middelburgÉche
r tos.
COURANT.
Zaturdag
1856.
6 September.
2iimlv0nirtt}inqrtt
öinnmlanïisclif lijïmtgra.
Deze courant verschijnt des dingsdags, donderdags en zaturdags. Binnen deze gemeente en Vlis-
aingen geschiedt de uitgave den avond te voren ten 8 ure.
De abonnementsprijs per drie maanden is 3, franco per post f 3,40.
De inzending van advertentien kan geschieden tot tien ure des morgens, op den dag der uitgave.
De prijs van gewone advertentien is 22 cent per regel; van huwelijks, geboorte of doodbekend-
makingen enz., van één tot zes regels 1,50, voor eiken regel daarboven 22 cent.
Buitengewoon groote letters worden berekend naar de plaats die zij innemen.
Voor elke plaatsing moet 35 cent voor zegel worden betaald. De betaling geschiedt kontant.
Editie van vrijdag avond 8 ure.
m HET RIJKSBESTUUR, P80TLVC1ALE EK GEMTEBESTUBES.
A antoesteding*.
Op zaturdag den 13 september 1856,des voorraiddags ten 11
ure, zal ouder nadere goedkeuring, door den commissaris des
konings in de provincie Zeelaud, of bij zijne afwezigheid door
een der leden van de gedeputeerde staten, en in bijzijn van den
hoofd-ingenieur van den waterstaat, in het 11de district, aan
het lokaal van het provinciaal bestuur te Middelburg, worden
aanbesteed
giet vernieuwen van drie uoaan: sinïsden-
B*en op Baet kanaal van Keuzen, met «Se
levering der «laartoe noodige lnonw-
stolffen.
Deze aanbesteding zal geschieden bij enkele inschrijving
zonder opbod.
Het bestek ligt ter lezing aan het lokaal van het ministerie
van binnenlandsche zaken, aan dat van het provinciaal bestuur
van Zeeland, te Middelburg, en op alle zoodanige plaatsen,
alwaar gewoonlijk de bestekken van waterstaatswerken in
gemelde provincie ter lezing gelegd worden.
Zullende vier dagen te voren, met uitzondering van den dag
vóór de besteding, de noodige aanwijzing iu Ipso worden ge
daan, en voorts nadere informatien te bekomen zijn bij den
hoofd-ingenieur van den waterstaat te Middelburg, en den
ingenieur Dirks, te Neuzen.
De minister van binnenlandsche zaken,
SIMONS.
Middelburg' S> September.
"Vervolg en slot van de koninklijke besluiten betrekkelijk de
concessie van den Zeeuwsch-duitschen spoorweg.
Art. 47. Dc concessionnaris van den onderhavigen spoorweg zal
nimmer eenigen hinder aan die spoorwegen toebrengen en de aanslui
ting aan zijnen spoorweg moeten bevorderen.
De aanleg van andere spoorwegen geeft hem in geen geval regt tot
het vragen van schadeloosstelling, mits zij geen hinder aan het verkeer
op den spoorweg toebrengen, noch eenige bijzondere kosten, ten zijnen
laste vallende, veroorzaken.
De concessionnaris is verpligt, tegen behoorlijke sch adeloosstelling,
op zijnen spoorweg het verkeer toe te laten van rijtuigen of wagens
aan andere ondernemingen behoorende, mits daaruit voor hem geene
kosten of eenige hinder voor het verkeer op zijnen spoorweg voort-
vloeije, en onder voorwaarde dat de alzoo toe te laten rijtuigen cn
wagens zoodanig gemaakt zijn dat hun verkeer geen stoornis kan ver
oorzaken. Bij geschil hieromtrent beschikt het gouvernement.
Art. 48. Het gouvernement behoudt het regt, tijdens den gelieclen
duur der concessie, liet zij in de doorsnedene landstreek, het zij overal
elders, allen aanleg van wegen, kanalen of spoorwegen toe te staan,
zonder dat de concessionnaris uit dien hoofde eenige schadeloosstel
ling kan vorderen.
Art. 49. Indien het gouvernement den aanleg van wegen, kanalen
oï spoorwegen gebiedt of toestaat, die den geconcessionnecrden spoor
weg doorsnijden of daarmede in aanraking komen, kan de concession
naris dit niet beletten, noch uit dien hoofde andere schadevergoeding
vorderen dan de teruggave van dc eventuele vermeerdering der kosten
van onderhoud.
In zoodanig geval zorgt het gouvernement dat zonder kosten voor
den concessionnaris alle definitieve of voorloopige werken worden uit
gevoerd, die vereisen! worden om te beletten dat dc exploitatie van den
spoorweg worde gestoord of gestaakt.
Art. 50. Gedurende den tijd der concessie zal op dezen spoorweg
geen tol geheven worden, hetzij ten voordecle van de staat, het zij ten
voordeelc van eenige provincie of gemeente.
Art. 51. Bij het eindigen der concessie moeten de spoorwegen zijne
aanhoorigheden zich in eenen volkomen goeden staat van onderhoud
bevinden. Mitsdien, zoo de concessionnaris gedurende de vijfjaren
die dit tijdstip voorafgaan, zich niet voorbereide om volkomen aan die
verpligting te voldoen, heeft het gouvernement het regt op de ont
vangsten beslag te leggen cn die te gebruiken om den spoorweg en al
wat daartoe behoort in goeden staat te brengen.
Art. 52. Bij het verstrijken van den termijn voor den duur dei-
concessie bepaald, treedt het gomv'-nugient in alle dc regten van den
concessionnaris, en komt onmiddélijk ia liet bezit van den weg. cn van
liet materieel, zoo als het op dat oogenblik bestaat. De prijs van het
materieel, door wederzijds benoemde taxateurs bepaald, wordt aan
den concessionnaris uitbetaald.
Art. 53. Zoo de concessionnaris eenig deel der exploitatie verwaar
loost, of zoo bij binnen den te stellen termijn niet voldoet aan hem
deswege te geven hevelen, kunnen de bepalingen van de 2de en 3de
van art. 23 op hem toegepast worden, evenzoo als voor het geval
dat hij het onderhoud van de werken of van het materieel verwaarloost,
voldoet de concessionnaris binnen 3 maanden niet aan de bevelen van
het gouvernement, zoo vervalt hij van alle zijne regten, en wordt er
in dat geval op de hierboven in artikel 17 aangeduide wijze gehandeld.
Art. 54. Het gouvernement behoudt zich liet regt voor den spoor
weg te kunnen naasten.
In geval het van die bevoegdheid wil gebruik maken, moet het den
geheelen spoorweg, die het onderwerp dezer concessie uitmaakt, dat
is alzoo van Vlissingen tot Venlo, tot zich nemen.
Van de bevoegdheid tot naasting wordt geen gebruik gemaakt,
voor dat de spoorweg gedurende twintig jaren in exploitatie is geweest.
De terugkoop heeft onder de volgende voorwaarden plaats. Men
berekent dc inkomsten van dc zeven laatste jaren der exploitatie, trekt
daarvan de twee ongunstigste jaren af, en neemt het gemiddeld bedrag
der, na de aftrekking overblijvende vijf jaren, brengt dc alzoo vcr-
kregene som tegen 5 ton honderd in kapitaal en voegt daarbij eene
premie van vijftien ten honderd.
Art. 5 5Het gouvernement behoudt zich uitdrukkelijk de bevoegd
heid voor wijziging te brengen in het tarief der in- cu uitgaande reg
ten in het tarief der tollen, cu in dat der passagegelden zoo wel op dc
tegenwoordig bestaande middelen van gemeenschap als op die welke
tijdens den duur der concessie worden gemaakt; alsmede om alle
noodig voorkomende maatregelen van algemeen belang te nemen of te
doen nemen.
Art. 56. In geengevalisde concessionnaris ontvankelijk voor welke
reden ook, de overmagt in te roepen, tenzij hij binnen de dertig dagen
na de gebeurtenissen of omstandigheden waaruit de overmagt ontstaat,
aan het gouvernement heeft doen blijken dat zij werkelijk bestaan en
hij hunnen invloed heeft doen kennen.
Evenzoo zal het gesteld zijn met daadzaken die dc concessionnaris
aan de administratie of hare beambten vermeent te kunnen wijten.
Hij zal er geen beklag op mogen gronden, tenzij hij het bestaan en
den invloed bij het plegen der daad heeft doen kennen, of zulks binnen
hoogstens dertig dagen heeft gedaan.
In geen geval zal hij eenige vordering op mondelinge lastgeving
mogen gronden.
Art. 57. Het gouvernement is bevoegd liet gebruik van overdekte
wagens voor het vervoer van reizigers voor te schrijven.
Art. 5S. De concessionnaris wordt beschouwd in gebreke te zijn
gebleven de op hem rustende verpligtingen te hebben volbragt door
het eenvoudig verstrijken der verschillende daartoe gestelde termijnen,
en zonder dat het noodig zij daarvan door eenige geregtclijkc acte te
doen blijken.
Art. 59. De concessionnaris kiest domicilium in Nederland.
Alle medcdeelingen, verordeningen of bevelen van liet gouverne
ment worden hem daar toegezonden.
De toezending of kennisgeving geschiedt hij administratieve brieven,
die van zelf bepaalde dagtcekening en authentiek karakter erlangen,
wanneer van de ontvangst van het domicilium van den concessionnaris
door een repu blijkt.
Art. 60. De concessionnaris wordt gehouden ten zijnen kosten, risico
cn schade, en zonder eenigen last, hoe ook genaamd, voor de staats
kas te ondernemen alle onteigeningen cn alle werken, voorzien en
niet voorzien, zonder eenige uitzondering of onderscheid, zoo mede
alle leverantien, onderhoud en vernieuwing van materieel, waarvan
de noodzakelijkheid zal blijken voor de volledige voltooijing, het on
derhoud en de exploitatie, tijdens den duurder concessie van de nieuwe
te maken gemeenschap van Vlissingen naar Venlo.
Deze bepaling wordt als de grondslag dezer concessie beschouwd.
De concessionnaris verstaat dat zij in alle de gevallen, die zich kun
nen voordoen, in den ruimsten zin worden toegepast.
Art. 61. De concessionnarisneemt de bovenstaande voorwaarden aan
als zijn eigen werk hij verklaart de gegevens cn berekeningen op
welke de onderneming is gegrond te hebben getoetst, dc waarheid te
hebben erkend van alle de daarbij vermelde daadzaken, en zich te heb
ben overtuigd van de uitvoerbaarheid van al dc noodige werken.
Dien ten gevolge kan het gouvernement nimmer, in welk geval het
ook zijn mag, verantwoordelijk worden gesteld, noch voor de fouten,
onuaauwkeurigheden cn leemten die iu dc plannen en ontwerpen kun
nen voorkomen, noch voor de moeijclijkheden die zich tijdens dc uit
voering kunnen voordoen.
Art. 62. De concessionnaris is bevoegd de verkregene concessie in
haar geheel cn zonder eenig voorbehoud aan eene naamloozc vennoot
schap over te doen, mits zich gedragende naar de op dat stuk bestaan
de wetten en verordeningen. Op deze vennootschap cn op elk ander
regtverkrijgende van den concessionnaris, gaan in derzclver volle
kracht over alle dc verpligtingen zonder eenige uitzondering, die vol
gens de voorwaarden van dit bestek op den concessionnaris rusten, ook
bepaaldelijk met betrekking tot het waarborgkapitaal en de daarom
trent gemaakte bepalingen.
v an de bevoegdheid tot overdragt der concessie aan eene naamlooze
vennootschap, zal door den concessionnaris geen ander gebruik worden
gemaakt dan ten opzigte van zulke vennootschap welker statuten door
het departement van binnenlandsche zaken, met het oog op hetgeen
daarin ter verzekering eener rigtigc uitvoering der concessie vereischt
kan worden, goedgekeurd zijn.
Na de goedkeuring der statuten van de vennootschap, treedt de op-
gerigtc maatschappij in de regten en in de verpligtingen van den con
cessionnaris, even als of de concessie onmiddélijk aan haar was ver
leend.
Art. 63. Bijaldien men in de ontgravingen voor den aanleg van
den spoorweg en van zijne aanhoorigheden eenig voorwerp vindt, be
langrijk voor lamst, oudheid, penningkunde of natuurlijke geschiede
nis, wordt dit het eigendom van den staat.
Art. 64. Alle kosten en regten, hoe ook genaamd, op het vcrleenen.
der concessie vallende, zijn ten laste van den concessionnaris.
Onze minister van binnenlandsche zaken is belast met de uitvoering
van ons tegenwoordig besluit, waarvan afschrift zal worden gezonden
aan onze ministers van buitenlandsche zaken, van financiën en van
oorlog.
3. Binnen een door onsen minister voornoemd te stellen termijn,
sul de concessionnaris door eene verklaring op zegel doen blijken
dat hij de hiervoren gestelde gewijzigde voorwaarden aanneemt.
Het Loo, den 21 augustus 1854.
Dc minister van binnenlandsche zaken,
(get.) VAN KEENEN.
liet laatste besluit is geteekend
Het Loo, den 18 augustus 1856.
Met betrekking tot liet sub 3 vermelde, kunnen wij nog mc-
dedeelen dat aan de gestelde voorwaarden door den concessi
onnaris, ten genoege der regering is voldaan, en deze concessie
thans door beide partijen als definitief en verbindend wordt
beschouwd.
(get.) WILLEM.
De verjaardag van Z. K. H. Willem Nicolaas Alexander Ere-
derik Karei Hendrik, prins van Oranje, is gisteren alhier her
dacht door het uitsteken der vlaggen en eene parade van het
garnizoen.
Uit Vlissingen schrijft men ons, dat men aldaar op gelijke
wijze de verjaardag van den kroonprins der Nederlanden heeft
gevierd.
Staat dernederlandsche bank op 30augustus:omloopende
bankbilletten 89,129,230,00, saldo's van rekeningen courant
16,395,205,471, munt en miint-materiaal 70,357,568.161.
Het document, waarbij de hoofdvereeniging Het metalen
kruis het gedenkteeken aan de gemeente Amsterdam heeft
overgedragen cn dat thans op het stadhuis is ter bezigti-
ging gesteld, is een zeer fraaije calligrafische arbeid, welke den
heer J. Ed. Meijer alle eer aandoet. Het is op zoogenaamd
maagdenperkament geschreven in gothisclie letteren, waarvan
sommige in kleuren cn met goud en zilver zijn versierd. Do
hoofdletter is zeer georneerd. In de versierselen prijkt, van bo
ven een genius, dieiu de hand een gouden schild houdt, waarop
een metalen kruis, welks vorm evenwel meer is die van een
latijnsch kruisonder aan het ornement van de hoofdletter
zijn op een banderol de jaartallen 1830 en 1S31 aangebragt.
Menige benedictijner zou den heer Meijer dezen schooneu
arbeid hebben benijd. Wij vernemen, dat dit stuk in eene fraaije
lijst zal worden geplaatst, hetgeen voorzeker het beter zal doen
uitkomen, dan de gewone houten lijst waarin het thans is gezet.
De opdragtbrief is van den volgenden inhoud:
«s-IIet hoofdbestuur van de vereenigiug Het meialen kruis,
aan heereu burgemeester en wethouders en verdere leden van
den gemeenteraad van Amsterdam.
Naar des konings wensch is, onder het toevoorzigt van het
hoofdbestuur der vereeniging Het metalen kruis in de hoofd
stad des rijks een gedenkteeken opgerigt, gewijd aan den
volksgeest in dejarenl830 en 1831.
Eij de onthulling van dat gedenkteeken is onze taak vol
bragt.