de gewenschte vruchten opgeleverd, als
zijnde van de napeische regering verkregen eene algemeene
vermindering van regten op koftij en suiker.
uitriUanöscljc tijöingcn.
Kueelaiid.
Londen 30 september. De dagbladen van gisteren behelzen
ecu telegram, houdende officieie berigten uit Bombay van 7
september en uil Calcutta. Daaruit blijkt dat in Indie de krijgs-
bedrijven niet geheel gestaakt, maar, niettegenstaande het
regengetijde, hier en daar voortgezet waren, en dat de Engel-
schen weder eenigc voordeelen hadden behaald. In de land
streek Punjaub en in de presidentschappen Bombay en Madras
was het rustig; en in Bengalen waren drie regementen in-
iandsch krijgsvolk, die vroeger wegens geneigdheid tot afval de
wapenen hadden moeten afgeven, door de Engelschen op nieuw
gewapend; een bewijs dat aldaar weinig of geen gevaar meer
bestond van verbreiding des opstauds.
De brievenmaal, welke dc bovenstaande berigten tc Suez
heeft aangebragt, schijnt geene tijdingen van gewigt uit China
'e behelzen.
Het departement van buitenlandsche zaken heeft aan al
de (ia_- i/i.den ecu overzigt medegedeeld van het met China ge-
.-ioteii traktaat.. Het behelst- 56 artikelen benevens eert sepa-
raatarlikel cn komt in de hoofdzaak overeen met hetgeen The
North China-herald daaromtrent reeds heeft medegedeeld.
Dc b.-p; Ijuccu van hel chineschs tiak'aat hebben bij dc han
delswereld en de journalistiek een onverdeelden bijval gevon
den, en men is daarvoor erkentelijk, niet aan het tegenwoordige
ministerie, dat. den oorlog met China afkeurde, toen het nog op
de banken der oppostitie in het parlement zat, maar aau de
politiek van lord Palmerston en diens gevolmagtigde. lord Elgin,
die in zoo korten tijd en met betrekkelijk zoo geringe kosten,
zulke buitengewone uitkomsten hebben verkregen. De schade
vergoeding ten bedrage van 1,200,000 p. st. zal overigens niet,
gelijk tot nu toe werd opgegeven, uit de ontvangsten der tol
kantoren te Canton gevonden worden, maar in eens door de
betrokken autoriteiten, voor dat de bezettingstroepen Canton
verlaten, betaald worden.
Volgens het additionneel artikel, bij het traktaat gevoegd,
zal, naar men verneemt, aan de westersche mogendheden eene
zekere uilgestrektheid grouds in de onmiddelijke nabijheid van
Canton, formeel afgestaan en in twee deeleu gescheiden worden,
waarvan iedere mogendheid er een tot den aanleg van fortifica
tiën en eene haven zal mogen bezigen.
OsiitscIil»nd.
Berlijn 28 september. De Vossische Zeitung, welke maandag
in beslag werd genomen,isdingsdagochteudin het licht versche
nen maar zonder het hoofdartikel dat aanleiding tot dien maat
regel heeft gegeven. [Er wordt slechts een berigt medegedeeld,
dat het blad door de policie is aangehouden. De National Zei
tung, welke het zelfde lot heeftondergaan, deelt mede, dat er van
wegede overheid geeueraedcdeeling is geschied van de oorzaak,
die aanleiding heeft gegeven tot de inbeslagneming. Men wil
weten, dat van wege de policie aan een ander blad eene waar
schuwing is toegezoudeu.
Aangaande den voortgang der door Pruissen ondernomen
havenwerken aan de Jahde deelt een dagblad de volgende bij
zonderheden mede:
De oorlogshaven, die uit een groot dok met sluizen zal be
staan, wordt aan den oever van de Jahde niet ver van het
plaatsje Heppens gebouwd. De toegang tot de haven van de
zeezijde zal door ecu kanaal tusschen twee hoofden, insgelijks
van sluizen voorzien, gevormd worden. De werkzaamheden
daaraan worden ijverig voortgezet en tegenwoordig zijn aldaar
omstreeks 800 man aan het werk, onder welke in den afgeloo-
pen zomer veel koortsen geheerscht hebben. Tot dus ver is de
invaart van de Jahde voor diepgaande schepeu zoo breed ge
maakt als de Weichsel bij Dantzig, weshalve het bij sommige
windstreken moeijehjk is zonder hulp van stoomslepers binnen
en uit Ic loopen. Zeer veel moeite zal men hebben om de gedu
rige verzanding van het vaarwater te overwinnen; de vloed
voert zoo veel zand aan dal. eene plaats nabij den ingang, waar
4 vadem water stond, binnen weinige dagen zoo zeer met zand
bezet werd, dat zij nog maar 14 voet diepte aanbood. Zoo iets
zal echter bij den voortgang van den aanleg der hoofden en van
het uitbaggeren weldra niet meer kunnen plaats hebben."
Belgie.
Le journal de Bruxelles behelst eene correspondentie uit
Iioine, de dagteekening voerende van 10 september, waarin bij
zonderheden voorkomen omtrent het gebeurde met denzoon
van den israëliet Morlara te Bologne. Naar luid van die cor
respondentie, zou het feit door de revolutionaire dagbladpers
geheel uit zijn verband zijn voorgedragen, alleen om de bedoe
lingen van clen heiligen stoel verdacht te maken. De zaak zou
in andere omstandigheden dan de tegenwoordige vermoedelijk
geheel ongemerkt zijn voorbijgegaan, zoo als dit te regt het ge
val is geweest met zoovele andere feiten van dien aard. Volgens
den clericalen berigtgever, had Mortara eene katholieke dienst
bode bij zijne kinderen, die vooral gehecht was aan een zes
jarig zoontje van djeu israëliet. Dat kind was ernstig ziek ge
worden en door de dienstmaagd, die vreesde voor het leven van
haren lieveling, uit een goed gevoel van pligt gedoopt. Tegen
de verwachting was hel kind hersteld, en twee jaren daarna had
de dienstmaagd, om redenen die niet worden opgegeven, het
huis van Mortara verlaten.
Zich inmiddels bezwaard gevoelende over hetgeen met het
kind was voorgevallen, had de gewezen dienstmaagd den raad
van een priester ingewonnen, die haar had aangespoord om van
het gebeurde kennis te geven aap den aartsbisschop van Bolog
na. Al spoedig had de zaak eene zoo groote ruchtbaarheid be
komen, dat de kardinaal Viale-Prela zich verpligt had geacht
om maatregelen te nemen, naar aanleiding der voorschriften,
vervat in de kerkelijke canons en de pausselijke bullen, De
overheid had Mortara doen afvragen, of hij zijn kind in de
christelijke godsdienst wilde doen opvoeden, en zich bereid
verklaard om hem daartoe de noodige hulpmiddelen te verschaf
fen, terwijl zij tevens de verzekering had gegeven, dat voor het
overige zijne vaderlijke regten ongeschonden zouden blijven.
Na herhaalde weigering van de zijde des vaders, had de aarts
bisschop ten laatste, op grond van de wet, het kind doen over
brengen naar Rome, en clen vader doen aanzeggen, dat hij, des
verkiezende, zijnen zoon kon volgen. Geen enkel oogenblik was
er aan gedacht geworden om den vader van het kind le schei
den, of de natuurlijke banden tusschen beide te verbreken.
Ingeval Mortara zulks had gewild, had hij zich in persoon elk
uur van den dag kunnen overtuigen van de uitwerking der ge
nade op zijnen zoon, die dagelijks meer en meer toont, geroepen
te zijn tot het belijden van het christendom, derwijze zelfs, dat
paus Pius IX heeft verlangd het kind te zien, en het heeft ge
zegend, na het te hebben ondervraagd.
De correspondent van het clericale orgaan meent dat het ge
beurde eenigermate de schuld is van Mortara zeiven, die zich
niet heeft gehouden aan het voorschrift der wet in den pause
lijken staat, welke aan Israëlieten verbiedt om katholieke per
sonen in hunne dienst te nemen, welke laatsten, alsmede vol
gens die zelfde wet, geene israelitische kinderen mogen doopen
zonder de toestemming der ouders, uitgezonderd alleen in geval
van dreigend doodsgevaar. De correspondent vestigt de aan
dacht op de 10,000 joden, die te Rome gevestigd ziju, en op de
3 a 4000 israelitische kinderen, die daar ter stede volkomen
rustig worden gelaten, zonder dat het ooit iemand in de ge
dachte zal komen om die heimelijk te gaan doopen. Volgens
hem, zijn die joden zoo gehecht aan Pius IX, dat zij nooit een
muntstuk met diens beeld aanraken zonder het te kussen, en
nog laatstelijk bij de terugkomst van den paus in Rome aan den
ingang der door hen bewoonde wijk Ghetto de schoonste ze-
genboog ter eere van het kerkelijke opperhoofd hebben opgerigt.
Inmiddels verneemt men van alle zijden, dat er tusschen de
pauselijke soldalen en de fransche krijgslieden te Rome voort
durend eene verontrustende spanning blijft heerschen, die reeds
meermalen tot gewelddadigheden aanleiding heeft gegeven.
De fransche generaal de Goyon, de bevelhebber van het occu-
patieleger, is naar Rome teruggekeerd, en men vleit zich, dat
zijne tegenwoordigheid aldaar ter stede tot het herstel van de
orde en eensgezindheid zal bijdragen.
Frankrijk.
Parijs 28 september. De dagbladen houden zich zeer bezig
met de reis van prins Napoléon naar Warschau. Men houdt het
er algemeen voor, dat die reis de betrekkingen tusschen beide
keizers, welke sedert hunne ontmoeting te Slulgart reeds zeer
levendig waren, nog versterken zal. Er is sprake, dat eene uit-
noodigiug aan den keizer van Rusland zou zijn gedaan, om deze
hoofdstad te bezoeken.
Over het algemeen is men het met de beschouwiug van het
dagblad Le uord eens, dat de vriendschappelijke betrekking
tusschen beide landen daardoor nog meer bevestigd zal wor
den. Men ziet ook in die reis een blijk van de onafhankelijkheid
des keizers tegenover zijne engelsche bondgenooten. Niet dat
lord Malmesbury of cenig verstandig staatsman daar te lande
eenig gegrond bezwaar tegen het bezoek des prinsen te War
schau kan hebben, maar de dagbladpers aldaar, die nog altijd
in koortsachtige spanning verkeert, zoodra Rusland slechts ge
noemd wordt, zal verraad roepen en zeker wraak oefenen door
een tal van scherpe artikels legen den keizer.
Door velen wordt aan die reis echter geene staatkundige be-
teekenis hoegenaamd gehecht en acht. inen haar eene eenvou
dige beantwoording van het bezoek, 't welk de russische groot
vorst Conslantijn ten vorigen jare aan ons land heeft gebragt.
De overeenkomst voor de definitieve organisaiie der Do-
nau-vorstendommen, den 19 augustus laatstleden in de jongste
parijzcrconferentie door,de gevolmagtigden van Frankrijk,Enge
land, Rusland, Sardinië, Oostenrijk, Pruissen en de porte gc-
teekend, is (zoo als wij bereids medegedeeld hebben) in haar
geheel bekend. Zij behelst 50 artikelen, terwijl nog twee afzon
derlijke stukken daarbij behooren, vau welke het eeue alleen de
leekening der vlag van de vorstendommen, en hel andere, uit
22 artikelen bestaande, de bepalingen wegens de verkiezingen
betreft.
Dc voornaamste punten dezer overeenkomst zijn: De vor
stendommen Moldavië en Wallachije, welke voortaan den naam
van Vereenigde vorstendommen van Moldavië en Wallachije
dragen, blijven onder de suzereiniteit der porte geplaatst. Inge
volge vroegere en latere overeenkomsten en besluiten blijven
zij, onder den gezamenlijken waarborg der mogendheden, de
voorreglcn en vrijdommen welke zijlhans bezitten, genieten.
Derhalve worden zij vrij en buiten alle inmenging der porte
beheerd, binnen de perken, in de overeenkomst tusschen die
mogendheden en de porte omschreven. Het openbaar gezag in
ieder vorstendom is opgedragen aan een hospodar en eene ge
kozene vergadering, die, in de bij overeenkomst voorziene ge
vallen, met medewerking ecuer aan de beide vorstendommen
gemeene centrale commissie handelt. De uitvoerende magt
berust bij den hospodar; de wetgevende magt wordt gezamen
lijk door den hospodar, de vergadering cn de centrale commis
sie uitgeoefend. De regterlijke magt, in naam des hospodars
uitgeoefend, wordt aan door hem benoemde regters toever
trouwd, zonder dat iemand aan zijne natuurlijke regters kan
onttrokken worden. De vorstendommen voldoen a:\ndesuze-
reine porte eene schatting, die voor Moldavië op 1,500,000
en voor Wallachije op 2,500,000 piasters bepaald blijft. De in-