o Hr. Ms. gouvernement is gezind om ten aanzien der buiten-
landsche aangelegenheden jegens liet huis der gemeenten de
grootst mogelijke openhartigheid te betoonenmaar ik vraag de
vergadering, of zoodanige interpellation door het parlement
goedgekeurd kunnen worden.
Hiertoe zou ik mijn antwoord bepalen,ware het niet dat dc
geachte spreker, even zeer in strijd met de hier aangenomen
gebruiken, zich 'oegeveu had in eene vergelijking vau dagleeke-
niugeu, waarmede hij wilde bewijzen dal iu den tijd, die tus-
schen de optreding van Hr. Ms. tegenwoordig gouvernement
en de officiële overhandiging der nota verloopen is, tusschen de
twee gouvernementen eenige mededeeling zou hebben plaats
gehad van ongewonen, men zou haast moeten zeggen van slink-
schen aard. Zoo de geachte spreker, alvorens zijne vraag te
doen, ook maar een oogenblik over het gewigt der zaak en over
de omstandigheden, welke met de afzending en overhandiging
van zulk eene depeche gepaard plegen te gaan, had nagedacht,
dan zou hij redenen voor de schijnbare vertraging, die er plaats
heeft gehad, gevonden hebben.
h Immers vóór dat eene depeche van zoo veel gewigt, aan een
buitenlandsch gouvernement kon worden afgezonden, behoorde
het kabinet den inhoud en de bewoordingen zorgvuldig te over-
wegeu; vervolgens moest het dat staatsstuk in behoorlijken
vorm aan de koningin ter onderteekening zenden, terwijl H. M.
zich op het eiland Wight bevond. Buitendien hadden wij toen
stormweder, waardoor de overtogt van het kanaal gedurende
twee etmalen onmogelijk was."
De lieer Disraeli besloot met nogmaals legen interpellation
betreffende aangelegenheden van zulken aard te protesteren.
Daarop ging de vergadering tot een ander onderwerp van be
handeling over.
Volgens The morning advertiser heeft lord Derbyeven
weinig zijne aanhangers onder de parlementsleden, die hij jl.
dingsdag bij zich had ontboden, bekend gemaakt met de door
hem te volgen staatkundige gedragslijn, als hij die geopenbaard
heeft in het parlement. Hij herhaalde den eersten, dat hij slechts
met tegenstreven de waardigheid van eersten minister had aan
genomen, en dat hij die zonder aarzelen zoude nederleggen, in
dien zij hem niet onvoorwaardelijk ondersteunden. Indien hij,
voegde hij er bij, door eene nederlaag iu het huis der gemeenten
genoopt mogt worden af Ie treden, dan was hij besloten nimmer
weder eene portefeuille aan te nemen, maar zou hij zich aan
zijne particuliere aangelegenheden wijden, waarvoor hij meer
neiging dan voor politieke worstelingen heeft. In deze bijeen
komst waren 1G0 parlementsleden opgekomen, en niet 220, zoo
als de conservatieve bladen zeggen.
Het bedrag der nieuwe indische leening zal, naar hetgeen
lord Ellenborough, de nieuwe minister van koloniën, te dien
aanzien zeide, 10,000,000 p. st. groot zijn. Vroeger zeide men
dat zij slechts 6 of 8 millioen p. st. zou bedragen.
The times heeft onder dagleekening van den lSdende vol
gende dépêche van haren correspondent uit Napels ontvangen:
De heer Watt (een der gevangen gehouden engelsche machi
nisten) heeft verlof bekomen om oumiddclijk naar Engeland
terug te keeren."
Een eskader van engelsche oorlogschepen zal zich ter
eere vau het huwelijk des jeugdigen konings van PortugaU
weldra naar Lissabon begeven.
llusland.
Uit Petersburg wordt, onder dagteekening van 9 dezer, het
volgende gemeld //Naar luid vau het in 1855 tusschen de rus-
sische regering en Japan tot stand gebragte verdrag, zijn voor
den russischeu handei drie japansche havens (Rakodati, Simoda
en Nagasacki) opengesteld. Bij 6 van dit verdrag is aan Rus
land de bevoegdheid toegekend om in eene dezer havens een
consul te vestigen. Daartoe is gekozen het eiland Eso, met, de
haven van Ilakodati, alwaar eenmaal de russische zeeofficier
Golownin gevangen is gehouden, en is tot consul daar ter plaatse
benoemd de collegieraad Goschkewilz, welke reeds de reis door
Siberie, langs de Amour, naar het station Nicolajcwsk heeft
ondernomen. Hij wordt, vergezeld door een geestelijke, een ge
neesheer en een secretaris, en zal zich naar Eso of naar Matsu-
maï begeven, welk laatste eene japansche kolonie is, niet verre
verwijderd van de russische kurilische eilanden. Het eiland Sa-
chaliu wordt deels door Japanners, deels door Russen bewoond;
de benoemde consul verstaat de japansche taal, en heeft een
woordenboek van die taal met eene russische vertaling uitge
geven. Een der door hem naar Petersburg gebragte Japanners
heeft zich aldaar laten doopen, en den naam van Wladimir Ja-
xnatow aaugenomen, welk laatste woord zoo veel als Japanner
beteekent. Men was aan de mond van de Amour een japansch
koopvaardijschip wachtende, doch men heeft nog geen berigt
van deszelfs aankomst bekomen.
De keizer heeft de stoombootmaatschappij Polsa verlof gege
ven om baar kapitaal uit te breiden, en heeft het oprigten van
twee nieuwe dergelijke maatschappijen veroorloofd, voor het
bevaren van de Wolga, de Kama en de Cheksua.
Diaitsclilantl.
Weenen 20 maart. Hoewel de bijzonderheden nopens het
berigt van de internationale commissie voor de regeling der
staatsregtelijke aangelegenheden der Donau-vorstendommen
nog niet met genoegzame zekerheid bekend zijn, meent men
het er toch voor te moeten houden, dat daarin gcene melding
wordt gemaakt van eene staalkundige vereeniging van deze
twee landschappen; dat in het verslag alleen gemeenschappe
lijke verordeningen op de in- en uitgaande regten, op de inrig-
tiug der gewapende magt en van het justitiewezen, als ook op
het binnenlandsch bestuur, als weuschelijk worden aanbevolen,
en wel op grond, dat daarmede de eigenlijke belangen der beide
vorstendommen kunnen worden bevorderd, zonder dat men met
het nemen van dergelijke maatregelen gevaar loopt van de euro-
pesche belangen te krenken. Op welke wijze deze gemeen
schappelijke verordeningen zouden worden daargesteld, wordt
niet gemeld, maar zoo veel is zeker, dat de russische gemagtigde
het voorstel heeft gedaan om zich in dit opzigt te rigten naai
de onderhandelingen, welke in 1828 tusschen de aanwezige
bojaren en den russischen commissaris, graaf Kisselef, hebben
plaats gehad, maar tot geenen uitslag hebben geleid.
Betreffende de maatregelen, welke van de zijde der rege
ring noodig worden geoordeeld ter verbetering van de rijks
geldmiddelen, wordt thans gemeld dat er in de daad eene last
geving des keizers aan den minister van financiën aanwezig is,
bij welke van dien bewindsman wordt verlangd, datzoospoedig
mogelijk aan Z. M. zullen worden voorgelegd verordeningen,
welke kunnen strekken om dit doel te bereiken, maar zonder
daarbij der menigte nieuwe lasleu op te leggen, en zonder de
bestaande te gevoelig te verzwaren.
De Wiener Zeitung van 17 dezer bevat het besluit des
keizers tot slechting der wallen, ten gevolge waarvan Weenen
thans eene opene stad is geworden; alle hinderpalen ter barer
uitbreiding zijn daarmede geheel en al weggenomen.
Berlijn 20 maart. Door den afgevaardigde Ziegleren een
aantal andere leden der tweede kamer was aangekondigd, dat
zij in de eerstvolgende zitting eene interpellatie aan liet minis
terie zouden rigten, betrekkelijk de onderhandelingen die on
langs te Munster tusschen pruissische, hannoversche en neder-
landschc commissarissen ter zake van de spoorwegaansluiling
gevoerd zijn. De vraag welke aan het ministerie gedaan zou
worden is bij voorraad openbaar gemaakt en hoofdzakelijk van
den volgenden inhoud:
//Volgens het den 27 jauuarij 1852 met Hannover gesloten
tractaat moet, wanneer de zekerheid eener aansluitingslijn in
het koningrijk der Nederlanden beslaat, overgegaan worden
tot de westelijke verlenging van den üsnabriïcker spoorweg,
door het hannoversche graafschap Benthcim, terwijl volgens
het afzonderlijk protokol vau3 maart. 1816 omtrent de rigting
van Rheine door hel graafschap Beniheim en over de aanslui
ting aan een nederlandscheti spoorweg nog nader tusschen de
contraherende partijen en de nederlandsche regering moet wor
den overeengekomen. Thans heeft, naar men verneemt, de
hannoversche regering hij de in Munster geojiende onderhande
lingen het voornemen te kennen gegeven, om de spoorwegliju
van Rheine uit over Beutheim ten noorden van die- stad, met
algeheele vermijding van het pruissische grensgebied, naar de
nederlandsche stad Enschedé te doen loopen. Door die bepa
ling zou het cornmercieie en strategische belang van den staat
blijkbaar benadeeld worden,en het noordwestelijk gedeelte van
Weslfalenmet eene bevolking van meer dan 80,000 zielen, en
vooral de fabriekstad Gronau, welke van alle regtstreeksche
verbinding met dien spoorweg zou worden uilgesloten, eene
onherstelbare schade lijden. Onder deze omstandigheden acht
de ondergeteekende zich verpligt aan het staatsministerie de
vraag te doen: of hetzelve voornemens is aan de bedoelingen
der hannoversche regering toe te geven, en de rigting dei-
spoorbaan vau Rheine uit naar het koningrijk der Nederlanden
op zoodauige wijze vast te stellen, dat de weg, met vermijdiug
van het pruissische greusgebied en van de stad Gronau, naar
Enschedé zal loopen."
Zoodanige interpellatie heeft in de zitting van 17 dezer wer
kelijk plaats gehad, en daarop is door den minister van koop
handel het volgende geantwoord
//Overeenkomstig het met Hannover gesloten Iractaat heeft
Pruissen zich vereeuigd met het plaudat de,bedoelde spoorweg
door het hannoversehe graafschap Bentheirn zal gelegd worden.
Bij de thans in Miinster plaats hebbende onderhandelingen
heeft de pruissische regering de door den afgevaardigde Ziegler
gewcnsclite lijn, welke in de nabijheid van de stad Gronau het
pruissische gebied raakt, voorgesteld en op de aanneming daar
van aangedrongenen dat voorstel berustte op de zelfde gron
den, weljtc de afgevaardigde Ziegler beeft aangevoerd (te weten
het strategisch betnug van Pruissen en het commercieel belang
van noordwestelijk West falen). Daarentegen is door de ge-
volmagtigden der beide andere staten eene andere lijn voorge
steld, welke van Enschedé uit regtstreeks iu het hanuoversche
graafschap overgaan en bij gevolg het pruissische gebied niet
raken zou. Zoodanig is de stand der zaak op dit oogenblik, en
het huis zal de redenen billijken welke de regering nopen om de
beantwoording der gedane vraag tot deze mededeeling te be
perken. De regering mag verwachten dat men haar vertrouwen
zal, wanneer zij de verzekering geeft, dat zij het belang van
Pruissen met al hare krachten zal voorstaan.
Frankrijk.
Parijs 20 maart. The times valt sedert eenige dagen het gou
vernement heftig aan, niet alleen wegens zijne huiteulandsche
staatkunde, maar ook wegens zijne handelwijze in het. binnen
landsch bestuur. Zoo behelsde dat blad in zijn notnmer van jl.
maandag een hoofdartikel, welks strekking uitgedrukt werd in
deze twee zinsneden hHet keizerrijk is bespiedcrij. Deszelfs
persoonlijke voorstelling is de geheime policieagent."
Daaromtrent zegt de parijsche correspondent van The globe
in een schrijven van jl. dingsdag avond het volgende: //De ge
beurtenis van den dag in deze hoofdstad is het verpletterende
artikel van The times over Frankrijk. Men hoort hier van niets
anders spreken. Het doet den inlanders innerlijk genoegen,
maar zij laten zich niet anders uil dan met omzigtigheid. Het
bevreemdendst is, hoe het komt d it men dat art ikel in de fcofiij -
huizen op de tafels laat liggen of juister gesproken, het ligt cr
nietwant het is bestendig in handen, en er wordt strijd gevoerd
om het te lezen. Heden ochtend bestond er tegen de versprei
ding van het blad bedenking bij de commissie van beoordeelaren,
die de censuur over de buitenlandsche dagbladpers uitoefent en
zoo vele dagbladen in quarantaine houdt; en de tusschenkomst
van het hoogste gezag was noodig om het embargo op te heffen.
Het artikel van The times maakt zeer te regt onderscheid tus
schen de persoonlijke staatkunde des keizers en dc handelwijze
der lieden die hij rondom zich heeft."
Niet alleen heeft het gouvernement, gelijk uit het boven
staande berigt blijkt.de verspreiding vandat nommcr der Times
alhier toegelaten: het heeft ook de daarin vervatte beschuldigin
gen openlijk opgevat en wederlegd. Een hiertoe strekkend
artikel is in den Moniteur van gisteren vervat; het zegt
dat de policie in Frankrijk thans minder dan ooit indringend
en tot inquisitie geneigd isdat de keizer altijd alleen uitgaat,
en niet, zoo als het engelsche dagblad zeide, scharen wachters
in en zonder uniform rondom zich heeftdat Z. M. na den aan
slag van 14 jauuarij zijne levenswijze niet heeft, veranderd; enz.
Ook had The times gezegd dat het keizerlijke gouvernement,
in den angst voor de gevaren waarmede het zich bedreigd acht
te, de gouvernementen der naburige staten met onredelijke
eiscbcn betrekkelijk de uitgewekenen lastig viel. Hierop ant
woordt de Moniteur, dat Frankrijk, toen het onlangs aandrong
op verwijdering van woelzieke uitgewekenen uit de nabijheid
zijner grenzen, van een regt gebruik maakte, hetwelk liet ook
aan andere staten toekent, en dat het, bij voorbeeld, vroeger
ten verzoeke van Zwitserland de koningsgezinde Neuchatelle-
naars, en ten gevalle van Spanje de Carlislen uit zijne grensde-
partementeu verwijderd eti binnenwaarts gebragt heeft.
Op nieuw verzekert men ten stelligste dat graaf Waiewski
uit het ministerie treden zal. De aftreding van den markies de
Turgot als gezant tc Madrid wordt thans van genoegzaam offi-
cieële zijde gemeld. Men doodvervvt als zijn opvolger den mar
kies dc Moustier, thans gezant te Berlijn.
Niemand twijfelter tegenwoordig meer aan, of de lieer
de Persigny heeft om zijn ontslag verzocht. Men voegt, er echter
bij, dat de keizer het nog niet definitief heeft willen aannemen,
uit vrees, dat daardoor het publiek nog meer veronlrust zal wor
den dan het reeds is. De gezant komt dus voorloopig met verlof
terug, terwijl een zaakgelastigde met de aangelegenheden van
het gezantschap te Londen belast blijft. Tot dusverre lekt niet
uit, wie later zijn opvolger zijn zal, en al wat daaromtrent ge
zegd wordt, berust op louter gissingen.
Van goederhand wordt verzekerd, dat van regeringswege
een maatregel zal genomen worden, die van zeer aanroerkehjken
invloed zal zijn op de binnenlaudsche journalistiek, en die ook
zijne uitwerking op de buitenlandsche zal doen gevoelen. Er is
namelijk vau niets meer en niets minder sprake dan van een be
sluit, waarbij bepaald wordt dat alle dagbladen en periodieke
tijdschriften slecht eenmaal daags door de posferij verzonden
zullen worden, in stede van tweemaal, gelijk tot dusverre plaats
had. De verzending zou alsdan iederen morgen ten 7 ure plaats
vinden. Daardoor zou al dadelijk de genadeslag aan alle pa
rijsche avondbladen worden toegebragt, want deze zouden dan
12 uren vroeger moeten afdrukken, gevolgelijk ochtendbladen
worden en de concurrentie van den Moniteur hebben te door
staan.
De Yaletta is met de brievenmail van Bombay, van 21
februarij, te Malta aangekomen. Brieven uit Canton van 2S
januarij, opgenomen in den Bombay-times, houden in dat de
keizer van China geen antwoord heeft gezonden op cle notifica
tie der geallieerde commissarissen, en dat deze binnen twee
maanden de rivier Pe-Ilo zullen opvaren met eene fiotillc