öuitcnlanh$cl)c tijdingen.
7de regem. inf. tot lsten luit., den 2den luit. W. J. F. van der
Blom, van het korps; bij het personeel van de geneesk. dienst
der landmagt, tot paardenarts van de 1ste kl., den paardenarts
der 2de kl. A. J. de Bruyn, van gemeld personeel; bij de ge
neesk. dienst der landmagt in West-Indie, tot apotheker van de
3de kl., den heer A. I. J. A. Rademacher, en
3. over te plaatsen bij het regem. grenadiers en jagers, den
lsten luit. R. F. K. van Gorkum, van het 5de regem. inf.
UTecirolog'ie*
Zondag is te 's Gravenhage in 76jarigen ouderdom overleden
de gepensioneerde kolonel Carteret, een krijgsman rijk aan on
dervinding, die ouder anderen aan den veldtogt van 1812 naar
Rusland deel genomen en'den overtogt over de Beresina mede
gemaakt had. Hij was een geruimen tijd bij liet departement
van oorlog gedetacheerd.
Marine en leger.
Den 18 dezer werd op 's rijks werf te Amsterdam de kiel ge
legd dér schroefkorvet Leeuwarden van 12 stukken.
Naar wij vernemen zal met Zr. Ms, stoomschip Merapi,
op 1 november aanst., naar Oost-Indien vertrekken, de heer A.
Sol, officier-machinist bij 's rijks stoomwezen, en bij aankomst
aldaar ter beschikking worden gesteld van den kommandant
van 's rijks zeemagt, ten eincle te worden belast met liet toezigt
over de herstellingen der machines van 's rijks stoomschepen te
Soerabaya. Naar men verzekert wordt door deze plaatsing voor
zien in eene sedert lang erkende behoefte, en men meent het er
voor te moeten houden, dat liet departement van marine door
het opdragen van deze gewigtige betrekking aan den heer Sol,
dezen een vleijend blijk van vertrouwen schenkt ten aanzien
van zijne erkende kunde en verdiensten in het vak van het
stoomwezen.
Bij besluit van 4augustus 1S56 is eene nieuwe organisatie
vastgesteld van den geweerwinkel te Delft. Die inrigtingis
bestemd tot het verrigten der navolgende werkzaamheden1.
het aanmaken en zamenstellen van nieuwe draagbare wapenen
en van hare loebehooren en verwisselstukken3. liet aan
brengen der benoodigde herstellingen en wijzigingen aan de
draagbare wapenen, bij het leger en schutterijen in gebruik, of
in de magazijnen van oorlog opgelegd; en 4. het in goeden
staat houden der in het stapelmagazijn te Delft opgelegde
draagbare wapenen.
Ook dient de geweerwinkel tot eene leerschool, alwaar werk
lieden voor de betrekkingen van sergeant-geweermaker en
zwaardveger bij de korpsen van het leger en de schutterijen
moeten worden opgeleid, zullende die inrigting tevens de gele
genheid behooren aan te bieden, om aan officieren, die als offi
cier van wapening bij de verschillende korpsen zullen optreden
het hiertoe gevorderd onderligt te geven.
gtafeu-geneiraal.
Tweede kamer.
Aan de leden is rondgedeeld het voorloopig verslag van de
aanmerkingen in de afcleelingen, omtrent hoofdstuk X (oorlog)
der staatsbegrootiug over 1857. Het oordeel over dit hoofd
stuk, in het algemeen uitgesproken, laat zich gevoegelijk in vier
deelen splitsen, waarvan elk het gevoelen van een grootcr of
geringer getal leden uitdrukt. Over het algemeen genomen,
scheen niet zeer gunstig over deze begrootiug te worden ge
dacht. Bij eene geregelde uiteeuzetting dezer verschillende
beschouwingen schijnt het gevoelen van die leden, welke de
vermindering van dit hoofdstuk tot op het cijfer van tien en een
half millioen guldens voorstonden, vooraan te moeten geplaatst.
Deze leden zijn teruggekomen op al hetgeen vroeger daarom
trent meer dan eens èn in de gewisselde stukken èn bij de mon
delinge beraadslagingen is geschreven en gezegd. Zij herinner
den in de eerste plaats aan liet door menig deskundige en ook
door den tegen woord igen minister van oorlog aanvankelijk te
kennen gegeven gevoelen, dat dit cijfer als voldoende voor onze
defensie kan worden beschouwd. Vorige ministers van oorlog
hadden daarmede kunnen toekomen, en ook deze minister ver
klaarde bij zijne optreding, dat met die som, bij een spaarzaam
pnllöelniatig beheer, het leger en het gansche defensiewezen op
dieriVfleit kbuden worden gebragt en gehouden, dat men daarin
j,fceneiq-acjit^e kern bezat, die, ingeval onverhoopt een oorlog
inogt uitbarsten waarin Nederland mogt worden gewikkeld,
met biiitcngewoue middelen en opofferingen spoedig uitgebreid
en naar dè. bestaande behoefte kou worden ingerigt. Thans
'sjjaatdö öfg'anisatie van het leger op eenen al te uitgebreiden en
Jgdsttwen grondslag die uitgaven ten gevolge heeft welke, in
de kosten van de oorlogsmarine, de financiële
kiT-cliten w/iii den staat te boven gaat. Dit departement, gaat
voort mö£ Jöhgeveer de zelfde som als voor de laatste jaren is
gegeveft' aa-n te vragen, niettegenstaande door het gezegende
Herstel desfvredes een gunstiger verschiet is geopend. Hierop
VV ..ycrtrqu^ifde, zijn echter de meeste europcsche staten bedacht
'"^•3®jiK)fikosten van hunne legers te verminderen. Met bevreem
ding moest men dus zien dat dit ook bij ons het geval niet is,
en dat, niettegenstaande thans die zorg is geweken, de uitga
ven, welke vroeger met het oog daarop door deze kamer zijn
ingewilligd, niet van deze begrooting zijn verdwenen.
In velerlei opzigten waren liet met. deze beschouwingen ook
andere leden eens die, hoewel niet bepaald bij het cijfer van tien
en een half millioen blijvende staan, toch van oordeel waren dat
op de aangevoerde gronden eene vermindering van de begroo
tiug noodzakelijk is. Deze leden konden begrijpen dat verschil
lende oorzaken medewerkten om, ook na het wijken van den
oorlog dat cijfer te verhoogen. Zij wilden niet uit het oog ver
liezen dat sedert van dat bedrag sprake is geweest, de levens
behoeften en de grondstoffen voor het materieel in prijs zijn
gestegen, en dat dit in die mate op de uitgaven terugwerkt, dat
eene plotselinge reductie tot op tien en een half millioen thans
onmogelijk is. Ook mogten zij niet over het hoofd zien dat de
uitbreiding die het leger, met het oog op deu staatkundigen toe
stand van ons werelddeel, had ondergaau, niet in dier voege kan
worden weggenomen dat de kosten van oorlog eensklaps tot
dat cijfer kunnen terugkeeren. Deze leden zouden daarom aan
vankelijk voldaan geweest zijn, indien zij in de aangeboden
begrooting slechts het begin van de door hen gewenschte ver
mindering hadden kunnen ontdekken. Maar zij moesten het
betreuren daarvan geene sporen te hebben gevonden. Zij zagen
in verschillende onderdeden dezer wet niet alleen een volslagen
gemis aan het beginsel van besparing, maar zelfs de bronnen
van nieuwe uitbreiding eu verhooging.
Het derde gevoelen was dat van die leden, welke duidelijk
aangetoond wilden zien dat met het thans gevraagde cijfer in
derdaad bereikt is hetgeen deze minister van oorlog zich voor
oogen heeft gesteld. In dat geval zouden zij ook tegen deze
belangrijke som niet opkomen, daar huns inziens, de rigtige
verdediging van liet land des noods ook groote opofferingen
billijkt.
Er waren eindelijk enkele leden die, zonder in nadere be
schouwingen daaromtrent te treden, zich voor dit wets-ontwerp
hebben verklaard.
Aan het in de derde plaats hierboven vermelde gevoelen sluit
zich de gedachtenverwisseling over de vraag, welke vruchten
werkelijk met de thans bestede gelden voor 's lands verdediging
zijn verkregen. 'Vrij algemeen werd hel betwijfeld dat daarmede
het doel, hetwelk deze minister van oorlog zich voor oogen
heeft gesteld, bereikt is.
Een derde punt, waarover in het algemeen van gedachten is
gewisseld, was de vraag of het thans aangevraagde cijfer eigen
lijk wel aan dc behoeften, gelijk zij door den minister zijn voor
gesteld, voldoet. Ook deze vraag werd door zeer vele leden in
ontkennenden zin beantwoord. Veeleer schemerde, huns in
ziens, niet onduidelijk uit menig onderdeel dezer begrooting
het bewijs cloor, dat men bij het opmaken der raming niet zoozeer
die behoefte als wel het cijfer van elfen een half millioen in liet
oog had gehouden.
Onder deze algemeene beschouwingen behoort eindelijk nog
opgenomen te worden de klagt dat de aangeboden begrooting
wederom sporen vertoont van een minder spaarzaam beheer,
dan met regt scheen te mogen worden verwacht.
Engeland.
Londen 20 October. The morning post berigt, dat de rege
ringen van Frankrijk en Engeland de oostenrijkschc interven
tie in de aangelegenheden der beide Sicilian niet toestaan,
Arolgens een telegrafisch berigt uit Weenen van den 17
dezer, door The globe medegedeeld, zouden dc Oostenrijkers
begouuen zijn de Donau-vorstendommen te ontruimen.
Zoo gemeld wordt, heeft men aan boord van deTudor,
welke een deel van het italiaansche legioen, van Malta naar
Engeland bestemd, aan boord had, eene gevaarlijke zamenz we
ring ontdekt, welker doel was hel vermeesteren van het schip
en het over boord werpen van de britschc ofieieren en beman
ning. Een der officieren, Aughera genaamd, wordt als de aan
legger daarvan genoemd. De aanslag is gelukkig verijdeld. De
aanlegger is gevaukclijk te Plymouth aangebragt en vandaar
naar het kasteel van York gevoerd, alwaar hij zal worden te-
regtgesteld.
Sedert eenigen tijd is ook in de dagbladen veel gespro
ken over ergerlijke gedragingen van een paar officieren van het
te Brighton in garnizoen liggende 4de reg. dragonders, ten aan
zien van een hunner wapenbroeders, die doorgaande het voor
werp van plagerijen was. Dc twee officieren, onder welke er een
was, die tot een zeer aanzienlijk geslacht behoort (lord Ernest
Yane-Tempest) zijn te dier zake voor een krijgsraad betrokken,
maar hebben inmiddels het hun opgelegde arrest verbroken,
en daarop zijn zij onverwijld uit de militaire dienst ontslagen.
Dc nieuwe bevelhebber van het leger, de hertog van Cambrid
ge, wordt hoogelijk geroemd wegens dezen maatregel waardoor
hij getoond heeft, tot handhaving der krijgstucht, ook jegens
personen van aanzienlijke geboorte met dc vereischte gestreng
heid te werk te gaan.
I9»itschland.
Weenen 16 October. Er bestaat een levendig verschil tus-
sclien den minister van financiën eu dien van oorlog, over het
budget van laatstgenoemden. Reeds voor cenigc dagen is ge
meld dat de heer von Bruck zijn ontslag had ingediend, en wer
kelijk schijnt de minister van financien daartoe te zijn overge
gaan. De keizer moet hem echter bewogen hebben zijn verzoek
in te trekken, zonder dat men evenwel weet wie der partijen in
het gelijk is gesteld; waarschijnlijk zal het hooge budget voor oor
log behouden blijven en het daardoor ontstane tekort door eene
verhooging der grondbelasting met 30 pet. gevonden worden.
De half officiële Oestcrreichisclie Zeitung behelst een zeer
merkwaardig artikel, waarin het berigt wordt bevestigd, dat er
van de zijde van Frankrijk ernstige vertoogen bij ons gouver
nement zijn ingekomen, over de voortdurende bezetting der
vorstendommen. In dat stuk wordt tevens gezegd, dat Oosten
rijk de bestaande moeyelijkheden niet zal willen vermeerderen
en dus tot de ontruiming zal overgaan, ofschoon de ijver van
het fransche kabinet, in deze door de russische ondersteund,
zeer overdreven wordt genoemd. De schrijver oordeelt de vrees
min gegrond, dat cIg door Frankrijk zoo duur gekochte invloed
in het Oosten, door die bezetting zal verzwakt worden en acht
het engelsche gouvernement veel verstandiger, dat tot heden
die bezetting met de meeste onverschilligheid heeft aangezien.
Berlijn 20 octobcr. Deeuropesche commissie voor de regel i rif-
der grensscheiding tusschen het russische en liet turkschegrond
gebied in Bessarabie is den 7 dezer te Jassy aangekomen en zou
zich den 11 naar Kisclieneff, de hoofdstad van Bessarabie, begC'
ven, om aldaar eene beslissing van de parijsche conferentie be
trekkelijk het bezit van Bolgrad af te wachten. Wanneer deze
beslissing ontvangen zou zijn, dan zou het geheele werk der
commissie, naar verzekerd werd, in den tijd van tien dagen af
gedaan kunnen worden; zoo leest men in een schrijven uit Jassy
van den 11 dezer, hetwelk door de Preussische Correspondenz
medegedeeld wordt.
Uit Bern wordt ten stelligste gemeld, dat Zwitserland
op zijn veriangen in de conferentien, welke men te Parijs za!
houden, betreffende Neuchatel, zal vertegenwoordigd worden.
Al de zwitsersche officieren, in napelsehe dienst, die zich
met verlof in hun vaderland bevinden, hebben bevel ontvangen,
zich dadelijk-naar hunne regem enten te begeven.
Franhrijh.
Parijs 20 October. De Moniteur bevat thans eenige ophelde
ringen omtrent de napelsehe aangelegenheden. Het oHicicclc
blad zegl onder anderen dat, toen de vrede te Parijs gesloten
was, het congres dc elementen van rustverstoring in Europa,
en vooral in Italië, Griekenland en Belgie heeft onderzocht. De
vertoogen die dienaangaande gedaan zijn, werden overal wel
ontvangen, met uitzoudering van Napels, dat. ze alleen verwor
pen heeft.
Evenwel wordt Italië door dc gestrenge maatregelen der na
pelsehe regering voortdurend geagiteerd, en derust van Europa
mitsdien daardoor ook in gevaar gebragt. Die stand van zaken
mag onmogelijk langer voortduren. De diplomatieke betrek
kingen zullen derhalve met Napels afgebroken worden, doch er
zal geen interventie noch eenige vijandelijke daad plaatshebben
De engelsche en fransche eskaders blijven vereenigd, maar zul
len niet naar de baai van Napcis worden gezonden. Een maat
regel tot bescherming der onderdanen van de westersche mo
gendheden, mag den napelsclien troon niet aan het wankelen
brengen, of de pogingen daartoe aansporen. Indien de napel
sehe regering het belang, dat dc mogendheden in haar stellen,
begrijpt, dan zal dit gelukkig verschijnsel er toe leiden, dat
de diplomatieke betrekkingen weer met haar aangeknoopt wor
den.
Zoo men oordecleu rnag naar een betoog van Le consti-
tutionnel wenscht het fransche gouvernement iict geschil over
het bezit van Bolgrad door eene uitspraak der parijsche confe
rentie onverwijld, eu wel inden zin van Rusland, tot. beslech
ting te brengen, met het doel om de verwijdering der oosten-
rijksche troepen uit dc Donau-vorsteudommen en daarmede de
nieuwe regeling van het bestuur dier lauden te bespoedigen.
Een particulier schrijven uit Madrid van den 14 dezer,
door de voornaamste dagbladen medegedeeldzegt dat het
nieuwe ministerie in de eerste plaats zijne zorg aan de volks
voeding wijdt, en ten volle beseft hoe bedenkelijk het vooruit-
zigt voor den aanstaanden winter is, daar de jongste oogst zeer
slecht is uitgevallen en het overschot van vroegere oogsten
door den grootcn uitvoer der laatst vorige jaren uitgeput is.
Een turkscli hoofdofficier, die bij de heldhaftige maar on
gelukkige verdediging van Kars in russische krijgsgevangen
schap geraakt is, Ismail-pacha, is thaus door keizer Alexander
met het ridderkruis van den wjUcn adelaar begiftigd. Het jq