COURANT.
MIDDELBURGSCHE
1857.
27 Januarij.
ömjtfïftïmöscl)f tijöingm.
N0, 12.
Dingsdag
Deze courant verschijnt des dingsdags, donderdags en Zatuxdags. Binnen deze gemeente en Vlis-
singen geschiedt de uitgave den avond te voren ten 8 ure.
De abonnementsprijs per drie maanden is 3, franco per post f 3,40.
De inzending van advertentien kan geschieden tot tien ure des morgens, op den dag der uitgave.
De prijs van gewone advertentien is 22 cent per regelvan huwelijksgeboorte of doodbekend
makingen enz., van één tot zes regels f 1,50, voor eiken regel daarboven 22 cent.
Buitengewoon groote letters wordeu berekend naar de plaats die zij innemen.
Voor elke plaatsing moet 35 cent voor zegel worden betaald. De betaling geschiedt kontant.
Edilie van maandaa: avond 8 ure.
middelburg 3(i januarij.
De gemeenteraad alhier zal op woensdag namiddag ten één
ure, eene openbare zitting houden ter behandeling der navol
gende onderwerpen
Installatie van den heer mr. Lantsheeroverlegging proces
verbaal, kasopneming; voorstel burgemeester en wethouders,
personele belastingenbij resumtie rekening wisselbankbij
resumtie cijns meestoof; bij resumtie gezondheids-commissie;
bij resumtie stichting gasthuisbenoeming adsistent markt
meester: bij resumtie adres Haarlem.
In de zitting van den lioogen raad der Nederlanden van 20
dezer (kamer van strafzaken) is J.SIierendrecht, commissionair
te Zierikzee, appellant van cassatie tegen een arrest van het
provinciaal geregtshof in Zeeland van 20 october 1856, waarbij
hij veroordeeld is tot eene correctionele gevangenisstraf voor
den lijd van een jaar, geldboete van f 100 enz., niet ontvanke
lijk verklaard.
Door de Centrale directie van Walcheren heeft op den 22 de
zer plaats gehad de openbare aanbesteding der levering van
houtwaren, binnen scheepsboord. De beide pcrceeleu zijn aan
genomen als volgt: 1ste perceel (eikenhout) door J. Dolk Hz.
1c Leur, voof f11,960, en hel.2de perceel (masthout) door C.
Kuyk te Breda, voor f 2,200.
Het heeft H. lv. H. prinses Erederik der Nederlanden behaagd
een fraai bewerkt canapé-kussen in te zenden voor de aanstaan
de verloting van vrouwelijke handwerken ten behoeve der ar
men alhier.
Tot de plaatsing der volgende regelen aangezocht, meenen
wij de opname daarvan niet te inogen weigeven
"Men verneemt, dat iu de afgeloopene week eene vergadering
gehouden werd van de alhier gevestigde afdeeliug der Neder-
laudsche vereeniging tot afschaffing van sterken drank, ten
huize van een der leden. De opkomst was talrijker dan bij eene
vorige gelegenheid.
Door den wcleervv. heer P. van der Scheer werd een ernstig
en krachtig woord van opwekking gesproken, die het hooge
gewigl van deze vereeniging in het licht stellende, het betreur
de dat zij in het algemeen minder bijval vindt dan zij verdient!
en daarom hare leden hier ter stede, ofschoon nog niet velen in
aantal, aanspoorde om niettegenstaande allen tegenstand en
miskenning harer bedoelingen met ijveren getrouwheid voort te
gaan op den ingeslagen weg, en ieder in zijnen kring aan hare
uitbreiding te arbeiden. Ook werd door den heer W. itombouts
een dichtstuk voorgedragen, getiteld: De bekeering eens dronk
aards, dat met belangstelling en genoegen door de aanwezigen
werd aangehoord. Het plan bestaat deze vergadering, de eerste
in dezen winter, spoedig door eene tweede te doen opvolgen
die iu een ander locaal zal worden gehouden, en waar belang
stellenden zullen worden uitgenoodigd, ook die tot deze ver
eeniging nog niet zijn toegetreden."
Bij de kamer van koophandel en fabrieken alhier liggen ter in
zage de navolgende haudelsberigtenEen exemplaar van het
bclgische handelsverslag over het jaar 1855 opgaaf omtrent
den handel in Bremen over 1856, waarbij onder anderen eeuc
vergelijking gevoegd is der invoeren gedurende 1850 en vol
gende jaren; staat van naar Oost.-Indie verzouden katoenen
goederen gedurende de maand december jl.
Omtrent, het ontwerp van wet op het lager onderwijs ont
vangt. men het volgende belangrijke berigt
Men wil weten dat het wetsontwerp op het lager onder
wijs, zoo als het nu is gewijzigd, thans bij den raad van minis
ters in overweging is. liet denkbeeld van den laatstelijk afge
treden minister van binneulandsche zaken, volgens hetwelk de
staat de meeste kosten van het onderwijs zou dragen (en welke
kosten, naar men verzekert, op 3 millioen gulden werden ge
raamd) moet thans opgegeven zijn. Men voegt er bij dat, naar
het thans opgemaakte ontwerp, aan het lager onderwijs de
strekking zon worden gegeven tot bevordering van zedelijk-
christelijke deugden.
De regeling der zaak van het nederlandsche kroondomein
heeft thans haar volle beslag bekomen, op eene wijze waarover
men zich verblijden moet, wanneer men bedenkt, tot hoeveel
onaangenaamheden en voor den zedelijken luister der kroon
nadeelige wrijvingen de behandeling van zoodanige zaken aan
leiding geven, kan eu iu andere landen, door de iuhalige baat
zucht van gekroonde hoofden, werkelijk aanleiding gegeven
heeft.
De goederen, die het nederlandsche kroondomein uitmaken,
werden bij de wet van 26 august us 1822 aan koning Willem I
afgestaandoch op dien met den aard van kroondomeinen
kwalijk strookenden voet konden zij, vooral nadat, zij door de
belgische revolutie waren gesmaldeeld, niet blijven en in 1848
werden zij door koning Willem 11 aan den staat teruggegeven.
De overdragt aan het rijk, liet noodwendige gevolg dier terug
gave, door onderscheidene omstandigheden vertraagd zijnde,
heeft bij notariële akte van 16 april 185G plaats gehad.
Een op het grootboek der 2$- pet. staatsschuld ingeschreven
kapitaal, nominaal van f 1,173,400, verkregen door den afstand
van tot hel kroondomein behoorende grondstukken en tienden,
is tevens ingeschreven en op naam van het kroondomein ge
steld. Vervolgens is bij een koninklijk besluit van I mei 1856
het beheer van het kroondomein geregelddaarbij is ook be
paald, dat de gelegenheid tot afkoop der lot hel kroondomein
behoorende tienden, overeenkomstig de voorschriften van het
burgerlijk wetboek, opengesteld blijft, dat de opbrengst der al-
zoo afgekochte tienden in inschrijvingen op liet grootboek der
staatsschuld ten name van het kroondomein belegd, en van
deze operatien telken halfjare door den administrateur van het
kroondomein verslag aan den koning en aan den minister van
financiën gedaan zal worden terwijl afstand van tot het kroon-
domeiu behoorende grondstukken niet anders dan krachtens
eene bijzondere wet kan plaats hebben.
Thans heeft de koning, in de regeling dezer zaak ten einde
toe loijaal en roijaal willende te werk gaan, bij besluit van den
4 dezer bepaald, dat het. bovengemelde besluit van 1 mei 1856
tor kennis des publieks zal gebragt worden, alsmede de notari
ële akte van 16 april, zoo als dit bereids in de Staatscourant is
geschied, en dat vervolgens ook de halfjaarlijksche opgave van
afgekochte kroon tienden telkens openbaar gemaakt zal worden.
(Prov. Drentsche en Asser courant)
Men meldt uit Erederiksoord van 22 januarij:
Naar men van goederhand verneemt is de vrees, dat de Maat
schappij van weldadigheid in staat van kennelijk onvermogen
zou verklaard worden, grootendeels geweken, ten gevolge van
de hoop die men meent te mogen koestereu, dat die vaderland-
sche instelling zal kunnen behouden blijven, ten gevolge van
met een nieuw tc benoemen bestuur te maken schikkingen.
Men leest in dc Nederlandsche staats-courant
Op den 19 dezer, des ochtends ongeveer ten 7 ure, werd door
de bemanning der Texelsche lootsboot no. 7, gevoerd doorschip-
per C. Buis, ecu barkschip ontwaard; zittende in de buiten
gronden bezuiden Calantsoog, waar het des nachts ten half vier
ure was gestrand, liet was de engelsche bark Haltwhistle, ge
zagvoerder James Patterson, geladen met rijst en suiker, ko
mende van Batavia eu bestemd naar Bremen.
Onmiddelijk beijverde men zich op het loodsvaartuig om dc
boot uit te zetten, behoorlijk te bemannen, en daarmede het in
nood verkeereude schip te bereiken, hetgeen na veel moeite en
inspanning gelukte.
Den ketting ontsloten eu een tros van het schip uitgebragt
hebbende, welke aan den mast van de loodsboot, die voor anker
lag, werd bevestigd, wisten zij, met zeemansbeleid, omstreeks
tien ure in den morgen, het schip van den grond af te draaijen
en in vlot water te brengen. Alie dienstdoende zeilen werden
toen bijgezet om verder op te zeilen en alzoo schip en lading te
behoudendoch te vergeefs, doordien de wind te schraal werd
om boven land te komen, waardoor zij genoodzaakt werden te
ankereu, terwijl het schip in vlot water lag. Doch door het bre
ken van den ketting geraakte het schip andermaal op strand,
even voor dat de stoomboot, welke ter assistentie was geseind,
aldaar aankwam. Het schip toen met geene mogelijkheid meer
af te brengen zijnde, werden af-en aanvarende, veertien man
der equipage gpred en zoo veel mogelijk hunne goederen gebor
gen. De gezagvoerder Patterson en de stuurman nog aan boord
gebleven zijnde, hield men zich met de genoemde loodsboot no.
7 en dc later door den inspecteur over het loodswezen te Wil
lemsoord te hulp gezondene loodsschokkers no. 1, en 5 in de
nabijheid van het schip, tot dat ook de gezagvoerder eu stuur
man, des ochtends van den 20 dezer noodseinen doende, werden
gered-
Daartoe waagden de binnenloods J. C.Smit en de loodsk wee-
keling Jacob W. de Wijn zich zonder aarzelen iu eene vlet of
kleine boot; even zoo deden de loodskweekelingen R. P. Visser
en Jan W. de Wijn, benevens Audries Bommel, zeesjouwer
aan den Helder, niettegenstaande zij gezien hadden dat de
cerstvermelde vlet vol water was geraakt, en zij dus bijna een
wissen dood te gemoet gingen. Zij hadden vrijwillig zich mede
aan boord van-den sohokker no. 1 begeven.
Aan de drie laaisten gelukte het met levensgevaar den gezag
voerder en den stuurman van het schip te halen en op den
schokker no. 5 over te brengen.
De vlet waarin dc binnenloods J. C. Smit en de kweekeling
Jacob W. de Wijn zich bevonden, is door de hooge zee vol
water geslagen, waarbij genoemde loods het slagtoffer is ge
worden zijner opofferende menschenliefde.
De kweekeling Jacob W. de Wijn heeft, na drie uren met de
golven tc hebben geworsteld, gelukkig nog het strand mogen
bereiken, na zijnen togtgenoot J. C. Smit naast zich te hebben
zien wegziuken in de diepte.
De geheele equipage van het gestrande schip is vervolgens
behouden in het Nieuwediep binnen gebragt.
De Sheboygan nieuwsbode van 19 december 11. zegt ten aan-
zieu van onzen vroegeren gezant in Noord-Amerika, den heer
Dubois, over wiens gedrag de regering derVercenigdc staten op
heldering aan onze regering gevraagd heeft, het volgende
//Blijkens een telegrafisch berigt uit Washington, van den 10
dezer, heeft de nederlandsche regering haren minister te Was
hington, den heer Dubois, teruggeroepen en hem naar Dene
marken in eene lagere betrekking gezonden. Men wil weten,
dat dit geschied is, omdat de nederlandsche regering ontevreden
was over zijn gedrag bij het verhoor van Herbert. Binnen wei
nige weken zoude er een nieuwe minister te Washington arri
veren als opvolger van den heer Dubois. Onze lezers zullen
zich herinneren dat, toen de heer Dubois bij het verhoor van
Herbert voor het vermoorden van den ierscheu bediende Kea
ting in een hotel te Washington als getuige geroepen werd,
hij weigerde als zoodanig op te treden, omdat hij een afgezant
en zulks beneden zijne waardigheid was. Dit zoo zijnde, dan
verdient de nederlandsche regering in dezen allen lof; zulke
//waardige heeren" mag men niet door de vingers zien."
BenociEiing;cii en besluiten.
Aan het nederlandsch-indisch leger een hernieuwd blijk van
belangstelling wenschende te geven, heeft hetZ. M. den koning
behaagd, bij besluit van 22 dezer, Z. K. H. Willem Nicolaas
Alexander Erederik Karei Hendrik, Prins van Oranje, te be
noemen tot luitenant-kolonel bij het wapen der infanterie van
dat leger, en hoogstdenzelve le plaatsen a la suite van hetzelve.
Bij besluit van 20 dezer, heeftZ.M.goedgevonden: 1. by
dc dienstdoende schutterij in Zeeland op zijn verzoek eeryol