MIDDELBURGSCHE COURANT. Dingsdag 1857. 22 September. i\° 114. I Deze courant verschijnt des diugsdags, donderdags en ZatUïd&gs. Binnen deze gemeente en Vlis- lingen geschiedt de uitgave den avond te voren ten 8 ure. De abonnementsprijs per drie maanden is 3, franco per post f 3,40. De inzending van advcrtentien kan geschieden tot tien ure des morgens, op den dag der uitgave. De prijs van gewone advertentien is 22 cent per regelvan huwelijksgeboorte of doodbekend makiugen enz., van één tot zes regels f 1,50, voor eiken regel daarboven 22 cent. Buitengewoon groote letters worden berekend naar de plaats die zij inuemeu. Voor elke plaatsing moet 35 ceut voor zegel worden betaald. De betaling geschiedt kontaui. Editie van maandag avond 4i ure. TUinhcitDiijiitijm W OEI RIJKSBESÏtM.PROVHCIALË E.Y EEMÏÏEBESTCREI Provinciale fïeltlleeiiiiig van f De gedeputeerde stalen van Zeeland brengen ter kennis van belanghebbenden dat, volgens de bekendmaking van den 21 augustus 1857, geplaatst iu de Nederlartdsche staats-, Middel- burgsche en Provinciale zeeuwsciie en Middelburgsche stads courant, op donderdag deu 17 september 1S57, des namiddags ten één ure, de daarbij aangekondigde uitloting van tien aan- deelen in de provinciale geldleeuing van f220, OOO, voor de verbetering der wegen in het voormalig vierde en vijfde dis trict der provincie, in het openbaar heeft plaats gehad; dat bij die gelegenheid op de gewone wijze zijn getrokken de nommers 14, 40, 03, 82, 140, 147, 154, 170, 197, 202, eu dat dien ten gevolge de aldus genommerde aandeelen in genoemde geldlee- ning, elk ten bedrage van duizend gulden, aflosbaar zijn gesteld, en zullen afgelost worden op den eersten januarij ISöSj ten kantore van den betaalmeester te Middelburg, tegen intrek king van de voor die aaudeeien afgegeven obligatien en van de daarbij behoorende niet verschenen rente coupons. Middelbarg, den 18 september 1857. De gedeputeerde staten voornoemd, VAN TETS, voorzitter. S. VAN DER SWALME, griffier. dmiu'nlanöscljr tijDhtgen. Middeilfidarg september. Eergisteren morgen is alhier aangekomen zijne exc.de minis ter van marine, om tegenwoordig te zijn bij het te water laten van het le VJissingen op stapel staande fregat met stoom ver mogen Evertsen. Het afloopen heeft echter alstoen geen plaats gehad, daar door het niet juist op het zelfde oogenblik wijken der beide klinken, de koperen bus waarin een derzelve gevat was tusschen de looze kiel en de helling is geraakt, waardoor het schip, na omstreeks voor een derde of vierde gedeelte van de helling te zijn gegleden, plotseling stilstond. Onmiddelijk wer den maatregelen genomen om het ontstane beletsel weg le ne men, doch ook nadat dit was geschied, heeft men het fregat dien dag niet meer kunnen doen afloopen, hoewel daartoe tot des avonds pogingen zijn aangewend. Gisteren heeft men we der den geheelen dag gewerkt om zoo veel mogelijk van het goed gelukken op heden zeker te zijn. Zijne exc. de minister van marine is gisteren morgen naar de residentie weder gekeerd. In vier bijvoegsels tot de Nederl. staats-courant van 18 dezer wordt de tweede en laatste aankondiging gedaau, betreffende de voormalige weeskamer te Middelburg, waarbij de te 's Hage gevestigde algemeene commissie van liquidatie der voormalige wees- en momboirkamers de reglhebbenden oproept zich tot staving daarvan bij haar aan te melden, onder herinnering dat art. 10 der wet van 5 maart 1852 (staatsblad no. 45) bepaalt dat na verloop van vijf jaren na deze tweede oproeping, de niet aangevraagde erfenissen onherroepelijk aan den staatvervallen. Het Algemeen handelsblad van 19 dezer bevat een hoofdar tikel betrekkelijk den aanleg van spoorwegen in Nederland. In dat uitgebreide stuk wordt er op gewezen dat liet hier niet alleen een volkswensch maar een volksbehoefte geldt, waarvan de ver wezenlijking onontbeerlijk is voor alle provinciën des lands. Toen de troonrede dan ook ten vorigeu jare het uitzigt opende op ondersteuning van rijkswege, werd zulks alom met levendige belangstelling vernomen, waarvan ook de adressen van ant woord der beide kamers de blijken dragen. Den 11 juhj jl. zijn drie wetsontwerpen in de tweede kamer der staten generaal in gekomen, vergezeld van eene belangrijke memorie van toelich ting waarvan een overzigt is medegedeeld in ons nommer van koopsteden Amsterdam, Rotterdam en Dordrecht, steeds moei- 14 dier maand. J jelijk zoo niet onmogelijk is eene transatlantische vaart op te De regering stelde zich daarbij ter beantwoording voor, de j rigten, daar genoegzame diepte en zelfs de vereischte ruime vragen a. Is een goed en behoorlijk aaneengeschakeld net van I havens voor die vaart ontbreken. Reeds nn is men verpligt de spoorwegen in Nederland noodzakelijk b. Zoo ja, welke spoor- gewone schepen van meer dan 5 el diepgang te ügten, terwijl wegen behooren dan daartoe te worden aangelegd en in exploi- j voor die groote scheepvaart een diepgang van meer dan 6 ellen tatie gebragt? c. Moet die aanleg en exploitatie voor 's rijks gevorderd wordt. Te regl wordt in de memorie van toelichting rekening geschieden en d. Zoo ueen, op hoedanige wijze be-j op de mogelijkheid gewezen dat de landengte van Suez binnen hoort dan door de regering de aanleg en exploitatie te worden weinige jaren door een groot scheepvaartkauaal zal worden bevorderd? Bij deze vraagstukken doen zich van zelve nog doorsneden, hoe de havens van Triest, van Venetie, Genua en twee andere voor: e. Of de geldmiddelen van den staat veroor- j Marseille dan op de duitsche, zwitsersche en fransche markten loven, om, op welke wijze dan ook, den aanleg van spoorwegen I als onze concurrenten, voor den indisehen handel zullen opfre te ondersteunen en f. Of het. daartoe door de regering voorge dragen middel bijval en ondersteuning verdient? Ook die punten behandelt het artikel achtervolgens, waarbg. den, en hoe de vrije vaart op den Donau van overwegenden in vloed op deu duitscheu haudel kan zijn. Een der meest krach tige maatregelen, waardoor men de hieruit te verwachten grootendeels met de woorden door de regering gebezigd, del nadeelen voor ons land zal kunnen bestrijden, is zeker de han- eerste vraag aanstonds toestemmend wordt beantwoord, als del met Noord-Amerika, waarvoor Nederland zoo gunstig ge- zijnde een behoorlijk spoorwegnet in Nederland dringend nood- legen is, en dien men door de haven van Viissingen zal kunnen zakelijk, zal de algemeene welvaart niet worden tegengehouden, verkrijgen. Hoe belangrijk die haudel kan zijn, blijkt uit de In antwoord op de tweede vraag heeft de regering de meening navolgende statistieke opgave van den handel der Vereenigde uitgedtukt, dat de spoorwegen waaraan Nederland behoefte j staten van Noord-Amerika, welke alleen met Engeland in het heeft, ouder twee klassen zijn te rangschikken. Tot.de eerste j jaar 1855 bedroeg: klasse wil zij hebben gebragt die wegen, welke volstrekt nood- Invoer voor eene waarde van f 302,015,6S0. zakelijk zijn, en tot de tweede klasse zoodanige wegen, welke, j Uitvoer - 208.971 ,S80. hoezeer uuttig, echter niet in de eerste plaats behooren tot stand Totaal... f 571,587,560. te worden gebragt. J Terwijl de handel van de Vereenigde staten met Nederland, Onder de eerste klasse, waarin 107G ned. mijlen van 1000 el slechts bedroeg voor eene waarde van f 14,305,081 of slechts zijn opgenomen, is voor 210 mijlen begrepen de van Viissingen het 1/40 gedeelte van dien handel met Engeland. Zoomen uitgaande spoorweg op Vcnlo, die in het bijzonder voor de wel- j onzen handel niet met dien van Engeland vergelijken kan, dan vaart van dit gewest eene levensvoorwaarde is; de tweede k lasse I is die verhouding toch te zeer ten nadeele van Nederland, eu bevat 276 ned. mijlen. Daaronder zijn echter lijnen moeten dit blijkt meer nog wanneer men de vergelijking met Bremen worden begrepen, waarvoor vroeger concessie is verleend, voor het geval dat concessionarissen de exploitatie niet of niet spoe dig genoeg mogten volvoeren. Er blijkt echter uil dat de rege ring geene aanleg ten koste van den staal beoogt.. Ontrent de spoorwegen in het geisoleerde noordelijke en oos telijke gedeelte van het rijk, wordt op de goede zeehaven Hariin- gen gewezen en voorts op de ontwikkeling der noordelijke pro vinciën, die haar aanspraak geven om voorop gesteld te worden. Ten anderen noemt het artikel den Zeeuwscb-limburgscben spoorweg; wat daarvan even onpartijdig als juist wordt gezegd laten wij hier in zijn geheel volgen: Zeeuwsch Umlurgsche spoorweg. Deze weg moet de kortste gemeenschap tusschen de Noord zee en den Rijn vormen. De haven van Viissingen is de eenige van ons land en van het noorden van Europa, die ten allen tijde en gedurende het gelieele jaar steeds toegankelijk is voor sche pen van de grootste diepte en van den grootsten inhoud. De grootst vereischte diepte reikt, tot Viissingen en de haven; de zeegaten en de reede zijn ook tijdens de vorst toegankelijk, ter wijl de havens van het noorden gedurende een tijdvak van twee of drie maanden van hel jaar gesloten en met ijs bezet. zijn. Die gunstige ligging is dus van het grootste belang voor Nederland, en wanneer Viissingen verbonden zal zijn met de grootste han delplaatsen van Nederland en met de Rijnprovinciën, lijdt het geen twijfel dat de groote doorvoerhandel van en naar Duitsch- land spoedig de rigting door ons land, iu plaats van zoo als vroeger, langs Antwerpen, Havre, Boulogne, Calais, Bremen of Hamburg zal uemen. De gunstige gesteldheid van de haven van Viissingen zal dan het gevolg hebben dat een gedeelte der handelsbetrekkingen, van de uitgestrekts te markten in Duitsch- land, zich ten voordeele van Nederland verplaatsen zalen daar door ons land op gemakkelijker en voordeeliger voorwaarden zal voorzien worden. Vele goederen die voor de havens van de Oostzee bestemd zijn, moeten le Viissingen voorbij varen om tot hunne bestemmingsplaats te geraken, en het zal ongetwijfeld voordeeliger zijn ze daar te ontladen en langs den spoorweg te vervoeren. Het groote nut der vlissiugsche haven zal nog sterker uitko men wanneer men in overweging uccmt dat het voor de groote eu Hamburg maakt. Die zelfde haudel was iu het jaar IS55 te Bremen tot een bedrag van f39,690,000 of bijna het drievoud van den zelfden haudel met Holland opgeklommen. De handel van de Vereenigde staten van Noord-Amerika met Hambup- bedroeg reeds iu 1854. dus een jaar vroeger, 1' 19,031,430, ter wijl die handel iu 1855 en 1856 zoo zeer vermeerderd is, dat men een geregeld beurtveer met twee stoom booten tusschen Hamburg en New-York heeft opgerigt, waarvoor nu reeds uvee nieuwe sloomboulen moeien gemaakt worden. Niet minder ongunstig is de vergelijking van onzen handel met Brazilië. Wanneer men daarvoor de betrekkelijke waarde van den invoer op Brazilië iu het jaar 1854 op 1S55, door cijfers uitdrukt, dan verkrijgt men: voor Engeland24,116 de Hanzeesteden2,203 Belgie1.291 Holland3 Voor Hamburg bedroeg de handelsbeweging met Braziiic f 19,374.000 in JS54 Voor Belgie - 5,943,104 n 1854 en 7,617,172 1855. Die aanzienlijke vermeerdering van den handel tusschen Belgie en Brazilië, is zeker grootendeels zoo niet geheel ver oorzaakt door de oprigling der groote transatlantische stoom vaart te Antwerpen, welke de beste haven van Nederland, Viissingen namelijk, moet voorbijvaren. Voor Rot terdam en Dordrecht is het, kanaal door Voorne eeu bezwaar voor die vaart, daar de sluizen slechts eene wijdte van 14 el hebben. Wat Amsterdam betrefi, hierop zal nader bij deu spoorweg van den Helder worden terug gekomen. Voegt men daarby de inocijel'ijkheden welke de binneulatidschescheepvaart; bij ijsgang of bij lagen waterstand ondervindt, zoo zal liet. be lang van cenen zekeren handelsweg lang Viissingen r.og duide lijker uitkomen. De scheepvaart op de rivieren moge bij het vroeger stelsel van haudeldrijveu voldaan hebben, toen er nog geen dagelijksch verkeer langs de spoorwegen mogelijk was. thans iszuJks niet meer het geval. Maaral le zeer is liet geble ken dat de vaart op de rivieren niet «alleen gedurende de winter maanden, maar ook op andere tydeu door lage waterstanden

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1857 | | pagina 1