MIDDELBÜRGSCHE
COURANT.
N°- 124.
Dingsdag
1S56.
14 October.
öimu'nlanöscljf ttjöingm.
Binnen deze gemeente en Vlis-
Deze courant verschijnt des dingsdags, donderdags en z.tturJo;
singen geschiedt de uitgave den avond te voren ten 8 ure.
De abonnementsprijs per drie maanden is 3franco per post f 3,40.
De inzending van advertentien kan geschieden tot tien ure des morgensop den dag der uitgave.
De prijs van gewone advertentien is 22 cent per regelvan huwelijksgeboorte of doodbekend
makingen enz., van één tot zes regels 1,50, voor eiken regel daarboven 22 cent.
Buitengewoon groote letters worden berekend naar de plaats die zij innemen.
Voor elke plaatsing moet 35 cent voor zegel worden betaald. De betaling geschiedt kontant.
Editie van maandna avond 8 ure.
IVKiddellmrg; 13 October.
Z. exc. de minister van marine, mr. J. S. Lotsy, vergezeld
van zijn adjudant, den luitenant ter zee 1ste klasse jhr. A.Klerck,
benevens den kapitein ter zee B. G. Escher, directeur-generaal
der marine, inspecteerdejl. donderdagde maritieme etablisse
menten te Vlissingeu, benevens de vaartuigen van Zr. Ms. ma
rine, in 's rijks zeedok aldaar aanwezig.
In den namiddag van dien dag, en nadat eenige burgerlijke
en militaire autoriteiten hunne opwachting bij z. exc. hadden
gemaakt, zijn door den minister een tiental hoofdofficieren uit-
gcuoodigd aan een diner, door hem gegeven in het hotel Duke
of Wellington.
Vrijdag heeft z. exc. in bovengenoemd gezelschap de terug-
reize naar 's Gravenhage aangenomen, per stoomboot Stad
Vlissiugen op Rotterdam.
In de algemeene vergadering der vennooten van de Zeeuw-
sche maatschappij voor meekrapbereiding te Wilhelmiuadorp,
gehouden te Goes den S dezer, is gebleken, dat na uitbctaliug
van alle renten wegens opgenomen kapitalen, traktementen en
kosten, de rekening van winst en verlies een toereikend goed
slot behelsde, om f15,000 bij te schrijven op het kapitaal tot
inkorting der schuld, en bovendien over het afgeloopen dienst
jaar 44 ten honderd aan vennooten uit te deeleu als dividend.
Volgens berigten uit Luxemburg van den 7 dezer is de kamer
dien dag door Z. K. II. prins Hendrik der Nederlanden, als ste
dehouder van den koning-groothertog, geopend geworden met
de navolgende belangrijke redevoering:
Mijne heeren
Het is voor mij eene groote voldoening, dat ik uwe zitting
kan openen in gelukkiger omstandigheden, dan in het vorige
jaar. Wij deelen in de kostbare vruchten des vredes.
Een voldoende oogst heeft de ongerustheid verdreven, die
door eeue te langdurige schaarschte van levensmiddelen gaande
werd gehouden.
Met het aanleggen onzer spoorwegen is een aanvang ge
maakt. Het gouvernement poogt onophoudelijk om de vol-
tooijing van ons spoorwegnet te verzekeren. Het is waar
schijnlijk dat u te dien aanzien gedurende uwe zitting openingen
zullen worden gedaan. Bij voorbaat ben ik overtuigd, dat gij
ze met die levendige belangstelling zult ontvangen, die het on
derwerp u steeds inboezemde.
Onze liuaucien zijn in voldoenden staat. De vestiging ecner
crediet-bank, bestemd om aan ondernemingen van nijverheid
en landbouw hulp te bieden, is door het gouvernement goedge
keurd.
De hinderpalen, die zich tegen het sluiten van oen concordaat
verhieven, zijn uit den weg geruimd; de onderhandelingen des
wege namen reeds een aanvang.
De voornaamste redenen tot bezorgdheid thans verdwenen
zijnde, heeft Z. M. de groot-hertog geoordeeld, dat het oogen-
blik gekomen is om een pligt te vervullen, die hem door zijne
hoedanigheid van souverein, lid van den duitschen boud, wordt
opgelegdde pligt namelijk, om de herziening onzer staatkun
dige iuslellingeu te verzekeren.
Z. M. wenscht, dat zijne bedoelingen goed begrepen worden.
Z. M., vol zorg en genegenheid voor zijne onderdanen, be
doelt dat zij de vrijheden en werkelijke waarborgen behouden,
die zij bezitten. Z. M. wil een vrijzinnig gouvernement. Doch
niemand kan het ontkennen, dat de constitutie van 184S, dat
werk van geagiteerde tijden, niet genoeg rekenschap gehouden
heeft van de fundamentele beginselen, wier voortbestaan in de
toekomst bedreigd koude schijnen, maar waaraan de gebeurtc-
nissen'spoedig hunne heerschappij, zoo wei feitelijk als regtens,
hebben teruggegeven.
Den tekst der constitutie van 1848 in overeenstemming met
de gebiedende en onvermijdelijke tischen der statuten van den
duitschen bond te brengen, dit is het wat Z. M. de koning groot
hertog verlangt.
Ten einde zijne voornemens te verwezenlijken doet Z. M. een
beroep op uwe getrouwe medewerkiug.
Ik ben overtuigd dat gij het ontwerp van herziening dat u
aangeboden zal worden, met kalmte,onaf haukelijkheid en vader
landsliefde zult overwegen, met dien geest van gematigdheid
en wijsheid van welke gij steeds blijken hebt gegeven, en met
het bewustzijn van het monarchaal gevoel, hetwelk het erfelijk
staatkundig leerstuk der Luxemburgers is.
Als vertegenwoordiger des konings groothertogs in dit land
is het mijn pligt mij met den wensch der kroon te vereenigen
ik vereenig er mij uit overtuiging mede, in het welbegrepen be
lang des lands.
Het zal een schoone dag zijn, die op welken, met algemeene
overeenstemming, de vrucht van wederzijds volkomen vrijen
wil, de grondwet plegtig zal kunnen bekrachtigd worden, en
alzoo de banden van wederkeerige genegenheid tusschen den
souverein en zijn volk naauwer zal toehalen.
Moge de Goddelijke voorzienigheid uwe beraadslagingen ge
durende deze zitting met haar licht bestralen, de belangrijkste
zitting die gij ooit hield.
Mijn heeren, in naam des konings groothertogs, verklaar ik
uwe gewone zitting van 185G geopend.
De elfde aflevering van het Album der natuur bevat een
hoogst lezenswaardig artikel van den leydschen hoogleeraar
F. Kaiser, getiteld //Inlichtingen omtrent de groote komeet
wier verschijning men thans verwacht."
Na eene uiteenzetting der vele mocijelijkheden waaraan de
bepaling van de loopbaan en de juiste rigting eener komeet on
derworpen is, en den invloed door de aantrekking der planeten
daarop uitgeoefend, bespreekt dc hoogleeraar meer bepaaldelijk
de komeet van 1264 en 1556 en zwaait onverdeelden lof toe
aan de in 1848 door de eerste klasse van het toenmalig Konink
lijk nederlandsch instituut uitgegeven verhandeling van den
heer B. Bomme alhier, die ten opschrift draagt"Proeve eener
berekening der storingen in de loopbaan der komeet van 1264
1556, tot haren waarschijnlijken wederkeer," en de belang
rijke uitbreiding, door den zelfden schrijver aan zijnen arbeid
gegeven, waarvan de uitkomsten zijn opgenomen in deel III
van de derde reeks der verhandelingen van de zelfde klasse.
Volgens deze berekeningen nu, zou de bedoelde komeet eerst
op den 22_augustus I860 tot haren koristen afstand van de zon
wcderkceren.
Sedert gelukte het echter aan dc onvermoeide pogingen van
den sterrekundigc Littrow teWeenen, een werkje te ontdekken
dat in de openlijke bibliotheek te Wolfcnbuttel verscholen lag
en eene, tot hiertoe volstrekt onbekende, lange reeks van waar
nemingen omtrent de komeet van 1556 bevat. Eerst nu acht
dc hoogleeraar Kaiser een beslissend onderzoek omtrent den
loopbaan dier komeet mogelijk, welke taak eerlang aan het
observatorium te Leyden zal zijn ten einde gebragt.
De Staats-couraut van 11 dezer bevat een verslag van jhr. L.
L. G. M. de Villers de Pité, lid der jury voor Nederland bij de
tentoonstelling van landhuishoudkunde teChelmford, in Enge
land, gehouden in julij 1856 aan den minister van binnenland
se lie zaken.
Het te Hage gevestigde gezelschap van beoefenaars van
oudheden en geschiedenis heeft het voornemen, om, door een
eenvoudigen gedenksteen, de plaats aan te wijzen, waar in dc
groote of St. Jacobs kerk, aldaar, (en niet in de Kloosterkerk,
gelijk door sommige dagbladen verkeerdelijk is gemeld) het.
stoffelijk overblijfsel rust van den beroemden Constantyn Huy-
gens, den staatsman, dichter en aanlegger der Zeestraat of
Scheveningschen weg, en van zijn niet minder beroemden zoon,
den wis- en natuurkundige Christiaan Huygeus. Beiden zijn
begraven in het koor dier kerk, hetwelk onderscheiden beziens
waardige gedeukteekenen bevat, als: het praalgraf van den
admiraal van Wassenaer-Obdam, hetgeen eenige jaren geleden,
door de zorg en op kosten van wijlen de baronnesse van Heec-
keren van Wassenaer Twickel is hersteld; voorts de grafplaats
van Paul Choart, heer van Buzanval, ambassadeur van Hendrik
den vierden, koning van Frankrijk, onmiddelijk achter die
tombe gelegenhet tafereel, door een ander gezant van Frank
rijk, Benjamin Aubery du Maurier, ter gedachtenis aan zijne
echtgenoot en kinderen geplaatst; welk tafereel genoegzaam
de rigting aanwijst, alwaar de grafkelder der Huygensen ge
vonden isen eindelijk, om meerdere niet te noemen, de wapens
der ridders van het Gulden Vlies (in het werk van de Riemer af
gebeeld), waarvan het zeventiende kapittel, thans juist vier
eeuwen geleden, in 1456, aldaar is gehouden. Ook het geschil
derde glasraam in het koor, waarvan de voorstelling van keizer
Karei V vrij goed bewaard is gebleven, is der bezigtiging over-
waardig.
De kapt. luit. ter zee B. H. Staring is benoemd tot ridder der
belgiesche Leopolds-orde, wegens door hem verleende hulp aan
het in dringenden nood verkeerende belgische schip Due de
Brabant.
Benoemingen en besluiten.
Bij koninklijk besluit van S dezer, is de heer jhr. C. F. Gold
man, gouverneur der Moluksche eilanden, benoemd tot ridder
der orde van den Nederlandschen ieeuw.
De heer Barnet Lyon is erkend als consulair agent van
Frankrijk te Paramaribo.
Bij koninklijk besluit van IS september 11.. is aan jhr. I. J.
Rammelman Elsevier jr., oud-gouverneur van Curapao en ou-
derhoorigheden, een eervol ontslag verleend uit zijné betrekking
van majoor-kommandant van de schutterij en den landstorm op
Curapao, onder dankbetuiging voor de langdurige dienstien
door hem daarin bewezen.
Bij koninklijk besluit van 28 sept. II., is op het daartoe
doorhem gedaan verzoek, aan den kapitein der artillerie van
liet leger in Nederlandsch Indic, gewezen waarnemend directeur
der fabriek voor de marine, het stoomwezen eil de nijverheid te
Soerabaija, G. J. Stipriaan Luiscius, thans met verlof hier ie
lande, een eervol ontslag verleend uit Zr. Ms. militaire dienst,
onder toekenning van pensioen.
Bij Zr. Ms. besluiten van den 19 september zijn de heeren
A. Eraser, D. Maclaiue, F. Bonhote en G. Kinder erkend als
consuls, de drie eerstgenoemden van Groot-Brittanje, respec
tievelijk te Batavia, Samarang en Soerabaija, en de vierde v i
het koningrijk Saksen, te Batavia.
Bij Zr. Ms. besluit van den 27 september is de heer P. J
B. Kervel erkend als consul van Belgie, te Soerabaija.
Bij besluit van 9 dezer heeft Z. M. goedgevonden aan dr.
T. J. van Halen, te Roermond, vergunning te verleenen tol hut
aannemen der onderscheidingsteekenen van kommandeur dor
orde van Isabella la Catolica, hem door II. M. de koningin van
Spanje geschonken.
Necrologie.
Den 7 dezer overleed te Neuwied de heer F. Dozy, phil.
nat. et med. doctor, lid der Koninklijke akademie van weten
schappen, enz. Niet alleen was hij een zeer kundig, ijverig en
nienschlieveud geneesheer, maar hij heeft zich ook door de be
oefening der kruidkunde eene europesche vermaardheid ver
worven. In 1831, tijdens de cholera-epidemie heerschle, wijdde
hij zich geheel aan de behandeling der door die ziekte aangetas-
1 ten, die in dc gasthuizen verpleegd werden; hij werd dien ten
j gevolge honoris causa tot doctor in de geneeskunde bevorderd
en gaf later een verslag uit over de epidemie. Hij was een ijve-
1 rig lid der Vereeniging voor de Flora van Nederland en zijne
oost-indischc bezittingen, die hem veel te danken heeftonder