MÏDDELBURGSCHE COURANT. r 43. Donderdag 1857. 9 April. 2lrtitlionöitjingcit föinnmlanfrscl]? tijöingrn. Deze courant verschijnt des dingsdags, donderdags en ZatUïdags. Einnen deze gemeente en Vlis singen geschiedt de uitgave den avond te voren ten S ure. De abonnementsprijs per drie maanden is 3, franco per post f 3,-10. De inzending van advertentien kan geschieden tot tien ure des morgens, op den dag der uitgave. De prijs van gewone advertentien is 22 cent per regel; van huwelijks, geboorte of doodbekend- makingen enz., van één tot zes regels f 1,50, voor eiken regel daarboven 22 cent. Buitengewoon groote letters worden berekend naar de plaats die zij innemen. Noor elke plaatsing moet 35 cent voor zegel worden betaald. De betaling geschiedt kontant. Editie van woensdag avond 8 ure. •V AS BET RUKSBESTGÜR.PROYIXCIALE HGEHEENTECESTIMN. jlaobesteding'. Op zaturdag, den 18 april 1857, des voormiddags ten 11 ure, zal, onder nadere goedkeuring, door den commissaris des ko- uiogs in de provincie Zeeland, of, bij zijne afwezigheid, door een der leden van gedeputeerde staten, en in bijzijn van den hoofd ingenieur van den waterstaat in het 11de district, aan het lokaal van het provinciaal bestuur te Middelburg, worden aanbesteed: Jlflet iierstefleu van de seliade9 veroor- zaalit door den storm van JJ maart 195ïj aan liet dijkvak tusscheu de dajkpalen 3@ eiiSO, beuevens aan den IVest- en Oostnol van den calamiteii- sen polder Oud Noordbevelaud, met de levering- van al de daartoe benoo- dijj'de materialen. Deze aanbesteding zal geschieden bij enkele inschrijving. liet bestek ligt. ter lezing aan het lokaal van het ministerie van binnenlandsche zaken, aan dat van het provinciaal bestuur van Zeeland, te Middelburg, en op alle zoodanige plaatsen, al waar gewoonlijk de bestekkeu van waterstaatswerken in ge melde provincie ter lezing gelegd worden. Zullende vier dagen te voren, met uitzondering van den dag der besteding, de noodige aanwijzing iu loco worden gedaan, en voorts nadere informatien te bekomen zijn bij den hoofdinge nieur van den waterstaat te Middelburg en den ingenieur Lebret, aldaar. De minister van binnenlandsche zaken, A. G. A. VAN RAPJPARD. BSekendmnking-. Pc burgemeester en wethouders van Ylissingcn doen te weten dat door den raad dier gemeente in zync vergadering van den 18 maart 1857 is vastgesteld de navolgende "VERORDENING op Jiet brandwezen in de gemeente Ylissingcn. Hoofdstuk I. Bepalingen ter voorkoming van brand. Art. 1. Geenc woonhuizen, schuren, loodsen, magazijnen of andere gebouwen zullen mogen worden daargesteld dan met buitenmuren van steen, gemetseld met kalk en tras of kunst- cement, en zullen niet anders mogen worden gedekt, dan met lcijen, pannen, tegels of ander onbrandbaar dak. Art. 2. Alle erven aan de openbare wegen of straten binnen deze gemeente gelegen, moeten door muren van steen gemetseld, alsvoren worden ingesloten. Art. 3. Yoor eigendommen bniten de wallen der gemeente gelegen en ook in bijzondere gevallen binnen devesting zal eene uitzondering op bovenstaande bepalingen kunnen worden toege staan ter bevordering van burgemeester en wethouders. Art.4. Geen vuur zal mogen gestookt worden dan in daartoe bekwame stookplaatsen, en onder stccnen of ijzeren schoorstee- nen, zonder daartoe eenige houten schoorsteenen te gebruiken. De schoorsteenpijpen moeten gemetseld ter diktevan minstens een halven Ysselsteen voor elke stook-of vuurplaats afzonder lijk, en zoo wijd dat zij behoorlijk geveegd of getrokken kunnen worden; zij zullen buitendaks worden opgemetseld ter hoogte van een cl boven den nok van liet huis of gebouw waarin zij ge plaatstzijn, of twee ellen buiten het dak gerekend van de legering of zooveel hoogcr, als zulks door burgemeester en wethouders noodig wordt geoordeeld. Art. 5. Gcene houten balken, binten, ribben of ccnig ander houtwerk mogen iu de schoorsteenen worden ingemetseld. Art. G. De haardsteden of bovenverdiepingen van een ge bouw zullen niet anders mogen gemaakt worden dan op stccnen gewelven van minstens een halven Ysselsteen. Art. 7. Het is verboden om haardsteden, kagchcls, of andere vuur- en stookplaatsen hoe ook gcuaamd, op houten vloeren, zolderingen, tapijten of matten te stellen, ten zij daaronder platen gelegd worden van zink, lood of ijzer, ten minste IJ el groot in het vierkant, of op gemetselde stccnen vloeren van ge lijke grootte. De sluiting van den schóo. steen tot leiding van dc kagchel- pijpen zal van steen of metaal moeten zijn. Art. 8. Gecne pijpen van haarden of kagchels mogen binnen huis door een houten beschot of zoldering geleid worden, dan door een ijzeren plaat ter grootte van minstens 5 palmen in het vierkant. Art. 9. Alle raveelingcn van binten, sleden, vóórhellend op gehaald wordende schoorsteenpijpen, zullen met lood, zink of plaatijzer moeten bekleed worden. Art. 10. In eenen gcmcericn muur mogen de binten of balken, komende tegen eene haardstede of schoorsteen van een gebouw niet dieper worden gelegd dan tot op de helft of in het hart van den muur, en moeten dezelve met zink, lood of ijzer bekleed wor den zullende degeen die tegen eenen gemecnen muur eene haardstede of schoorsteen zal maken, gehouden zijn de binten of balken van desgebuurs huis even zoo ver weg te hakken, met zink, lood of ijzer te beklceden en met een halven steen te be- metselen. Art. 11. Gecne stookplaatsen of schoorsteenpijpen mogen worden gemaakt of hersteld en gebruikt, dan na voorafgaande opneming en goedkeuring van burgemeester en wethouders of de daartoe doorben aangewezen beambten. Art. 12. Bij het maken en herstellen van alle stookplaatsen moet er op worden gelet 1. dat de schoorsteenen en schoorsteenmantels worden ge metseld op een ijzeren raam; 2. dat de fondamenten van zoodanige werken worden gesteld op den aarden grond en niet op eenige kamers of zolderingen 3. dat dc kruinen van dergelijke zware stookplaatsen niet nader aan den onderkant van cl» balken worden gemaakt dan 7 palmen 4. dat de kruinen bemetseld zijn ten minste met drie lagen steenen. Art. 13. Alvorens tot het bouwen of verbouwen of wel liet oprigten van kuiperijen, smederijen, ovens en eesten over te gaan, zal daarvan aan burgemeester cn wethouders moeten wor den kennis gegeven, ten einde deze daartoe al dan niet vergun ning vcrleenen, cn onder zoodanige voorwaarden als uit het oogpunt van policic zullen worden noodig geoordeeld, overeen komstig de bepalingen voorkomende in Zr. Ms. besluit van 31 januarij 1824 (staatsblad no. 19.) Art. 14. De bewoners van alle huizen cn gebouwen zijrj ver- pligt hunne schoorsteenen of rookleidingen behoorlijk re doen vegen en schoonhouden. Art. 15. Wanneer erin eenige stookplaatsen, schoorsteenen of schoorsteenpijpen, reten, scheuren, gaten of andere defecten worden ontdekt, zullen die terstond worden volgezet, welen behoorlijk digt gemaakt cn hersteld, alles naar den cisch van het werk. Art. 16. In onbewoonde huizen en gebouwen zal geen vuur mogen worden gebruikt dan na daartoe vooraf van burgemeester en wethouders of van de daartoe door hen gecommitteerde be ambten schriftelijke vergunning verkregen te hebben. Art. 17. Het is verboden om bij avond of des nachts in pak huizen, magazijnen, fabriek of werkplaatsen, met licht te werken, dan na dc vergunning bij het vorige artikel bepaald, verkregen te hebben, en in alle gevalle niet anders dan met een besloten lantaarn, onder welke laatste voorzorg ook alleen on bewoonde huizen en gebouwen kunnen worden bezocht. Art. 13. Het is verboden zonder voorafgaande schriftelijke vergunning van burgemeester cn wethouders, vergaarbakken tot liet bergen van asch en vuilnis daar te stellen; zullende dezelve altijd van steen gemetseld moeten zijn met ijzeren dek stukken. (Wordt vervolgd). gedeelde voorwaarden eener met de regering aan te gane over eenkomst tot daarstelling van zoodanige maandelijksche pak ketvaart. Reeds op 9 j al ij 1855 dienden adressanten namelijk aan zijner exes. ambtsvoorganger eene nota in, houdende ontwikkeling van een plan om in die dienst te voorzien, en de voorwaarden, waarop zij daartoe bereid waren, liun plan werd met drie an dere ingekomenen, in overleg met liet departement van marine, onderzocht door eene commissie, zamengesteld door de heeren van Oordt, hoofd-ingenieur der marine, Huygens, inspecteur van 's rijks stoomvaartdienst en van Gogh, directeur der afdee- liug zeevaart bij het meteorologisch instituut. Aan hun ontwerp werd de voorrang door die commissie toegekend, zoo ais open lijk ook iu de tweede kamer der staten generaal is erkend, en adressanten beweren daardoor het regt verkregen te hebben op voorkeur, in verband met de oproeping, geplaatst in de Staats courant van 1 september 1855. Uit de oproeping tot mededinging, nu laatstelijk voorko mende in de Staals-courant van 24 maart 1857, ontwaarden adressanten echter niet alleen dat de vroegere oproeping van den voormaligen minister van koloniën en de daaraan verbon dene belofte als niet, geschied worden aangemerkt, maar zij vin den het grievend iu de thans gestelde voorwaarden schier geheel gevolgd te zien het door hun ontworpen plan, aan de regering toevertrouwd om voor dc uitvoering hare medewerking te ver krijgen, zeker niet om daaraan de grondslagen teonlleenen voor j eene openlijke aanbesteding aan den minst eischenden. I Aan het slot van hun krachtig betoog, herhalen adressanten i ook dat zij zich thans van mededinging zullen moeten onthou- i den. Immers vooral nu een lid der commissie van deskundigen, aan wie de beoordeeling was opgedragen van de plannen, door den vorigen minister uitgelokt, de lieer J. W. L. van Oordt, openlijk beeft op zich genomen eene concurrentie in het leven te roepen en te organiseren, naar zij meenen, opzettelijk gerigt tegen lien die hunne ontwerpen vroeger vertrouwelijk aan de regering mededeelden, en waartoe die hoofd ingenieur slechts is opgewekt en in staat gesteld door de wetenschap van omstan digheden, in zijne ambtsbetrekking verkregen. middelburg april. Zoo wel liet Algemeen handelsblad als de Amsterdarasche courant van gisteren behelzen een adres, aan z. exc. den mi nister van koloniën gerigt door dc heeren E. Sillem, Juls. Bunge en Arnold Kooy, te Amsterdam, ten aanzien eener pakketvaart tusschcn Nederland en Java. In dat. uitvoerige stuk herhalen adressanten nadrukkelijk en openlijk een reeds vroeger kenbaar gemaakt beklag cn protest tegen de onbillijkheid, te hunnen opzigte gepleegd bij de door middel der Nederlandsche staatscourant van 21- maart jl. mede [Zj Gisteren avond had van-wegehet departement Tot nut van. 't algemeen te Ylissiugeneene buitengewone bijeenkomst met dames plaats, waarin den sloeproeijer J. Yerseput een getuig schrift werd ter hand gesteld voor het behouden aan wal bren gen van eenen jongen drenkeling. Tevens werd aau den belgi- schen rivierloods A. Laraot eene zilveren medaille uitgereikt wegens het redden van eenen bewaarder bij 's rijks marine en zijn zoon, toen beide, op den 1 augustus van liet vorige jaar aan den duinkant bewesten die vesting bezig met zwemmen, in eenen put geraakten, waaruit hij lien met veel gevaar en inspanning aan wal bragt. Maandag is van Bristol komende weder eene stoomboot voorbij Vlissingen naar Antwerpen opgevaren, genaamd Allies, gezagvoerder v. d. ICerkhove. Deze stoomsleepboot is mede be stemd om dienst te doen op de Schelde, in concurrentie met de reeds aanwezige slccpbooten. Zaturdag is te Utrecht tot doctor in de chirurgie bevorderd de heer J. van der Beke Callenfels, med. et obst. doctor, te Vlissingen. Jl. donderdag heeft te Neuzen plaats gehad de aanbesteding van:l. het eenjarig ouderhoud der metsel- en timmerwerken aldaar, hetwelk is aangenomen door den heer A. Rinders te Bresketis voor de som van f 3400; 2. het eenjarig onderhoud der aardewerken aldaar, door den heer J. Kurrink voor f 1540; 3. het maken van kramwerken aldaar, door den heer D. Tholens te Iioek voor f 2890. Wij vernemen, dat bij de hooge regering het voornemen bestaat nog gedurende dc tegenwoordige zitting van de

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1857 | | pagina 1