öuitenlüuösc!)e lijDingen. Iierk- en sclioolnleuws. Door ds. W. F. Loman, te Tiel, is het beroep als predikant bij de evangelisch luthersche gemeente te VJissiDgen, onder in wachting der vereischte goedkeuring, aangenomen. Harlne en leger. De miliciens 'van de lifting ""van" 1836, die thafis nog by"de verschillende corpsen aanwezig zijn, zullen met den laatsten junij, met groot verlof, huiswaarts worden gezonden. Uit Breda verneemt men dar het examen van de kadets van het 4de studiejaar naar wcnsch is afgeloopen, en dat alle ge- examineerden tot officieren zullen kunnen bevorderd worden. Kiiutongeregt te Middelburg. H, W, M, A, C, S, N, E, J, G en K, wegens het schuren van stoepen alhier, tijdens zulks bij eene aankondiging van burge meester en wethouders verboden was, veroordeeld, de le, 2e, 3e, 4e, 5e en fide, ieder tot eene geldboete van f 3, bij wanbeta ling tot 1 dag gevangenis; de 7e, 8e, 9e en 10e, ieder in eene geldboete van f 5, bij wanbetaling tot 1 dag gevangenis, en de lie in eene geldboete van f 7,50, bij wanbetaling tot 2 dagen gevangenis, mitsgaders allen in de kosten. Engeland. Londen 18 mei. In de zitting van het lagerhuis van giste ren avond zijn de beraadslagingen over de motie van den heer Card well voortgezet, doch nog niet ten einde gebragt. De strijd is weinig gevorderd en noch van de eene noch van de andere zijde is nog iets toegegeven. De motie werd verdedigd door sir Charles Wood, die in het kabinet van lord Palmerston eerste lord der admiraliteit was, en door sir G.Lewis, die onder het zelfde bewind kanselier der schatkist was. De handelingen van het ministerie hebben een krachtdadigen verdediger gevonden in den heer Roebuck. Ook de heeren Whiteside en sir Robert Peel verklaarden zich zeer ten gunste van het kabinet. De discussie werd verdaagd tot heden avond. Onze dagbladen deelen eenige nadere berigten uit Indie mede, aangebragt per mail van Bombay van 24 april. Deze zijn echter vrij onbestemd en eenigzins verward. Overigens maken zij hoofdzakelijk melding van troepen bewegingen, over welker belangrijkheid het te moeijelijker valt een oordeel te vellen, daar de opgegevene namen der plaatsen van uitgang en aankomst zeer twijfelachtig zijn, en noodzakelijk door latere en juistere berigten moeten toegelicht worden. Azimghur is, volgens die berigten, den 15 april ontzet door sir E. Lugard, die daarop den vijand achtervolgd heeft in de rig- ling van Gogra. Er schijlt een hevig treffen te hebben plaats gehad tusschen deEagelschen en de Bheels, waarbij het verlies der onzen belangrijk moet geweest zijn. H. M. heeft den koning van Portugal, tot huwelijksge schenk, de orde van den Kousenband verleend, deinsignien van welke orde hem door lord Starihode, die zich met dat doel naar Lissabon begeven zal, overgereikt zullen worden. Uit aanmerking der uitstekehde diensten door den luite nant generaal sir Colin Campbell ii/lndie bewezen, is bij tot den rang van generaal bij het leger benoemd. De heer Layard hield dezer dagen in St. James-hall eene voorlezing over lndie, dat hij door zijn verblijf aldaar, gedu rende zes maanden, vlugtighad leeren kennen. Defraaijegroote zaal was opgepropt vol en onder de aanwezigen bevonden zich de heeren Bright, Gibson, lladfield, Crawfurd, Ayrton, sir E. Perry, sir J. Graham, Thackeray, Tom Taylor en Cobden. Lord Bury nam het voorzitterschap waar. Uit de lange redevoering van den heer Layard (zij duurde 14 uur) kan het volgende medegedeeld worden Bij het uitbreken van den opstand ge loofde men in Engeland, dat eene al te groote goedheid jegens de inboorlingen dien opstand had uitgelokt; dit is onjuist. De opstand werd in het leven geroepen door hardheid en onregt- vaardigheid en niet door de schuld van de engelsche militaire en civiele ambtenaren, maar door het slechte stelsel. De met vet besmeerde patronen waren niets anders dan aeonmiddelijkc aanleidiug. De opstand was in geen geval een louter militaire. Geheel Indie was ontevreden: a. wegens de inlijvingen van grondgebied, welke zoo uitgebreid waren geworden, dat het regeren door een'handvol Europeanen onmogelijk werd£.door de ontrouw aan het gegeven woord jegens de vorsten c. door de confiscatie 'van vele goederen waarvan het regt van eigendom door de bezitters niet, gelijk gevorderd werd, kon worden aan getoond ]d. door de gebrekkige regtspleging, ten gevolge waar van de ondergeschikte indische ambtenaren van policie geheel vrij waren bij de toepassing van folteringen e. door gebrek aan sympathie van de Europeanen voor de inboorlingenf. door de gebrekkige methode van onderwijs; door de afschaffing van alle gebruiken, en h. door de financiële staatkunde van lord Dalhousie, dat wil zeggen door de van hem uitgegane conversie van de 5 pets. in 4 pets. fondsen. De heer Layard spreekt de zendelingen vrij van alle schuld en onbevoegde inmenging, en verzekert, dat in den geheelen strijd slechts een enkel geval van gruwelijke verminking door de Cipayers geconstateerd werdbij waarschuwt tegen blinde wraak en tfèeft de overtui ging met zich mede naar Engeland gebragt, dat Indie; 6lechts in Indie geregeerd kan worden, vooral door eene "onberispelijke regtspleging en een liberaal bestuur, aan hetwelk men langza merhand de inboorlingen zeiven moet laten deel nemen, gelijk dit op Ceylon het geval is. Aan The morning star wordt uit 's Gravenhage geschre ven, dat de fransche keizer en keizerin injulij die stad zul len bezoeken, onder den titel van hertog en hertogin van Montmartre. Duitsclkland. Weenen 15 mei. De Oesterreichische Correspondenz deelt het volgende telegram uit Triest van 12 dezer mede//Particu liere berigten uit Ragusa alhier ontvangen, melden dat den 11 bij Grahowo een gevecht tusschen de Turken en de vereenigde Monteuegrijnen en rajahs voorgevallen is. Aan de zijde der Montenegrijnen moeten 50 man gesneuveld en 70 anderen ge wond zijn; omtrent het verlies der Turken heeft mengeene opgave. De beide partijen streden met gelijke verbittering, de Montenegrijnen aanvallende, de Turken hunne positien verde digende. De strijdmagt der Montenegrijnen onder het bevel van Mirka en die van de rajahs worden op vier of vijfduizend man begroot, en de turksche troepen die op de hoogten langs het dal van Grahowogelegerdzijn,op nagenoeg hetzelfde getal. Grahowo was eenige dagen voor het gevecht door de inwoners zeiven, op bevel van den vorst der Montenegrijnen in de asch gelegd." Een telegram uit Triest van den 14 dezer, insgelijks door het evengenoemde blad medegedeeld, zegt: «Men verneemt door particuliere berigten uit Ragusa iets naders over het gevecht bij Grahowo. De Montenegrijnen tastten den 11 des avonds de turksche legerplaats herhaaldelijk aan, maar werden terug ge- slagen. Even slecht gelukte een aanval op eene turksche bat terij. Na de mislukte aanvallen trokken de Montenegrijnen terug, verdeelden zich in twee kolonnes en bezetteden de wegen naar Klo'ouk, Korienik en Grahowaz, ten einde aan de Turken den toevoer af te snijden. Over de verliezen aan weerszijden ioopen de berigten zeer uiteen. Op den 12 is er niet gevochten." Eindelijk leest men in een telegram uit Triest van den 15 dezer het volgende//Volgens particuliere beriglen uit Ragusa vermeesterden de Montenegrijrteii eergisteren een convooi leef- togt vau de Turken, die uit hunne legerplaats aftrokken. De turksche troepen werden overvleugeld en verstrooid, echter werden de Montenegrijnen bij hunnen aanval op Klobuk terug gedrongen." Berlijn 17 mei. Alhier wordt gesproken van een bezoek, dat de prins van Wallis misschien in den loop van dezen zomer aan deze stad en de koninklijke familie brengen zal, en dat tevens eene nadere kennismaking met de bevallige zestienjarige prinses Alexandriua van Pruissen, dochter van prins Karei van Pruissen en prinses Marianne der Nederlanden, ten doel zou hebben. De vorst van Hohenzollern keerde gisteren van Ply mouth, waar hij de inscheping zijner dochter, de koningin van Portugal, aan boord der stoomboot Bartolomeo Diaz, heeft bij gewoond, te Dusseldorp terug, alwaar dien dag eeue depeche van den pruissischen gezant te Madrid, graaf von Galen, ont vangen is, volgens welke genoemde stoomboot, uit hoofde van stormweder, in de baai van Corunna heeft moeten binnenloo- pen. De jeugdige koningin genoot een volmaakten welstand. De wurtembergschc tweede kamer heeft eergisteren eene zeer belangrijke zitting gehouden, waarin de kwestie nopens de verhooging van de belasting op de fabricatie van de beetwortel suiker, zeer lange en hevige debatten uitlokte. Het committé had in zijn uitvoerig rapport zich eenparig verklaard voor de verwerping van de overeenkomst, die ten gunste dier verhoo ging onlangs tusschen de tolverbondsstaten is gesloten. Met uitzondering van Wurtemberg, hadden de kamers van al die staten, na eene levendige oppositie, echter voor deze verhoo ging gestemd. Het hing derhalve thans van de wurtembergsche kamer af, om de gehcele overeenkomst omver te werpen, en dit werd ook algemeen verwacht. In weerwil hiervan heeft de kamer op de zeer dringende vertoogen der ministers met 48 tegen 37 stemmen deze verhooging goedgekeurd. Hierdoor is deze kwestie thans in alle tolverbondsstaten beslist. Belffie. De alhier van regeringswege ingestelde commissie tot onderzoek van de doelmatigheid der inenting ter behoeding van het vee tegen de longziekte, doet van tijd tot tijd verslag van hare waarnemingen en bevindingen. Dezer dagen is haar vijfde rapport op last van den minister van binnenlandsche zaken in druk uitgegeven. Het bestaat uit vier hoofdstukken, waarvan het eerste proefnemingen van de commissie-vermeldt, het tweede feiten die zich buiten 's lands voorgfedaan hebbdn, het derde feiten die binnen 's lands waargenomen zijn. Het vierde hoofdstuk behelst gevolgtrekkingen; deze zijn in de volgende steWiügén vervat 1. Indieudeinenting^bolioorlijk Hèwerkstellïgd wordtris'-zij eene 'Öns'clïfuleTijkë "Operatie W'örff eliikken die" er'het gévolg van zijn, komen in een betrekkelijk zeer gering aantal gevallen voor, wanneer zij in het gunstige jaargetijde plaats heeft. 2. In Betgie 'heeft- de-longziekte het tijdvak van afneming bereiktdit feit ontneemt alle gewigt aan de gevallen waarin het wijken der ziekte aan de inenting toegeschreven wordt. 3. In Friesland wordt de inenting ontoereikend tot stuiting der ziekte bevonden. 4. In een vrij groot aantal gevallen heeft de longziekte zich meer dan twee weken na de inenting, en soms zelfs vrij wat later ontwikkeld. 5. De plaatselijke uitwerkselen der inenting en de verschijn selen der longziekte kunnen zich gelijktijdig en even hevig ont wikkelen. 6. De inenting is geen gewis voorbehoedmiddel tegen de longziekte. 7. Welligt heeft de inenting het vermogen om de gevallen van longziekte minder veelvuldig te maken en om het tijdstip, waarop zij zich voordoen, te vertragen. 8. De afleidende middelen schijnen dat vermogen ook te hebben. Aangaande de twee laatste gevolgtrekkingen acht de com missie nog nadere waarnemingen noodig, alvorens stellige uit spraak te kunnen doen. Door vrienden van den heer Willems, die in Belgie het eerst de inenting heeft aanbevolen, wordt beweerd dat de commissie door vooraf gevormde tlieorien tegen zijne uitvinding inge nomen is. Frankrijki Parijs 17 mei. De senaat heeft zich in zijne zitting van den 14 dezer vereenigd met het door de regering voorgestelde be sluit tot uitbreiding der bevoegdheid van het hooggeregtshof- Dit besluit strekt om de senaatsleden en eenige andere klassen van hooggeplaatste personen in zekere gevallen aan de regt- spraak van den gewonen regter te onttrekken en voor eene bij zondere vierschaar te stellen; het heeft eenigen tegenstand ontmoet, en is na eene vrij langdurige beraadslaging met 121 tegen 9 stemmen aangenomen. Het parijsche congres heeft, gelijk men weet, eene euro- pesche commissie tot verbetering van het vaarwater in den mond van den Douau ingesteld. Deze commissie is sedert ge- ruimen tijd te Galatz vereenigd maar nog weinig gevorderd zij moet tusschen de onderscheidene uitmondingen der rivier en tusschen verschillende plannen tot hare verbetering eene keuze doen, maar kan hierover niet tot eenstemmigheid komen. Thans wordt uit Turyn gemeld, dat Frankrijk en Engeland voorge steld hebben eene commissie van waterbouwkundigen en inge nieurs tot beslissing dier geschilpunten te benoemen, en dat Piemont zich daarmede vereenigd en reeds eenen afgevaardigde voor die commissie benoemd heeft. Het regeringsblad vermeldt, dat. H. M. de koningin der Nederlanden en Z. K. H. de prins van Wurtemberg de voor stelling van het balletLecorsaire in de opera hebben bijgewoond en door het in de zaal aanwezige publiek met geestdrift zijn toegejuicht. Na dat men eerst den 20,daarna weer den 25 dezer opge geven had als den dag, waarop de parijsche conferentie zou worden heropend, bestaat er thans nopens het tijdstip dier her opening weer volslagen onzekerheid. De oorzaak daarvan moet alleen toegeschreven worden aan eene andere onzekerheiddie nopens de duurzaamheid van het engelsche ministerie. Men wil namelijk eerst den uitslag der afkeuriugsmotie in het lager huis van den heer Cardwell afwachten, die welligt een einde kan maken aan het kabinet van lord Derby, daar diens instruc- tien aan Engelands vertegenwoordiger op de conferentie, kun nen verschillen van zijn eventueelen opvolger. Zoodra dus de uitslag dier motie bekend is, kan men iets naders te gemoetzicn nopens de heropening der conferentie. Men verneemt dat het corps diplomatique in massa ge klaagd heeft over het bekende verbod tot toelating van L'iudé- pendance beige. Het moet daarbij verklaard hebben, dat zelfs te Weenen en St. Petersburg aan de gezanten nimmer dat blad onthouden is. Onlangs is verzekerd, dat de maarschalk Pélissiereen officieus bezoek had afgelegd bij koningin Amélie, de weduwe van koning L. Philips. Dit wordt thans tegengesproken, met bijvoeging, dat de maarschalk den hertog van Aumale te Lon den toegesproken, doch verder geene leden van het verdrevene koninklijke geslacht ontmoet heeft. Een afgezant van vorst Daniclo, vladika van Montcne-

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1858 | | pagina 2