nuitschland, Weeneu 26 februarij. In de Ostd. Post wordt een artikel ge lezen, waarin de nadeelen worden uiteengezet, voortvloeiende uit de tijdelijke opdragt der regering aan den prins van Pruissen. Men voegt er nog bij, dat in Pruissen meer en meer de wensch levendig wordt, om aan dezen stand van zaken voor goed een einde te zien maken. Het sclnjnt thans als zeker beschouwd te mogen worden, dat de baron von Sina uit het vermaarde bankiershuis zal tre den, hetwelk echter hiermede niet ophoudt te bestaan. Aan het hoofd er van zullen voortaan geplaatst zijn de baron Johan von Sina, de oom en compagnon van het tegenwoordige hoofd der firma, benevens de heer Metaxa. Men verwacht eerstdaags de benoeming van den baron von Sina tot oostenrijksch gezant bij het hof van Athene. Het is algemeen bekend, dat de baron von Sina als een der vermogendste grondeigenaren van het gansche keizerrijk moet beschouwd worden. In de duitsche bonds-vergadering heeft Hanover voorge steld, om aan de deensche regering een dusgenaamd inhibitors um, betreffende hare genomen of nog te nemen maatregel, teti aanzien van de duitsche hertogdommen aan de Elbe, te doen beteekenen. Dit voorstel is door de commissie eenigermate ge wijzigd, en alzoo door degemagtigden van al de duitsche staten eenstemmig aangenomen. Naar luid van dit besluit, zal van wege geheel Duit schland aan Denemarken worden kenbaar ge maakt, dat de bonds-vergadering verwacht, dat de deensche regering zich van stonden af zal onthouden van in de hertog dommen Holstein en Lauenburg eenige verordening daav te stellen, welke niet in overeenstemming is met het bonds-besluit van 11 februarij, eu berust op wettelijke bepalingen, welke een constitutionele medewerking ontberen." Men vleit zich, dat Denemarken alsuu aan de verwachting der vergadering, door het afleggen oener bepaalde verklaring, zal beantwoorden en. door het tijdig opgeven van allen verderen tegenstand, zal we ten te verhoeden, dat de duitsche staten zich verpligt rekenen om op den toestand van vóór 1852 terug te komen. Uelsic. Brussel 28 februarij. Aan de hoogeschool te Gent zal een nieuwe leerstoel, voor de vlaamsche taal- en letterkunde, wor den toegevoegd. Naar men verneemt zal de heer Henri Con science, tot lieden arrondissemenls-commissaris te Kortrijkt daarbij tot hoogleeraar in die vakken worden benoemd. Uit Antwerpen wordt gemeld, dat aldaar zich ecne com missie heeft gevormd met het doel, om een standbeeld op te rig- ten ter eere van den vlaamschen dichter van Rijswijk. Dit plan moet bij de liefhebbers en beoefenaars der vlaamsche letterkun de veel bijval vinden. Donderdag jl. is een visschersvaartuig van Katwijk bij Blankenbergen gestrand. De equipage, uit 6 personen be staande, is gered. Het vaartuig, dat nieuw is, heeft weinig ge leden. Er was een goede lading visch aan boord, welke in het openbaar is verkocht. De schipper verklaarde, dat hij verscheiden dagen in het ge- zigt der belgisehe kust met een hevigen oosten wind had geworsteld en dat, daar zijne manschappen door vermoeidheid uitgeput waren, hij besloten had het schip op strand te doen loopen. frankrijk. Parijs 1 maart. Orsini, lludio en Pierri hebben eencn cisch tot cassatie van het tegen hen gevelde doodvonnis ingesteld. De openbare behandeling van dit regtsgeding heeft weinig of geene nog onbekende feiten aan het licht gebragt. Het meeste opzien baarde de pleitrede van den heer Eavre, een be roemd advocaat van republikeinsche denkwijze. Hij trachtte te betoogen dat zijn cliënt, Orsini, geen gemeene samenzweerder of laaghartige moordenaar was, zoo als de procureur-generaal beweerd had, maar dat hij met politieke bedoelingen den aan slag had beraamd, in den waan dat hij daardoor den grootsten hinderpaal voor Italies onafhankelijkheid zou wegruimen. Hier bij beriep de pleiter zich op eencn door Orsini den 11 februarij jl. uit den kerker aan keizer Napoleon geschreven brief, dien hij de uiterste wilsbeschikking van den beschuldigde noemde. Dit schrijven werd door den heer Favrc, en wel naar hij zeide met vergunning van den keizer, voorgelezen.Deze brief luidt aldus *Aan Napoleon III, keizer der Franschen! De verklaringen, welke ik tegen mij zeiven heb afgelegd, in het staatkundig regtsgeding naar aanleiding van den aanslag van den 14 janu- arij ingesteld, zijn genoegzaam ora mij ter dood te veroordeelen, en ik zal dat vonnis ondergaan zonder gratie te vragen, zoowel omdat ik mij nooit zal vernederen voor hem die de opkomende vrijheid van mijn ongelukkig vaderland gedood heeft, als om dat de dood in mijnen toestand voor mij eene weldaad is. Aan het einde van mijne aardsche loopbaan genaderd, wil ik echter nog eene laatste poging beproeven om Italië te hulp te komen, voor de onafhankelijkkeid van hetwelk ik tot heden alle geva ren doorgestaan en alles opgeofferd hebzij was het aanhoudend voorwerp mijner gedachten, en deze gedachten wil ik thans mededeelen in de woorden welke ik tot uwe majesteit rigtom het tegenwoordig evenwigt van Europa te bewaren, moet men Italië onafhankelijk maken of de ketenen naauwer toehalen waarmede Oostenrijk het in slavernij houdt. Zal ik lot zijne bevrijding vragen, dat het bloed der Franschen voordeltalia nen vergoten worde P Neen, zoo ver ga ik niet. Italië verlangt, dat Frankrijk niet tegen hetzelve tusschen beiden komehet vraagt dat Frankrijk aan Duitscldand niet gedooge Oostenrijk te ondersteunen in de worstelingen, welke welligt spoedig zullen aanvangen. Dit nu juist kan uwe majesteit doen wanneer zij wil. Van dien wil hangt derhalve het welzijn of het ongeluk mijns vaderlands af, het leven of de dood eener natie, aan welke Europa grootendeels zijne hcschaviug verschuldigd is. Dit gebed durf ik uit mijnen kerker tot uwe majesteit rigten. Er niet aan wanhopende of mijne zwakke stem zal worden ge hoord, bezweer ik uwe majesteit Italië de onaf handelijkheid te hergeven, welke zijne kinderen in 1849 hebben verloren door toedoen der Franschen. Uwe majesteit herinnere zich. dat de Italianen, uit wier midden mijn vader was, met vreugde hun bloed deden stroomen voor Napoleon den Groote, overal wer- waarts het hem behaagde hen te geleiden. Zij herinnere zich dat zij hem getrouw bleven tor aan zijnen valzij gedenke dat, zoo lang Italië niet onafhankelijk zal zijn, de rust van Europa en die van uwe majesteit slechts eene herschenschim zullen wezen. Dat uwe majesteit de laatste bede verhoore van een vriend zijns vaderlands, die gereed staat de trappen van het schavot te beklimmen zij bevrijde mijn vaderland, en de zege ningen van vijf en twintig millioenen burgers zullen haar tot de nakomelingschap volgen. In de gevangenis Mazas, den II februarij 1858. FELICE ORSINI." De drie ter dood veroordeelden zijn naar de gevangenis La roquette overgebragt. Gomez berust in zijn vonnis van levens langen dwangarbeid en moet zeer verheugd zijn dat hij het leven zal behouden. Het proces van Orsini, c. s. heeft eene nieuwe industrie in het leven geroepen. Een engelsch stenograaf (aanteekenin- genmogt men, zoo als men weet, bij de debatten niet houden) die de behandeling heeft bijgewooud, toonde zulk een sterk ge- hengen te hebben, dat hij gisteren avond in drie salons de acte van beschuldiging en alle vragen en aniwoordeu gedurende de debatten heeft herhaald. Hij moet bij deze voordragt in één avond niet minder dan 1500 fr. gewonnen hebben. De Mouileur behelst de mededeeling, dat de ofliciele vleesch-zetting alhier met 31 maart aanstaande zal ophouden. Eerlang zullen reglementaire verordeningen, in verband hier mede, worden uitgevaardigd. De senaat heeft zich na eene korte discussie vereenigd met het wetsontwerp, houdende bepalingen tot bevordering der algemeene veiligheid. Slechts een der 136 leden verklaarde zich hier tegen, en wel de generaal de Mac-Mahon, die zijne af keurende stem volgenderwvjze moet gemotiveerd hebbenIk stem tegen deze wet, omdat zij ongrondwettig is, omdat zij de regering op eene helling voert.dat niet anders dan gevaarlijk voor haar kan worden. Genoeg redenaarstalent om veel te spreken bezit ik niet, ik ken slechts de rhetorica van het kamp; maar zóó is mijne mecning. Tliaus ziet ter keizerlijke drukkerij alhier het licht het eerste deel van de vroeger aangekondigde verzameling der briefwisseling van Napoleon. De opgenomen brieven zijn van staat-, krijgskundigen en administratieven aard, en de reeks begint met het beleg van Toulon in 1793. De uitgave geschiedt, zoo men weet, onder de leiding van eene bijzondere commissie, aan wier hoofd zich de minister van oorlog, de maarschalk Vaillant, bevindt. De berigten uit Genua van 23 februarij jl. melden dat op bevel van de hooge regering bijzondere maatregelen tot verze kering der openbare orde te werk gesteld en verscheidene poli tieke vlugtelingen iu hechtenis genomen of verwijderd waren. Volgens een bij Le constitutionnel ontvangen schrijven uit Turyn bestond er allezins grond voor die voorzorg. /'Het schijnt nu zeker te zijn (zegt de briefschrijver) datdeu 22 dezer maand eene poging had moeten gedaan worden om dc stad Ge nua door overrompeling te vermeesteren. Het was eene zamen- spanning met een republikeinsch doel, doch men kan nog niet met zekerheid zeggen dat Mazzini ook ditmaal weder de hand in het spel had. De beweging moest beginnen meteeuen op stand in het arsenaal van de marine, hetwelk te gelijk als galei kerker dient. Zoodra het gouvernement lucht van dat plan kreeg, legde het een oorlogschip, de Mozambano, met geladen kanonnen voor het arsenaal. Tevens gaf de burgerlijke gouver neur der provincie Genua aan de policie zeer krachtige bevelen, waarvan talrijke arrestalien en naauwkeurige huiszoekingen het gevolg waren. De troepen van het garnizoen worden er sedert twee dagen in de kazernea strijdvaardig gehouden. De huiszoekingen hebben vrij stellige uitkomsten opgele verd. De onder verdenking liggende personen zijn meerendeels uitgewekenen, vooral Napolilanen, naar gezegd wordt. De wa penen eu de geldmiddelen kwamen uit de Vereenigde staten. Den 22 is een vaartuig onder noord-amerikaansche vlagde haven van Genua binnen gekomenen bij onderzoek is bevon den dat het eenen grooten voorraad wapenen van allerlei aard aan boord had. Ook wordt verzekerd dat er eene mijn ontdekt is onder het lokaal der artillerie, hetwelk de stad Genua naar den kant der inrigtingen voor de marine bestrijkt. ^Niettegenstaande al de maatregelen der policie bestaat er. gelijk uit vele brieven blijkt, thans nog veel gisting in de tweede stad van het rijk. Ook wordt opgemerkt dat sedert den aan vang der openbare behandeling van het regtsgeding wegens deu revolutionairen aanslag van 29 junij 1857 in die stad vele ge welddadigheden en nachtelijke aanrandingen gepleegd worden; en bij het vatten der schuldigen bleek dat het geene gewone dieven zijn, maar zamenzweerders die handelen naar het voor schrift van Mazzini om de gemoederen in spanning en onrust te houden. De afdeelingen der sardinische kamer van afgevaardigden hebben zich bezig gehouden met het onderzoek van het ont werp van wet, waarbij zamenspanningen tegen het leven van buitenlandsche souvereinen alsmede lofredenen op politieke moorden met bijzondere straffen bedreigd worden. Hel gou vernement heeft geweigerd de betrekkelijke nota van het fran- sche gouvernement aan de afdeelingen mede te deelen, maar het heeft beloofd daarvan aan de commissie van rapporteurs inzage te zullen geven. Deze commissie is nog niet voltallig: er zijn nog maar drie afdeelingen, welke eenen rapporteur ge kozen hebben, en van de drie benoemden hebben twee zich tegen de voordragt verklaard." Een later berigt uit Turyn meldt dat een radicaal gezind lid, de heer Brofferio, dc woordvoerder der uiterste linker zijde, met het opmaken van het rapport over het boven gemelde wetsont werp belast is. Hieruit wordt opgemaakt dat de voordragt in de afdeelingen veel tegenstand heeft ontmoet. Tevens wordt ge meld dat de president minister, de graaf Cavour, verklaard heeftde aanneming van het wetsontwerp niet als eene kabinets- kwestie le zullen beschouwen. Ijanörishrritjtm. (xraaciniarliten. Amsterdam 3 maart. Tarwe en gerst onveranderd. Raapolie op zes weken /"42£ Lijnolie zes op weken/33 Koolzaad (april) 71 p. vl. Prijzen van effecten. Amsterdam 3 maart. Nederland. Werkelijke schuld dito dito dito dito Aand. Handelmaatschappij Obl. Maatschappij van weldadigheid Oblig. 1798/1816 dito Hope co dito dito 1855, 6de serie Certificaten Spoorweg Obligatien Binuenlandsch Coupons bewijzen Crediet instelling Obligatien (schoon) Obligatien Amsterdamsche Nationale 1847/1852 Bank actiën bij Rothschild Obligatien n nieuwe Rusland. Spanje. Grenada. Oostenrijk. Belgie. Portugal. 21 pet. 3 4 41 4 5 4 5 6 H - 3 64 1361 1041 841 991 n 26 37* 74 191 Venezuela. Mexico. Illinois. Beurs Beurs 5 pet. 82. Beurs pet. 5 73 J 5 861 5 n 761 21 3 2J - 3 H 45} 41 303 3 f 191 7 871 van Londen, 2 maart, ten 12 ure. Consols 96J van Weenen, 2 maart, (slotprijzen.) Metalliek van Parijs, 2 maart, (slotprijzen.) 41 pet. comp 69,45. Prijzen vau coupons en losbare obligatien. Amsterdam 1 maart. Metalliek f 28,071Napelsche fDiverse engelsche ia £f 11,60; Engelsche Russen f 11,60; Fransche f 55,12* Belgische f55,75; Pruissische f 34,50; Spaansche piasters f2,32; Spaansche coupons per fr. f Hamb. Russen fRussische in zilveren roebels f34,121Poolsche iu fl f 26,75. Nationale metalliek f29,671; Dollars f—

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1858 | | pagina 3