MIDDELRURGSCHE
COURANT.
r 144.
Zaturdag
1856,
29 November.
Öinncnlanïisclje tijöingm.
Döee courant verschijnt des dingsdags, donderdags en z»tutdbgs. Pinnen deze gemeente en Vlis-
«iageu geschiedt de uitgave deu avond te voren ten 8 ure.
De abonnementsprijs per drie maanden is 3, franco per post f 3,40.
De inzending van advertentien kan geschieden tot tien ure des morgens, op den dag der uitgave.
De prijs van gewone advertentien is 22 cent per regel; van huwelijks, geboorte of dood bekend
makingen enz., van één tot zes regels f 1,50, voor eiken regel daarboven 22 cent.
Buitengewoon groote letters worden berekend naar de plaats die zij innemen.
Voor elke plaatsing inoet 35 cent voor zegel worden betaald. De betaling geschiedt kontant.
Editie van vrijdag avond 8 ure.
Middelburg: 3§ november.
Van de werf der Commercie compagnie alhier, is gisteren
met goed gevolg te water gelaten het fregatschip Zelandia,
gebouwd door deu scheepsbouwmeester G. Knol, voor rekening
eener reederij, onder directie van de heeren Spoors Sprenger,
en bestemd voor de groote vaart.
Naar wij vernemen is dezer dagen eene commissie benoemd,
aan welke de vereerende taak is opgedragen een onderzoek in
te stellen naar, en de regeringen van Nederland en Belgie in te
lichten omtrent de mogelijkheid, het wenschelijke en het nut
van de indijking der in het Zwin liggende schorren, en zijn
tot leden benoemd voor Nederland: de heeren jhr. P. D. van
Citters, lid van de gedeputeerde staten van Zeeland; J. M.
Hennequin, ontvanger van polders te Sluis; voor Belgie de
heeren Vrambout, lid van de permanente deputatie, en Godin,
administrateur van polders, beide te Brugge, met toevoeging
der heeren hoofd-ingenieurs der provinciën Zeeland en West-
vlaanderen.
C5 Zaturdag aanstaande des namiddags zal aan 's rijks werf
te Vlissingen tc water worden gelaten Zs. Ms. schooner Soem-
bing.
Men schrijft ons uit Zierikzee van 24 dezerHeden is aan
den zeedijk te Borrcdamme gevischt eenig wrakhout, waaron
der een reddingsboei, geel geverwd, met de woordenZorg en
vlijt. Het houten touwwerk blijkt van een nieuw gebouwd
schip afkomstig te zijn.
Den 16 dezer is te Dover aangekomen, het schip Zorg en
vlijt, gezagv. Mulder, van Liverpool naar Dordrecht.
In het frausche regeringsblad leest men de volgende bekend
making:
«Door vreemde militairen, die tot de fransche legers hebben
behoord, en die regt kunnen hebben om tc deelenin degunstige
testamentaire beschikkingen van keizer Napoleon I, worden
aan het ministerie van buitenlandsche zaken aanvragen om in
lichtingen gerigt, waaraan niet zal kunnen voldaan worden dan
nadat de commissie, heiast met de vevdeeling en de liquidat ie
der aan hen toegekende som, hare werkzaamheden zal voltooid
hebben. Men meent de inzenders van dergelijke aanvragen
derhalve te moeten verwittigen, dat hunne brieven voor het
oogenblik onbeantwoord moeten blijven, maar dat hun van de
beslissing der commissie, zoodra zij genomen is, zal worden
kennis gegeven."
liet bestuur der Vereeniging ter bevordering van de belan
gen des boekhandels heeft zich andermaal tot den minister van
buitenlandsche zaken gewend, bij een adres, waarin liet, op
grond van hetgeen bij een vorig adres was aangevoerd, de goede
zorgen des ministers inroept, opdat er maatregelen tot stand
komen, ter wering van den nadruk in Belgie van hier te lande
uitgegevcne boekwerken.
Volgens de Amsterdamsche courant, heeft.de plaatselijke com
missie van geneeskundig tocvoorzigt te Amsterdam, haar ont
slag aan bet gemeentebestuur ingezonden.
Renoemiiiffen en besluiten.
Bij koninklijk besluit van den 22 dezer is de heer J. A. Mazel,
tot hiertoe adjunct-commies bij hel departement van buiten
landsche zaken, benoemd tot secretaris van legatie, met bepa
ling dat hij als zoodanig dienst zal doen bij Zr. Ms. gezantschap
te Brussel.
Kecrolog'ie>
Den 23 de'.er overleed alhier de heer mr. W, N. Lambrecht-
sen van Ritthem, vroeger raadsheer bij het provinciaal geregts-
hof in Zeeland. In de veelvuldige betrekkingen waarin hij werk
zaam was, ouderscbeidde hij zich steeds door ijver en uiterst
naauwgezette pligtsbelrachtiag; terwijl hij veelzijdige blijken
gaf een opregt menschenvriend te zijn. Door zijn overlijden
verliest onze gemeente een man die de achting welke hij aller-
wege genoot volkomen waardig was.
Den 24dezer is, na langdurig lijden, te Arnhem overleden,
de heerJ. C. F. vau Son, gepeus. schout-bij-naclit, ridder der
Militaire Willemsorde, enz.
Herk en sclioolnieuws.
Op den 25 dezer is door den kerkeraad der hervormde ge
meente van Axel, ter voorziening in de aldaar nog steeds voort
durende vacature, op nieuw het navolgende drietal predikan
ten geformeerd, te weten: G. J. Zijnen, P.Jz., predikant te
Zwijndrecht, J. A. Barbas, te Hallem, J.P.H. Rerjers, te Brou
wershaven; waaruit terstond met eenparige stemmen is be
roepen de heer G. J. Zijnen, P.Jz., predikant te Zwijndrecht.
Marine en leg-er.
Naar men verneemt is er plan, Zr. Ms. gladdekskorvet Hel
din zoodanig in te rigten, dat zij stoomketels naar O. Indien
zal kunnen overbrengen, zullende dat vaartuig dan ook verder
geheel voor transportschip worden ingerigt; deze maatregel is
te meer doelmatig, daar nu dikwerf stoomschepen alleen daarom
moeten repatriëren, omdat hunne ketels niet meer bruikbaar
zijn, ofschoon het schip zelf overigens nog zeer goed eenigen
tijd in lndië dienst zou hebben kunnen doen.
Afloop van verkoopingen.
Inzet te Schoondijkc, 27 november 1856.
Eene hofstede met 3 bunders 73 roeden 40 ellen bouw- en
weiland, gelegen iuden Prins Willemspolder, gemeente Schoon-
dijke, op f 8,400.
Een partij bouwland, groot 2 bunders 28 roeden, gelegen als
boven, op f 4,100.
(Deze beide perceelen zijn vereenigd gebragt op f 12,700.)
Een partij bouwland, groot 5 bunders 49 roeden 10 ellen,
gelegen als boven, op f 7,500.
Een partij bouwland, groot 5 bunders 44 roeden 10 ellen,
gelegen als boven, op f7,200.
Eeu partij bouwland, "groot 3 bunders 37 roeden 90 ellen,
gelegen als boven, op f 4,700.
Een partij bouwland, groot 3 bunders 43 roeden 40 ellen,
gelegen als boven, op f 4,600.
Een partij bouwland, groot 2 bunders 34 roeden 10 ellen,
gelegen als boven, op f 4,000.
Een partij bouwland en aanwas, groot 5 bunders 4 roeden
70 ellen, gelegen als boven, op f 0,700.
Een stukje grond, groot 12 roeden 60 ellen, gelegen als bo
ven op f i 50.
Eene hofstede op en met 8 bunders 30 roeden 60 ellen, ge
naamd «Kaas en brood," gelegen als boven, op f 5,500.
Een partij bouwland, groot 5 bunders 94 roeden, gelegen als
boven, op f7,100.
(Deze twee laatste perceelen vereenigd gebragt op f 12,800.)
Een partij bouw- en weiland en tuin, groot 9 bunders 71 roe
den 40 ellen, gelegen als boven, op f i 2,600.
Een stukje grond, groot 81-roeden 80 ellen, gelegen als bo
ven op f 625.
De toewijzing is bepaald op woensdag 10 dec. aanstaande.
Staten-generaal.
Tweede kamer. Zitting van 25 november.
Bij de voortzett ing der algemeene beraadslagingen over de
begrootingswetten voor 1857, heeft cle minister van justitie in
eene uitvoerige rede de redevoeringen van de heeren Groen van
Prinsterer eu Thorbecke wederlegd. De minister verklaarde
daarbij in de hoofdzaak een anti-revolutionair kabinet ondenk
baar ie achten in den geest als de heer Groen zich scheen voor
gesteld te hebben, zonder dien lieer tol hoofd; voortsdat. hij nooit
van oordeel is geweest dat. eene kerkelijke rigtingeene politieke
partij mag zijn of als zoodanig opt reden. De anti-revolutionaire
politiek van den lieer Groen achtte hij niet zoo exclusief, dat zij
niets zou ondersteunen dan wat van haar uitgaat, en zijne exc.
eindigde met de raadgeving aan den heer Groen om het evan-
lie en het christendom niet over te brengen op het gebied van
den staat en in onze wet.
Aan den heer Thorbecke antwoordde de miuister op cle aan
merking dat de overijlde sluiting der vorige zitting zich alleen
liet verklaren door verlegenheid van het kabinet tegenover de
ertegenwoordiging, dat toch het ministerie tijd moest hebben
zich eene wapenrusting aan te trekken, alvorens met den vijand,
in parlementairen zin, in aanraking te komen. Eene andere be
denking was, dat het gouvernement de behoefte aan overeen
stemming met de vertegenwoordiging schijnt te willen beper
ken. Zijne cxc. ontkent dit. lletkabiuet wil vervolledigen en
niet eenzijdig handelen. Het ministerie moet ook homogeen zijn
met de kroon en niet alleen met de vertegenwoordiging. Al
verder wees het geachte lid uit Deventer op de tegenspraak
welke hij meende te zien in de verklaringen van het kabinet, in
de maand september en op zaturdag jl. gegeven, over de reden
van aftreding van het vorig kabinet en van de optreding vau
het nieuwe. Nu moet zijne exc. verklaren dat zeer zeker de
kwestie van het onderwijs was de determinerende oorzaak van
die aftreding. Zonder dat zou de gebeurtenis niet hebben plaats
jehad. Maar ook andere oorzaken hebben daartoe medegewerkt,
zoo als bijv. de politiek van appaisement.
Ten slotte zegt zijne exc., naar aanleiding der rede van den
heer Thorbecke, dat hij den naam des konings alleen in de dis
cussie heeft gebragt, om een historisch feit nopens de optreding
van dit kabinet mede te deelen maar nu moet hij ook opmerken
dat te regt door den heerïhorbecke aan den heer Groen is tegen
geworpen, dat nu niet meer sprake kan zijn van den persoon
lijken wil des konings, maar wel van dat gene wat de ministers
als hunne verantwoordelijke taak erkennen.
De heer Blaupot ten Cate zal, na de verklaring van het kabi
net, dat het de vestiging van gemengde christelijke scholen op
het oog heeft, afwachten hoe men de toepassing en uitvoering
van dat beginsel in werking wil brengen en zich noch voornoeh
tegen het ministerie verklaren.
De heer Westerhoff wil in zijne stem over de begrooting,
geene goed- of afkeuriug van de politieke rigting van het minis
terie gezien hebben, daar de begrooting een geheel afgescheiden
zaak is. Hij is overigens niet bevreesd, dat dit ministerie zoo ge
naamd anti-revolutiounair is, vooral met het oog op de antece
denten van verschillende leden vau het kabinet.
De heer Groen van Prinsterer ontkent, dat zijne rede, zatnr-
dag jl. gehouden, ironisch was de grondtoon daarvan was ern
stig, even als zijne reden lieden ernstig zal zijn, gepaard met diep
smart gevoel, ofschoon hij de vaste overtuiging heeft, dat de anti-
revolutionnaire rigting in populariteit zal winnen door de hou
ding van dit kabinet tegenover die rigting. Spreker maakt, eeni-
ge algemeene opmerkingen, ter beantwoording der hoofdvraag,
of dit ministerie aan zijne roeping kan voldoen, en spreekt, daar
na over de verhouding, waarin do irenische politiek van liet ka
binet., de onderlinge partijen gebragt heeft.
Spreker wilde hel ministerie wel ondersteunen maar met. gee:i
tweederlei maat engewigt te werk gaan. en zal ook nooit zijne
beginselen aan deu eiseh der vriendschap prijs geven. Du
minister zeide, dat als sprekers partij zich ooit verbeeldt, da:
hare politiek nationaal is, zij dan buiten de partijen zal geraken.
Die bedreiging is verschrikkelijk. De minister zeidc verder
(even als gisteren de beer Thorbecke)dat sprekers partij niet
kan opbouwen, maar wel afbreken. Spreker vraagt, of het niet
reeds genoeg is, dat die partij zoo veel kracht heeft om het
kwade tegen te gaan. L gt onze kracht niet., vraagt spr., in het
vasthouden aan een beginsel, en wel aan dat: fais ce que tu dois,
advienne que pourrar Hebben wij minder dan anderen eenheid
en verantwoordelijkheid voorgestaan; hebben wij minder dan
anderen gewenscht, den invloed der kamer op de verantwoor
delijkheid der regering, den invloed der natie op dc regering
De lieer Thorbecke merkt op, dat de minister van justitie op
eene wijze, zoo als nog nooit geschied is, de anti-revoltionnai-
re partij heeft verklaard niet nationaal. Ook de andere rigting.
de liberale, ia niet. nationaal verklaard; alleen derigliulr van
den minister zou nationaal zijn. Spreker behoeft niet. te zeggen,
dat dit geheel afhangt van het begrip, dat men zich van nationa
le rigting vomit. Hij zal hierover echter niet meer twisten. Van
nu af moeten de daden beslissen. Spreker zegt echter, dat de
heden door deu minister vanjustitie opgegeven beginsels ook
door de liberalen worden beleden.
Wat van dit ministerie goeds komt, zal hij dankbaar aanne
men. De pligt toch der vertegenwoordiging brengt, mede. te
ondersteunen wat in het algemeen belang, in liet*belang van
het vaderland, wordt gedaan.
Niemand meer liet woord vragende, worden de alge.ncene
beraadslagingen over de begroot ingswet ten gesloten en wordt
overgegaan tot dc algemeene beraadslagingen over de hoofd
stukken.