MIDDELBURGSCHE
COURANT.
r 153.
Dingsdag
1857.
22 December.
örnncnlcmtrsclie lijïrimmt.
M j
Deze courant verschijnt des dingsdags, donderdags en Zntutdags. Binnen deze gemeente en Vlis-
singen geschiedt de uitgave deu avond te voren ten 8 ure.
De abonnementsprijs per drie maanden is 3franco per post f 3,4-0.
De inzending van advertentien kan geschieden tot tien ure des morgens, op den dag der uitgave.
De prijs van gewone advertentien is 22 cent per regel; van huwelijks, geboorte of doodbekend-
makingen enz., van één tot zes regels 1,50, voor eiken regel daarboven 22 cent.
Buitengewoon groote letters worden berekend naar de plaats die zij innemen.
Voor elke plaatsing moet 35 cent voor zegel worden betaald. De betaling geschiedt kontant.
Eililie van maandag avond 8 ure.
Kennisgeving. §hiiiting;gruotejagt.
De commissaris des konings in de provincie Zeeland maakt
bekend, dat de sluiting der groote jagt, door gedeputeerde sta
ten, voor dit jaar is bepaald op donderdag den een en dertigsten
december aanslaande, met zonsondergang, en dat het tijdstip
der sluiting van de jagt op eenden, hout- en watersnippen, na
der zal worden vastgesteld.
Deze kennisgeving zal in het provinciaal blad geplaatst en
aan de gemeentebesturen ter aanplakking gezonden worden.
Middelburg, den 19 december 1857.
De commissaris der konings voornoemd,
VAN TETS.
ütliitdellSius's J31 december.
De gemeenteraad alhier zal op aanstaanden woensdag des
namiddags ten 1 ure eene openbare zitting houden ter behan
deling der navolgende onderwerpen
Missives nieuw benoemde leden plaatselijke school-commis-
sie en aanvulling vier vacaturesmissive kamer van koophan
del verbetering navenkanaal; bij resumtie adres de Waardt Eel-
ten c. s.
Jl. zaturdag stond voor het provinciaal gereglshof alhier te
regt Suzan na Margot Earo, wonende te Nieuwvliet, beschul
digd van brandstichting in een woonhuis, zonder dat het te
voorzien was dat eenig raenschenleveu daardoor in gevaar
kon worden gebragt.
Als getuigen in deze zaak waren gedagvaard Cornelis van
der Linde, brigadier der maréchaussee, Jannis de Helkens en
Jacob Besteling, arbeiders, P. de Kok, genees-en heelkundige
te Nieuwvliet en dr. J. C. de Man, alhier (aan welken laatste
gezamenlijk met den thans afwezigen officier van gezondheid
der 2de klasse M. II. Timmerman was opgedragen een gereg-
telijk geneeskundig verslag omtrent, den toestand der beschul
digde uit te brengeu) terwijl een der bij de voorloopige instructie
verhoorde getuigen sedert naar Noord Amerika is vertrokken.
Uit het getuigenverhoor is gebleken dat de beschuldigde in
den morgen van 18 junij dezes jaars ten 7 ure een kool vuur
heeft geworpen op het stroodak der woning van Jannis de Hel
kens te Nieuwvliet, terwijl zij wist dat alle bewoners zich ver
wijderd hadden; zijnde de dien ten gevolge ontstane brand
door spoedig aangebragte hulp gcblusclit, zoo dat er slechts ge
ringe schade is aangehragt.
Dc aanleiding tot dit misdrijf moet, volgens de eerste verkla
ring van de beschuldigde gezocht worden in herhaalde mishan
deling, door haar ondergaan van Maria de Kuijper, huisvrouw
van gemelden J. de Helkens, terwijl zij, volgens opgave als een
gevolg dier mishandeling, reeds gedurende twee maanden voor
het gepleegde misdrijf onder geneeskundige behandeling is ge
weest.
Uit het geregtelijk geneeskundig verslag is gebleken dat
de beschuldigde van zeer bekrompeue geestvermogens en een
overgevoelig zenuwgestel is, doch zij niet krankzinnig kan ge
noemd worden, en men hier ook aan ^ene pyromauie behoort
te denken.
Het openbaar ministerie heeft bij monde van den heer pro
cureur-generaal betoogd, dat zoo uit de bekentenis der beschul
digde als uit de verklaringen van de getuigen bij de instructie
en deze tereglzitting, voortvloeit dat de qualificatie van het
feit bij acte van beschuldiging joist was, en ten volle is bewezen
dat de beschuldigde daarvan de daderes was.
Hij heeft daarbij uiteengezet dat het misdrijf haar toereken
baar zou zijn, alzoo alleen blykt van bekrompeue geestvermo
gens, geenszins van krankzinnigheid.
Veeleer meende hij te moeten denken aan opgewekte drift,
terwijl de haar aangedane beleedigingen niet blijken van zoo be
langrijken aard te zijn geweest als wel is opgegeven; immers
volgens mededeeling van het gemeentebestuur van Nieuwvliet,
had men geen termen gevonden om eene deswege ingediende
klagte te vervolgen.
Ten slotte concludeerde hij, naar aanleiding van art. 13 der
wet van 29 junij 1854 (staatsbhd no. 102) en art. 431 wetboek
van strafregt, en met het oog op de arlt, 52 en 36 van dat wet
boek en 2Q7wetboek van strafvordering, tot schuldigverklaring
aan het vroeger omschreven misdrijf en veroord éeViug dien ten
gevolge tot tuchthuisstraf voor een door het hof le bepalen tijd,
mits niet minder dan vijf en niet meer dan twintig jaren, en in
de kosten van het geding, invorderbaar bij lijfsdwang, met aan
plakking van het arrest.
De advocaat mr. Ph. van den Broecke, ambtshalve met de
verdediging belast, betoogde dat het misdrijf aan de beschul
digde niet toerekenbaar kan zijn en het geregtelijk geneeskundig
verslag in deze zaak, onvolledig eu ontoereikend is.
Wat het ontoerekenbare aangaat, vermeent pleiter dat hier
niet alleen aan bekrompene, maar ook aan verwarring van de
geestvermogens moet gedacht 'iU-irdfn. llij wijst e-r op, hoe haar
vader reeds voor het gepleegde feit aan den predikant Gouda
Quint, de verklaring had afgelegd dat zijne dochter leed aan
vlagen van waanzin, terwijl de getuige dr. de Man ter teregt-
zitting verklaard heeft, dat-de beschuldigde als idioot kan wor
den aangemerkt. Daarom beroept hij zich op art.. 64 wetboek
van strafregt.
Aangaande het geregtelijk geneeskundig verslag, herinnert
hij dat daarin de ligchamelijke toestand der beschuldigde niet
besproken wordt, en voorts ontleedt hij de conclusien van dat
verslag, bepaaldelijk aantoonende dat daarin is erkend de mo
gelijkheid vau dwaling in de gevolgtrekkingen.
Pleiter concludeert alzoo tot ontslag van alle regtsvervolging.
Na re-en dupliek, waarbij zoo wel het opeubaar ministerie
als de verdediger volharden 'oij het aangevoerde, werd de uit
spraak bepaald op heden voormiddag ten tien ure.
Daarbij heeft het hof, overwegende dat het misdrijf wettigen
overtuigend bewezen is, en voorts dat wel is gebleken vun de
zeer bekrompene geestvermogens der beschuldigde, doch geens
zins vau krankzinnigheid, geoordeeld dat het haar toerekenbaar
is. Het hof zou niet aarzelen die bekrompenheid van geestver
mogens [welke bij art. 9 der wet van 29junij 1854 (Staatsbl. no.
102) onder de verzachtende omstandigheden genoemd wordt]
te laten gelden, ware het niet dat bij het teu deze toepasselijke
art. 13 dier wet, dat art. 9 o. a. in zake van brandstichting na
drukkelijk wordt uitgesloten. De beschuldigde is derhalve, con
form de conclusie van het openbaar ministerie, veroordeeld tot
eene tuchthuisstraf voor den tijd van vijf jaren en in de kos
ten enz.
Aan het achterhoofd van het lijk, dat in het gasthuis is opge
nomen, ontdekte men eene wond, In de zakken bevond zich
nog eenig geld, rnaar het horlogie dat door den overledene ge
dragen werd, wordt vermist. Heden namiddag zal de geregte-
Ujkelijkschouwing plaats hebben.
Bij de kamer van koophandel en fabrieken alhier is ontvangen
eene opgave van den handel en de scheepvaart van Groot Brit-
tanie over de maand en de tien maanden geëindigd 31 october
1857.
Men schrijft ons uit Vlissingen van 20 dezer:
CU Aan de heeren G. P. J. Mossel en A. M. Westerouen vau
Meeleren, bevorderd de eerste tot. kapitein-luitenant ter zee, de
tweede tot inspecteur der administratie bij de marine, beide al
hier woonachtig, zijn gisteren avond serenades gebragt door de
muziek der dienstdoende schutterij.
f Door de leerlingen der zangschool te Zierikzee, onder direc
tie der onderwijzers Karreman en itensen, werd eergisteren
avond aldaar eeue soiree gegeven ten voordeeleder Yereeniging
tot wering van armoede. De voorgedragen stukken koorgezang
en drie- en vierstemmige liederen en ook de gereciteerde, droe
gen blijken van de vele moeite en zorgen van de geuoemde ou
derwijzers, bepaaldelijk van deu eersten voor deze zaak, en
verwierven de algemeene goedkeuring. Hoewel wij gelooven
de opbrengst voldoende zal zijn, ware eene betere opkomst van
het publiek zeer te wenschen geweest, vooral als men de gerin
ge entree in aanmerking neemt.
Bij arrest van het provinciaal geregtshof in Zuidholland van
1. zaturdag is J de Jong, wonende teEllemcet, met vernietiging
an een vonnis der regtbank te Zierikzee, vrijgesproken vau cle
aauklagt van laster jegens zekeren Moolenburgh, op deu open
baren weg gepleegd. In ons uo. van 17 dezer deelden wij een
uitvoerig verslag van deze zaak mede.
In de jl. maandag te Londen gehoudene vergadering van het
bestuur der maatschappij tot bedijking van gronden, ontstaan
door aanwassen in'Zeeland, is kennis gegeven, dat vau de 100,000
p. st., te verkrijgen door uitgifte van obligatien, voor eenesoin
van 36,000 p. st. door directeuren en anderen was geteekend.
Naar men verneemt zou het plan bestaan om het schoone
gebouw der koninklijke bibliotheek iu het Voorhout te 's Hage
in te rigten tot hotel voor Z.K. II. den prins van Oranje, terwijl
de bibliotheek alsdan zou overgegaan naar het voormalig paleis
van wijlen Z. M. koning Willem II.
Gisteren namiddag omstreeks vier ure is aan de Rouaansche
kade alhier aangespoeld het lijk van een bejaard man.
Het is later gebleken te zijn dat van een ingezetene dezer ge
meente die, zich zaturdag avond huiswaarts begevende, op
noodlottige wijze hoe, is tot nog toe volkomen onbekend
zijn dood schijnt gevonden te hebben in het water aan de Punt,
en waarschijnlijk de haven ingedreven, met den vloed weder in
de kade werd gevoerd.
De Hooge raad der Nederlanden (burgerlijke kamer) heeft
jl. vrijdag een belangrijk arrest gewezen in de zaak van A. de
Iiooy, tegen den staat der Nederlanden. De vordering van deu
eischer strekte tot veroordeeling van den staat om hem tc ver
goeden de schade, veroorzaakt door ouregelinatige in dienst
stellen van zijn zoon. De Hooge raad heeft, overeenkomstig
de conclusie vau den procureur generaal, overwogen, dat het
hier geldt eene daad door of van wege den staat begaan, strek
kende tot uitvoering van wetten of wettelijke verordeningen
omtrent de nationale militie; dat de veroordeeling en beslissing
van zoodanige daden geheel is opgedragen aan en behoort tot
de bevoegdheid van de administrative magtdat mei het oog
op art. 148 der grondwet, dergelijke zaken niet kunnen gebragt
worden tot de kennisneming der regterlijke magt; da! de inge
stelde acte niet kan worden onderzocht of beoordeeld, zonde r
te beslissen over het regtuialige of onregtmalige van de daad.
die aan den staat wordt ten laste gelegd, enz. Op deze en meer
gronden heeft de Hooge raad zich onbevoegd verklaard, om
van deze zaak kennis te nemen en den eischer veroordeeld in de
kosten.
■panciaakgereglshof van Zuidholland heeft uitspraak
gedaan im-dc z<^flf.yan een geneesheer eu andere personen te
Schoonhoven; jiescluddigd van het uitgeven van valsche ver
klaringen, eg hot gebrnik maken vandezelvetot eene bcdriege-
lijkeuopligüXtg, in ztnten van levensverzekering, Het hof heeft