iV- 34. Zaturdag 1858. 20 Maart. M1DDELBURGSCHE COURANT. Deze courant verschijnt des dingsdags, donderdags en zaturdags. Binnen deze gemeente en Viis singen geschiedt de uitgave den avond te voren ten 8 ure. De abonnementsprijs per drie maanden is 3franco per post f 8,40. De inzending van advertenticn kan geschieden tot tien ure des morgens, op den dag der uitgave. De prijs van gewone adveruentien is 22 cent per regel; van huwelijks, geboorte oi' doodbekend- makingen enz., van één tot zes regels 1,50, voor eiken regel daarboven 22 cent. Buitengewoon groote letters worden berekend naar de plaats die zij innemen. Voor elke plaatsing moet 85 cent voor zegel worden betaald. De betaling geschiedt kontant. Editie van vrijdag avond 8 ure. 2l<mli0nötgmgm VANBET MJKSBËSTUCH,PROVINCIALE EM IMEffiEBESHM. IlekeDuI inaEiiug. De burgemeester en wethouders van Viissingen doen te we ten dat door den raad dier gemeente in zijne zitting van den 20sten februarij 1808 is vastgesteld de navolgende VERORDENING op het losloopen en schut ten van vee in de gemeente Viissingen. Art. 1. Het is verboden eenig vee, hoe ook genaamd, (behou dens de bepalingen van art. 471, no. 14 en 475 no. 10 van het wetboek van strafregt) te laten losloopen of grazen op gronden by een ander in gebruik of hengsten, stieren of beereu langs of over de openbare wegen, anders te drijven, dan behoorlijk aan de hand vastgehouden, onder geleide van een of meer daar toe geschikte personen. Art. 2Het vee, zonder geleider bevonden op gemeente- of particuliere gronden, of op openbare wegen, voetpaden en wal len, wordt in de schutkooi der gemeente in verzekerde bewa ring gesteld, en voor rekening van den eigenaar onderhouden. Art. 3. Voor kosten van opsluiting, oppassen en voeding van het aangehouden vee, zal niet meer in rekening mogen worden gebragt, dan Voor elk paardf 0,50 daags veulen- 0,30 eiken ezel- 0,30 a ii elke koe of rund- 0,40 n u elk kalf- 0,30 n n varken- 0,30 speenvarken - - 0,15 u n u schaap- 0,20 u u lam - 0,15 ii- ii elke bok of geit- 0,20 Wanneer het vee binnen drie uren na de opsluiting wordt af gehaald, zal de helft dezer sommen en anders zoo wel de dag van opsluiting als die van loslating, kunnen worden in reke ning gebragt. Art. 4. Indien de eigenaar het geschutte vee niet binnen acht dagen opvordert, brengen burgemeester en wethouders, onder opgaaf der kenteekenen van het vee, de schutting ter openbare kennis, door plaatsing eener bekendmaking in de Middclburgsche courant en door afkondiging in deze en aan grenzende gemeenten. Art. 5. Is binnen veertien dagen na die bekendmaking, het geschutte vee niet door den eigenaar of belanghebbende gelost, dan wordt het door burgemeester en wethouders, na bekend making als voren, inhoudende bepaling van den dag en het uur in het openbaar, aan den meestbiedende, om gereed geld, ver kocht. Uit de kooppenningen worden betaald de kosten van stalling en voeding en die van bekendmaking en verkoop. De overblijvende gelden worden in de gemeentekas gestort zij worden uitgekeerd aan den eigenaar van het verkochte vee, indien hij die, biunen den lijd, bij de wet op de verjaring be paald, vordert. Art. 6. Verschijnt de eigenaar, binnen den in artikel 3 enz., vermelden tijd, tot lossing van het geschutte vee, dan wordt dadelijk bij de lossing gevorderd, de vo Idoening der kosten van stalling en voeding, en die van bekendmaking in artikel 3 en 4 bedoeld. Art. 7. De overtreding van eene der bepalingen van art. 1 dezer verordeuiug, voor zoo ver daartegen bij de wet, bij algc- meencn maatregel van bestuur or provinciale verordening niet is voorzien, wordt gestraft met ecne geldboete van f 1,50 voor elk paard. -1,h u veulen. - u iedere koe, rund, kalf, bok, geit, ezel, varken of speenvarken. -1,één schaap of lam. - 2,twee schapen of lammeren. 3,u drie of meer schapen of lammeren, onverminderd het regt van den eigenaar of gebruiker der gron den, tot het eischen van vergoeding der veroorzaakte schade van den overtreder. De bij dit artikel bedreigde boeten zullen in geen geval het bij art. 161 der gemeentewet gestelde maximum van vijf en twin tig gulden te boven gaan. Aldus vastgesteld door den gemeenteraad van Viissingen den 20 februarij 1858. De burgemeester, (Get.) J. W. CALLENEELS. De secretaris, (Get.) M A B I L O T. Zijnde deze verordening aan hecren gedeputeerde staten van Zeeland, volgens hun berigt van den 26 februarij 1858 no. 504 B no. 1182/56 in afschrift medegedeeld. En is hiervan afkondiging geschied waar het behoort. Viissingen den 2 maart 1858. De burgemeester en wethouders van Viissingen, J. W. CALLENEELS. De secretaris, MABILO T. Beliendtisakiiig. De burgemeester en wethouders van Viissingen doen te we ten dat door den raad dier gemeente in zijne zitting van den 20sten februarij 1858 is vastgesteld de navolgende VERORDENING voor het gebruik maken der vischmarkt, en het verkoopen van versche visch in de gemeente Viissingen. Hoofdstuk I. Betreffende de vischmarkt. Art. 1. Tot het gebruik der vischmarkt zullen worden toe gelaten ieder die met vaar- of voertuigen in deze gemeente zee- of riviervisch zal aanbrengen. Art. 2. Personen afzonderlijk met manden, visch in de ge meente aanbrengende, zullen vermogen dezelve rond te venten en ten verkoop aan te bieden, zonder tot afslag op de visch markt gehouden te zijn. Art. 3. Ten dienste van de vischmarkt zullen door burge meester en wethouders worden benoemd en aangesteld: 1. een afslager, die zorgt dat de afslag behoorlijk iu de stad worde bekend gemaakt, en bij den verkoop de koopeu bij afslag aanbiedt; 2. een controleur, die van de verkochte koopen naauwkeurig aanteekening houdt, de gelden bij iederen koop ontvangt, al thans moet verantwoorden, iudien hij de gemijnde visch zonder betaling heeft laten volgen 3. een keurmeester, die alle visch véór dezelve op de visch markt wordt afgeslagen, zal onderzoeken en beoordeelen of de zelve van eene genoegzame goede hoedanigheid is om op de vischmarkt te mogen worden aangeboden 4. ecne of meer knapinnen, die gehouden zullen wezen de vischmarkt zuiver en zindelijk te houden, en de noodige dien sten aan de drie bovengenoemde ambtenaren in deze hunne betrekkingen te bewijzen. Art. 4. Van de vischmarkt gebruik makende, zullen aan den afslag moeten worden gebragt minstens zes kabeljaauwen, twaalf koopen schelvisch, schol, rogge of andere kleine visch- soorteu. Art. 5. Meer dan één visscher zich gelijktijdig tot het gebruik der gemeente vischmarkt aanmeldeude, zal door hen worden geloot over de volgorde van het ter afslag brengen hunner visch. Die bij loting gcregtigd wordt zijn visch het eerst te mogen doen afslaan, zal echter na den twaalfden koop de beurt aan zijn opvolger moeten afstaan. De tweede insgelijks na twaalf koopen verkocht te hebben, zal de beurt op nommcr drie en zoo vervolgens overgaan tot op den laatslen. Wanneer de 12 koopen van den laatsten zullen verkocht wezen, begint de beurt van nieuw aau met no. 1, weder 12 koopen enz. De levende visch van iedere partij zal echter ailijd het eerst moeten afgeslagen worden. Geene roudventiug van de in dit artikel bedoelde aangebragt wordende visch zal mogen plaats hebben, zoo lang de afslag aan de vischmarkt plaats heeft. Art. 6. De koopers zullen hunne gekochte visch dadelijk moeten betalen bij gebreke van dien zal de koop onmiddelijk op nieuw geveild worden. Art. 7. De verkochte visch zal onmiddelijk door den kooper van de vischmarkt moeten worden verwijderd. De in vischnering doenden zullen echter meer koopen bij el kander op de vischmarkt mogen behouden tot de afslag is afgo- loopen, doch in dat geval zullen zij moeten zorgen dat zij eene mand bij zich hebben, waarin dezelve behoorlijk kunnen gebor gen worden. Art. 8. Bij het mijnen zal de afslager beslissen, tusschen twee of meer, die meenen het eerst gemijnd te hebben, aan wien van hen de koop toekomtbij twijfel van den afslager zelve, zal de koop op nieuw worden opgeroepen. De afslager vermag niet zelve te mijnen. Art. 9. Geen visch zal op de vischmarkt mogen worden ver kocht dan die levende, pas afgestorven of althans nog iu goeden verschen staat zij. De visch aan deze vereischten niet voldoen de, zal door den keurmeester worden afgewezen, om op de vischmarkt te worden verkocht. hoofdstuk ii. Betreffende hel verkoopen van visch buiten de vischmarkt. Art. 10. Geen versche zee- of riviervisch mag worden rond gevent, of ten verkoop aangeboden, dan na door den keurmees ter, of eenig ander ambtenaar door burgemeester en wethouders daartoe aan te wijzen, te zijn goedgekeurd. Van de goedkeuring wordt een bewijs afgegeven, dat dient lot geleibiljet. Art. 11. De verkoopers ofrondventers van visch zijn verpligt aan den keurmeester en de ambtenaren van policie, op dc eerste aanvraag, hunne bewijzen van gedane keuring te vertooneu. Bij weigering of gebreke daarvan, zal de visch gehouden worden voor niet gekeurd. Art. 12. Afgekeurde visch zal, ter plaatse door burgemeester en wethouders te bepalen, in het bijzijn van een poüciebeambte, worden onbruikbaar gemaakt en in den grond bedolven. Art. 13. Het bewijs van gedane keuring geldt alleen voor den dag waarop het is afgegeven. Art. 14. Deze bepalingen zijn niet van toepassing op oesters» mosselen, kreeften, garnalen en kreukels. Art. 15. De keurmeester legt, alvorens die betrekking uit te oefenen, in handeu van den burgemeester den eed af //Ik zweer (beloof) dat ik als keurmeester van dc visch, mij naar mijne beste kennis en wetenschap, onpartijdig zal gedra gen." Zoo waarlijk lielpe mij God Almagtig." Dat verklaar en beloof ik." Art. 16. Alle overtredingen tegen deze verordening zullen met eene geldboete van drie gulden worden gestraft. Aldus vastgesteld door den gemeenteraad van Viissingen den 20 februarij 185S. De burgemeester, (Get.) J. W. CALLENEELS. De secretaris, (Get.) M A B I L O T. Zijnde deze verordening aan heeren gedeputeerde staten van Zeeland, volgens hun berigt van den 26 februarij 1S58 uo. 504/B no. 1.181 56, in afschrift medegedeeld. Eu is hiervan afkondiging geschied, way .hief bfchodrL Yli^singen, deu 2 maart 1S5S. 'y De burgemeester en wethouders vaiv.Vlissingeïi J. W. CALLENEELS, De secretaris, V/ M A B i VfëC' X

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1858 | | pagina 1