©uitenlunbsclje tijbimjcit.
De afdeelingen ran de tweede kamer der siaten-generaal
hebben maandag, ua afloop der openbare zitting, een aanvang
gemaakt met het onderzoek van het ontwerp van wet nopens
de zamenstelling der regterlijke magt. en het beleid der justitie.
Den volgenden dag zou het onderzoek wordeu voortgezet.
Engeland.
Londen 22 februarij. Met leedwezen heeft men alhier het
onverwachte berigt ontvangen, dat de senaat der Unie zijne
goedkeuring geweigerd heeft aan het onlangs tusschen Enge-
laad en de Yereenigde staten gesloten verdrag betrekkelijk
Midden-Amerika, waardoor eene bron van twisten tusschen de
twee zeemogendheden gelukkig gestopt scheen te zijn. De se
naat heeft in zijne zitting van den 4den dezer met 33 tegen 8
stemmen besloten, het verdrag aan zijne vaste commissie voor
de buitenlandsche aangelegenheden, door welke met meerder
heid van stemmen een goedkeurend oordeel over zijne voor
naamste bepalingen uitgebragt was, terug te zenden, met last
om daarin zekere wijzigingen voor te slaan. Dat besluit werd al
gemeen beschouwd als met eene verwerping gelijk staande, daar
eene in overleg tusschen twee gouvernementen vastgestelde re
geling niet zoo als een wetsontwerp gewijzigd kan worden.
Dewijl de senaat der Unie, wanneer hij den president advies
aangaande buitenlandsche aangelegenheden geeft, niet als een
tak der wetgevende magt maar als raadsman der uitvoerende
magt beschouwd wordt, houdt hij de beraadslaging over bepa
lingen van nog te bekrachtigen verdragen met gesloten deuren.
Evenwel is van de discussie over het engelsche verdrag reeds
vrij wat uitgelekt; eu het eigenlijke bezwaar, hetwelk bij de
groote meerderheid daartegen bestond, schijnt te zijn dat de
Vereenigde staten zich door hetzelve jegens Engeland verbon
den om in Midden-Amerika in het vervolg naar zekere bepalin
gen te handelen. Dit scheen strijdig met de aloude strekking der
noord-araerikaansche staatkunde om aan alle inmenging der
oude wereld in de aangelegenheden der nieuwe den weg af te
snijden; en de handhaving van clit beginsel scheen aan de meer
derheid zwaarder te moeten wegen dan de belangrijke bewil-
iigingen, welke vanEngelands zijde bij het verdrag gedaan zijn.
Alhier vleit men zich met de hoop, dat de zaak bij den
senaat aanhangig zal blijven tot aan de optreding van den nieu
wen president der Unie, den heer Buchauau, en diens invloed
haar eene gunstige wending zal geven.
Blijkens officiële opgaven is 1856 gunstiger voor den
britschen handel geweest dan eenig vroeger jaar. De uitvoer
heeftin ISaGeene waarde van 115,890,857 p. st. bedragen, dat
is omstreeks twintig percent meer dan in elk van de twee voor
afgegane jaren.
Een geacht londeusch blad, hetwelk aan de belangen der
weutenschap gewijd is, The athenaeum, berigt als zeker, dat het
britsche gouvernement besloten heeft wederom eene expeditie
naar de Noordpool-zee te zenden om volle zekerheid omtrent
het lot van kapitein Franklin en zijne metgezellen te bekomen.
Het lagerhuis leverde gisteren eene zonderlinge ver
warring op van partijen, bij de stemming over het wets-ont-
werp van den heer Locke King, om den grondslag van het
kiesregt, zoo als het in de burgten bestaat, ook tot de graaf
schappen in Engeland en Wallis uit te breiden. De liberale
partij staat verstomd over den tegenstand van lord Palmerston,
die daardoor de oppositie van lord John Ilussell en sir James
Graham uitlokte.- Van de 370 leden die stemden, wisten de
meesten niet welke zijde te kiezen. Menig echt ministerieel lid
koos in de verwarring de oppositie zijde, en de conservatieven
waren geheel uit het veld geslagen, toen Disraeli zweeg en zich
bij het opnemen der stemmen aan de zijde van lord Palmerston
vpegde^ De Peelisten waren insgelijks gesplistCardwell en
z'■/Grahamibehoorden tot de oppositie, terwijl Sidney Herbert de
hu'uisteriele zijde koos, zoo dat de opgave der stemming eene
lijst van, ongerijmdheden of tegenstrijdigheden is. Devoordragt
töt het .hervormings ontwerp werd verworpen met 192 tegen
179 stemmgn. Na eene opschudding in de vergadering werd de
Vj voord ragt van den heer Spooner tot afschaffing der toelage van
Maynoofh, toen er 317 leden overgebleven waren, met 167 te
gen 150 stemmen verworpen. In het. afgeloopen jaar werd die
met eene kleine meerderheid aangenomen. Volgens The times
zulten beide maatregelen laLer eene veel betere kans van slagen
hebbtf&.bn is die wegens Mayriooth verworpen, daar het parle
ment èiat voorbereid was tot een vinnigen strijd met cle room-
sehónipf Ierland.
.Tijdens de omwenteling van 1688, was Engeland nog
slechtè f 8,303,282 schuldig, welke som het van zijne bevolking
geleénd had gedurendede onlusten.en die bij het herstel eener ge
vestigde orde van zaken moest worden teruggegeven. i)e terug
gave werd werkelijk gedurende de eerste jaren der regering van
Willom JÏI begonnen; doch toen werden weldra de leeningen
tot een stelsel verhevende schuld klom onder dezen vorst tot
eene som van f 196,630,482. Bij hare troonsbestijging (1702)
vond koningin Anna reeds eene staatsschuld van f204,933,755.
Gedurende hare 12jarige regering vermeerderde zij deze som
met f471,883.262; haar opvolger. George I, verminderde haar
met f 15.664,062. Onder George II en in het begin der regering
van George 111 werd zij daarentegen vermeerderd met de ver
bazende som van fl,084,674,900; bij het sluiten van den parijs-
schen vrede in 1763 was Engeland reeds met eene schuld belast
van fl.735,817,975. Een 12jarige vrede, van 1763 tot 1775 ver
oorloofde dezen last te verminderen met f 137,522,437 en den
jaarlijkschen interest met f2,756,100; dochdeamerikaansche
vrijheidsoorlog vermeerderde het kapitaal met f 1,515,349,912
en den interest met f 63,604,200. Negen jaren vrede (1784 tot
1794) verminderden de schuld met f 131,268,540. In 1793
was Engeland schuldig f 2,991,871,700 en betaalde jaarlijks
f 116,382,875 interest.
Gedurende den hardnekkigen oorlog tegen de omwenteling
en het keizerrijk laadde Engeland eene nieuwe schuld op zijne
schouders van f 7,518,754^87, met eencjaarlijksche rente van
f283.803,882.
Toen eindelijk de algemeene vrede gesloten werd, was de
gevestigde schuld tot f10,510,631,137 gestegen en dc rente tot
f400.186,762.
Bij het einde des jaars 1854 bedroeg de gevestigde schuld
nog f9,403,000.000. Indien men bij dit cijfer het bedrag voegt
der vlottende schuld ad f284,000,000, dan krijgt men een
totaal, nagenoeg gelijkstaande met al de overige europesche
staatsschuld Ie zamen.
Gedurende 23 jaren oorlogs (van 1794 tot 1 Si 6) leende
Engeland alzoo jaarlijks gemiddeld f 456,9S8.962. gedurende
38 jaren vrede (van 1817 tot 1854) loste het. jaarlijks slechts
f21,647 622 af. Het heeft dus gemiddeld 21 jaren vrede noo-
dig gehad om de schulden van een enkel jaar oorlogs af te doen!
Spanje*
Madrid 21 februarij. Men verzekert dat de heer Sorela, onze
gezant te Mexico, zijne paspoorten gevraagd eu het grondge
bied der republiek verlaten heeft.
Door den miuister van buiten!, zaken is eene circulaire
aan al de consulaire agenten in het buitenland gezonden, ten
einde die ter kennis van de hoven te brengen, waarbij zij geac
crediteerd zijn. Deze nota. hoewel krachtig wat den inhoud
betreft, is niettemin in zeer gematigden vorm gesteld. Zij be
gint met de opsomming Van de voornaamste grieven, welke
Spanje aan de mexicaansche republiek te verwijlen heeft, en
welke het gouvernement van de koningin nu niet langer kan
gedogen. Dien ten gevolge worden de hoven verwittigd van het
genomen besluit,daarin bestaande, dat aan den spaanscben zaak
gelastigde te Madrid last is gegeven om van de mexicaansche
regering eene schitterende voldoening te eisehen, alsmede eene
geldelijke schadeloosstelling voor de materiele verliezen, welke
de onderdanen van H. M. hebben geleden. Zoo die voldoening
geweigerd mogt worden, was bevel gegeven om de vlag in te
halen en naar Spanje scheep te gaan. De circulaire voegt er bij,
dat troepen gezonden zijn om het leven en de bezittingen van
de spaansche kolonisten te beschermen.
Uit Sint Domingo wordt gemeld dat de spaansche consul,
de heer Segovia, die nu teruggeroepen is, door de inboorlingen
was mishandeld en gedwongen geweest is aan boord eener en
gelsche bark naar Sint Thomas te vlugten. Het wapenschild en
de vlag van Spanje waren door het gepeupel afgerukt. Men zal
zich herinneren hoe die consul in de biunenlandsche geschillen
der republiek tusschen beide heeft willen komen, eri hoe hij er
in geslaagd was het bewind van Santana, ten behoeve van den
vorigen president Baez, omver te werpen.
Duitscliland.
Weenen 20 februarij. Oók alhier zijn verscheidene brieven
uit Warschau ontvangen, welke het berigt dat. de sledehou
der van Polen, prins Gortsehakoff, zijne hooge betrekking zal
verlaten, bevestigen. De prins zoude tot dit, besluit gekomen
zijn wegens den ongunstigen staat zijner gezondheid en omdat
hij zich met het petcrsburgsche kabinet niet kan verstaan. Ook
de generaal Lüders bevindt zich niet in den besten welstand en
de keizer heeft hem een onbepaald verlof toegestaan. Men wil
dat dit legerhoofd in den aanstaanden zomer voor geruimen
tijd zijn verblijf te Gastein zal vestigen. Wegens den toenemen-
den sluikhandel in het koningrijk Polen, heeft de russische re
gering de bestaande voorschriften gestrenger en meer bepaald
gemaakt. In weerwil echter van deze gestrengere bepalingen
wordt de sluikhandel op de grenzen met even veel sluwheid
als geluk gedreven
Berlijn 22 februarij. Alhier betoont men zich zeer misnoegd
over het door de zwitsersche autoriteiten aan den dag gelegd
voornemen om dc deserteurs uit Neuchatel te vonnissen, die
geweigerd hebben onder hel bouds vaandel dienst te nemen.
Niet ten onregte wordt opgemerkt dat de koning van Pruissen
wettig souverein van Neuchatel blijft, zoo lang hij geen afstand
van zijne regten gedaan en de conferentie haar oordeel niet uit
gesproken heeft, en dat derhalve de koningsgezinden in dat
prinsdom niet gedwongen konden worden de wapenen tegen
hem op te vatten. Aan de andere zijde neemt in Zwitserland
het aantal dergenen toe, die hunnen spijt, over het verzoenend
besluit van 16 januarij 11. aan den dag leggen, eu inzonderheid
heerscht in het prinsdom Neuchatel zelf eene beklagenswaar
dige gisting, die uit demoustratien der koningsgezinden voed
sel put. De autoriteiten hebben tot inhechtenisnemingen moe
ten overgaan eu eene burgerwacht moeten oprigten, om zich
tegen nieuwe oproerigheden te beschermen.
Het bevestigt zich dat de oplossing van het geschil, be
treffende Neuchatel, op groote zwarigheden is gestuit; men ge
looft niettemin dat cle conferentie de bezwaren zal uit den weg
ruimen en den staatsrcgterlijken toestand van het vorstendom
zal regelen. Men rekent daartoe veel op de goede verstandhou
ding, die tusschen onze regering en de fransche heerscht.
Frankrijk.
Parijs 22 februarij. Het gerucht dat de keizer en de keizerin
in den aanstaanden zomer door den paus te Rheims gekroond
zullen worden, houdt alhier aan.
Volgens berigten uit Nizza zou de grootvorst Constan
cy n van Rusland tegen het einde dezer maand alhier aankomen
en vervolgens Ton Ion en Marseille bezoeken.
Alhier is het gerucht verbreid, dat te Madrid een coup
d'ctat zou zijn beproefd, doch dit gerucht wordt van verschil
lende kanten wedersproken; zoo zegt onder anderen liet dag
blad La patrie: Men heeft gisteren alhier geruchten verbreid
van een coup d'ctat, in Spanje, ten gevolge waarvan de maar
schalk Narvacz in de gevangenis geplaatst, en de lieer Nocedal
t.ot voorzitter van den raad benoemd zou zijn. Wij zijn in de
gelegenheid die geruchten ten stelligste tegen te spreken,
welke waarschijnlijk door kwaadwilligheid uitgedacht en door
liglgeloovighcid verder verbreid zijn."
Telegrafische berigten uit Madrid van gisteren maken geen
gewag vau de geruchten nopens een coup d'élat; zij vermelden,
dat heden ten hove een groot bal moet plants grijpen en dat
den 20 dezer dc onthulling is geschied van het gedenktceken,
dat is opgerigt ter nagedachtenis van Arguelles de Calatrava
en van Mendizabal.
Het Journal cle Constantinople berigt dat de porte besloten
heeft, twee schrandere geleerden, met namen Hussein-Effendi
en Soliman-Effendi, naar Parijs te zenden, om hier ter stede
openbare voorlezingen te houden, de een voor turksche onder
danen over de arabische eu de perzisehe taal. de ander voor chris
tenen over de turksche taal. Het. genoemde blad voegt; er bij, dat
ook in Londen, Weenen en Brussel zoodanige leerstoelen van
wege de porte gevestigd zullen worden.
Het in julij 1855 tusschen Frankrijk en Perzie geslote»
verdrag van vriendschap eu handel is thans door het, gouverne
ment. afgekondigd en in den Moniteur openbaar gemaakt. Het
behelst, de in zoodanige overeenkomsten gebruikelijke bepalin
gen en betuigingen. Dc aanhef is geheel in perzischen stijl: de
beide cont raherende sou vereinen worden met eene opeenstape
ling vau oostersche beeldspraak beschreven; zij worden gezegd
zoo verheven te zijn als de planeet Saturn us, de zon tot banier
te hebben enz.
Bij het verdrag wordt hoofdzakelijk het volgende bepaald
De onderdanen der beide contracterende mogendheden, reizi
gers, handelaars, industriëlen en anderen, hetzij zij zich ver
plaatsen, hetzij zij bepaald verblijf houden in hel gebied van het
eene of het andere rijk, zullen in alle opzigten worden behan
deld als de onderdanen der meest begunstigde natie. Zij zullen
vrijelijk kunnen concurreren in heidelanden en de door hen in-
en uitgevoerdekoopsmansgoederenzullen slechts dezelfde reg
ten betalen als dc goederen in- en uitgevoerd door dc onder
danen der meest begunstigde natiën.
De geschillen tusschen fransche onderdanen in Perzië en
tusschen perzisehe onderdanen in Frankrijk zullen worden uit
gemaakt door cle consulaire agenten van elke natie. Wal de ge
schillen aangaat tusschen onderdanen der beide riatien en de
criminele zaken, zij zullen worden uitgemaakt op de wijze in cle
lauden aangenomen ten aanzien van de onderdanen der meoet
begunstigde nalie.
Het regt op cle nalatenschappen van vreemdelingen is afge
schaft. Eindelijk bepaalt, bet verdrag voor de beide mogeudhe-
den het regt, om ieder drie consuls le benoemendc consuls
van Frankrijk zullen zetelen te Teheran, Bender-Honchir en
Tauris en clie van Perzië te Parijs,te Marseille eu op het eiland
Reunion.
Als een bewijs welken ongunstigen indruk te Nape's do-
door de oostenrijksche regering afgekondigde amnestie heeft ge
maakt, kan men beschouwen de omstandigheid, dal het ofieiele
napelsche dogblad zich niet eens verwaardigd heelt, het bewuste